gepubliceerd op 19 juli 2010
Besluit van de Waalse Regering tot bepaling van de vorm van de beslissingen betreffende de bebouwingsvergunning
3 JUNI 2010. - Besluit van de Waalse Regering tot bepaling van de vorm van de beslissingen betreffende de bebouwingsvergunning
De Waalse Regering, Gelet op het Waalse Wetboek van Ruimtelijke Ordening, Stedenbouw, Patrimonium en Energie, inzonderheid op de artikelen 115, tweede lid, en 127, § 2, tweede lid;
Gelet op het decreet van 30 april 2009 tot wijziging van het Waalse Wetboek van Ruimtelijke Ordening, Stedenbouw en Patrimonium, op het decreet van 11 maart 1999 betreffende de milieuvergunning en op het decreet van 11 maart 2004 betreffende de ontsluitingsinfrastructuur voor economische bedrijvigheid;
Gelet op het besluit van de Waalse Gewestexecutieve van 6 december 1985 houdende de bijlagen bij het Waalse Wetboek van Ruimtelijke Ordening en Stedenbouw;
Gelet op het besluit van de Waalse Regering van 30 juni 2009 betreffende de bebouwingsvergunning;
Gelet op het besluit van de Waalse Regering van 17 december 2009 tot wijziging van artikel 6 van het besluit van de Waalse Regering van 30 juni 2009 betreffende de bebouwingsvergunning;
Gelet op de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973, inzonderheid op artikel 3, § 1;
Gelet op de dringende noodzakelijkheid;
Overwegende dat de Waalse Regering bij besluit van 30 juni 2009 de formulieren betreffende de aanvraag voor een bebouwingsvergunning en de aanvraag tot wijziging van de bebouwingsvergunning heeft aangenomen;
Overwegende dat, daar de beslissingsformulieren werden weggelaten, dat dringend dient te worden verholpen rekening houdende met de inwerkingtreding van de bebouwingsvergunning op 1 september 2010 en dat de beslissingsformulieren van volgende instanties dienen te worden aangenomen : - het gemeentecollege in eerste instantie; - de gemachtigd ambtenaar, nadat de zaak bij hem aanhangig is gemaakt; - de Waalse Regering, overeenkomstig artikel 121 van het Waalse Wetboek van Ruimtelijke Ordening, Stedenbouw, Patrimonium en Energie; - de gemachtigd ambtenaar, overeenkomstig artikel 127 van het Wetboek; - de Waalse Regering, overeenkomstig artikel 127 van het Wetboek;
Op de voordracht van de Minister van Leefmilieu, Ruimtelijke Ordening en Mobiliteit;
Na beraadslaging, Besluit :
Artikel 1.Het opschrift van hoofdstuk XII van Titel I van Boek V van het Waalse Wetboek van Ruimtelijke Ordening, Stedenbouw, Patrimonium en Energie wordt vervangen als volgt : « HOOFDSTUK XII. - Vorm van de beslissingen die door het gemeentecollege getroffen worden inzake de stedenbouwkundige vergunningen, de bebouwingsvergunningen en de wijzigingen van bebouwingsvergunningen en verkavelingsvergunningen. ».
Art. 2.Het opschrift van hoofdstuk XIII van titel I van boek V van hetzelfde Wetboek wordt vervangen als volgt : « HOOFDSTUK XIII. - Vorm van de beslissingen die overeenkomstig artikel 118 getroffen worden inzake de stedenbouwkundige vergunningen, de bebouwingsvergunningen en de wijzigingen van bebouwingsvergunningen en verkavelingsvergunningen. ».
Art. 3.Het opschrift van hoofdstuk XIV van titel I van boek V van hetzelfde Wetboek wordt vervangen als volgt : « HOOFDSTUK XIV. - Vorm van de beslissingen die overeenkomstig de artikelen 121 en 127 getroffen worden inzake de stedenbouwkundige vergunningen, de bebouwingsvergunningen en de wijzigingen van bebouwingsvergunningen en verkavelingsvergunningen. ».
Art. 4.De artikelen 382 en 383 van hoofdstukken XII van Titel I van Boek V van hetzelfde Wetboek worden vervangen als volgt : «
Art. 382.De beslissingen van het gemeentecollege waarbij de bebouwingsvergunningen toegekend dan wel geweigerd worden, dienen op straffe van nietigheid getroffen te worden onder gebruik van formulier B waarvan het model als bijlage opgenomen is bij dit Wetboek (bijlage 31). Dat formulier wordt ingevuld met vermelding, in de linkerbovenhoek, van het bestuur dat er gebruik van maakt. ». «
Art. 383.De beslissingen van het gemeentecollege waarbij de wijzigingen van bebouwingsvergunningen en verkavelingsvergunningen toegekend dan wel geweigerd worden, dienen op straffe van nietigheid getroffen te worden onder gebruik van formulier C waarvan het model als bijlage opgenomen is bij dit Wetboek (bijlage 31). Dat formulier wordt ingevuld met vermelding, in de linkerbovenhoek, van het bestuur dat er gebruik van maakt. ».
Art. 5.De artikelen 385 en 386 van hoofdstukken XIII van Titel I van Boek V van hetzelfde Wetboek worden vervangen als volgt : «
Art. 385.De beslissingen van de gemachtigd ambtenaar waarbij de bebouwingsvergunningen overeenkomstig artikel 118 toegekend dan wel geweigerd worden, dienen op straffe van nietigheid getroffen te worden onder gebruik van formulier E waarvan een model als bijlage opgenomen is bij dit Wetboek (bijlage 32). ». «
Art. 386.De beslissingen van de gemachtigd ambtenaar waarbij de wijzigingen van bebouwingsvergunningen en verkavelingsvergunningen overeenkomstig artikel 118 toegekend dan wel geweigerd worden, dienen op straffe van nietigheid getroffen te worden onder gebruik van formulier F waarvan een model als bijlage opgenomen is bij dit Wetboek (bijlage 32). ».
Art. 6.De artikelen 388, 388/1, 388/3 en 388/4 van hoofdstukken XIV van Titel I van Boek V van hetzelfde Wetboek worden vervangen als volgt : «
Art. 388.De beslissingen van de gemachtigd ambtenaar waarbij de bebouwingsvergunningen overeenkomstig artikel 127 toegekend dan wel geweigerd worden, dienen op straffe van nietigheid getroffen te worden onder gebruik van formulier H waarvan een model als bijlage opgenomen is bij dit Wetboek (bijlage 13). ».
De beslissingen van de Regering waarbij de bebouwingsvergunningen overeenkomstig artikel 127 toegekend dan wel geweigerd worden, dienen op straffe van nietigheid getroffen te worden onder gebruik van formulier I waarvan een model als bijlage opgenomen is bij dit Wetboek (bijlage 14). ». «
Art. 388/1.De beslissingen van de gemachtigd ambtenaar waarbij de wijzigingen van bebouwingsvergunningen en verkavelingsvergunningen overeenkomstig artikel 127 toegekend dan wel geweigerd worden, dienen op straffe van nietigheid getroffen te worden onder gebruik van formulier Hbis waarvan een model als bijlage opgenomen is bij dit Wetboek (bijlage 13bis ).
De beslissingen van de Regering waarbij de wijzigingen van bebouwingsvergunningen en verkavelingsvergunningen overeenkomstig artikel 127 toegekend dan wel geweigerd worden, dienen op straffe van nietigheid getroffen te worden onder gebruik van formulier Ibis waarvan een model als bijlage opgenomen is bij dit Wetboek (bijlage 14bis ). ». «
Art. 388/3.De beslissingen van de Regering waarbij de bebouwingsvergunningen overeenkomstig artikel 121 toegekend dan wel geweigerd worden, dienen op straffe van nietigheid getroffen te worden onder gebruik van formulier P waarvan een model als bijlage opgenomen is bij dit Wetboek (bijlage 14). ». «
Art. 388/4.De beslissingen van de Regering waarbij de wijzigingen van bebouwingsvergunningen en verkavelingsvergunningen overeenkomstig artikel 121 toegekend dan wel geweigerd worden, dienen op straffe van nietigheid getroffen te worden onder gebruik van formulier Q waarvan een model als bijlage opgenomen is bij dit Wetboek (bijlage 14). ».
Art. 7.De bijlagen 13 (formulier H), 14 (formulieren I, P en Q), 31 (formulieren B en C), en 32 (formulieren E en F) van hetzelfde Wetboek worden respectievelijk vervangen door de bijlagen 13 (formulier H), 14 (formulieren I, P en Q), 31 (formulieren B en C), en 32 (formulieren E en F), die als bijlage bij dit besluit worden bekendgemaakt.
De nieuwe bijlagen 13bis (formulier Hbis ) en 14bis (formulier Ibis ) van hetzelfde Wetboek worden ook als bijlage bij dit besluit bekendgemaakt.
Art. 8.Dit besluit treedt in werking op 1 september 2010.
Art. 9.De Minister van Ruimtelijke Ordening is belast met de uitvoering van dit besluit.
Namen, 3 juni 2010.
De Minister-President, R. DEMOTTE De Minister van Leefmilieu, Ruimtelijke Ordening en Mobiliteit, Ph. HENRY
BIJLAGE 13 - FORMULIER H PUBLIEKRECHTELIJKE PERSONEN OF HANDELINGEN EN WERKEN VAN OPENBAAR NUT (1) BESLISSING TOT -TOEKENNING - WEIGERING - VAN DE BEBOUWINGSVERGUNNING De gemachtigd ambtenaar, Gelet op het Waalse Wetboek van Ruimtelijke Ordening, Stedenbouw, Patrimonium en Energie; Gelet op Boek I van het Milieuwetboek;
Overwegende dat...een aanvraag voor een stedenbouwkundige vergunning heeft ingediend met betrekking tot een goed gelegen te ... kadastraal bekend afdeling ... sectie ... en met als voorwerp ...;
Overwegende dat de volledige aanvraag voor een bebouwingsvergunning op...door de gemachtigd ambtenaar ontvangen werd; (2) Overwegende dat er een niet-vervallen stedenbouwkundig attest nr. 2 betreffende het voorwerp van de aanvraag op... afgegeven is; (1) (2) Overwegende dat het goed gelegen is - in een omtrek ... - in een ... gebied op het gewestplan van ..., aangenomen bij ... van ... en dat niet opgehouden heeft uitwerking te hebben voor voornoemd goed; (1) (2) Overwegende dat het goed in een ... gebied gelegen is in de omtrek van het gemeentelijk plan van aanleg ...goedgekeurd bij ... van ... en dat niet opgehouden heeft uitwerking te hebben voor voornoemd goed; (2) Overwegende dat de gewestelijke verordening op gebouwen die van toepassing is in de beschermingsgebieden van sommige gemeenten inzake stedenbouw van toepassing is op het grondgebied waarvan het goed gelegen is krachtens... van ...; (2) Overwegende dat de gewestelijke verordening op gebouwen in landbouwgebieden van toepassing is op het grondgebied waar het goed krachtens ... van ... gelegen is; (2) Overwegende dat het goed in een ... gebied gelegen is in het gemeentelijk structuurplan aangenomen bij ... van ...; (1) (2) Overwegende dat er een gemeentelijke stedenbouwkundige vergunning goedgekeurd bij ... van ... van kracht is over het gehele gemeentelijke grondgebied waar het goed gelegen is en alle punten bedoeld in artikel 78, § 1, van voornoemd Wetboek inhoudt; dat het goed gelegen is in een -gebied -ondergebied - ... in bedoeld verordening; (1) (2) Overwegende dat de vergunningsaanvraag verband houdt met een - beschermd - goed dat op de beschermingslijst opgenomen is - gelegen is in een beschermingsgebied als bedoeld in artikel 209 van voornoemd Wetboek - gelegen is in een gebied dat opgenomen is op de lijst van de archeologische sites als bedoeld in artikel 233 van voornoemd Wetboek -; (2) Overwegende dat er met betrekking tot de aanvraag een niet-vervallen erfgoedattest is afgeleverd met datum van...; (1) (2) (4) Overwegende dat de vergunningsaanvraag ook betrekking heeft op een goed gelegen in de volgende omtrekken of gebieden : ...; (1) (2) Overwegende dat de vergunningsaanvraag - de opening van nieuwe gemeentelijke verkeerswegen - de wijziging van het tracé van bestaande gemeentelijke verkeerswegen - de verbreding van bestaande gemeentelijke verkeerswegen - de opheffing van bestaande gemeentelijke verkeerswegen impliceert;de vergunningsaanvraag ter advies is voorgelegd - niet ter advies is voorgelegd - aan het gewestelijke - het provinciebestuur; dat de gemeenteraad na het treffen van - bij gebrek aan - bijzondere bekendmakingsmaatregelen erover - niet - beraadslaagd heeft; (2) Overwegende dat er een milieueffectenonderzoek is doorgevoerd om volgende reden(en) : ...; (1) (2) Overwegende dat de vergunningsaanvraag aan bijzondere bekendmakingsmaatregelen is onderworpen om volgende reden(en) : ...; (1) (2) Overwegende dat er ... bezwaarschrift(en) - geen bezwaarschrift(en) is - zijn ingediend; dat er een overlegvergadering - geen overlegvergadering plaatsgevonden heeft; (1) (2) (3) Overwegende dat de vergunningsaanvraag niet conform is om volgende reden(en) : ...; (1) (2) (4) Overwegende dat hierna vernoemde dienst(en) en commissie(s) geraadpleegd is - zijn om volgende reden(en) :...; dat hun op ... ingewonnen en op ... overgemaakt advies gunstig - onder voorwaarden gunstig - ongunstig is - geacht is bij ontstentenis gunstig te zijn -; (8) Overwegende dat ...;
Om de hierbovenvermelde redenen, Besluit : (1) Artikel 1.- De door ... aangevraagde bebouwingsvergunning wordt - toegekend - geweigerd. (5) - De houder van de vergunning dient : (6) 2° ... (2) (5) (7) Artikel ... - De bebouwingsvergunning dient in ... opeenvolgende fasen zoals hierna aangegeven doorgevoerd te worden : ...
Artikel ... - Van deze beslissing wordt een uitgifte aan de aanvrager en aan het gemeentecollege overgemaakt, om hun eventueel hun recht op hoger beroep te kunnen laten uitoefenen.
Te ..........., op .......
De gemachtigd ambtenaar. (1) Schrappen of uitwissen wat niet past.(2) Schrappen of uitwissen indien zulks niet het geval is.(3) De voorschriften van het gewestplan, van het gemeentelijk plan van aanleg, van de gewestelijke of gemeentelijke stedenbouwkundige verordening waarvan de vergunningsaanvraag afwijkt, aangeven.(4) Eén of meer gedachtestreepjes toevoegen indien nodig.(5) Schrappen of uitwissen indien de vergunning niet is afgeleverd.(6) In voorkomend geval door het gemeentecollege in te vullen (7) Voor elke andere fase dan de eerste het aanvangspunt van de vervaltermijn van vijf jaar aangeven.(8) De overwegingen in rechte en in feite die als beslissingsgrond dienen, aangeven. UITTREKSELS UIT HET WAALSE WETBOEK VAN RUIMTELIJKE ORDENING, STEDENBOUW, PATRIMONIUM EN ENERGIE 1) BEROEPSREGELING Art.127. § 6. De aanvrager en het gemeentecollege kunnen een beroep indienen bij de Waalse Regering binnen de dertig dagen na de ontvangst van de beslissing van de gemachtigd ambtenaar.
Art. 452/8.Het beroep bedoeld in artikel 127 wordt gericht aan de directeur-generaal van het Operationele Directoraat-generaal Ruimtelijke Ordening, Huisvesting, Erfgoed en Energie van de Waalse Overheidsdienst.
De aanvrager die het beroep indient, vermeldt : 3° ofwel de datum waarop hij de beslissing van de gemachtigd ambtenaar heeft gekregen;2° ofwel op de datum van aanhangigmaking bij de gemachtigd ambtenaar. Bij het beroep voegt de aanvrager een afschrift de vergunningsaanvraag en, in voorkomend geval, van de beslissing waarop het beroep slaat. 2) AANPLAKKING VAN DE VERGUNNING Art.134. De houder van de vergunning brengt per schrijven het gemeentecollege en de gemachtigd ambtenaar op de hoogte van de aanvang van de handelingen en werken, vijftien dagen voor hun begin.
De aanvrager moet een leesbaar bericht laten aanplakken op het terrein langs de openbare weg, waarbij wordt aangekondigd dat de vergunning is verleend of dat de handelingen en werken het voorwerp uitmaken van het beschikkende gedeelte van het vonnis bedoeld in artikel 155, § 5, hetzij vóór de aanvang van de werken en tijdens de hele duur ervan wanneer het om werken gaat, hetzij, in de andere gevallen, vanaf de voorbereidingen, vooraleer de handeling(en) is (zijn) uitgevoerd en tijdens de hele duur van de uitvoering ervan. Gedurende die periode moeten de vergunning en het bijgevoegde dossier of een door de gemeente of de gemachtigd ambtenaar voor echt verklaard afschrift van deze documenten of het vonnis bedoeld in artikel 155, § 5, permanent ter beschikking liggen van de in artikel 156 bedoelde ambtenaren op de plaats waar de werken en handelingen worden uitgevoerd. 3) VERVALLEN VAN DE VERGUNNING Art.98. Binnen de vijf jaar na verzending ervan vervalt de bebouwingsvergunning waarbij de houder ervan handelingen, werken of lasten worden opgelegd voor het overige deel indien de houder de opgelegde handelingen, werken of lasten niet heeft uitgevoerd of de vereiste financiële waarborgen niet heeft verstrekt.
Binnen de vijf jaar na verzending ervan vervalt de bebouwingsvergunning waarbij de houder ervan handelingen, werken of lasten worden opgelegd voor het deel van het goed dat het voorwerp niet heeft uitgemaakt van de registratie van één van de handelingen bedoeld in artikel 88, § 1, lid 4.
Art. 99.Indien de uitvoering van de bebouwingsvergunning gefaseerd mag verlopen, bepaalt de vergunning het tijdstip waarop de vijfjarige vervaltermijn ingaat voor elke fase buiten de eerste.
Art. 100.De bebouwingsvergunning vervalt van rechtswege.
Het gemeentecollege kan het verval vaststellen in een proces-verbaal dat het per zending aan de houder van de vergunning richt. Een afschrift van de zending wordt aan de gemachtigd ambtenaar gericht. 4) WIJZIGING VAN DE VERGUNNING Art.102. Een bebouwingsvergunning kan, ofwel op initiatief van het gemeentecollege ofwel op verzoek van de eigenaar van een kavel waarop ze betrekking heeft, gewijzigd worden voor zover de wijziging geen afbreuk doet aan de rechten die voortvloeien uit uitdrukkelijke overeenkomsten tussen de partijen.
De gewone heroverschrijving van alle of van een deel van de documenten vervat in de bebouwingsvergunning in een authentieke akte of in een onderhandse overeenkomst mag niet worden beschouwd als een overeenkomst zoals bedoeld in het eerste lid.
Art. 103.§ 1. De bepalingen die de bebouwingsvergunning regelen, zijn van toepassing op de wijziging ervan.
Het gemeentecollege richt per zending een eensluidend afschrift van het verzoek aan alle eigenaars van een kavel. Het bewijs van de zendingen wordt bij het verzoek gevoegd.
De eventuele bezwaren worden per zending binnen de dertig dagen na ontvangst van het eensluidend afschrift van het verzoek gericht aan de gemachtigd ambtenaar. § 2. Bij initiatief van het gemeentecollege wordt de wijzigingsaanvraag behandeld overeenkomstig artikel 127, § 2. § 3. Indien het een aanvraag betreft van een eigenaar van een kavel en alvorens het verzoek in te dienen, richt laatstgenoemde er een eensluidend afschrift van per zending aan alle kaveleigenaars die de aanvraag niet medeondertekend hebben. Het bewijs van de zendingen wordt bij het verzoek gevoegd.
De eventuele bezwaren worden per zending binnen de dertig dagen na ontvangst van het eensluidend afschrift van de aanvraag gericht aan het gemeentecollege. § 4. Wanneer de documenten vervat in de bebouwingsvergunning overeenkomstig artikel 92 hun geldigheid als stedenbouwkundig en leefmilieuverslag gekregen hebben, geschiedt hun wijziging overeenkomstig artikel 33.
Art. 105.De wijziging van de bebouwingsvergunning heeft geen enkele weerslag op de vervaltermijn van de bebouwingsvergunning waarvan de wijziging is gevraagd. 5) BEPALINGEN VAN TOEPASSING OP DE BEBOUWINGSVERGUNNINGEN DIE STEDENBOUWKUNDIGE LASTEN OF DE OPENING VAN EEN GEMEENTEWEG IMPLICEREN Art.95. Niemand kan tot de verdeling overgaan van een deel van een goed dat het voorwerp uitmaakt van een bebouwingsvergunning die stedenbouwkundige lasten tot gevolg heeft, of de opening, de wijziging of de opheffing van een gemeenteweg voordat de houder van de vergunning ofwel de opgelegde handelingen, werken en lasten heeft uitgevoerd ofwel de financiële waarborgen heeft verstrekt die nodig zijn voor de uitvoering ervan.
Het volbrengen van die formaliteit wordt vastgesteld in een attest verstrekt door het gemeentecollege en per zending gericht aan de houder van de vergunning. Een afschrift van de zending wordt aan de gemachtigd ambtenaar gericht.
Behalve wanneer de voorzieningen door de overheid zijn uitgevoerd, blijft de houder van de vergunning met de aannemer en de architect tien jaar lang voor de uitrusting hoofdelijk aansprakelijk tegenover het Gewest, de gemeente en de kopers van kavels, binnen de in de artikelen 1792 en 2270 van het Burgerlijk Wetboek bepaalde perken.
In voorkomend geval worden in de vergunning de kavels bepaald, die afgestaan kunnen worden zonder dat de houder de opgelegde werken en lasten heeft uitgevoerd of de financiële waarborgen heeft geleverd die nodig zijn voor uitvoering ervan.
Gezien om te worden gevoegd bij het besluit van de Waalse Regering van 3 juni 2010 tot bepaling van de vorm van de beslissingen betreffende de bebouwingsvergunning.
Namen, 3 juni 2010.
De Minister-President, R. DEMOTTE De Minister van Leefmilieu, Ruimtelijke Ordening en Mobiliteit, Ph. HENRY BIJLAGE 13bis - FORMULIER Hbis PUBLIEKRECHTELIJKE PERSONEN OF HANDELINGEN EN WERKEN VAN OPENBAAR NUT (2) BESLISSING TOT - TOEKENNING - WEIGERING - VAN EEN WIJZIGING - VAN DE BEBOUWINGSVERGUNNING - VAN DE VERKAVELINGSVERGUNNING De gemachtigd ambtenaar, Gelet op het Waalse Wetboek van Ruimtelijke Ordening, Stedenbouw, Patrimonium en Energie; Gelet op Boek I van het Milieuwetboek; (1) (2) Overwegende dat het gemeentecollege van ... een aanvraag tot wijziging van de niet-vervallen bebouwingsvergunning - verkavelingsvergunning nr. ..., vergund bij ... van ..., heeft ingediend met betrekking tot een goed gelegen te ... kadastraal bekend afdeling ...sectie en met als voorwerp...; (1) (2) Overwegende dat ..., eigenaar van de kavel(s) ... een aanvraag tot wijziging van de niet-vervallen bebouwingsvergunning - verkavelingsvergunning nr. ..., vergund bij ... van ..., heeft ingediend met betrekking tot een goed gelegen te ... kadastraal bekend afdeling ... sectie en met als voorwerp ...;
Overwegende dat de volledige aanvraag tot wijziging van de bebouwingsvergunning - verkavelingsvergunning- op ... door de gemachtigd ambtenaar ontvangen werd; (1) (2) Overwegende dat het college een eensluidend afschrift van de aanvraag aan alle eigenaars van kavels heeft gericht;dat de eigenaar(s) van de kavel(s) ... - een bezwaarschrift heeft(hebben) ingediend binnen dertig dagen na ontvangst van het eensluidend afschrift van de aanvraag; (1) (2) Overwegende dat alle eigenaars van een kavel die de aanvraag niet medeondertekend hebben, vóór de indiening ervan, een eensluidend afschrift ervan per zending hebben gekregen;dat de eigenaar(s) van de kavel(s) - een bezwaarschrift heeft(hebben) ingediend binnen dertig dagen na ontvangst van het eensluidend afschrift van de aanvraag; (1) (2) Overwegende dat de eigenaar(s) van de kavel(s) ... die de aanvraag niet medeondertekend heeft - hebben, geen eensluidend afschrift ervan per zending gekregen heeft - hebben; (1) (3) Overwegende dat uit het ingediende dossier betreffende de aanvraag of uit de bezwaarschriften blijkt - niet blijkt dat de toelating om de vergunning te wijzigen de rechten voortvloeiende uit de uitdrukkelijke overeenkomsten tussen de partijen schade berokkent;(2) Overwegende dat er een niet-vervallen stedenbouwkundig attest nr. 2 betreffende het voorwerp van de aanvraag op ... afgegeven is, (1) (2) Overwegende dat het goed gelegen is - in een omtrek ... - in een ... gebied op het gewestplan van ..., aangenomen bij ... van ... en dat niet opgehouden heeft uitwerking te hebben voor voornoemd goed; (1) (2) Overwegende dat het goed in een ...gebied gelegen is in de omtrek van het gemeentelijk plan van aanleg ... goedgekeurd bij ... van ... en dat niet opgehouden heeft uitwerking te hebben voor voornoemd goed; (2) Overwegende dat de gewestelijke verordening op gebouwen die van toepassing is in de beschermingsgebieden van sommige gemeenten inzake stedenbouw van toepassing is op het grondgebied waarvan het goed gelegen is krachtens ... van ...; (2) Overwegende dat de gewestelijke verordening op gebouwen in landbouwgebieden van toepassing is op het grondgebied waar het goed krachtens ... van ... gelegen is; (2) Overwegende dat het goed in een... gebied gelegen is in het gemeentelijk structuurplan aangenomen bij ... van ...; (1) (2) Overwegende dat er een gemeentelijke stedenbouwkundige verordening goedgekeurd bij ... van ... van kracht is over het gehele gemeentelijke grondgebied waar het goed gelegen is en alle punten bedoeld in artikel 78, § 1, van voornoemd Wetboek inhoudt; dat het goed gelegen is in een -gebied -ondergebied - ... in bedoelde verordening; (2) (4) Overwegende dat de gewestelijke of gemeentelijke stedenbouwkundige verordeningen zoals volgt eveneens van toepassing zijn op het gemeentelijk grondgebied of het gedeelte ervan waar het goed gelegen is;...; (1) (2) Overwegende dat de wijzigingsaanvraag verband houdt met een - beschermd - goed dat op de beschermingslijst opgenomen is - gelegen is in een beschermingsgebied als bedoeld in artikel 209 van voornoemd Wetboek - gelegen is in een gebied dat opgenomen is op de lijst van de archeologische sites als bedoeld in artikel 233 van voornoemd Wetboek -; (2) Overwegende dat er met betrekking tot de aanvraag een niet-vervallen erfgoedattest is afgeleverd met datum van ...; (1) (2) (4) Overwegende dat de wijzigingsaanvraag ook betrekking heeft op een goed gelegen in de volgende omtrekken of gebieden : ...; (1) (2) Overwegende dat de wijzigingsaanvraag - de opening van nieuwe gemeentelijke verkeerswegen - de wijziging van het tracé van bestaande gemeentelijke verkeerswegen - de verbreding van bestaande gemeentelijke verkeerswegen - de opheffing van bestaande gemeentelijke verkeerswegen impliceert;dat de gemeenteraad na het treffen van - bij gebrek aan - bijzondere bekendmakingsmaatregelen erover - niet - beraadslaagd heeft; (2) Overwegende dat er een milieueffectenonderzoek is doorgevoerd om volgende reden(en) : ...; (1) (2) Overwegende dat de wijzigingsaanvraag aan bijzondere bekendmakingsmaatregelen is onderworpen om volgende reden(en) : ...; (1) (2) Overwegende dat er ... bezwaarschrift(en) - geen bezwaarschrift(en) is - zijn ingediend; dat er een overlegvergadering - geen overlegvergadering plaatsgevonden heeft; (1) (2) (3) Overwegende dat de wijzigingsaanvraag niet conform is om volgende reden(en) : ...; (1) (2) (4) Overwegende dat hierna vernoemde dienst(en) en commissie(s) geraadpleegd is - zijn om volgende reden(en) : ...; dat hun op ... ingewonnen en op ... overgemaakt advies gunstig - onder voorwaarden gunstig - ongunstig is - geacht is bij ontstentenis gunstig te zijn -; (8) Overwegende dat ...;
Om de hierbovenvermelde redenen, Besluit : (1) Artikel 1.- De wijziging van de bebouwingsvergunning - verkavelingsvergunning aangevraagd door... wordt - ingewilligd - geweigerd. (5) - De houder van de vergunning dient : (6) 2° ... (1) (2) (5) (7) Artikel ... - De wijziging van de bebouwingsvergunning - verkavelingsvergunning dient in ... opeenvolgende fasen zoals hierna aangegeven doorgevoerd te worden : ...
Artikel ... - Van deze beslissing wordt een uitgifte aan de aanvrager en aan het gemeentecollege overgemaakt, om hun eventueel hun recht op hoger beroep te kunnen laten uitoefenen.
Te..........., op .......
De gemachtigd ambtenaar. (1) Schrappen of uitwissen wat niet past.(2) Schrappen of uitwissen indien zulks niet het geval is.(3) De voorschriften van het gewestplan, van het gemeentelijk plan van aanleg, van de gewestelijke of gemeentelijke stedenbouwkundige verordening waarvan de vergunningsaanvraag afwijkt, aangeven.(4) Eén of meer gedachtestreepjes toevoegen indien nodig.(5) Schrappen of uitwissen indien de vergunning niet is afgeleverd.(6) In voorkomend geval door het gemeentecollege in te vullen (7) Voor elke andere fase dan de eerste het aanvangspunt van de vervaltermijn van vijf jaar aangeven.(8) De overwegingen in rechte en in feite die als beslissingsgrond dienen, aangeven. UITTREKSELS UIT HET WAALSE WETBOEK VAN RUIMTELIJKE ORDENING, STEDENBOUW, PATRIMONIUM EN ENERGIE 1) BEROEPSREGELING Art.127. § 6. De aanvrager en het gemeentecollege kunnen een beroep indienen bij de Waalse Regering binnen de dertig dagen na de ontvangst van de beslissing van de gemachtigd ambtenaar.
Art. 452/8.Het beroep bedoeld in artikel 127 wordt gericht aan de directeur-generaal van het Operationele Directoraat-generaal Ruimtelijke Ordening, Huisvesting, Erfgoed en Energie van de Waalse Overheidsdienst.
De aanvrager die het beroep indient, vermeldt : 3° ofwel de datum waarop hij de beslissing van de gemachtigd ambtenaar heeft gekregen;2° ofwel op de datum van aanhangigmaking bij de gemachtigd ambtenaar. Bij het beroep voegt de aanvrager een afschrift de vergunningsaanvraag en, in voorkomend geval, van de beslissing waarop het beroep slaat. 2) AANPLAKKING VAN DE VERGUNNING Art.134. De houder van de vergunning brengt per schrijven het gemeentecollege en de gemachtigd ambtenaar op de hoogte van de aanvang van de handelingen en werken, vijftien dagen voor hun begin.
De aanvrager moet een leesbaar bericht laten aanplakken op het terrein langs de openbare weg, waarbij wordt aangekondigd dat de vergunning is verleend of dat de handelingen en werken het voorwerp uitmaken van het beschikkende gedeelte van het vonnis bedoeld in artikel 155, § 5, hetzij vóór de aanvang van de werken en tijdens de hele duur ervan wanneer het om werken gaat, hetzij, in de andere gevallen, vanaf de voorbereidingen, vooraleer de handeling(en) is (zijn) uitgevoerd en tijdens de hele duur van de uitvoering ervan. Gedurende die periode moeten de vergunning en het bijgevoegde dossier of een door de gemeente of de gemachtigd ambtenaar voor echt verklaard afschrift van deze documenten of het vonnis bedoeld in artikel 155, § 5, permanent ter beschikking liggen van de in artikel 156 bedoelde ambtenaren op de plaats waar de werken en handelingen worden uitgevoerd. 3) VERVALLEN VAN DE VERGUNNING Art.98. Binnen de vijf jaar na verzending ervan vervalt de bebouwingsvergunning waarbij de houder ervan handelingen, werken of lasten worden opgelegd voor het overige deel indien de houder de opgelegde handelingen, werken of lasten niet heeft uitgevoerd of de vereiste financiële waarborgen niet heeft verstrekt.
Binnen de vijf jaar na verzending ervan vervalt de bebouwingsvergunning waarbij de houder ervan handelingen, werken of lasten worden opgelegd voor het deel van het goed dat het voorwerp niet heeft uitgemaakt van de registratie van één van de handelingen bedoeld in artikel 88, § 1, lid 4.
Art. 99.Indien de uitvoering van de bebouwingsvergunning gefaseerd mag verlopen, bepaalt de vergunning het tijdstip waarop de vijfjarige vervaltermijn ingaat voor elke fase buiten de eerste.
Art. 100.De bebouwingsvergunning vervalt van rechtswege.
Het gemeentecollege kan het verval vaststellen in een proces-verbaal dat het per zending aan de houder van de vergunning richt. Een afschrift van de zending wordt aan de gemachtigd ambtenaar gericht. 4) WIJZIGING VAN DE VERGUNNING Art.102. Een bebouwingsvergunning kan, ofwel op initiatief van het gemeentecollege ofwel op verzoek van de eigenaar van een kavel waarop ze betrekking heeft, gewijzigd worden voor zover de wijziging geen afbreuk doet aan de rechten die voortvloeien uit uitdrukkelijke overeenkomsten tussen de partijen.
De gewone heroverschrijving van alle of van een deel van de documenten vervat in de bebouwingsvergunning in een authentieke akte of in een onderhandse overeenkomst mag niet worden beschouwd als een overeenkomst zoals bedoeld in het eerste lid.
Art. 103.§ 1. De bepalingen die de bebouwingsvergunning regelen, zijn van toepassing op de wijziging ervan.
Het gemeentecollege richt per zending een eensluidend afschrift van het verzoek aan alle eigenaars van een kavel. Het bewijs van de zendingen wordt bij het verzoek gevoegd.
De eventuele bezwaren worden per zending binnen de dertig dagen na ontvangst van het eensluidend afschrift van het verzoek gericht aan de gemachtigd ambtenaar. § 2. Bij initiatief van het gemeentecollege wordt de wijzigingsaanvraag behandeld overeenkomstig artikel 127, § 2. § 3. Indien het een aanvraag betreft van een eigenaar van een kavel en alvorens het verzoek in te dienen, richt laatstgenoemde er een eensluidend afschrift van per zending aan alle kaveleigenaars die de aanvraag niet medeondertekend hebben. Het bewijs van de zendingen wordt bij het verzoek gevoegd.
De eventuele bezwaren worden per zending binnen de dertig dagen na ontvangst van het eensluidend afschrift van de aanvraag gericht aan het gemeentecollege. § 4. Wanneer de documenten vervat in de bebouwingsvergunning overeenkomstig artikel 92 hun geldigheid als stedenbouwkundig en leefmilieuverslag gekregen hebben, geschiedt hun wijziging overeenkomstig artikel 33.
Art. 105.De wijziging van de bebouwingsvergunning heeft geen enkele weerslag op de vervaltermijn van de bebouwingsvergunning waarvan de wijziging is gevraagd. 5) BEPALINGEN VAN TOEPASSING OP DE BEBOUWINGSVERGUNNINGEN DIE STEDENBOUWKUNDIGE LASTEN OF DE OPENING VAN EEN GEMEENTEWEG IMPLICEREN Art.95. Niemand kan tot de verdeling overgaan van een deel van een goed dat het voorwerp uitmaakt van een bebouwingsvergunning die stedenbouwkundige lasten tot gevolg heeft, of de opening, de wijziging of de opheffing van een gemeenteweg voordat de houder van de vergunning ofwel de opgelegde handelingen, werken en lasten heeft uitgevoerd ofwel de financiële waarborgen heeft verstrekt die nodig zijn voor de uitvoering ervan.
Het volbrengen van die formaliteit wordt vastgesteld in een attest verstrekt door het gemeentecollege en per zending gericht aan de houder van de vergunning. Een afschrift van de zending wordt aan de gemachtigd ambtenaar gericht.
Behalve wanneer de voorzieningen door de overheid zijn uitgevoerd, blijft de houder van de vergunning met de aannemer en de architect tien jaar lang voor de uitrusting hoofdelijk aansprakelijk tegenover het Gewest, de gemeente en de kopers van kavels binnen de in de artikelen 1792 en 2270 van het Burgerlijk Wetboek bepaalde perken.
In voorkomend geval worden in de vergunning de kavels bepaald, die afgestaan kunnen worden zonder dat de houder de opgelegde werken en lasten heeft uitgevoerd of de financiële waarborgen heeft geleverd die nodig zijn voor uitvoering ervan.
Gezien om te worden gevoegd bij het besluit van de Waalse Regering van 3 juni 2010 tot bepaling van de vorm van de beslissingen betreffende de bebouwingsvergunning.
Namen, 3 juni 2010.
De Minister-President, R. DEMOTTE De Minister van Leefmilieu, Ruimtelijke Ordening en Mobiliteit, Ph. HENRY
BIJLAGE 14 - FORMULIER I BEROEP BIJ DE WAALSE REGERING PUBLIEKRECHTELIJKE PERSONEN OF HANDELINGEN EN WERKEN VAN OPENBAAR NUT (3) BESLISSING TOT -TOEKENNING - WEIGERING -VAN DE BEBOUWINGSVERGUNNING De Minister, Gelet op het Waalse Wetboek van Ruimtelijke Ordening, Stedenbouw, Patrimonium en Energie; Gelet op Boek I van het Milieuwetboek;
Overwegende dat ... een aanvraag ingediend heeft voor een bebouwingsvergunning betreffende een goed gelegen ... kadastraal bekend afdeling ... sectie ... met als voorwerp ...;
Overwegende dat de volledige aanvraag voor een bebouwingsvergunning op ... door de gemachtigd ambtenaar ontvangen werd; (1) (2) Overwegende dat de gemachtigd ambtenaar ... met datum van ... de bebouwingsvergunning - toegekend - onder voorwaarden toegekend - geweigerd - heeft; (1) (2) Overwegende dat de beslissing van de gemachtigd ambtenaar door de aanvrager ontvangen is op ...; (1) (2) Overwegende dat de gemachtigd ambtenaar niet beslist heeft in de termijn bepaald bij artikel 127, § 4, van voornoemd Wetboek;dat het niet-versturen van een beslissing binnen die termijn staat gelijk met een weigering; (1) (2) Overwegende dat de aanvrager een beroep heeft ingediend bij de Regering, met datum van ..., ontvangen op ...; dat bedoeld beroep onder wettelijke vorm en binnen de wettelijke termijn is ingediend - niet onder wettelijke vorm en binnen de wettelijke termijn is ingediend; dat het ontvankelijk - onontvankelijk is; (1) (2) Overwegende dat de beslissing van de gemachtigd ambtenaar door het gemeentecollege ontvangen is op ...; (1) (2) Overwegende dat het gemeentecollege een beroep heeft ingediend bij de Regering, met datum van ..., ontvangen op ...; dat bedoeld beroep onder wettelijke vorm en binnen de wettelijke termijn is ingediend - niet onder wettelijke vorm en binnen de wettelijke termijn is ingediend; dat het ontvankelijk - onontvankelijk is; (2) Overwegende dat de aanvrager met datum van ... een herinneringsschrijven aan de Regering heeft verstuurd; dat dit herinneringsschrijven ontvangen is op ...; dat de termijn voor zending van de beslissing in het kader van het beroep verstrijkt op ...; (2) Overwegende dat er een niet-vervallen stedenbouwkundig attest nr. 2 betreffende het voorwerp van de aanvraag op ... afgegeven is, (1) (2) Overwegende dat het goed gelegen is - in een omtrek ... - in een ... gebied op het gewestplan van ..., aangenomen bij ... van ... en dat niet opgehouden heeft uitwerking te hebben voor voornoemd goed; (1) (2) Overwegende dat het goed in een ...gebied gelegen is in de omtrek van het gemeentelijk plan van aanleg ...goedgekeurd bij ... van ... en dat niet opgehouden heeft uitwerking te hebben voor voornoemd goed; (2) Overwegende dat de gewestelijke verordening op gebouwen die van toepassing is in de beschermingsgebieden van sommige gemeenten inzake stedenbouw van toepassing is op het grondgebied waarvan het goed gelegen is krachtens ... van ...; (2) Overwegende dat de gewestelijke verordening op gebouwen in landbouwgebieden van toepassing is op het grondgebied waar het goed krachtens ... van ... gelegen is; (2) Overwegende dat het goed in een ... gebied gelegen is in het gemeentelijk structuurplan aangenomen bij ... van ...; (1) (2) Overwegende dat er een gemeentelijke stedenbouwkundige verordening goedgekeurd bij ... van ... van kracht is over het gehele gemeentelijke grondgebied waar het goed gelegen is en alle punten bedoeld in artikel 78, § 1, van voornoemd Wetboek inhoudt; dat het goed gelegen is in een -gebied -ondergebied - ... in bedoelde verordening; (2) (4) Overwegende dat de gewestelijke of gemeentelijke stedenbouwkundige verordeningen zoals volgt eveneens van toepassing zijn op het gemeentelijk grondgebied of het gedeelte ervan waar het goed gelegen is;(1) (2) Overwegende dat de vergunningsaanvraag verband houdt met een - beschermd - goed dat op de beschermingslijst opgenomen is - gelegen is in een beschermingsgebied als bedoeld in artikel 209 van voornoemd Wetboek - gelegen is in een gebied dat opgenomen is op de lijst van de archeologische sites als bedoeld in artikel 233 van voornoemd Wetboek -; (2) Overwegende dat er met betrekking tot de aanvraag een niet-vervallen erfgoedattest is afgeleverd met datum van ...; (1) (2) (4) Overwegende dat de vergunningsaanvraag ook betrekking heeft op een goed gelegen in de volgende omtrekken of gebieden : ...; (1) (2) Overwegende dat de vergunningsaanvraag - de opening van nieuwe gemeentelijke verkeerswegen - de wijziging van het tracé van bestaande gemeentelijke verkeerswegen - de verbreding van bestaande gemeentelijke verkeerswegen - de opheffing van bestaande gemeentelijke verkeerswegen impliceert;dat de gemeenteraad na het treffen van - bij gebrek aan - bijzondere bekendmakingsmaatregelen erover - niet - beraadslaagd heeft; (2) Overwegende dat er een milieueffectenonderzoek is doorgevoerd om volgende reden(en) : ...; (1) (2) Overwegende dat de vergunningsaanvraag aan bijzondere bekendmakingsmaatregelen is onderworpen om volgende reden(en) : ...; (1) (2) Overwegende dat er ... bezwaarschrift(en) - geen bezwaarschrift(en) is - zijn ingediend; dat er een overlegvergadering - geen overlegvergadering plaatsgevonden heeft; (1) (2) (3) Overwegende dat de vergunningsaanvraag niet conform is om volgende reden(en) : ...; (1) (2) (4) Overwegende dat hierna vernoemde dienst(en) en commissie(s) geraadpleegd is - zijn om volgende reden(en) : ...; dat hun op ... ingewonnen en op ... overgemaakt advies gunstig - onder voorwaarden gunstig - ongunstig is - geacht is bij ontstentenis gunstig te zijn -;
Overwegende dat bij artikel 120 van voornoemd Wetboek een adviescommissie ingesteld wordt, belast met het uitbrengen van een gemotiveerd advies over de beroepen bedoeld in artikel 119 van bedoeld Wetboek;
Overwegende dat de partijen en het Directoraat-generaal Ruimtelijke Ordening, Huisvesting, Erfgoed en Energie (DGO4) uitgenodigd zijn om gehoord te worden door de adviescommissie van ...; (1) Overwegende dat die commissie met datum van een gunstig advies - een voorwaardelijk gunstig advies - een ongunstig advies over de aanvraag heeft overgemaakt;dat dat advies uitgebracht is op ...; (8) Overwegende dat ...;
Om de hierbovenvermelde redenen, Besluit : (1) Artikel 1.- De door ... aangevraagde bebouwingsvergunning wordt - toegekend - geweigerd. (5) - De houder van de vergunning dient : (6) 2° ... (2) (5) (7) Artikel ... - De bebouwingsvergunning dient in ... opeenvolgende fasen zoals hierna aangegeven doorgevoerd te worden : ...
Artikel ... - Van deze beslissing wordt een uitgifte aan de aanvrager, aan de gemachtigd ambtenaar en aan het gemeentecollege overgemaakt.
Artikel 3 - De persoon aan wie de handeling bestemd is, heeft de mogelijk om een beroep in te dienen bij de Raad van State door middel van een verzoekschrift ondertekend door hemzelf en een op de tabel van de orde ingeschreven advocaat, op de lijst van de stagiairs evenals, volgens de bepalingen van het Burgerlijk Wetboek, door één van de onderdanen van een Staat die lid is van de Europese Unie en die gemachtigd is om het beroep van advocaat uit te oefenen, binnen een termijn van zestig dagen te rekenen vanaf de kennisgeving van deze beslissing.
Het verzoekschrift moet bij ter post aangetekend schrijven aan de Raad van State opgestuurd worden.
Het verzoekschrift wordt gedateerd en bevat overeenkomstig artikel 1 van de procesverordening : 1° naam, hoedanigheid en verblijfplaats of zetel van de verzoeker;2° het voorwerp van de aanvraag of van het beroep en een uiteenzetting van de feiten en middelen;3° naam, verblijfplaats of zetel van de verweerder. Bovendien dienen volgens artikel 85 van de procesverordening drie door de ondertekenaar eensluidend verklaarde afschriften bij het verzoekschrift te worden gevoegd, met daarnaast evenveel afschriften als er verweerders bij de zaak zijn.
Een afschrift van de omstreden beslissing dient bij het verzoekschrift te worden gevoegd overeenkomstig artikel 3 van de procesverordening.
Namen, De Minister, (1) Schrappen of uitwissen wat niet past.(2) Schrappen of uitwissen indien zulks niet het geval is.(3) De voorschriften van het gewestplan, van het gemeentelijk plan van aanleg, van de gewestelijke of gemeentelijke stedenbouwkundige verordening waarvan de vergunningsaanvraag afwijkt, aangeven.(4) Eén of meer gedachtestreepjes toevoegen indien nodig.(5) Schrappen of uitwissen indien de vergunning niet is afgeleverd.(6) In voorkomend geval door het gemeentecollege in te vullen (7) Voor elke andere fase dan de eerste het aanvangspunt van de vervaltermijn van vijf jaar aangeven.(8) De overwegingen in rechte en in feite die als beslissingsgrond dienen, aangeven. UITTREKSELS UIT HET WAALSE WETBOEK VAN RUIMTELIJKE ORDENING, STEDENBOUW, PATRIMONIUM EN ENERGIE 1) AANPLAKKING VAN DE VERGUNNING Art.134. De houder van de vergunning brengt per schrijven het gemeentecollege en de gemachtigd ambtenaar op de hoogte van de aanvang van de handelingen en werken, vijftien dagen voor hun begin.
De aanvrager moet een leesbaar bericht laten aanplakken op het terrein langs de openbare weg, waarbij wordt aangekondigd dat de vergunning is verleend of dat de handelingen en werken het voorwerp uitmaken van het beschikkende gedeelte van het vonnis bedoeld in artikel 155, § 5, hetzij vóór de aanvang van de werken en tijdens de hele duur ervan wanneer het om werken gaat, hetzij, in de andere gevallen, vanaf de voorbereidingen, vooraleer de handeling(en) is (zijn) uitgevoerd en tijdens de hele duur van de uitvoering ervan. Gedurende die periode moeten de vergunning en het bijgevoegde dossier of een door de gemeente of de gemachtigd ambtenaar voor echt verklaard afschrift van deze documenten of het vonnis bedoeld in artikel 155, § 5, permanent ter beschikking liggen van de in artikel 156 bedoelde ambtenaren op de plaats waar de werken en handelingen worden uitgevoerd. 2) VERVALLEN VAN DE VERGUNNING Art.98. Binnen de vijf jaar na verzending ervan vervalt de bebouwingsvergunning waarbij de houder ervan handelingen, werken of lasten worden opgelegd voor het overige deel indien de houder de opgelegde handelingen, werken of lasten niet heeft uitgevoerd of de vereiste financiële waarborgen niet heeft verstrekt.
Binnen de vijf jaar na verzending ervan vervalt de bebouwingsvergunning waarbij de houder ervan handelingen, werken of lasten worden opgelegd voor het deel van het goed dat het voorwerp niet heeft uitgemaakt van de registratie van één van de handelingen bedoeld in artikel 88, § 1, lid 4.
Art. 99.Indien de uitvoering van de bebouwingsvergunning gefaseerd mag verlopen, bepaalt de vergunning het tijdstip waarop de vijfjarige vervaltermijn ingaat voor elke fase buiten de eerste.
Art. 100.De bebouwingsvergunning vervalt van rechtswege.
Het gemeentecollege kan het verval vaststellen in een proces-verbaal dat het per zending aan de houder van de vergunning richt. Een afschrift van de zending wordt aan de gemachtigd ambtenaar gericht. 3) WIJZIGING VAN DE VERGUNNING Art.102. Een bebouwingsvergunning kan, ofwel op initiatief van het gemeentecollege ofwel op verzoek van de eigenaar van een kavel waarop ze betrekking heeft, gewijzigd worden voor zover de wijziging geen afbreuk doet aan de rechten die voortvloeien uit uitdrukkelijke overeenkomsten tussen de partijen.
De gewone heroverschrijving van alle of van een deel van de documenten vervat in de bebouwingsvergunning in een authentieke akte of in een onderhandse overeenkomst mag niet worden beschouwd als een overeenkomst zoals bedoeld in het eerste lid.
Art. 103.§ 1. De bepalingen die de bebouwingsvergunning regelen, zijn van toepassing op de wijziging ervan.
Het gemeentecollege richt per zending een eensluidend afschrift van het verzoek aan alle eigenaars van een kavel. Het bewijs van de zendingen wordt bij het verzoek gevoegd.
De eventuele bezwaren worden per zending binnen de dertig dagen na ontvangst van het eensluidend afschrift van het verzoek gericht aan de gemachtigd ambtenaar. § 2. Bij initiatief van het gemeentecollege wordt de wijzigingsaanvraag behandeld overeenkomstig artikel 127, § 2. § 3. Indien het een aanvraag betreft van een eigenaar van een kavel en alvorens het verzoek in te dienen, richt laatstgenoemde er een eensluidend afschrift van per zending aan alle kaveleigenaars die de aanvraag niet medeondertekend hebben. Het bewijs van de zendingen wordt bij het verzoek gevoegd.
De eventuele bezwaren worden per zending binnen de dertig dagen na ontvangst van het eensluidend afschrift van de aanvraag gericht aan het gemeentecollege. § 4. Wanneer de documenten vervat in de bebouwingsvergunning overeenkomstig artikel 92 hun geldigheid als stedenbouwkundig en leefmilieuverslag gekregen hebben, geschiedt hun wijziging overeenkomstig artikel 33.
Art. 105.De wijziging van de bebouwingsvergunning heeft geen enkele weerslag op de vervaltermijn van de bebouwingsvergunning waarvan de wijziging is gevraagd. 4) BEPALINGEN VAN TOEPASSING OP DE BEBOUWINGSVERGUNNINGEN DIE STEDENBOUWKUNDIGE LASTEN OF DE OPENING VAN EEN GEMEENTEWEG IMPLICEREN Art.95. Niemand kan tot de verdeling overgaan van een deel van een goed dat het voorwerp uitmaakt van een bebouwingsvergunning die stedenbouwkundige lasten tot gevolg heeft, of de opening, de wijziging of de opheffing van een gemeenteweg voordat de houder van de vergunning ofwel de opgelegde handelingen, werken en lasten heeft uitgevoerd ofwel de financiële waarborgen heeft verstrekt die nodig zijn voor de uitvoering ervan.
Het volbrengen van die formaliteit wordt vastgesteld in een attest verstrekt door het gemeentecollege en per zending gericht aan de houder van de vergunning. Een afschrift van de zending wordt aan de gemachtigd ambtenaar gericht.
Behalve wanneer de voorzieningen door de overheid zijn uitgevoerd, blijft de houder van de vergunning met de aannemer en de architect tien jaar lang voor de uitrusting hoofdelijk aansprakelijk tegenover het Gewest, de gemeente en de kopers van kavels, binnen de in de artikelen 1792 en 2270 van het Burgerlijk Wetboek bepaalde perken.
In voorkomend geval worden in de vergunning de kavels bepaald, die afgestaan kunnen worden zonder dat de houder de opgelegde werken en lasten heeft uitgevoerd of de financiële waarborgen heeft geleverd die nodig zijn voor uitvoering ervan.
Gezien om te worden gevoegd bij het besluit van de Waalse Regering van 3 juni 2010 tot bepaling van de vorm van de beslissingen betreffende de bebouwingsvergunning.
Namen, 3 juni 2010.
De Minister-President, R. DEMOTTE De Minister van Leefmilieu, Ruimtelijke Ordening en Mobiliteit, Ph. HENRY
BIJLAGE 14bis - FORMULIER Ibis BEROEP BIJ DE WAALSE REGERING PUBLIEKRECHTELIJKE PERSONEN OF HANDELINGEN EN WERKEN VAN OPENBAAR NUT (4) BESLISSING TOT - TOEKENNING - WEIGERING - VAN EEN WIJZIGING - VAN DE BEBOUWINGSVERGUNNING - VAN DE VERKAVELINGSVERGUNNING De Minister, Gelet op het Waalse Wetboek van Ruimtelijke Ordening, Stedenbouw, Patrimonium en Energie; Gelet op Boek I van het Milieuwetboek; (1) (2) Overwegende dat het gemeentecollege van ... een aanvraag tot wijziging van de niet-vervallen bebouwingsvergunning - verkavelingsvergunning nr. ..., vergund bij ... van ..., heeft ingediend met betrekking tot een goed gelegen te ... kadastraal bekend afdeling ... sectie en met als voorwerp ...; (1) (2) Overwegende dat ..., eigenaar van de kavel(s) ... een aanvraag tot wijziging van de niet-vervallen bebouwingsvergunning - verkavelingsvergunning nr. ..., vergund bij ... van ..., heeft ingediend met betrekking tot een goed gelegen te ... kadastraal bekend afdeling ... sectie en met als voorwerp ...; (1) Overwegende dat de volledige aanvraag tot wijziging van de bebouwingsvergunning - verkavelingsvergunning - op ... door de gemachtigd ambtenaar ontvangen werd; (1) (2) Overwegende dat het college een eensluidend afschrift van de aanvraag aan alle eigenaars van kavels heeft gericht;dat de eigenaar(s) van de kavel(s).. - een bezwaarschrift heeft(hebben) ingediend binnen dertig dagen na ontvangst van het eensluidend afschrift van de aanvraag; (1) (2) Overwegende dat alle eigenaars van een kavel die de aanvraag niet medeondertekend hebben, vóór de indiening ervan, een eensluidend afschrift ervan per zending hebben gekregen;dat de eigenaar(s) van de kavel(s) - een bezwaarschrift heeft(hebben) ingediend binnen dertig dagen na ontvangst van het eensluidend afschrift van de aanvraag; (1) (2) Overwegende dat de eigenaar(s) van de kavel(s) ... die de aanvraag niet medeondertekend heeft - hebben, geen eensluidend afschrift ervan per zending gekregen heeft - hebben; (1) (2) Overwegende dat uit het ingediende dossier betreffende de aanvraag of uit de bezwaarschriften blijkt - niet blijkt dat de toelating om de vergunning te wijzigen de rechten voortvloeiende uit de uitdrukkelijke overeenkomsten tussen de partijen schade berokkent; (1) (2) Overwegende dat de gemachtigd ambtenaar ... met datum van ... de wijziging van de bebouwingsvergunning - toegekend - onder voorwaarden toegekend - geweigerd - heeft; (1) (2) Overwegende dat de beslissing van de gemachtigd ambtenaar door de aanvrager ontvangen is op ...; (1) (2) Overwegende dat de gemachtigd ambtenaar niet beslist heeft in de termijn bepaald bij artikel 127, § 4, van voornoemd Wetboek;dat het niet-versturen van een beslissing binnen die termijn staat gelijk met een weigering; (1) (2) Overwegende dat de aanvrager een beroep heeft ingediend bij de Regering, met datum van ..., ontvangen op ...; dat bedoeld beroep onder wettelijke vorm en binnen de wettelijke termijn is ingediend - niet onder wettelijke vorm en binnen de wettelijke termijn is ingediend; dat het ontvankelijk - onontvankelijk is; (1) (2) Overwegende dat de beslissing van de gemachtigd ambtenaar door het gemeentecollege ontvangen is op ...; (1) (2) Overwegende dat het gemeentecollege een beroep heeft ingediend bij de Regering, met datum van ..., ontvangen op ...; dat bedoeld beroep onder wettelijke vorm en binnen de wettelijke termijn is ingediend - niet onder wettelijke vorm en binnen de wettelijke termijn is ingediend; dat het ontvankelijk - onontvankelijk is; (2) Overwegende dat de aanvrager met datum van ... een herinneringsschrijven aan de Regering heeft verstuurd; dat dit herinneringsschrijven ontvangen is op ...; dat de termijn voor zending van de beslissing in het kader van het beroep verstrijkt op ...; (2) Overwegende dat er een niet-vervallen stedenbouwkundig attest nr. 2 betreffende het voorwerp van de aanvraag op ... afgegeven is, (1) (2) Overwegende dat het goed gelegen is - in een omtrek ... - in een ... gebied op het gewestplan van ..., aangenomen bij ... van ... en dat niet opgehouden heeft uitwerking te hebben voor voornoemd goed; (1) (2) Overwegende dat het goed in een ... gebied gelegen is in de omtrek van het gemeentelijk plan van aanleg ... goedgekeurd bij ... van ... en dat niet opgehouden heeft uitwerking te hebben voor voornoemd goed; (2) Overwegende dat de gewestelijke verordening op gebouwen die van toepassing is in de beschermingsgebieden van sommige gemeenten inzake stedenbouw van toepassing is op het grondgebied waarvan het goed gelegen is krachtens ... van ...; (2) Overwegende dat de gewestelijke verordening op gebouwen in landbouwgebieden van toepassing is op het grondgebied waar het goed krachtens ... van ... gelegen is; (2) Overwegende dat het goed in een ... gebied gelegen is in het gemeentelijk structuurplan aangenomen bij ... van ...; (1) (2) Overwegende dat er een gemeentelijke stedenbouwkundige verordening goedgekeurd bij ... van ... van kracht is over het gehele gemeentelijke grondgebied waar het goed gelegen is en alle punten bedoeld in artikel 78, § 1, van voornoemd Wetboek inhoudt; dat het goed gelegen is in een -gebied -ondergebied - ... in bedoelde verordening; (2) (4) Overwegende dat de gewestelijke of gemeentelijke stedenbouwkundige verordeningen zoals volgt eveneens van toepassing zijn op het gemeentelijk grondgebied of het gedeelte ervan waar het goed gelegen is : ...; (1) (2) Overwegende dat de wijzigingsaanvraag verband houdt met een - beschermd - goed dat op de beschermingslijst opgenomen is - gelegen is in een beschermingsgebied als bedoeld in artikel 209 van voornoemd Wetboek - gelegen is in een gebied dat opgenomen is op de lijst van de archeologische sites als bedoeld in artikel 233 van voornoemd Wetboek -; (2) Overwegende dat er met betrekking tot de aanvraag een niet-vervallen erfgoedattest is afgeleverd met datum van ...; (1) (2) (4) Overwegende dat de wijzigingsaanvraag ook betrekking heeft op een goed gelegen in de volgende omtrekken of gebieden : ...; (1) (2) Overwegende dat de wijzigingsaanvraag - de opening van nieuwe gemeentelijke verkeerswegen - de wijziging van het tracé van bestaande gemeentelijke verkeerswegen - de verbreding van bestaande gemeentelijke verkeerswegen - de opheffing van bestaande gemeentelijke verkeerswegen impliceert;dat de gemeenteraad na het treffen van - bij gebrek aan - bijzondere bekendmakingsmaatregelen erover - niet - beraadslaagd heeft; (2) Overwegende dat er een milieueffectenonderzoek is doorgevoerd om volgende reden(en) : ...; (1) (2) Overwegende dat de wijzigingsaanvraag aan bijzondere bekendmakingsmaatregelen is onderworpen om volgende reden(en) : ...; (1) (2) Overwegende dat er ... bezwaarschrift(en) - geen bezwaarschrift(en) is - zijn ingediend; dat er een overlegvergadering - geen overlegvergadering plaatsgevonden heeft; (1) (2) (3) Overwegende dat de wijzigingsaanvraag niet conform is om volgende reden(en) : ...; (1) (2) (4) Overwegende dat hierna vernoemde dienst(en) en commissie(s) geraadpleegd is - zijn om volgende reden(en) : ...; dat hun op ... ingewonnen en op ... overgemaakt advies gunstig - onder voorwaarden gunstig - ongunstig is - geacht is bij ontstentenis gunstig te zijn -;
Overwegende dat bij artikel 120 van voornoemd Wetboek een adviescommissie ingesteld wordt, belast met het uitbrengen van een gemotiveerd advies over de beroepen bedoeld in artikel 119 van bedoeld Wetboek;
Overwegende dat de partijen en het Directoraat-generaal Ruimtelijke Ordening, Huisvesting, Erfgoed en Energie (DGO4) uitgenodigd zijn om gehoord te worden door de adviescommissie van ...; (1) Overwegende dat die commissie met datum van een gunstig advies - een voorwaardelijk gunstig advies - een ongunstig advies over de aanvraag heeft overgemaakt;dat dat advies uitgebracht is op ...; (8) Overwegende dat ...;
Om de hierbovenvermelde redenen, Besluit : (1) Artikel 1.- De wijziging van de bebouwingsvergunning - verkavelingsvergunning aangevraagd door ... wordt - ingewilligd - geweigerd. (5) - De houder van de vergunning dient : (6) 2° ... (1) (2) (5) (7) Artikel ... - De wijziging van de bebouwingsvergunning - verkavelingsvergunning dient in ... opeenvolgende fasen zoals hierna aangegeven doorgevoerd te worden : ...
Artikel ... - Van deze beslissing wordt een uitgifte aan de aanvrager, aan de gemachtigd ambtenaar en aan het gemeentecollege overgemaakt.
Artikel ... - De persoon aan wie de handeling bestemd is, heeft de mogelijk om een beroep in te dienen bij de Raad van State door middel van een verzoekschrift ondertekend door hemzelf en een op de tabel van de orde ingeschreven advocaat, op de lijst van de stagiairs evenals, volgens de bepalingen van het Burgerlijk Wetboek, door één van de onderdanen van een Staat die lid is van de Europese Unie en die gemachtigd is om het beroep van advocaat uit te oefenen, binnen een termijn van zestig dagen te rekenen vanaf de kennisgeving van deze beslissing.
Het verzoekschrift moet bij ter post aangetekend schrijven aan de Raad van State opgestuurd worden.
Het verzoekschrift wordt gedateerd en bevat overeenkomstig artikel 1 van de procesverordening : 1° naam, hoedanigheid en verblijfplaats of zetel van de verzoeker;2° het voorwerp van de aanvraag of van het beroep en een uiteenzetting van de feiten en middelen;3° naam, verblijfplaats of zetel van de verweerder. Bovendien dienen volgens artikel 85 van de procesverordening drie door de ondertekenaar eensluidend verklaarde afschriften bij het verzoekschrift te worden gevoegd, met daarnaast evenveel afschriften als er verweerders bij de zaak zijn.
Een afschrift van de omstreden beslissing dient bij het verzoekschrift te worden gevoegd overeenkomstig artikel 3 van de procesverordening.
Namen, De Minister, (1) Schrappen of uitwissen wat niet past.(2) Schrappen of uitwissen indien zulks niet het geval is.(3) De voorschriften van het gewestplan, van het gemeentelijk plan van aanleg, van de gewestelijke of gemeentelijke stedenbouwkundige verordening waarvan de vergunningsaanvraag afwijkt, aangeven.(4) Eén of meer gedachtestreepjes toevoegen indien nodig.(5) Schrappen of uitwissen indien de vergunning niet is afgeleverd.(6) In voorkomend geval door het gemeentecollege in te vullen (7) Voor elke andere fase dan de eerste het aanvangspunt van de vervaltermijn van vijf jaar aangeven.(8) De overwegingen in rechte en in feite die als beslissingsgrond dienen, aangeven. UITTREKSELS UIT HET WAALSE WETBOEK VAN RUIMTELIJKE ORDENING, STEDENBOUW, PATRIMONIUM EN ENERGIE 1) AANPLAKKING VAN DE VERGUNNING Art.134. De houder van de vergunning brengt per schrijven het gemeentecollege en de gemachtigd ambtenaar op de hoogte van de aanvang van de handelingen en werken, vijftien dagen voor hun begin.
De aanvrager moet een leesbaar bericht laten aanplakken op het terrein langs de openbare weg, waarbij wordt aangekondigd dat de vergunning is verleend of dat de handelingen en werken het voorwerp uitmaken van het beschikkende gedeelte van het vonnis bedoeld in artikel 155, § 5, hetzij vóór de aanvang van de werken en tijdens de hele duur ervan wanneer het om werken gaat, hetzij, in de andere gevallen, vanaf de voorbereidingen, vooraleer de handeling(en) is (zijn) uitgevoerd en tijdens de hele duur van de uitvoering ervan. Gedurende die periode moeten de vergunning en het bijgevoegde dossier of een door de gemeente of de gemachtigd ambtenaar voor echt verklaard afschrift van deze documenten of het vonnis bedoeld in artikel 155, § 5, permanent ter beschikking liggen van de in artikel 156 bedoelde ambtenaren op de plaats waar de werken en handelingen worden uitgevoerd. 2) VERVALLEN VAN DE VERGUNNING Art.98. Binnen de vijf jaar na verzending ervan vervalt de bebouwingsvergunning waarbij de houder ervan handelingen, werken of lasten worden opgelegd voor het overige deel indien de houder de opgelegde handelingen, werken of lasten niet heeft uitgevoerd of de vereiste financiële waarborgen niet heeft verstrekt.
Binnen de vijf jaar na verzending ervan vervalt de bebouwingsvergunning waarbij de houder ervan handelingen, werken of lasten worden opgelegd voor het deel van het goed dat het voorwerp niet heeft uitgemaakt van de registratie van één van de handelingen bedoeld in artikel 88, § 1, lid 4.
Art. 99.Indien de uitvoering van de bebouwingsvergunning gefaseerd mag verlopen, bepaalt de vergunning het tijdstip waarop de vijfjarige vervaltermijn ingaat voor elke fase buiten de eerste.
Art. 100.De bebouwingsvergunning vervalt van rechtswege.
Het gemeentecollege kan het verval vaststellen in een proces-verbaal dat het per zending aan de houder van de vergunning richt. Een afschrift van de zending wordt aan de gemachtigd ambtenaar gericht. 3) WIJZIGING VAN DE VERGUNNING Art.102. Een bebouwingsvergunning kan, ofwel op initiatief van het gemeentecollege ofwel op verzoek van de eigenaar van een kavel waarop ze betrekking heeft, gewijzigd worden voor zover de wijziging geen afbreuk doet aan de rechten die voortvloeien uit uitdrukkelijke overeenkomsten tussen de partijen.
De gewone heroverschrijving van alle of van een deel van de documenten vervat in de bebouwingsvergunning in een authentieke akte of in een onderhandse overeenkomst mag niet worden beschouwd als een overeenkomst zoals bedoeld in het eerste lid.
Art. 103.§ 1. De bepalingen die de bebouwingsvergunning regelen, zijn van toepassing op de wijziging ervan.
Het gemeentecollege richt per zending een eensluidend afschrift van het verzoek aan alle eigenaars van een kavel. Het bewijs van de zendingen wordt bij het verzoek gevoegd.
De eventuele bezwaren worden per zending binnen de dertig dagen na ontvangst van het eensluidend afschrift van het verzoek gericht aan de gemachtigd ambtenaar. § 2. Bij initiatief van het gemeentecollege wordt de wijzigingsaanvraag behandeld overeenkomstig artikel 127, § 2. § 3. Indien het een aanvraag betreft van een eigenaar van een kavel en alvorens het verzoek in te dienen, richt laatstgenoemde er een eensluidend afschrift van per zending aan alle kaveleigenaars die de aanvraag niet medeondertekend hebben. Het bewijs van de zendingen wordt bij het verzoek gevoegd.
De eventuele bezwaren worden per zending binnen de dertig dagen na ontvangst van het eensluidend afschrift van de aanvraag gericht aan het gemeentecollege. § 4. Wanneer de documenten vervat in de bebouwingsvergunning overeenkomstig artikel 92 hun geldigheid als stedenbouwkundig en leefmilieuverslag gekregen hebben, geschiedt hun wijziging overeenkomstig artikel 33.
Art. 105.De wijziging van de bebouwingsvergunning heeft geen enkele weerslag op de vervaltermijn van de bebouwingsvergunning waarvan de wijziging is gevraagd. 4) BEPALINGEN VAN TOEPASSING OP DE BEBOUWINGSVERGUNNINGEN DIE STEDENBOUWKUNDIGE LASTEN OF DE OPENING VAN EEN GEMEENTEWEG IMPLICEREN Art.95. Niemand kan tot de verdeling overgaan van een deel van een goed dat het voorwerp uitmaakt van een bebouwingsvergunning die stedenbouwkundige lasten tot gevolg heeft, of de opening, de wijziging of de opheffing van een gemeenteweg voordat de houder van de vergunning ofwel de opgelegde handelingen, werken en lasten heeft uitgevoerd ofwel de financiële waarborgen heeft verstrekt die nodig zijn voor de uitvoering ervan.
Het volbrengen van die formaliteit wordt vastgesteld in een attest verstrekt door het gemeentecollege en per zending gericht aan de houder van de vergunning. Een afschrift van de zending wordt aan de gemachtigd ambtenaar gericht.
Behalve wanneer de voorzieningen door de overheid zijn uitgevoerd, blijft de houder van de vergunning met de aannemer en de architect tien jaar lang voor de uitrusting hoofdelijk aansprakelijk tegenover het Gewest, de gemeente en de kopers van kavels, binnen de in de artikelen 1792 en 2270 van het Burgerlijk Wetboek bepaalde perken.
In voorkomend geval worden in de vergunning de kavels bepaald, die afgestaan kunnen worden zonder dat de houder de opgelegde werken en lasten heeft uitgevoerd of de financiële waarborgen heeft geleverd die nodig zijn voor uitvoering ervan.
Gezien om te worden gevoegd bij het besluit van de Waalse Regering van 3 juni 2010 tot bepaling van de vorm van de beslissingen betreffende de bebouwingsvergunning.
Namen, 3 juni 2010.
De Minister-President, R. DEMOTTE De Minister van Leefmilieu, Ruimtelijke Ordening en Mobiliteit, Ph. HENRY BIJLAGE 14 - FORMULIER P BEROEP BIJ DE WAALSE REGERING (5) BESLISSING TOT -TOEKENNING - WEIGERING -VAN DE BEBOUWINGSVERGUNNING De Minister, Gelet op het Waalse Wetboek van Ruimtelijke Ordening, Stedenbouw, Patrimonium en Energie; Gelet op Boek I van het Milieuwetboek;
Overwegende dat ... een aanvraag ingediend heeft voor een bebouwingsvergunning betreffende een goed gelegen ... kadastraal bekend afdeling ... sectie ... en met als voorwerp ...; (1) Overwegende dat de volledige vergunningsaanvraag : met datum van ... aan het gemeentebestuur is gericht; bij het gemeentebestuur is afgegeven tegen ontvangstbewijs met datum van ...; (1) (2) Overwegende dat het gemeentecollege van de gemeente ... met datum van ... de bebouwingsvergunning - toegekend - onder voorwaarden toegekend - geweigerd - heeft; (1) (2) Overwegende dat de beslissing van het gemeentecollege door de aanvrager ontvangen is op ...; (1) (2) Overwegende dat de aanvrager de zaak met datum van ... bij de gemachtigd ambtenaar aanhangig heeft gemaakt; (1) (2) Overwegende dat de gemachtigd ambtenaar ... met datum van ... de bebouwingsvergunning - toegekend - onder voorwaarden toegekend - geweigerd - heeft; (1) (2) Overwegende dat de beslissing van de gemachtigd ambtenaar door de aanvrager ontvangen is op ...; (1) (2) Overwegende dat de gemachtigd ambtenaar niet beslist heeft in de termijn bepaald bij artikel 118, § 2, van voornoemd Wetboek;dat het niet-versturen van een beslissing binnen die termijn staat gelijk met een weigering; (1) (2) Overwegende dat de aanvrager een beroep heeft ingediend bij de Regering, met datum van ..., ontvangen op ...; dat bedoeld beroep onder wettelijke vorm en binnen de wettelijke termijn is ingediend - niet onder wettelijke vorm en binnen de wettelijke termijn is ingediend; dat het ontvankelijk - onontvankelijk is; (1) (2) Overwegende dat de beslissing van het gemeentecollege door de gemachtigd ambtenaar ontvangen is op ...; (1) (2) Overwegende dat de gemachtigd ambtenaar een beroep heeft ingediend bij de Regering, met datum van ..., ontvangen op ...; dat bedoeld beroep onder wettelijke vorm en binnen de wettelijke termijn bepaald bij artikel 119, § 2, van voornoemd Wetboek is ingediend - niet onder wettelijke vorm en binnen de wettelijke termijn bepaald bij artikel 119, § 2, van voornoemd Wetboek is ingediend; dat het gelijktijdig - niet gelijktijdig - zowel aan de aanvrager als aan de Minister is ingediend; dat het ontvankelijk - onontvankelijk is; (1) (2) Overwegende dat de beslissing van de gemachtigd ambtenaar door het gemeentecollege ontvangen is op ...; (1) (2) Overwegende dat het gemeentecollege een beroep heeft ingediend bij de Regering, met datum van ..., ontvangen op ...; dat bedoeld beroep onder wettelijke vorm en binnen de wettelijke termijn is ingediend - niet onder wettelijke vorm en binnen de wettelijke termijn is ingediend; dat het ontvankelijk - onontvankelijk is; (2) Overwegende dat de aanvrager met datum van ... een herinneringsschrijven aan de Regering heeft verstuurd; dat dit herinneringsschrijven ontvangen is op ...; dat de termijn voor zending van de beslissing in het kader van het beroep verstrijkt op ...; (2) Overwegende dat er een niet-vervallen stedenbouwkundig attest nr. 2 betreffende het voorwerp van de aanvraag op ... afgegeven is, (1) (2) Overwegende dat het goed gelegen is - in een omtrek ... - in een ... gebied op het gewestplan van ..., aangenomen bij ... van ... en dat niet opgehouden heeft uitwerking te hebben voor voornoemd goed; (1) (2) Overwegende dat het goed in een ... gebied gelegen is in de omtrek van het gemeentelijk plan van aanleg ... goedgekeurd bij ... van ... en dat niet opgehouden heeft uitwerking te hebben voor voornoemd goed; (2) Overwegende dat de gewestelijke verordening op gebouwen die van toepassing is in de beschermingsgebieden van sommige gemeenten inzake stedenbouw van toepassing is op het grondgebied waarvan het goed gelegen is krachtens ... van ...; (2) Overwegende dat de gewestelijke verordening op gebouwen in landbouwgebieden van toepassing is op het grondgebied waar het goed krachtens ... van ... gelegen is; (2) Overwegende dat het goed in een ... gebied gelegen is in het gemeentelijk structuurplan aangenomen bij ... van ...; (1, (2) Overwegende dat er een gemeentelijke stedenbouwkundige verordening goedgekeurd bij ... van ... van kracht is over het gehele gemeentelijke grondgebied waar het goed gelegen is en alle punten bedoeld in artikel 78, § 1, van voornoemd Wetboek inhoudt; dat het goed gelegen is in een -gebied -ondergebied - ... in bedoelde verordening; (2) (4) Overwegende dat de gewestelijke of gemeentelijke stedenbouwkundige verordeningen zoals volgt eveneens van toepassing zijn op het gemeentelijk grondgebied of het gedeelte ervan waar het goed gelegen is : ...; (1) (2) Overwegende dat de vergunningsaanvraag verband houdt met een - beschermd - goed dat op de beschermingslijst opgenomen is - gelegen is in een beschermingsgebied als bedoeld in artikel 209 van voornoemd Wetboek - gelegen is in een gebied dat opgenomen is op de lijst van de archeologische sites als bedoeld in artikel 233 van voornoemd Wetboek -; (2) Overwegende dat er met betrekking tot de aanvraag een niet-vervallen erfgoedattest is afgeleverd met datum van ...; (1) (2) (4) Overwegende dat de vergunningsaanvraag ook betrekking heeft op een goed gelegen in de volgende omtrekken of gebieden : ...; (1) (2) Overwegende dat de vergunningsaanvraag - de opening van nieuwe gemeentelijke verkeerswegen - de wijziging van het tracé van bestaande gemeentelijke verkeerswegen - de verbreding van bestaande gemeentelijke verkeerswegen - de opheffing van bestaande gemeentelijke verkeerswegen impliceert;dat de gemeenteraad na het treffen van - bij gebrek aan - bijzondere bekendmakingsmaatregelen erover - niet - beraadslaagd heeft; (2) Overwegende dat er een milieueffectenonderzoek is doorgevoerd om volgende reden(en) : ...; (1) (2) Overwegende dat de vergunningsaanvraag aan bijzondere bekendmakingsmaatregelen is onderworpen om volgende reden(en) : ...; (1) (2) Overwegende dat er ... bezwaarschrift(en) - geen bezwaarschrift(en) is - zijn ingediend; dat er een overlegvergadering - geen overlegvergadering plaatsgevonden heeft; (1) (2) (3) Overwegende dat de vergunningsaanvraag niet conform is om volgende reden(en) : ...; (1) (2) (4) Overwegende dat hierna vernoemde dienst(en) en commissie(s) geraadpleegd is - zijn om volgende reden(en) : ...; dat hun op ... ingewonnen en op ... overgemaakt advies gunstig - onder voorwaarden gunstig - ongunstig is - geacht is bij ontstentenis gunstig te zijn -;
Overwegende dat bij artikel 120 van voornoemd Wetboek een adviescommissie ingesteld wordt, belast met het uitbrengen van een gemotiveerd advies over de beroepen bedoeld in artikel 119 van bedoeld Wetboek;
Overwegende dat de partijen en het Directoraat-generaal Ruimtelijke Ordening, Huisvesting, Erfgoed en Energie (DGO4) uitgenodigd zijn om gehoord te worden door de adviescommissie van ...; (1) Overwegende dat die commissie met datum van een gunstig advies - een voorwaardelijk gunstig advies - een ongunstig advies over de aanvraag heeft overgemaakt;dat dat advies uitgebracht is op ...; (8) Overwegende dat ...;
Om de hierbovenvermelde redenen, Besluit : (1) Artikel 1.- De door ... aangevraagde bebouwingsvergunning wordt - toegekend - geweigerd. (5) - De houder van de vergunning dient : (6) 2° ... (2) (5) (7) Artikel ... - De bebouwingsvergunning dient in ... opeenvolgende fasen zoals hierna aangegeven doorgevoerd te worden : ...
Artikel ... - Van deze beslissing wordt een uitgifte aan de aanvrager, aan de gemachtigd ambtenaar en aan het gemeentecollege overgemaakt.
Artikel 3 - De persoon aan wie de handeling bestemd is, heeft de mogelijk om een beroep in te dienen bij de Raad van State door middel van een verzoekschrift ondertekend door hemzelf en een op de tabel van de orde ingeschreven advocaat, op de lijst van de stagiairs evenals, volgens de bepalingen van het Burgerlijk Wetboek, door één van de onderdanen van een Staat die lid is van de Europese Unie en die gemachtigd is om het beroep van advocaat uit te oefenen, binnen een termijn van zestig dagen te rekenen vanaf de kennisgeving van deze beslissing.
Het verzoekschrift moet bij ter post aangetekend schrijven aan de Raad van State opgestuurd worden.
Het verzoekschrift wordt gedateerd en bevat overeenkomstig artikel 1 van de procesverordening : 1° naam, hoedanigheid en verblijfplaats of zetel van de verzoeker;2° het voorwerp van de aanvraag of van het beroep en een uiteenzetting van de feiten en middelen;3° naam, verblijfplaats of zetel van de verweerder. Bovendien dienen volgens artikel 85 van de procesverordening drie door de ondertekenaar eensluidend verklaarde afschriften bij het verzoekschrift te worden gevoegd, met daarnaast evenveel afschriften als er verweerders bij de zaak zijn.
Een afschrift van de omstreden beslissing dient bij het verzoekschrift te worden gevoegd overeenkomstig artikel 3 van de procesverordening.
Namen, De Minister. (1) Schrappen of uitwissen wat niet past.(2) Schrappen of uitwissen indien zulks niet het geval is.(3) De voorschriften van het gewestplan, van het gemeentelijk plan van aanleg, van de gewestelijke of gemeentelijke stedenbouwkundige verordening waarvan de vergunningsaanvraag afwijkt, aangeven.(4) Eén of meer gedachtestreepjes toevoegen indien nodig.(5) Schrappen of uitwissen indien de vergunning niet is afgeleverd.(6) In voorkomend geval door het gemeentecollege in te vullen.(7) Voor elke andere fase dan de eerste het aanvangspunt van de vervaltermijn van vijf jaar aangeven.(8) De overwegingen in rechte en in feite die als beslissingsgrond dienen, aangeven. UITTREKSELS UIT HET WAALSE WETBOEK VAN RUIMTELIJKE ORDENING, STEDENBOUW, PATRIMONIUM EN ENERGIE 1) AANPLAKKING VAN DE VERGUNNING Art.134. De houder van de vergunning brengt per schrijven het gemeentecollege en de gemachtigd ambtenaar op de hoogte van de aanvang van de handelingen en werken, vijftien dagen voor hun begin.
De aanvrager moet een leesbaar bericht laten aanplakken op het terrein langs de openbare weg, waarbij wordt aangekondigd dat de vergunning is verleend of dat de handelingen en werken het voorwerp uitmaken van het beschikkende gedeelte van het vonnis bedoeld in artikel 155, § 5, hetzij vóór de aanvang van de werken en tijdens de hele duur ervan wanneer het om werken gaat, hetzij, in de andere gevallen, vanaf de voorbereidingen, vooraleer de handeling(en) is (zijn) uitgevoerd en tijdens de hele duur van de uitvoering ervan. Gedurende die periode moeten de vergunning en het bijgevoegde dossier of een door de gemeente of de gemachtigd ambtenaar voor echt verklaard afschrift van deze documenten of het vonnis bedoeld in artikel 155, § 5, permanent ter beschikking liggen van de in artikel 156 bedoelde ambtenaren op de plaats waar de werken en handelingen worden uitgevoerd. 2) VERVALLEN VAN DE VERGUNNING Art.98. Binnen de vijf jaar na verzending ervan vervalt de bebouwingsvergunning waarbij de houder ervan handelingen, werken of lasten worden opgelegd voor het overige deel indien de houder de opgelegde handelingen, werken of lasten niet heeft uitgevoerd of de vereiste financiële waarborgen niet heeft verstrekt.
Binnen de vijf jaar na verzending ervan vervalt de bebouwingsvergunning waarbij de houder ervan handelingen, werken of lasten worden opgelegd voor het deel van het goed dat het voorwerp niet heeft uitgemaakt van de registratie van één van de handelingen bedoeld in artikel 88, § 1, lid 4.
Art. 99.Indien de uitvoering van de bebouwingsvergunning gefaseerd mag verlopen, bepaalt de vergunning het tijdstip waarop de vijfjarige vervaltermijn ingaat voor elke fase buiten de eerste.
Art. 100.De bebouwingsvergunning vervalt van rechtswege.
Het gemeentecollege kan het verval vaststellen in een proces-verbaal dat het per zending aan de houder van de vergunning richt. Een afschrift van de zending wordt aan de gemachtigd ambtenaar gericht. 3) WIJZIGING VAN DE VERGUNNING Art.102. Een bebouwingsvergunning kan, ofwel op initiatief van het gemeentecollege ofwel op verzoek van de eigenaar van een kavel waarop ze betrekking heeft, gewijzigd worden voor zover de wijziging geen afbreuk doet aan de rechten die voortvloeien uit uitdrukkelijke overeenkomsten tussen de partijen.
De gewone heroverschrijving van alle of van een deel van de documenten vervat in de bebouwingsvergunning in een authentieke akte of in een onderhandse overeenkomst mag niet worden beschouwd als een overeenkomst zoals bedoeld in het eerste lid.
Art. 103.§ 1. De bepalingen die de bebouwingsvergunning regelen, zijn van toepassing op de wijziging ervan.
Het gemeentecollege richt per zending een eensluidend afschrift van het verzoek aan alle eigenaars van een kavel. Het bewijs van de zendingen wordt bij het verzoek gevoegd.
De eventuele bezwaren worden per zending binnen de dertig dagen na ontvangst van het eensluidend afschrift van het verzoek gericht aan de gemachtigd ambtenaar. § 2. Bij initiatief van het gemeentecollege wordt de wijzigingsaanvraag behandeld overeenkomstig artikel 127, § 2. § 3. Indien het een aanvraag betreft van een eigenaar van een kavel en alvorens het verzoek in te dienen, richt laatstgenoemde er een eensluidend afschrift van per zending aan alle kaveleigenaars die de aanvraag niet medeondertekend hebben. Het bewijs van de zendingen wordt bij het verzoek gevoegd.
De eventuele bezwaren worden per zending binnen de dertig dagen na ontvangst van het eensluidend afschrift van de aanvraag gericht aan het gemeentecollege. § 4. Wanneer de documenten vervat in de bebouwingsvergunning overeenkomstig artikel 92 hun geldigheid als stedenbouwkundig en leefmilieuverslag gekregen hebben, geschiedt hun wijziging overeenkomstig artikel 33.
Art. 105.De wijziging van de bebouwingsvergunning heeft geen enkele weerslag op de vervaltermijn van de bebouwingsvergunning waarvan de wijziging is gevraagd. 4) BEPALINGEN VAN TOEPASSING OP DE BEBOUWINGSVERGUNNINGEN DIE STEDENBOUWKUNDIGE LASTEN OF DE OPENING VAN EEN GEMEENTEWEG IMPLICEREN Art.95. Niemand kan tot de verdeling overgaan van een deel van een goed dat het voorwerp uitmaakt van een bebouwingsvergunning die stedenbouwkundige lasten tot gevolg heeft, of de opening, de wijziging of de opheffing van een gemeenteweg voordat de houder van de vergunning ofwel de opgelegde handelingen, werken en lasten heeft uitgevoerd ofwel de financiële waarborgen heeft verstrekt die nodig zijn voor de uitvoering ervan.
Het volbrengen van die formaliteit wordt vastgesteld in een attest verstrekt door het gemeentecollege en per zending gericht aan de houder van de vergunning. Een afschrift van de zending wordt aan de gemachtigd ambtenaar gericht.
Behalve wanneer de voorzieningen door de overheid zijn uitgevoerd, blijft de houder van de vergunning met de aannemer en de architect tien jaar lang voor de uitrusting hoofdelijk aansprakelijk tegenover het Gewest, de gemeente en de kopers van kavels, binnen de in de artikelen 1792 en 2270 van het Burgerlijk Wetboek bepaalde perken.
In voorkomend geval worden in de vergunning de kavels bepaald, die afgestaan kunnen worden zonder dat de houder de opgelegde werken en lasten heeft uitgevoerd of de financiële waarborgen heeft geleverd die nodig zijn voor uitvoering ervan.
Gezien om te worden gevoegd bij het besluit van de Waalse Regering van 3 juni 2010 tot bepaling van de vorm van de beslissingen betreffende de bebouwingsvergunning.
Namen, 3 juni 2010.
De Minister-President, R. DEMOTTE De Minister van Leefmilieu, Ruimtelijke Ordening en Mobiliteit, Ph. HENRY
BIJLAGE 14 - FORMULIER Q BEROEP BIJ DE WAALSE REGERING (6) BESLISSING TOT - TOEKENNING - WEIGERING - VAN EEN WIJZIGING VAN DE BEBOUWINGSVERGUNNING VAN DE VERKAVELINGSVERGUNNING De Minister, Gelet op het Waalse Wetboek van Ruimtelijke Ordening, Stedenbouw, Patrimonium en Energie; Gelet op Boek I van het Milieuwetboek; (1) (2) Overwegende dat ..., eigenaar van de kavel(s) ... een aanvraag tot wijziging van de niet-vervallen bebouwingsvergunning - verkavelingsvergunning nr. ..., vergund bij ... van ..., heeft ingediend met betrekking tot een goed gelegen te ... kadastraal bekend afdeling ...sectie en met als voorwerp ...; (1) Overwegende dat de volledige aanvraag tot wijziging van de vergunning : met datum van ... aan het gemeentebestuur is gericht; bij het gemeentebestuur is afgegeven tegen ontvangstbewijs met datum van ...; (1) (2) Overwegende dat het gemeentecollege van de gemeente ... met datum van ... de aanvraag tot wijziging van de bebouwingsvergunning - verkavelingsvergunning - toegekend - onder voorwaarden toegekend - geweigerd - heeft; (1) (2) Overwegende dat de beslissing van het gemeentecollege door de aanvrager ontvangen is op ...; (1) (2) Overwegende dat de aanvrager de zaak met datum van ... bij de gemachtigd ambtenaar aanhangig heeft gemaakt; (1) (2) Overwegende dat de gemachtigd ambtenaar ... met datum van ... de wijziging van de aanvraag tot wijziging van de bebouwingsvergunning - verkavelingsvergunning - toegekend - onder voorwaarden toegekend - geweigerd - heeft; (1) (2) Overwegende dat de beslissing van de gemachtigd ambtenaar door de aanvrager ontvangen is op ...; (1) (2) Overwegende dat de gemachtigd ambtenaar niet beslist heeft in de termijn bepaald bij artikel 118, § 2, van voornoemd Wetboek;dat het niet-versturen van een beslissing binnen die termijn staat gelijk met een weigering; (1) (2) Overwegende dat de aanvrager een beroep heeft ingediend bij de Regering, met datum van ..., ontvangen op ...; dat bedoeld beroep onder wettelijke vorm en binnen de wettelijke termijn is ingediend - niet onder wettelijke vorm en binnen de wettelijke termijn is ingediend; dat het ontvankelijk - onontvankelijk is; (1) (2) Overwegende dat de beslissing van het gemeentecollege door de gemachtigd ambtenaar ontvangen is op ...; (1) (2) Overwegende dat de gemachtigd ambtenaar een beroep heeft ingediend bij de Regering, met datum van ..., ontvangen op ...; dat bedoeld beroep onder wettelijke vorm en binnen de wettelijke termijn bepaald bij artikel 119, § 2, van voornoemd Wetboek is ingediend - niet onder wettelijke vorm en binnen de wettelijke termijn bepaald bij artikel 119, § 2, van voornoemd Wetboek is ingediend; dat het gelijktijdig - niet gelijktijdig - zowel aan de aanvrager als aan de Minister is ingediend; dat het ontvankelijk - onontvankelijk is; (1) (2) Overwegende dat de beslissing van de gemachtigd ambtenaar door het gemeentecollege ontvangen is op ...; (1) (2) Overwegende dat het gemeentecollege een beroep heeft ingediend bij de Regering, met datum van ..., ontvangen op ...; dat bedoeld beroep onder wettelijke vorm en binnen de wettelijke termijn is ingediend - niet onder wettelijke vorm en binnen de wettelijke termijn is ingediend; dat het ontvankelijk - onontvankelijk is; (2) Overwegende dat de aanvrager met datum van ... een herinneringsschrijven aan de Regering heeft verstuurd; dat dit herinneringsschrijven ontvangen is op ...; dat de termijn voor zending van de beslissing in het kader van het beroep verstrijkt op ...; (1) (2) Overwegende dat alle eigenaars van een kavel die de aanvraag niet medeondertekend hebben, vóór de indiening ervan, een eensluidend afschrift ervan per zending hebben gekregen;dat de eigenaar(s) van de kavel(s) - een bezwaarschrift heeft(hebben) ingediend binnen dertig dagen na ontvangst van het eensluidend afschrift van de aanvraag; (1) (2) Overwegende dat de eigenaar(s) van de kavel(s) ... die de aanvraag niet medeondertekend heeft - hebben, geen eensluidend afschrift ervan per zending gekregen heeft - hebben; (1) (2) Overwegende dat uit het ingediende dossier betreffende de aanvraag of uit de bezwaarschriften blijkt - niet blijkt dat de toelating om de vergunning te wijzigen de rechten voortvloeiende uit de uitdrukkelijke overeenkomsten tussen de partijen schade berokkent;(2) Overwegende dat er een niet-vervallen stedenbouwkundig attest nr. 2 betreffende het voorwerp van de aanvraag op ... afgegeven is, (1) (2) Overwegende dat het goed gelegen is - in een omtrek ... - in een ... gebied op het gewestplan van ..., aangenomen bij ... van ... dat niet opgehouden heeft uitwerking te hebben voor voornoemd goed; (2) Overwegende dat het goed in een ...gebied gelegen is in de omtrek van het gemeentelijk plan van aanleg ... goedgekeurd bij ... van ... en dat niet opgehouden heeft uitwerking te hebben voor voornoemd goed; (2) Overwegende dat de gewestelijke verordening op gebouwen die van toepassing is in de beschermingsgebieden van sommige gemeenten inzake stedenbouw van toepassing is op het grondgebied waarvan het goed gelegen is krachtens ... van ...; (2) Overwegende dat de gewestelijke verordening op gebouwen in landbouwgebieden van toepassing is op het grondgebied waar het goed krachtens ... van ... gelegen is; (2) Overwegende dat het goed in een ...gebied gelegen is in het gemeentelijk structuurplan aangenomen bij ...van ...; (1) (2) Overwegende dat er een gemeentelijke stedenbouwkundige verordening goedgekeurd bij ... van ... van kracht is over het gehele gemeentelijke grondgebied waar het goed gelegen is en alle punten bedoeld in artikel 78, § 1, van voornoemd Wetboek inhoudt; dat het goed gelegen is in een -gebied -ondergebied - ... in bedoelde verordening; (2) (4) Overwegende dat de gewestelijke of gemeentelijke stedenbouwkundige verordeningen zoals volgt eveneens van toepassing zijn op het gemeentelijk grondgebied of het gedeelte ervan waar het goed gelegen is : ...; (1) (2) Overwegende dat de wijzigingsaanvraag verband houdt met een - beschermd - goed dat op de beschermingslijst opgenomen is - gelegen is in een beschermingsgebied als bedoeld in artikel 209 van voornoemd Wetboek - gelegen is in een gebied dat opgenomen is op de lijst van de archeologische sites als bedoeld in artikel 233 van voornoemd Wetboek -; (2) Overwegende dat er met betrekking tot de aanvraag een niet-vervallen erfgoedattest is afgeleverd met datum van ...; (1) (2) (4) Overwegende dat de wijzigingsaanvraag ook betrekking heeft op een goed gelegen in de volgende omtrekken of gebieden : ...; (1) (2) Overwegende dat de wijzigingsaanvraag - de opening van nieuwe gemeentelijke verkeerswegen - de wijziging van het tracé van bestaande gemeentelijke verkeerswegen - de verbreding van bestaande gemeentelijke verkeerswegen - de opheffing van bestaande gemeentelijke verkeerswegen impliceert;dat de gemeenteraad na het treffen van - bij gebrek aan - bijzondere bekendmakingsmaatregelen erover - niet - beraadslaagd heeft; (2) Overwegende dat er een milieueffectenonderzoek is doorgevoerd om volgende reden(en) : ...; (1) (2) Overwegende dat de wijzigingsaanvraag aan bijzondere bekendmakingsmaatregelen is onderworpen om volgende reden(en) : ...; (1) (2) Overwegende dat er ... bezwaarschrift(en) - geen bezwaarschrift(en) is - zijn ingediend; dat er een overlegvergadering - geen overlegvergadering plaatsgevonden heeft; (1) (2) (3) Overwegende dat de wijzigingsaanvraag niet conform is om volgende reden(en) : ...; (1) (2) (4) Overwegende dat hierna vernoemde dienst(en) en commissie(s) geraadpleegd is - zijn om volgende reden(en) : ...; dat hun op ... ingewonnen en op ... overgemaakt advies gunstig - onder voorwaarden gunstig - ongunstig is - geacht is bij ontstentenis gunstig te zijn -;
Overwegende dat bij artikel 120 van voornoemd Wetboek een adviescommissie ingesteld wordt, belast met het uitbrengen van een gemotiveerd advies over de beroepen bedoeld in artikel 119 van bedoeld Wetboek;
Overwegende dat de partijen en het Directoraat-generaal Ruimtelijke Ordening, Huisvesting, Erfgoed en Energie (DGO4) uitgenodigd zijn om gehoord te worden door de adviescommissie van ...; (1) Overwegende dat die commissie met datum van een gunstig advies - een voorwaardelijk gunstig advies - een ongunstig advies over de aanvraag heeft overgemaakt;dat dat advies uitgebracht is op ...; (8) Overwegende dat ...;
Om de hierbovenvermelde redenen, Besluit : (1) Artikel 1 - De wijziging van de bebouwingsvergunning - verkavelingsvergunning - ingediend door ... wordt - ingewilligd - geweigerd. (5) - De houder van de vergunning dient : (6) 2° ... (1) (2) (5) (7) Artikel ... - De aanvraag tot wijziging van de bebouwingsvergunning - verkavelingsvergunning - dient in ... opeenvolgende fasen zoals hierna aangegeven doorgevoerd te worden : ...
Artikel ... - Van deze beslissing wordt een uitgifte aan de aanvrager, aan de gemachtigd ambtenaar en aan het gemeentecollege overgemaakt.
Artikel ... - De persoon aan wie de handeling bestemd is, heeft de mogelijk om een beroep in te dienen bij de Raad van State door middel van een verzoekschrift ondertekend door hemzelf en een op de tabel van de orde ingeschreven advocaat, op de lijst van de stagiairs evenals, volgens de bepalingen van het Burgerlijk Wetboek, door één van de onderdanen van een Staat die lid is van de Europese Unie en die gemachtigd is om het beroep van advocaat uit te oefenen, binnen een termijn van zestig dagen te rekenen vanaf de kennisgeving van deze beslissing.
Het verzoekschrift moet bij ter post aangetekend schrijven aan de Raad van State opgestuurd worden.
Het verzoekschrift wordt gedateerd en bevat overeenkomstig artikel 1 van de procesverordening : 1° naam, hoedanigheid en verblijfplaats of zetel van de verzoeker;2° het voorwerp van de aanvraag of van het beroep en een uiteenzetting van de feiten en middelen;3° naam, verblijfplaats of zetel van de verweerder. Bovendien dienen volgens artikel 85 van de procesverordening drie door de ondertekenaar eensluidend verklaarde afschriften bij het verzoekschrift te worden gevoegd, met daarnaast evenveel afschriften als er verweerders bij de zaak zijn.
Een afschrift van de omstreden beslissing dient bij het verzoekschrift te worden gevoegd overeenkomstig artikel 3 van de procesverordening.
Namen, De Minister. (1) Schrappen of uitwissen wat niet past.(2) Schrappen of uitwissen indien zulks niet het geval is.(3) De voorschriften van het gewestplan, van het gemeentelijk plan van aanleg, van de gewestelijke of gemeentelijke stedenbouwkundige verordening waarvan de vergunningsaanvraag afwijkt, aangeven.(4) Eén of meer gedachtestreepjes toevoegen indien nodig.(5) Schrappen of uitwissen indien de vergunning niet is afgeleverd.(6) In voorkomend geval door het gemeentecollege in te vullen.(7) Voor elke andere fase dan de eerste het aanvangspunt van de vervaltermijn van vijf jaar aangeven.(8) De overwegingen in rechte en in feite die als beslissingsgrond dienen, aangeven. UITTREKSELS UIT HET WAALSE WETBOEK VAN RUIMTELIJKE ORDENING, STEDENBOUW, PATRIMONIUM EN ENERGIE 1) BEROEPSREGELING Art.119. § 1. De gemachtigd ambtenaar kan een met redenen omkleed beroep indienen bij de Regering : 1° binnen dertig dagen na ontvangst van de beslissing van de gemachtigd ambtenaar;3° na vijfenveertig dagen te rekenen vanaf de aanhangigmaking bij de gemachtigd ambtenaar en voor zover de beslissing van de gemachtigd ambtenaar hem niet werd toegestuurd. Bij het beroep wordt een afschrift gevoegd van de plannen van de aanvraag tot het verkrijgen van een vergunning en van de beslissing waarop het beroep slaat. De behandelings- en beslissingstermijnen beginnen pas te lopen, te rekenen vanaf de ontvangst van bedoeld afschrift.
Art. 452/8.Het beroep bedoeld in artikel 119 wordt gericht aan de directeur-generaal van het Operationele Directoraat-generaal Ruimtelijke Ordening, Huisvesting, Erfgoed en Energie van de Waalse Overheidsdienst.
De aanvrager die het beroep indient, vermeldt : 3° ofwel de datum waarop hij de beslissing van de gemachtigd ambtenaar heeft gekregen;2° ofwel op de datum van aanhangigmaking bij de gemachtigd ambtenaar. Bij het beroep voegt de aanvrager een afschrift de vergunningsaanvraag en, in voorkomend geval, van de beslissing waarop het beroep slaat. 2) OPSCHORTING VAN DE VERGUNNING Art.119. § 2. Het beroep van het gemeentecollege evenals de termijn om het beroep in te dienen, is opschortend. 3) AANPLAKKING VAN DE VERGUNNING Art.134. De houder van de vergunning brengt per schrijven het gemeentecollege en de gemachtigd ambtenaar op de hoogte van de aanvang van de handelingen en werken, vijftien dagen voor hun begin.
De aanvrager moet een leesbaar bericht laten aanplakken op het terrein langs de openbare weg, waarbij wordt aangekondigd dat de vergunning is verleend of dat de handelingen en werken het voorwerp uitmaken van het beschikkende gedeelte van het vonnis bedoeld in artikel 155, § 5, hetzij vóór de aanvang van de werken en tijdens de hele duur ervan wanneer het om werken gaat, hetzij, in de andere gevallen, vanaf de voorbereidingen, vooraleer de handeling(en) is (zijn) uitgevoerd en tijdens de hele duur van de uitvoering ervan. Gedurende die periode moeten de vergunning en het bijgevoegde dossier of een door de gemeente of de gemachtigd ambtenaar voor echt verklaard afschrift van deze documenten of het vonnis bedoeld in artikel 155, § 5, permanent ter beschikking liggen van de in artikel 156 bedoelde ambtenaren op de plaats waar de werken en handelingen worden uitgevoerd. 4) VERVALLEN VAN DE VERGUNNING Art.98. Binnen de vijf jaar na verzending ervan vervalt de bebouwingsvergunning waarbij de houder ervan handelingen, werken of lasten worden opgelegd voor het overige deel indien de houder de opgelegde handelingen, werken of lasten niet heeft uitgevoerd of de vereiste financiële waarborgen niet heeft verstrekt.
Binnen de vijf jaar na verzending ervan vervalt de bebouwingsvergunning waarbij de houder ervan handelingen, werken of lasten worden opgelegd voor het deel van het goed dat het voorwerp niet heeft uitgemaakt van de registratie van één van de handelingen bedoeld in artikel 88, § 1, lid 4.
Art. 99.Indien de uitvoering van de bebouwingsvergunning gefaseerd mag verlopen, bepaalt de vergunning het tijdstip waarop de vijfjarige vervaltermijn ingaat voor elke fase buiten de eerste.
Art. 100.De bebouwingsvergunning vervalt van rechtswege.
Het gemeentecollege kan het verval vaststellen in een proces-verbaal dat het per zending aan de houder van de vergunning richt. Een afschrift van de zending wordt aan de gemachtigd ambtenaar gericht. 5) WIJZIGING VAN DE VERGUNNING Art.102. Een bebouwingsvergunning kan, ofwel op initiatief van het gemeentecollege ofwel op verzoek van de eigenaar van een kavel waarop ze betrekking heeft, gewijzigd worden voor zover de wijziging geen afbreuk doet aan de rechten die voortvloeien uit uitdrukkelijke overeenkomsten tussen de partijen.
De gewone heroverschrijving van alle of van een deel van de documenten vervat in de bebouwingsvergunning in een authentieke akte of in een onderhandse overeenkomst mag niet worden beschouwd als een overeenkomst zoals bedoeld in het eerste lid.
Art. 103.§ 1. De bepalingen die de bebouwingsvergunning regelen, zijn van toepassing op de wijziging ervan.
Het gemeentecollege richt per zending een eensluidend afschrift van het verzoek aan alle eigenaars van een kavel. Het bewijs van de zendingen wordt bij het verzoek gevoegd.
De eventuele bezwaren worden per zending binnen de dertig dagen na ontvangst van het eensluidend afschrift van het verzoek gericht aan de gemachtigd ambtenaar. § 2. Bij initiatief van het gemeentecollege wordt de wijzigingsaanvraag behandeld overeenkomstig artikel 127, § 2. § 3. Indien het een aanvraag betreft van een eigenaar van een kavel en alvorens het verzoek in te dienen, richt laatstgenoemde er een eensluidend afschrift van per zending aan alle kaveleigenaars die de aanvraag niet medeondertekend hebben. Het bewijs van de zendingen wordt bij het verzoek gevoegd.
De eventuele bezwaren worden per zending binnen de dertig dagen na ontvangst van het eensluidend afschrift van de aanvraag gericht aan het gemeentecollege. § 4. Wanneer de documenten vervat in de bebouwingsvergunning overeenkomstig artikel 92 hun geldigheid als stedenbouwkundig en leefmilieuverslag gekregen hebben, geschiedt hun wijziging overeenkomstig artikel 33.
Art. 105.De wijziging van de bebouwingsvergunning heeft geen enkele weerslag op de vervaltermijn van de bebouwingsvergunning waarvan de wijziging is gevraagd. 6) BEPALINGEN VAN TOEPASSING OP DE BEBOUWINGSVERGUNNINGEN DIE STEDENBOUWKUNDIGE LASTEN OF DE OPENING VAN EEN GEMEENTEWEG IMPLICEREN Art.95. Niemand kan tot de verdeling overgaan van een deel van een goed dat het voorwerp uitmaakt van een bebouwingsvergunning die stedenbouwkundige lasten tot gevolg heeft, of de opening, de wijziging of de opheffing van een gemeenteweg voordat de houder van de vergunning ofwel de opgelegde handelingen, werken en lasten heeft uitgevoerd ofwel de financiële waarborgen heeft verstrekt die nodig zijn voor de uitvoering ervan.
Het volbrengen van die formaliteit wordt vastgesteld in een attest verstrekt door het gemeentecollege en per zending gericht aan de houder van de vergunning. Een afschrift van de zending wordt aan de gemachtigd ambtenaar gericht.
Behalve wanneer de voorzieningen door de overheid zijn uitgevoerd, blijft de houder van de vergunning met de aannemer en de architect tien jaar lang voor de uitrusting hoofdelijk aansprakelijk tegenover het Gewest, de gemeente en de kopers van kavels, binnen de in de artikelen 1792 en 2270 van het Burgerlijk Wetboek bepaalde perken.
In voorkomend geval worden in de vergunning de kavels bepaald, die afgestaan kunnen worden zonder dat de houder de opgelegde werken en lasten heeft uitgevoerd of de financiële waarborgen heeft geleverd die nodig zijn voor uitvoering ervan.
Gezien om te worden gevoegd bij het besluit van de Waalse Regering van 3 juni 2010 tot bepaling van de vorm van de beslissingen betreffende de bebouwingsvergunning.
Namen, 3 juni 2010.
De Minister-President, R. DEMOTTE De Minister van Leefmilieu, Ruimtelijke Ordening en Mobiliteit, Ph. HENRY BIJLAGE 31 - FORMULIER B (1) BESLISSING TOT -TOEKENNING - WEIGERING -VAN DE BEBOUWINGSVERGUNNING Het gemeentecollege, Gelet op het Waalse Wetboek van Ruimtelijke Ordening, Stedenbouw, Patrimonium en Energie; Gelet op Boek I van het Milieuwetboek;
Gelet op het Wetboek van de plaatselijke democratie en de decentralisatie;
Overwegende dat ... een aanvraag ingediend heeft voor een bebouwingsvergunning betreffende een goed gelegen ... kadastraal bekend afdeling ... sectie ... en met als voorwerp ...; (1) Overwegende dat de volledige vergunningsaanvraag : met datum van ... aan het gemeentebestuur is gericht; bij het gemeentebestuur is afgegeven tegen ontvangstbewijs met datum van ...; (2) Overwegende dat er een niet-vervallen stedenbouwkundig attest nr. 2 betreffende het voorwerp van de aanvraag op ... afgegeven is, (1) (2) Overwegende dat het goed gelegen is - in een omtrek ... - in een ... gebied op het gewestplan van ..., aangenomen bij ... van ... dat niet opgehouden heeft uitwerking te hebben voor voornoemd goed; (2) Overwegende dat het goed in een ... gebied gelegen is in de omtrek van het gemeentelijk plan van aanleg ... goedgekeurd bij ... van ... en dat niet opgehouden heeft uitwerking te hebben voor voornoemd goed; (2) Overwegende dat de gewestelijke verordening op gebouwen die van toepassing is in de beschermingsgebieden van sommige gemeenten inzake stedenbouw van toepassing is op het grondgebied waarvan het goed gelegen is krachtens ... van ...; (2) Overwegende dat de gewestelijke verordening op gebouwen in landbouwgebieden van toepassing is op het grondgebied waar het goed krachtens ... van ... gelegen is; (2) Overwegende dat het goed in een ...gebied gelegen is in het gemeentelijk structuurplan aangenomen bij ... van ...; (1) (2) Overwegende dat er een gemeentelijke stedenbouwkundige verordening goedgekeurd bij ... van ... van kracht is over het gehele gemeentelijke grondgebied waar het goed gelegen is en alle punten bedoeld in artikel 78, § 1, van voornoemd Wetboek inhoudt; dat het goed gelegen is in een -gebied -ondergebied - ... in bedoelde verordening; (2) (4) Overwegende dat de gewestelijke of gemeentelijke stedenbouwkundige verordeningen zoals volgt eveneens van toepassing zijn op het gemeentelijk grondgebied of het gedeelte ervan waar het goed gelegen is : ...; (1) (2) Overwegende dat de vergunningsaanvraag verband houdt met een - beschermd - goed dat op de beschermingslijst opgenomen is - gelegen is in een beschermingsgebied als bedoeld in artikel 209 van voornoemd Wetboek - gelegen is in een gebied dat opgenomen is op de lijst van de archeologische sites als bedoeld in artikel 233 van voornoemd Wetboek -;dat de vergunning krachtens artikel 109 van voornoemd Wetboek afgeleverd is na eensluidend advies van de gemachtigd ambtenaar; (2) Overwegende dat er met betrekking tot de aanvraag een niet-vervallen erfgoedattest is afgeleverd met datum van ...; (1) (2) (4) Overwegende dat de vergunningsaanvraag ook betrekking heeft op een goed gelegen in de volgende omtrekken of gebieden : ...; (1) (2) Overwegende dat de vergunningsaanvraag - de opening van nieuwe gemeentelijke verkeerswegen - de wijziging van het tracé van bestaande gemeentelijke verkeerswegen - de verbreding van bestaande gemeentelijke verkeerswegen - de opheffing van bestaande gemeentelijke verkeerswegen impliceert;dat de gemeenteraad na het treffen van - bij gebrek aan - bijzondere bekendmakingsmaatregelen erover - niet - beraadslaagd heeft; (2) Overwegende dat er een milieueffectenonderzoek is doorgevoerd om volgende reden(en) : ...; (1) (2) Overwegende dat de vergunningsaanvraag aan bijzondere bekendmakingsmaatregelen is onderworpen om volgende reden(en) : ...; (1) (2) Overwegende dat er ... bezwaarschrift(en) - geen bezwaarschrift(en) is - zijn ingediend; dat er een overlegvergadering - geen overlegvergadering plaatsgevonden heeft; (1) (2) (3) Overwegende dat de vergunningsaanvraag niet conform is om volgende reden(en) : ...; (1) (2) Overwegende dat de beslissing van de gemachtigd ambtenaar over de afwijkingsaanvraag die het gemeentecollege op ... aan hem heeft gericht, gunstig - onder voorwaarden gunstig - ongunstig is; dat zijn beslissing als volgt luidt en als volgt gemotiveerd is : ...; (1) (2) Overwegende dat de beslissing van de gemachtigd ambtenaar, overgemaakt op ...; - niet aan het gemeentecollege is gericht binnen de vijfendertig dagen na aanvraag ervan; dat de beslissing van de gemachtigd ambtenaar geacht is bij ontstentenis gunstig te zijn overeenkomstig artikel 116, § 5, tweede lid, van voornoemd Wetboek; (1) (2) (4) Overwegende dat hierna vernoemde dienst(en) en commissie(s) geraadpleegd is - zijn om volgende reden(en) : ...; dat hun op ... ingewonnen en op ... overgemaakt advies gunstig - onder voorwaarden gunstig - ongunstig is - geacht is bij ontstentenis gunstig te zijn -; (1) (2) Overwegende dat het - eensluidend - advies van de gemachtigd ambtenaar op ... ingewonnen is overeenkomstig artikel 107, § 2, - 109 - van voornoemd Wetboek; dat zijn advies gunstig - onder voorwaarden gunstig - ongunstig is; dat zijn - eensluidend - advies als volgt luidt en als volgt gemotiveerd is : ...; (1) (2) Overwegende dat het - eensluidend - advies van de gemachtigd ambtenaar, overgemaakt op ..., - niet aan het gemeentecollege is gericht binnen de 35 dagen na aanvraag ervan; dat het advies van de gemachtigd ambtenaar geacht is bij ontstentenis gunstig te zijn overeenkomstig artikel 116, § 5, tweede lid, van voornoemd Wetboek; (8) Overwegende dat ...;
Om de hierbovenvermelde redenen, Besluit : (1) Artikel 1.- De door ... aangevraagde bebouwingsvergunning wordt - toegekend - geweigerd. (5) - De houder van de vergunning dient : (2) 1° alle voorwaarden die omschreven zijn in het eensluidend advies van de gemachtigd ambtenaar, zoals hieronder aangegeven, na te leven; (6) 2° ... (2) (5) (7) Artikel ... - De bebouwingsvergunning dient in ... opeenvolgende fasen zoals hierna aangegeven doorgevoerd te worden : ...
Artikel ... - Van deze beslissing wordt een uitgifte aan de aanvrager en aan de gemachtigd ambtenaar overgemaakt, om hun eventueel hun recht op hoger beroep te kunnen laten uitoefenen.
Te ..........., op .........
VANWEGE HET COLLEGE, De Gemeentesecretaris. De Burgemeester. (1) Schrappen of uitwissen wat niet past.(2) Schrappen of uitwissen indien zulks niet het geval is.(3) De voorschriften van het gewestplan, van het gemeentelijk plan van aanleg, van de gewestelijke of gemeentelijke stedenbouwkundige verordening waarvan de vergunningsaanvraag afwijkt, aangeven.(4) Eén of meer gedachtestreepjes toevoegen indien nodig.(5) Schrappen of uitwissen indien de vergunning niet is afgeleverd.(6) In voorkomend geval door het gemeentecollege in te vullen.(7) Voor elke andere fase dan de eerste het aanvangspunt van de vervaltermijn van 5 jaar aangeven.(8) De overwegingen in rechte en in feite die als beslissingsgrond dienen, aangeven. UITTREKSELS UIT HET WAALSE WETBOEK VAN RUIMTELIJKE ORDENING, STEDENBOUW, PATRIMONIUM EN ENERGIE 1) BEROEPSREGELING Art.119. § 1. De aanvrager kan een met redenen omkleed beroep bij de Regering instellen binnen dertig dagen na ontvangst van de beslissing van het gemeentecollege.
Bij het beroep wordt een afschrift gevoegd van de plannen van de aanvraag tot het verkrijgen van een vergunning en van de beslissing waarop het beroep slaat. De behandelings- en beslissingstermijnen beginnen pas te lopen, te rekenen vanaf de ontvangst van bedoeld afschrift.
Art. 452/8.Het beroep bedoeld in artikel 119 wordt gericht aan de directeur-generaal van het Operationele Directoraat-generaal Ruimtelijke Ordening, Huisvesting, Erfgoed en Energie van de Waalse Overheidsdienst.
De aanvrager die een beroep instelt, vermeldt in zijn brief de datum waarop hij de beslissing van het gemeentecollege ontvangen heeft.
Bij het beroep voegt de aanvrager een afschrift de vergunningsaanvraag en, in voorkomend geval, van de beslissing waarop het beroep slaat. 2) OPSCHORTING VAN DE VERGUNNING Art.119. § 2. Het beroep van de gemachtigd ambtenaar evenals de termijn om het beroep in te dienen, is opschortend. 3) AANPLAKKING VAN DE VERGUNNING Art.134. De houder van de vergunning brengt per schrijven het gemeentecollege en de gemachtigd ambtenaar op de hoogte van de aanvang van de handelingen en werken, vijftien dagen voor hun begin.
De aanvrager moet een leesbaar bericht laten aanplakken op het terrein langs de openbare weg, waarbij wordt aangekondigd dat de vergunning is verleend of dat de handelingen en werken het voorwerp uitmaken van het beschikkende gedeelte van het vonnis bedoeld in artikel 155, § 5, hetzij vóór de aanvang van de werken en tijdens de hele duur ervan wanneer het om werken gaat, hetzij, in de andere gevallen, vanaf de voorbereidingen, vooraleer de handeling(en) is (zijn) uitgevoerd en tijdens de hele duur van de uitvoering ervan. Gedurende die periode moeten de vergunning en het bijgevoegde dossier of een door de gemeente of de gemachtigd ambtenaar voor echt verklaard afschrift van deze documenten of het vonnis bedoeld in artikel 155, § 5, permanent ter beschikking liggen van de in artikel 156 bedoelde ambtenaren op de plaats waar de werken en handelingen worden uitgevoerd. 4) VERVALLEN VAN DE VERGUNNING Art.98. Binnen de vijf jaar na verzending ervan vervalt de bebouwingsvergunning waarbij de houder ervan handelingen, werken of lasten worden opgelegd voor het overige deel indien de houder de opgelegde handelingen, werken of lasten niet heeft uitgevoerd of de vereiste financiële waarborgen niet heeft verstrekt.
Binnen de vijf jaar na verzending ervan vervalt de bebouwingsvergunning waarbij de houder ervan handelingen, werken of lasten worden opgelegd voor het deel van het goed dat het voorwerp niet heeft uitgemaakt van de registratie van één van de handelingen bedoeld in artikel 88, § 1, lid 4.
Art. 99.Indien de uitvoering van de bebouwingsvergunning gefaseerd mag verlopen, bepaalt de vergunning het tijdstip waarop de vijfjarige vervaltermijn ingaat voor elke fase buiten de eerste.
Art. 100.De bebouwingsvergunning vervalt van rechtswege.
Het gemeentecollege kan het verval vaststellen in een proces-verbaal dat het per zending aan de houder van de vergunning richt. Een afschrift van de zending wordt aan de gemachtigd ambtenaar gericht. 5) WIJZIGING VAN DE VERGUNNING Art.102. Een bebouwingsvergunning kan, ofwel op initiatief van het gemeentecollege ofwel op verzoek van de eigenaar van een kavel waarop ze betrekking heeft, gewijzigd worden voor zover de wijziging geen afbreuk doet aan de rechten die voortvloeien uit uitdrukkelijke overeenkomsten tussen de partijen.
De gewone heroverschrijving van alle of van een deel van de documenten vervat in de bebouwingsvergunning in een authentieke akte of in een onderhandse overeenkomst mag niet worden beschouwd als een overeenkomst zoals bedoeld in het eerste lid.
Art. 103.§ 1. De bepalingen die de bebouwingsvergunning regelen, zijn van toepassing op de wijziging ervan.
Het gemeentecollege richt per zending een eensluidend afschrift van het verzoek aan alle eigenaars van een kavel. Het bewijs van de zendingen wordt bij het verzoek gevoegd.
De eventuele bezwaren worden per zending binnen de dertig dagen na ontvangst van het eensluidend afschrift van het verzoek gericht aan de gemachtigd ambtenaar. § 2. Bij initiatief van het gemeentecollege wordt de wijzigingsaanvraag behandeld overeenkomstig artikel 127, § 2. § 3. Indien het een aanvraag betreft van een eigenaar van een kavel en alvorens het verzoek in te dienen, richt laatstgenoemde er een eensluidend afschrift van per zending aan alle kaveleigenaars die de aanvraag niet medeondertekend hebben. Het bewijs van de zendingen wordt bij het verzoek gevoegd.
De eventuele bezwaren worden per zending binnen de dertig dagen na ontvangst van het eensluidend afschrift van de aanvraag gericht aan het gemeentecollege. § 4. Wanneer de documenten vervat in de bebouwingsvergunning overeenkomstig artikel 92 hun geldigheid als stedenbouwkundig en leefmilieuverslag gekregen hebben, geschiedt hun wijziging overeenkomstig artikel 33.
Art. 105.De wijziging van de bebouwingsvergunning heeft geen enkele weerslag op de vervaltermijn van de bebouwingsvergunning waarvan de wijziging is gevraagd. 6) BEPALINGEN VAN TOEPASSING OP DE BEBOUWINGSVERGUNNINGEN DIE STEDENBOUWKUNDIGE LASTEN OF DE OPENING VAN EEN GEMEENTEWEG IMPLICEREN Art.95. Niemand kan tot de verdeling overgaan van een deel van een goed dat het voorwerp uitmaakt van een bebouwingsvergunning die stedenbouwkundige lasten tot gevolg heeft, of de opening, de wijziging of de opheffing van een gemeenteweg voordat de houder van de vergunning ofwel de opgelegde handelingen, werken en lasten heeft uitgevoerd ofwel de financiële waarborgen heeft verstrekt die nodig zijn voor de uitvoering ervan.
Het volbrengen van die formaliteit wordt vastgesteld in een attest verstrekt door het gemeentecollege en per zending gericht aan de houder van de vergunning. Een afschrift van de zending wordt aan de gemachtigd ambtenaar gericht.
Behalve wanneer de voorzieningen door de overheid zijn uitgevoerd, blijft de houder van de vergunning met de aannemer en de architect tien jaar lang voor de uitrusting hoofdelijk aansprakelijk tegenover het Gewest, de gemeente en de kopers van kavels, binnen de in de artikelen 1792 en 2270 van het Burgerlijk Wetboek bepaalde perken.
In voorkomend geval worden in de vergunning de kavels bepaald, die afgestaan kunnen worden zonder dat de houder de opgelegde werken en lasten heeft uitgevoerd of de financiële waarborgen heeft geleverd die nodig zijn voor uitvoering ervan.
Gezien om te worden gevoegd bij het besluit van de Waalse Regering van 3 juni 2010 tot bepaling van de vorm van de beslissingen betreffende de bebouwingsvergunning.
Namen, 3 juni 2010.
De Minister-President, R. DEMOTTE De Minister van Leefmilieu, Ruimtelijke Ordening en Mobiliteit, Ph. HENRY
BIJLAGE 31 - FORMULIER C (1) BESLISSING TOT - TOEKENNING - WEIGERING - VAN DE WIJZIGING - VAN DE BEBOUWINGSVERGUNNING - VAN DE VERKAVELINGSVERGUNNING Het gemeentecollege, Gelet op het Waalse Wetboek van Ruimtelijke Ordening, Stedenbouw, Patrimonium en Energie; Gelet op Boek I van het Milieuwetboek;
Gelet op het Wetboek van de plaatselijke democratie en de decentralisatie; (1) (2) Overwegende dat ..., eigenaar van de kavel(s) ... een aanvraag tot wijziging van de niet-vervallen bebouwingsvergunning - verkavelingsvergunning nr. ..., vergund bij ... van ..., heeft ingediend met betrekking tot een goed gelegen te ... kadastraal bekend afdeling ... sectie en met als voorwerp ...; (1) Overwegende dat de volledige aanvraag tot wijziging van de vergunning : met datum van ... aan het gemeentebestuur is gericht; bij het gemeentebestuur is afgegeven tegen ontvangstbewijs met datum van ...; (1) (2) Overwegende dat alle eigenaars van een kavel die de aanvraag niet medeondertekend hebben, vóór de indiening ervan, een eensluidend afschrift ervan per zending hebben gekregen;dat de eigenaar(s) van de kavel(s) ... - een bezwaarschrift heeft(hebben) ingediend binnen dertig dagen na ontvangst van het eensluidend afschrift van de aanvraag; (1) (2) Overwegende dat de eigenaar(s) van de kavel(s) ... die de aanvraag niet medeondertekend heeft - hebben, geen eensluidend afschrift ervan per zending gekregen heeft - hebben; (1) (3) Overwegende dat uit het ingediende dossier betreffende de aanvraag of uit de bezwaarschriften blijkt - niet blijkt dat de toelating om de vergunning te wijzigen de rechten voortvloeiende uit de uitdrukkelijke overeenkomsten tussen de partijen schade berokkent;(2) Overwegende dat er een niet-vervallen stedenbouwkundig attest nr. 2 betreffende het voorwerp van de aanvraag op ... afgegeven is, (1) (2) Overwegende dat het goed gelegen is - in een omtrek ... - in een ... gebied op het gewestplan van ..., aangenomen bij ... van ... en dat niet opgehouden heeft uitwerking te hebben voor voornoemd goed; (2) Overwegende dat het goed in een ... gebied gelegen is in de omtrek van het gemeentelijk plan van aanleg ... goedgekeurd bij ... van ... en dat niet opgehouden heeft uitwerking te hebben voor voornoemd goed; (2) Overwegende dat de gewestelijke verordening op gebouwen die van toepassing is in de beschermingsgebieden van sommige gemeenten inzake stedenbouw van toepassing is op het grondgebied waarvan het goed gelegen is krachtens ... van ...; (2) Overwegende dat de gewestelijke verordening op gebouwen in landbouwgebieden van toepassing is op het grondgebied waar het goed krachtens ... van ... gelegen is; (2) Overwegende dat het goed in een ... gebied gelegen is in het gemeentelijk structuurplan aangenomen bij ... van ...; (1) (2) Overwegende dat er een gemeentelijke stedenbouwkundige verordening goedgekeurd bij ... van ... van kracht is over het gehele gemeentelijke grondgebied waar het goed gelegen is en alle punten bedoeld in artikel 78, § 1, van voornoemd Wetboek inhoudt; dat het goed gelegen is in een -gebied- ondergebied - ... in bedoelde verordening; (2) (4) Overwegende dat de gewestelijke of gemeentelijke stedenbouwkundige verordeningen zoals volgt eveneens van toepassing zijn op het gemeentelijk grondgebied of het gedeelte ervan waar het goed gelegen is;...; (1) (2) Overwegende dat de wijzigingsaanvraag verband houdt met een - beschermd - goed dat op de beschermingslijst opgenomen is - gelegen is in een beschermingsgebied als bedoeld in artikel 209 van voornoemd Wetboek - gelegen is in een gebied dat opgenomen is op de lijst van de archeologische sites als bedoeld in artikel 233 van voornoemd Wetboek -;dat de wijziging van de vergunning krachtens artikel 109 van voornoemd Wetboek afgeleverd is na eensluidend advies van de gemachtigd ambtenaar; (2) Overwegende dat er met betrekking tot de aanvraag een niet-vervallen erfgoedattest is afgeleverd met datum van ...; (1) (2) (4) Overwegende dat de wijzigingsaanvraag ook betrekking heeft op een goed gelegen in de volgende omtrekken of gebieden : ...; (1) (2) Overwegende dat de wijzigingsaanvraag - de opening van nieuwe gemeentelijke verkeerswegen - de wijziging van het tracé van bestaande gemeentelijke verkeerswegen - de verbreding van bestaande gemeentelijke verkeerswegen - de opheffing van bestaande gemeentelijke verkeerswegen impliceert;dat de gemeenteraad na het treffen van - bij gebrek aan - bijzondere bekendmakingsmaatregelen erover - niet - beraadslaagd heeft; (2) Overwegende dat er een milieueffectenonderzoek is doorgevoerd om volgende reden(en) : ...; (1) (2) Overwegende dat de wijzigingsaanvraag aan bijzondere bekendmakingsmaatregelen is onderworpen om volgende reden(en) : ...; (1) (2) Overwegende dat er ... bezwaarschrift(en) - geen bezwaarschrift(en) is - zijn ingediend; dat er een overlegvergadering - geen overlegvergadering plaatsgevonden heeft; (1) (2) (3) Overwegende dat de wijzigingsaanvraag niet conform is om volgende reden(en) : ...; (1) (2) Overwegende dat de beslissing van de gemachtigd ambtenaar over de afwijkingsaanvraag die het gemeentecollege op ... aan hem heeft gericht, gunstig - onder voorwaarden gunstig - ongunstig is; dat zijn beslissing als volgt luidt en als volgt gemotiveerd is : ...; (1) (2) Overwegende dat de beslissing van de gemachtigd ambtenaar, overgemaakt op ...; - niet aan het gemeentecollege is gericht binnen de 35 dagen na aanvraag ervan; dat de beslissing van de gemachtigd ambtenaar geacht is bij ontstentenis gunstig te zijn overeenkomstig artikel 116, § 5, tweede lid, van voornoemd Wetboek; (1) (2) (4) Overwegende dat hierna vernoemde dienst(en) en commissie(s) geraadpleegd is - zijn om volgende reden(en) : ...; dat hun op ... ingewonnen en op ... overgemaakt advies gunstig - onder voorwaarden gunstig - ongunstig is - geacht is bij ontstentenis gunstig te zijn -; (1) (2) Overwegende dat het - eensluidend - advies van de gemachtigd ambtenaar op ... ingewonnen is overeenkomstig artikel 107, § 2, - 109 - van voornoemd Wetboek; dat zijn advies gunstig - onder voorwaarden gunstig - ongunstig is; dat zijn - eensluidend - advies als volgt luidt en als volgt gemotiveerd is : ...; (1) (2) Overwegende dat het - eensluidend - advies van de gemachtigd ambtenaar, overgemaakt op ..., - niet aan het gemeentecollege is gericht binnen de vijfendertig dagen na aanvraag ervan; dat het advies van de gemachtigd ambtenaar geacht is bij ontstentenis gunstig te zijn overeenkomstig artikel 116, § 5, tweede lid, van voornoemd Wetboek; (8) Overwegende dat ...;
Om de hierbovenvermelde redenen, Besluit : (1) Artikel 1.- De wijziging van de bebouwingsvergunning - verkavelingsvergunning -aangevraagd door ... wordt - ingewilligd - geweigerd. (5) - De houder van de vergunning dient : (2) 1° alle voorwaarden die omschreven zijn in het eensluidend advies van de gemachtigd ambtenaar, zoals hieronder aangegeven, na te leven; (6) 2° ... (1) (2) (5) (7) Artikel ... - De wijziging van de bebouwingsvergunning - verkavelingsvergunning - dient in ... opeenvolgende fasen zoals hierna aangegeven doorgevoerd te worden : ...
Artikel ... - Van deze beslissing wordt een uitgifte aan de aanvrager en aan de gemachtigd ambtenaar overgemaakt, om hun eventueel hun recht op hoger beroep te kunnen laten uitoefenen.
Te ..........., op ......
VANWEGE HET COLLEGE, De Gemeentesecretaris. De Burgemeester. (1) Schrappen of uitwissen wat niet past.(2) Schrappen of uitwissen indien zulks niet het geval is.(3) De voorschriften van het gewestplan, van het gemeentelijk plan van aanleg, van de gewestelijke of gemeentelijke stedenbouwkundige verordening waarvan de vergunningsaanvraag afwijkt, aangeven.(4) Eén of meer gedachtestreepjes toevoegen indien nodig.(5) Schrappen of uitwissen indien de vergunning niet is afgeleverd.(6) In voorkomend geval door het gemeentecollege in te vullen.(7) Voor elke andere fase dan de eerste het aanvangspunt van de vervaltermijn van 5 jaar aangeven.(8) De overwegingen in rechte en in feite die als beslissingsgrond dienen, aangeven. UITTREKSELS UIT HET WAALSE WETBOEK VAN RUIMTELIJKE ORDENING, STEDENBOUW, PATRIMONIUM EN ENERGIE 1) BEROEPSREGELING Art.119. § 1. De aanvrager kan een met redenen omkleed beroep bij de Regering instellen binnen dertig dagen na ontvangst van de beslissing van het gemeentecollege.
Bij het beroep wordt een afschrift gevoegd van de plannen van de aanvraag tot het verkrijgen van een vergunning en van de beslissing waarop het beroep slaat. De behandelings- en beslissingstermijnen beginnen pas te lopen, te rekenen vanaf de ontvangst van bedoeld afschrift.
Art. 452/8.Het beroep bedoeld in artikel 119 wordt gericht aan de directeur-generaal van het Operationele Directoraat-generaal Ruimtelijke Ordening, Huisvesting, Erfgoed en Energie van de Waalse Overheidsdienst.
De aanvrager die een beroep instelt, vermeldt in zijn brief de datum waarop hij de beslissing van het gemeentecollege ontvangen heeft.
Bij het beroep voegt de aanvrager een afschrift de vergunningsaanvraag en, in voorkomend geval, van de beslissing waarop het beroep slaat. 2) OPSCHORTING VAN DE VERGUNNING Art.119. § 2. Het beroep van de gemachtigd ambtenaar evenals de termijn om het beroep in te dienen, is opschortend. 3) AANPLAKKING VAN DE VERGUNNING Art.134. De houder van de vergunning brengt per schrijven het gemeentecollege en de gemachtigd ambtenaar op de hoogte van de aanvang van de handelingen en werken, vijftien dagen voor hun begin.
De aanvrager moet een leesbaar bericht laten aanplakken op het terrein langs de openbare weg, waarbij wordt aangekondigd dat de vergunning is verleend of dat de handelingen en werken het voorwerp uitmaken van het beschikkende gedeelte van het vonnis bedoeld in artikel 155, § 5, hetzij vóór de aanvang van de werken en tijdens de hele duur ervan wanneer het om werken gaat, hetzij, in de andere gevallen, vanaf de voorbereidingen, vooraleer de handeling(en) is (zijn) uitgevoerd en tijdens de hele duur van de uitvoering ervan. Gedurende die periode moeten de vergunning en het bijgevoegde dossier of een door de gemeente of de gemachtigd ambtenaar voor echt verklaard afschrift van deze documenten of het vonnis bedoeld in artikel 155, § 5, permanent ter beschikking liggen van de in artikel 156 bedoelde ambtenaren op de plaats waar de werken en handelingen worden uitgevoerd. 4) VERVALLEN VAN DE VERGUNNING Art.98. Binnen de vijf jaar na verzending ervan vervalt de bebouwingsvergunning waarbij de houder ervan handelingen, werken of lasten worden opgelegd voor het overige deel indien de houder de opgelegde handelingen, werken of lasten niet heeft uitgevoerd of de vereiste financiële waarborgen niet heeft verstrekt.
Binnen de vijf jaar na verzending ervan vervalt de bebouwingsvergunning waarbij de houder ervan handelingen, werken of lasten worden opgelegd voor het deel van het goed dat het voorwerp niet heeft uitgemaakt van de registratie van één van de handelingen bedoeld in artikel 88, § 1, lid 4.
Art. 99.Indien de uitvoering van de bebouwingsvergunning gefaseerd mag verlopen, bepaalt de vergunning het tijdstip waarop de vijfjarige vervaltermijn ingaat voor elke fase buiten de eerste.
Art. 100.De bebouwingsvergunning vervalt van rechtswege.
Het gemeentecollege kan het verval vaststellen in een proces-verbaal dat het per zending aan de houder van de vergunning richt. Een afschrift van de zending wordt aan de gemachtigd ambtenaar gericht. 5) WIJZIGING VAN DE VERGUNNING Art.102. Een bebouwingsvergunning kan, ofwel op initiatief van het gemeentecollege ofwel op verzoek van de eigenaar van een kavel waarop ze betrekking heeft, gewijzigd worden voor zover de wijziging geen afbreuk doet aan de rechten die voortvloeien uit uitdrukkelijke overeenkomsten tussen de partijen.
De gewone heroverschrijving van alle of van een deel van de documenten vervat in de bebouwingsvergunning in een authentieke akte of in een onderhandse overeenkomst mag niet worden beschouwd als een overeenkomst zoals bedoeld in het eerste lid.
Art. 103.§ 1. De bepalingen die de bebouwingsvergunning regelen, zijn van toepassing op de wijziging ervan.
Het gemeentecollege richt per zending een eensluidend afschrift van het verzoek aan alle eigenaars van een kavel. Het bewijs van de zendingen wordt bij het verzoek gevoegd.
De eventuele bezwaren worden per zending binnen de dertig dagen na ontvangst van het eensluidend afschrift van het verzoek gericht aan de gemachtigd ambtenaar. § 2. Bij initiatief van het gemeentecollege wordt de wijzigingsaanvraag behandeld overeenkomstig artikel 127, § 2. § 3. Indien het een aanvraag betreft van een eigenaar van een kavel en alvorens het verzoek in te dienen, richt laatstgenoemde er een eensluidend afschrift van per zending aan alle kaveleigenaars die de aanvraag niet medeondertekend hebben. Het bewijs van de zendingen wordt bij het verzoek gevoegd.
De eventuele bezwaren worden per zending binnen de dertig dagen na ontvangst van het eensluidend afschrift van de aanvraag gericht aan het gemeentecollege. § 4. Wanneer de documenten vervat in de bebouwingsvergunning overeenkomstig artikel 92 hun geldigheid als stedenbouwkundig en leefmilieuverslag gekregen hebben, geschiedt hun wijziging overeenkomstig artikel 33.
Art. 105.De wijziging van de bebouwingsvergunning heeft geen enkele weerslag op de vervaltermijn van de bebouwingsvergunning waarvan de wijziging is gevraagd. 6) BEPALINGEN VAN TOEPASSING OP DE BEBOUWINGSVERGUNNINGEN DIE STEDENBOUWKUNDIGE LASTEN OF DE OPENING VAN EEN GEMEENTEWEG IMPLICEREN Art.95. Niemand kan tot de verdeling overgaan van een deel van een goed dat het voorwerp uitmaakt van een bebouwingsvergunning die stedenbouwkundige lasten tot gevolg heeft, of de opening, de wijziging of de opheffing van een gemeenteweg voordat de houder van de vergunning ofwel de opgelegde handelingen, werken en lasten heeft uitgevoerd ofwel de financiële waarborgen heeft verstrekt die nodig zijn voor de uitvoering ervan.
Het volbrengen van die formaliteit wordt vastgesteld in een attest verstrekt door het gemeentecollege en per zending gericht aan de houder van de vergunning. Een afschrift van de zending wordt aan de gemachtigd ambtenaar gericht.
Behalve wanneer de voorzieningen door de overheid zijn uitgevoerd, blijft de houder van de vergunning met de aannemer en de architect tien jaar lang voor de uitrusting hoofdelijk aansprakelijk tegenover het Gewest, de gemeente en de kopers van kavels, binnen de in de artikelen 1792 en 2270 van het Burgerlijk Wetboek bepaalde perken.
In voorkomend geval worden in de vergunning de kavels bepaald, die afgestaan kunnen worden zonder dat de houder de opgelegde werken en lasten heeft uitgevoerd of de financiële waarborgen heeft geleverd die nodig zijn voor uitvoering ervan.
Gezien om te worden gevoegd bij het besluit van de Waalse Regering van 3 juni 2010 tot bepaling van de vorm van de beslissingen betreffende de bebouwingsvergunning.
Namen, 3 juni 2010.
De Minister-President, R. DEMOTTE De Minister van Leefmilieu, Ruimtelijke Ordening en Mobiliteit, Ph. HENRY
BIJLAGE 32 - FORMULIER E AANHANGIGMAKING BIJ DE GEMACHTIGD AMBTENAAR (1) BESLISSING TOT -TOEKENNING - WEIGERING -VAN DE BEBOUWINGSVERGUNNING De gemachtigd ambtenaar, Gelet op het Waalse Wetboek van Ruimtelijke Ordening, Stedenbouw, Patrimonium en Energie; Gelet op Boek I van het Milieuwetboek;
Overwegende dat ... een aanvraag ingediend heeft voor een bebouwingsvergunning betreffende een goed gelegen ... kadastraal bekend afdeling ... sectie ... en met als voorwerp ...; (1) Overwegende dat de volledige vergunningsaanvraag : met datum van ... aan het gemeentebestuur is gericht; bij het gemeentebestuur is afgegeven tegen ontvangstbewijs met datum van ...; (1) (2) Overwegende dat de aanvrager de gemachtigd ambtenaar uitgenodigd heeft om over zijn vergunningsaanvraag met datum van ... te beslissen; dat de aanhangigmaking ervan bij de gemachtigd ambtenaar - ontvankelijk - onontvankelijk - is om volgende reden(en) : ...; (2) Overwegende dat er een niet-vervallen stedenbouwkundig attest nr. 2 betreffende het voorwerp van de aanvraag op ... afgegeven is, (1) (2) Overwegende dat het goed gelegen is - in een omtrek ... - in een ... gebied op het gewestplan van ..., aangenomen bij ... van ... en dat niet opgehouden heeft uitwerking te hebben voor voornoemd goed; (2) Overwegende dat het goed in een ... gebied gelegen is in de omtrek van het gemeentelijk plan van aanleg ... goedgekeurd bij ... van ... en dat niet opgehouden heeft uitwerking te hebben voor voornoemd goed; (2) Overwegende dat de gewestelijke verordening op gebouwen die van toepassing is in de beschermingsgebieden van sommige gemeenten inzake stedenbouw van toepassing is op het grondgebied waarvan het goed gelegen is krachtens ... van ...; (2) Overwegende dat de gewestelijke verordening op gebouwen in landbouwgebieden van toepassing is op het grondgebied waar het goed krachtens ... van ... gelegen is; (2) Overwegende dat het goed in een ... gebied gelegen is in het gemeentelijk structuurplan aangenomen bij ... van ...; (1) (2) Overwegende dat er een gemeentelijke stedenbouwkundige verordening goedgekeurd bij ... van ... van kracht is over het gehele gemeentelijke grondgebied waar het goed gelegen is en alle punten bedoeld in artikel 78, § 1, van voornoemd Wetboek inhoudt; dat het goed gelegen is in een -gebied- ondergebied - ... in bedoelde verordening; (2) (4) Overwegende dat de gewestelijke of gemeentelijke stedenbouwkundige verordeningen zoals volgt eveneens van toepassing zijn op het gemeentelijk grondgebied of het gedeelte ervan waar het goed gelegen is : ...; (1) (2) Overwegende dat de vergunningsaanvraag verband houdt met een - beschermd - goed dat op de beschermingslijst opgenomen is - gelegen is in een beschermingsgebied als bedoeld in artikel 209 van voornoemd Wetboek - gelegen is in een gebied dat opgenomen is op de lijst van de archeologische sites als bedoeld in artikel 233 van voornoemd Wetboek -; (2) Overwegende dat er met betrekking tot de aanvraag een niet-vervallen erfgoedattest is afgeleverd met datum van ...; (1) (2) (4) Overwegende dat de vergunningsaanvraag ook betrekking heeft op een goed gelegen in de volgende omtrekken of gebieden : ...; (1) (2) Overwegende dat de vergunningsaanvraag - de opening van nieuwe gemeentelijke verkeerswegen - de wijziging van het tracé van bestaande gemeentelijke verkeerswegen - de verbreding van bestaande gemeentelijke verkeerswegen - de opheffing van bestaande gemeentelijke verkeerswegen impliceert;dat de gemeenteraad na het treffen van - bij gebrek aan - bijzondere bekendmakingsmaatregelen erover - niet - beraadslaagd heeft; (2) Overwegende dat er een milieueffectenonderzoek is doorgevoerd om volgende reden(en) : ...; (1) (2) Overwegende dat de vergunningsaanvraag aan bijzondere bekendmakingsmaatregelen is onderworpen om volgende reden(en) : ...; (1) (2) Overwegende dat er ... bezwaarschrift(en) - geen bezwaarschrift(en) is - zijn ingediend; dat er een overlegvergadering - geen overlegvergadering plaatsgevonden heeft; (1) (2) (3) Overwegende dat de vergunningsaanvraag niet conform is om volgende reden(en) : ...; (1) (2) (4) Overwegende dat hierna vernoemde dienst(en) en commissie(s) geraadpleegd is - zijn om volgende reden(en) : ...; dat hun op ... ingewonnen en op ... overgemaakt advies gunstig - onder voorwaarden gunstig - ongunstig is - geacht is bij ontstentenis gunstig te zijn -; (8) Overwegende dat ...;
Om de hierbovenvermelde redenen, Besluit : (1) Artikel 1.- De door ... aangevraagde bebouwingsvergunning wordt - toegekend - geweigerd. (5) - De houder van de vergunning dient : (6) 2° ... (2) (5) (7) Artikel ... - De bebouwingsvergunning dient in ... opeenvolgende fasen zoals hierna aangegeven doorgevoerd te worden : ...
Artikel ... - Van deze beslissing wordt een uitgifte aan de aanvrager en aan het gemeentecollege overgemaakt, om hun eventueel hun recht op hoger beroep te kunnen laten uitoefenen.
Te ..........., op ......
De gemachtigd ambtenaar. (1) Schrappen of uitwissen wat niet past.(2) Schrappen of uitwissen indien zulks niet het geval is.(3) De voorschriften van het gewestplan, van het gemeentelijk plan van aanleg, van de gewestelijke of gemeentelijke stedenbouwkundige verordening waarvan de vergunningsaanvraag afwijkt, aangeven.(4) Eén of meer gedachtestreepjes toevoegen indien nodig.(5) Schrappen of uitwissen indien de vergunning niet is afgeleverd.(6) In voorkomend geval door het gemeentecollege in te vullen.(7) Voor elke andere fase dan de eerste het aanvangspunt van de vervaltermijn van vijf jaar aangeven.(8) De overwegingen in rechte en in feite die als beslissingsgrond dienen, aangeven. UITTREKSELS UIT HET WAALSE WETBOEK VAN RUIMTELIJKE ORDENING, STEDENBOUW, PATRIMONIUM EN ENERGIE 1) BEROEPSREGELING Art.119. § 1. De aanvrager kan een met redenen omkleed beroep bij de Regering instellen binnen dertig dagen na ontvangst van de beslissing van de gemachtigd ambtenaar.
Bij het beroep wordt een afschrift gevoegd van de plannen van de aanvraag tot het verkrijgen van een vergunning en van de beslissing waarop het beroep slaat. De behandelings- en beslissingstermijnen beginnen pas te lopen, te rekenen vanaf de ontvangst van bedoeld afschrift.
Art. 452/8.Het beroep bedoeld in artikel 119 wordt gericht aan de directeur-generaal van het Operationele Directoraat-generaal Ruimtelijke Ordening, Huisvesting, Erfgoed en Energie van de Waalse Overheidsdienst.
De aanvrager die het beroep indient, vermeldt : 3° ofwel de datum waarop hij de beslissing van de gemachtigd ambtenaar heeft gekregen;2° ofwel op de datum van aanhangigmaking bij de gemachtigd ambtenaar. Bij het beroep voegt de aanvrager een afschrift de vergunningsaanvraag en, in voorkomend geval, van de beslissing waarop het beroep slaat. 2) OPSCHORTING VAN DE VERGUNNING Art.119. § 2. Het beroep van het gemeentecollege evenals de termijn om het beroep in te dienen, is opschortend. 3) AANPLAKKING VAN DE VERGUNNING Art.134. De houder van de vergunning brengt per schrijven het gemeentecollege en de gemachtigd ambtenaar op de hoogte van de aanvang van de handelingen en werken, vijftien dagen voor hun begin.
De aanvrager moet een leesbaar bericht laten aanplakken op het terrein langs de openbare weg, waarbij wordt aangekondigd dat de vergunning is verleend of dat de handelingen en werken het voorwerp uitmaken van het beschikkende gedeelte van het vonnis bedoeld in artikel 155, § 5, hetzij vóór de aanvang van de werken en tijdens de hele duur ervan wanneer het om werken gaat, hetzij, in de andere gevallen, vanaf de voorbereidingen, vooraleer de handeling(en) is (zijn) uitgevoerd en tijdens de hele duur van de uitvoering ervan. Gedurende die periode moeten de vergunning en het bijgevoegde dossier of een door de gemeente of de gemachtigd ambtenaar voor echt verklaard afschrift van deze documenten of het vonnis bedoeld in artikel 155, § 5, permanent ter beschikking liggen van de in artikel 156 bedoelde ambtenaren op de plaats waar de werken en handelingen worden uitgevoerd. 4) VERVALLEN VAN DE VERGUNNING Art.98. Binnen de vijf jaar na verzending ervan vervalt de bebouwingsvergunning waarbij de houder ervan handelingen, werken of lasten worden opgelegd voor het overige deel indien de houder de opgelegde handelingen, werken of lasten niet heeft uitgevoerd of de vereiste financiële waarborgen niet heeft verstrekt.
Binnen de vijf jaar na verzending ervan vervalt de bebouwingsvergunning waarbij de houder ervan handelingen, werken of lasten worden opgelegd voor het deel van het goed dat het voorwerp niet heeft uitgemaakt van de registratie van één van de handelingen bedoeld in artikel 88, § 1, lid 4.
Art. 99.Indien de uitvoering van de bebouwingsvergunning gefaseerd mag verlopen, bepaalt de vergunning het tijdstip waarop de vijfjarige vervaltermijn ingaat voor elke fase buiten de eerste.
Art. 100.De bebouwingsvergunning vervalt van rechtswege.
Het gemeentecollege kan het verval vaststellen in een proces-verbaal dat het per zending aan de houder van de vergunning richt. Een afschrift van de zending wordt aan de gemachtigd ambtenaar gericht. 5) WIJZIGING VAN DE VERGUNNING Art.102. Een bebouwingsvergunning kan, ofwel op initiatief van het gemeentecollege ofwel op verzoek van de eigenaar van een kavel waarop ze betrekking heeft, gewijzigd worden voor zover de wijziging geen afbreuk doet aan de rechten die voortvloeien uit uitdrukkelijke overeenkomsten tussen de partijen.
De gewone heroverschrijving van alle of van een deel van de documenten vervat in de bebouwingsvergunning in een authentieke akte of in een onderhandse overeenkomst mag niet worden beschouwd als een overeenkomst zoals bedoeld in het eerste lid.
Art. 103.§ 1. De bepalingen die de bebouwingsvergunning regelen, zijn van toepassing op de wijziging ervan.
Het gemeentecollege richt per zending een eensluidend afschrift van het verzoek aan alle eigenaars van een kavel. Het bewijs van de zendingen wordt bij het verzoek gevoegd.
De eventuele bezwaren worden per zending binnen de dertig dagen na ontvangst van het eensluidend afschrift van het verzoek gericht aan de gemachtigd ambtenaar. § 2. Bij initiatief van het gemeentecollege wordt de wijzigingsaanvraag behandeld overeenkomstig artikel 127, § 2. § 3. Indien het een aanvraag betreft van een eigenaar van een kavel en alvorens het verzoek in te dienen, richt laatstgenoemde er een eensluidend afschrift van per zending aan alle kaveleigenaars die de aanvraag niet medeondertekend hebben. Het bewijs van de zendingen wordt bij het verzoek gevoegd.
De eventuele bezwaren worden per zending binnen de dertig dagen na ontvangst van het eensluidend afschrift van de aanvraag gericht aan het gemeentecollege. § 4. Wanneer de documenten vervat in de bebouwingsvergunning overeenkomstig artikel 92 hun geldigheid als stedenbouwkundig en leefmilieuverslag gekregen hebben, geschiedt hun wijziging overeenkomstig artikel 33.
Art. 105.De wijziging van de bebouwingsvergunning heeft geen enkele weerslag op de vervaltermijn van de bebouwingsvergunning waarvan de wijziging is gevraagd. 6) BEPALINGEN VAN TOEPASSING OP DE BEBOUWINGSVERGUNNINGEN DIE STEDENBOUWKUNDIGE LASTEN OF DE OPENING VAN EEN GEMEENTEWEG IMPLICEREN Art.95. Niemand kan tot de verdeling overgaan van een deel van een goed dat het voorwerp uitmaakt van een bebouwingsvergunning die stedenbouwkundige lasten tot gevolg heeft, of de opening, de wijziging of de opheffing van een gemeenteweg voordat de houder van de vergunning ofwel de opgelegde handelingen, werken en lasten heeft uitgevoerd ofwel de financiële waarborgen heeft verstrekt die nodig zijn voor de uitvoering ervan.
Het volbrengen van die formaliteit wordt vastgesteld in een attest verstrekt door het gemeentecollege en per zending gericht aan de houder van de vergunning. Een afschrift van de zending wordt aan de gemachtigd ambtenaar gericht.
Behalve wanneer de voorzieningen door de overheid zijn uitgevoerd, blijft de houder van de vergunning met de aannemer en de architect tien jaar lang voor de uitrusting hoofdelijk aansprakelijk tegenover het Gewest, de gemeente en de kopers van kavels, binnen de in de artikelen 1792 en 2270 van het Burgerlijk Wetboek bepaalde perken.
In voorkomend geval worden in de vergunning de kavels bepaald, die afgestaan kunnen worden zonder dat de houder de opgelegde werken en lasten heeft uitgevoerd of de financiële waarborgen heeft geleverd die nodig zijn voor uitvoering ervan.
Gezien om te worden gevoegd bij het besluit van de Waalse Regering van 3 juni 2010 tot bepaling van de vorm van de beslissingen betreffende de bebouwingsvergunning.
Namen, 3 juni 2010.
De Minister-President, R. DEMOTTE De Minister van Leefmilieu, Ruimtelijke Ordening en Mobiliteit, Ph. HENRY
BIJLAGE 32 - FORMULIER F AANHANGIGMAKING BIJ DE GEMACHTIGD AMBTENAAR (1) BESLISSING TOT - TOEKENNING - WEIGERING - VAN EEN WIJZIGING - VAN DE BEBOUWINGSVERGUNNING - VAN DE VERKAVELINGSVERGUNNING De gemachtigd ambtenaar, Gelet op het Waalse Wetboek van Ruimtelijke Ordening, Stedenbouw, Patrimonium en Energie; Gelet op Boek I van het Milieuwetboek; (1) (2) Overwegende dat ..., eigenaar van de kavel(s) ... een aanvraag tot wijziging van de niet-vervallen bebouwingsvergunning - verkavelingsvergunning nr. ..., vergund bij ... van ..., heeft ingediend met betrekking tot een goed gelegen te ... kadastraal bekend afdeling ... sectie en met als voorwerp ...; (1) Overwegende dat de volledige aanvraag tot wijziging van de vergunning : met datum van ... aan het gemeentebestuur is gericht; bij het gemeentebestuur is afgegeven tegen ontvangstbewijs met datum van ...; (1) (2) Overwegende dat de aanvrager de gemachtigd ambtenaar uitgenodigd heeft om over zijn aanvraag tot wijziging van de bebouwingsvergunning - verkavelingsvergunning - met datum van ... te beslissen; dat de aanhangigmaking ervan bij de gemachtigd ambtenaar - ontvankelijk - onontvankelijk - is om volgende reden(en) : ...; (1) (2) Overwegende dat alle eigenaars van een kavel die de aanvraag niet medeondertekend hebben, vóór de indiening ervan, een eensluidend afschrift ervan per zending hebben gekregen;dat de eigenaar(s) van de kavel(s) - een bezwaarschrift heeft(hebben) ingediend binnen dertig dagen na ontvangst van het eensluidend afschrift van de aanvraag; (1) (2) Overwegende dat de eigenaar(s) van de kavel(s) ... die de aanvraag niet medeondertekend heeft - hebben, geen eensluidend afschrift ervan per zending gekregen heeft - hebben; (1) (3) Overwegende dat uit het ingediende dossier betreffende de aanvraag of uit de bezwaarschriften blijkt - niet blijkt dat de toelating om de vergunning te wijzigen de rechten voortvloeiende uit de uitdrukkelijke overeenkomsten tussen de partijen schade berokkent;(2) Overwegende dat er een niet-vervallen stedenbouwkundig attest nr. 2 betreffende het voorwerp van de aanvraag op ... afgegeven is, (1) (2) Overwegende dat het goed gelegen is - in een omtrek ... - in een ... gebied op het gewestplan van ..., aangenomen bij ... van ... en dat niet opgehouden heeft uitwerking te hebben voor voornoemd goed; (2) Overwegende dat het goed in een ... gebied gelegen is in de omtrek van het gemeentelijk plan van aanleg ... goedgekeurd bij ... van ... en dat niet opgehouden heeft uitwerking te hebben voor voornoemd goed; (2) Overwegende dat de gewestelijke verordening op gebouwen die van toepassing is in de beschermingsgebieden van sommige gemeenten inzake stedenbouw van toepassing is op het grondgebied waarvan het goed gelegen is krachtens ... van ...; (2) Overwegende dat de gewestelijke verordening op gebouwen in landbouwgebieden van toepassing is op het grondgebied waar het goed krachtens ... van ... gelegen is; (2) Overwegende dat het goed in een ...gebied gelegen is in het gemeentelijk structuurplan aangenomen bij ... van ...; (1) (2) Overwegende dat er een gemeentelijke stedenbouwkundige verordening goedgekeurd bij ... van ... van kracht is over het gehele gemeentelijke grondgebied waar het goed gelegen is en alle punten bedoeld in artikel 78, § 1 van voornoemd Wetboek inhoudt; dat het goed gelegen is in een -gebied -ondergebied - ... in bedoelde verordening; (2) (4) Overwegende dat de gewestelijke of gemeentelijke stedenbouwkundige verordeningen zoals volgt eveneens van toepassing zijn op het gemeentelijk grondgebied of het gedeelte ervan waar het goed gelegen is : ...; (1) (2) Overwegende dat de wijzigingsaanvraag verband houdt met een - beschermd - goed dat op de beschermingslijst opgenomen is - gelegen is in een beschermingsgebied als bedoeld in artikel 209 van voornoemd Wetboek - gelegen is in een gebied dat opgenomen is op de lijst van de archeologische sites als bedoeld in artikel 233 van voornoemd Wetboek -; (2) Overwegende dat er met betrekking tot de aanvraag een niet-vervallen erfgoedattest is afgeleverd met datum van ...; (1) (2) (4) Overwegende dat de wijzigingsaanvraag ook betrekking heeft op een goed gelegen in de volgende omtrekken of gebieden : ...; (1) (2) Overwegende dat de wijzigingsaanvraag - de opening van nieuwe gemeentelijke verkeerswegen - de wijziging van het tracé van bestaande gemeentelijke verkeerswegen - de verbreding van bestaande gemeentelijke verkeerswegen - de opheffing van bestaande gemeentelijke verkeerswegen impliceert;dat de gemeenteraad na het treffen van - bij gebrek aan - bijzondere bekendmakingsmaatregelen erover - niet - beraadslaagd heeft; (2) Overwegende dat er een milieueffectenonderzoek is doorgevoerd om volgende reden(en) : ...; (1) (2) Overwegende dat de wijzigingsaanvraag aan bijzondere bekendmakingsmaatregelen is onderworpen om volgende reden(en) : ...; (1) (2) Overwegende dat er ... bezwaarschrift(en) - geen bezwaarschrift(en) is - zijn ingediend; dat er een overlegvergadering - geen overlegvergadering plaatsgevonden heeft; (1) (2) (3) Overwegende dat de wijzigingsaanvraag niet conform is om volgende reden(en) : ...; (1) (2) (4) Overwegende dat hierna vernoemde dienst(en) en commissie(s) geraadpleegd is - zijn om volgende reden(en) : ...; dat hun op ... ingewonnen en op ... overgemaakt advies gunstig - onder voorwaarden gunstig - ongunstig is - geacht is bij ontstentenis gunstig te zijn -; (8) Overwegende dat ...;
Om de hierbovenvermelde redenen, Besluit : (1) Artikel 1.- De wijziging van de bebouwingsvergunning - verkavelingsvergunning aangevraagd door ... wordt - ingewilligd - geweigerd. (5) - De houder van de vergunning dient : (6) 2° ... (1) (2) (5) (7) Artikel ... - De wijziging van de bebouwingsvergunning - verkavelingsvergunning dient in ... opeenvolgende fasen zoals hierna aangegeven doorgevoerd te worden : ...
Artikel ... - Van deze beslissing wordt een uitgifte aan de aanvrager en aan het gemeentecollege overgemaakt, om hun eventueel hun recht op hoger beroep te kunnen laten uitoefenen.
Te ..........., op .......
De gemachtigd ambtenaar. (1) Schrappen of uitwissen wat niet past.(2) Schrappen of uitwissen indien zulks niet het geval is.(3) De voorschriften van het gewestplan, van het gemeentelijk plan van aanleg, van de gewestelijke of gemeentelijke stedenbouwkundige verordening waarvan de vergunningsaanvraag afwijkt, aangeven.(4) Eén of meer gedachtestreepjes toevoegen indien nodig.(5) Schrappen of uitwissen indien de vergunning niet is afgeleverd.(6) In voorkomend geval door het gemeentecollege in te vullen.(7) Voor elke andere fase dan de eerste het aanvangspunt van de vervaltermijn van vijf jaar aangeven.(8) De overwegingen in rechte en in feite die als beslissingsgrond dienen, aangeven. UITTREKSELS UIT HET WAALSE WETBOEK VAN RUIMTELIJKE ORDENING, STEDENBOUW, PATRIMONIUM EN ENERGIE 1) BEROEPSREGELING Art.119. § 1. De aanvrager kan een met redenen omkleed beroep bij de Regering instellen binnen dertig dagen na ontvangst van de beslissing van de gemachtigd ambtenaar.
Bij het beroep wordt een afschrift gevoegd van de plannen van de aanvraag tot het verkrijgen van een vergunning en van de beslissing waarop het beroep slaat. De behandelings- en beslissingstermijnen beginnen pas te lopen, te rekenen vanaf de ontvangst van bedoeld afschrift.
Art. 452/8.Het beroep bedoeld in artikel 119 wordt gericht aan de directeur-generaal van het Operationele Directoraat-generaal Ruimtelijke Ordening, Huisvesting, Erfgoed en Energie van de Waalse Overheidsdienst.
De aanvrager die het beroep indient, vermeldt : 3° ofwel de datum waarop hij de beslissing van de gemachtigd ambtenaar heeft gekregen;2° ofwel op de datum van aanhangigmaking bij de gemachtigd ambtenaar. Bij het beroep voegt de aanvrager een afschrift de vergunningsaanvraag en, in voorkomend geval, van de beslissing waarop het beroep slaat. 2) OPSCHORTING VAN DE VERGUNNING Art.119. § 2. Het beroep van het gemeentecollege evenals de termijn om het beroep in te dienen, is opschortend. 3) AANPLAKKING VAN DE VERGUNNING Art.134. De houder van de vergunning brengt per schrijven het gemeentecollege en de gemachtigd ambtenaar op de hoogte van de aanvang van de handelingen en werken, vijftien dagen voor hun begin.
De aanvrager moet een leesbaar bericht laten aanplakken op het terrein langs de openbare weg, waarbij wordt aangekondigd dat de vergunning is verleend of dat de handelingen en werken het voorwerp uitmaken van het beschikkende gedeelte van het vonnis bedoeld in artikel 155, § 5, hetzij vóór de aanvang van de werken en tijdens de hele duur ervan wanneer het om werken gaat, hetzij, in de andere gevallen, vanaf de voorbereidingen, vooraleer de handeling(en) is (zijn) uitgevoerd en tijdens de hele duur van de uitvoering ervan. Gedurende die periode moeten de vergunning en het bijgevoegde dossier of een door de gemeente of de gemachtigd ambtenaar voor echt verklaard afschrift van deze documenten of het vonnis bedoeld in artikel 155, § 5, permanent ter beschikking liggen van de in artikel 156 bedoelde ambtenaren op de plaats waar de werken en handelingen worden uitgevoerd. 4) VERVALLEN VAN DE VERGUNNING Art.98. Binnen de vijf jaar na verzending ervan vervalt de bebouwingsvergunning waarbij de houder ervan handelingen, werken of lasten worden opgelegd voor het overige deel indien de houder de opgelegde handelingen, werken of lasten niet heeft uitgevoerd of de vereiste financiële waarborgen niet heeft verstrekt.
Binnen de vijf jaar na verzending ervan vervalt de bebouwingsvergunning waarbij de houder ervan handelingen, werken of lasten worden opgelegd voor het deel van het goed dat het voorwerp niet heeft uitgemaakt van de registratie van één van de handelingen bedoeld in artikel 88, § 1, lid 4.
Art. 99.Indien de uitvoering van de bebouwingsvergunning gefaseerd mag verlopen, bepaalt de vergunning het tijdstip waarop de vijfjarige vervaltermijn ingaat voor elke fase buiten de eerste.
Art. 100.De bebouwingsvergunning vervalt van rechtswege.
Het gemeentecollege kan het verval vaststellen in een proces-verbaal dat het per zending aan de houder van de vergunning richt. Een afschrift van de zending wordt aan de gemachtigd ambtenaar gericht. 5) WIJZIGING VAN DE VERGUNNING Art.102. Een bebouwingsvergunning kan, ofwel op initiatief van het gemeentecollege ofwel op verzoek van de eigenaar van een kavel waarop ze betrekking heeft, gewijzigd worden voor zover de wijziging geen afbreuk doet aan de rechten die voortvloeien uit uitdrukkelijke overeenkomsten tussen de partijen.
De gewone heroverschrijving van alle of van een deel van de documenten vervat in de bebouwingsvergunning in een authentieke akte of in een onderhandse overeenkomst mag niet worden beschouwd als een overeenkomst zoals bedoeld in het eerste lid.
Art. 103.§ 1. De bepalingen die de bebouwingsvergunning regelen, zijn van toepassing op de wijziging ervan.
Het gemeentecollege richt per zending een eensluidend afschrift van het verzoek aan alle eigenaars van een kavel. Het bewijs van de zendingen wordt bij het verzoek gevoegd.
De eventuele bezwaren worden per zending binnen de dertig dagen na ontvangst van het eensluidend afschrift van het verzoek gericht aan de gemachtigd ambtenaar. § 2. Bij initiatief van het gemeentecollege wordt de wijzigingsaanvraag behandeld overeenkomstig artikel 127, § 2. § 3. Indien het een aanvraag betreft van een eigenaar van een kavel en alvorens het verzoek in te dienen, richt laatstgenoemde er een eensluidend afschrift van per zending aan alle kaveleigenaars die de aanvraag niet medeondertekend hebben. Het bewijs van de zendingen wordt bij het verzoek gevoegd.
De eventuele bezwaren worden per zending binnen de dertig dagen na ontvangst van het eensluidend afschrift van de aanvraag gericht aan het gemeentecollege. § 4. Wanneer de documenten vervat in de bebouwingsvergunning overeenkomstig artikel 92 hun geldigheid als stedenbouwkundig en leefmilieuverslag gekregen hebben, geschiedt hun wijziging overeenkomstig artikel 33.
Art. 105.De wijziging van de bebouwingsvergunning heeft geen enkele weerslag op de vervaltermijn van de bebouwingsvergunning waarvan de wijziging is gevraagd. 6) BEPALINGEN VAN TOEPASSING OP DE BEBOUWINGSVERGUNNINGEN DIE STEDENBOUWKUNDIGE LASTEN OF DE OPENING VAN EEN GEMEENTEWEG IMPLICEREN Art.95. Niemand kan tot de verdeling overgaan van een deel van een goed dat het voorwerp uitmaakt van een bebouwingsvergunning die stedenbouwkundige lasten tot gevolg heeft, of de opening, de wijziging of de opheffing van een gemeenteweg voordat de houder van de vergunning ofwel de opgelegde handelingen, werken en lasten heeft uitgevoerd ofwel de financiële waarborgen heeft verstrekt die nodig zijn voor de uitvoering ervan.
Het volbrengen van die formaliteit wordt vastgesteld in een attest verstrekt door het gemeentecollege en per zending gericht aan de houder van de vergunning. Een afschrift van de zending wordt aan de gemachtigd ambtenaar gericht.
Behalve wanneer de voorzieningen door de overheid zijn uitgevoerd, blijft de houder van de vergunning met de aannemer en de architect tien jaar lang voor de uitrusting hoofdelijk aansprakelijk tegenover het Gewest, de gemeente en de kopers van kavels, binnen de in de artikelen 1792 en 2270 van het Burgerlijk Wetboek bepaalde perken.
In voorkomend geval worden in de vergunning de kavels bepaald, die afgestaan kunnen worden zonder dat de houder de opgelegde werken en lasten heeft uitgevoerd of de financiële waarborgen heeft geleverd die nodig zijn voor uitvoering ervan.
Gezien om te worden gevoegd bij het besluit van de Waalse Regering van 3 juni 2010 tot bepaling van de vorm van de beslissingen betreffende de bebouwingsvergunning.
Namen, 3 juni 2010.
De Minister-President, R. DEMOTTE De Minister van Leefmilieu, Ruimtelijke Ordening en Mobiliteit, Ph. HENRY