gepubliceerd op 16 december 1998
Besluit van de Vlaamse regering houdende benoeming van de leden van de deskundige commissie, bedoeld in artikel 4, tweede lid, van het decreet van 15 juli 1997 houdende instelling van het kindeffectrapport en de toetsing van het regeringsbeleid aan de naleving van de rechten van het kind
27 OKTOBER 1998. - Besluit van de Vlaamse regering houdende benoeming van de leden van de deskundige commissie, bedoeld in artikel 4, tweede lid, van het decreet van 15 juli 1997 houdende instelling van het kindeffectrapport en de toetsing van het regeringsbeleid aan de naleving van de rechten van het kind
De Vlaamse regering, Gelet op het decreet van 15 juli 1997 houdende instelling van het kindeffectrapport en de toetsing van het regeringsbeleid aan de naleving van de rechten van het kind, inzonderheid op artikel 4, tweede lid;
Gelet op het besluit van de Vlaamse regering van 14 juli 1998 tot oprichting van de deskundige commissie, bedoeld in artikel 4, tweede lid van het decreet van 15 juli 1997 houdende instelling van het kindeffectrapport en de toetsing van het regeringsbeleid aan de naleving van de rechten van het kind, inzonderheid op artikel 3;
Gelet op het advies van de Inspectie van Financiën, gegeven op 20 oktober 1998;
Gelet op de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973, inzonderheid op artikel 3, § 1, gewijzigd bij de wetten van 4 juli 1989 en 4 augustus 1996;
Gelet op de dringende noodzakelijkheid;
Overwegende dat de Vlaamse regering op 15 september 1998 de bevoegdheden van de leden van de Vlaamse regering aanduidde waarvoor de verplichting tot opmaak van een kindeffectrapport wordt opgelegd, moet onverwijld voorzien worden in de inwerkingstelling van een terzake deskundige commissie zoals voorzien in artikel 4, tweede lid van voorvermeld decreet van 15 juli 1997;
Op voorstel van de Vlaamse minister van Cultuur, Gezin en Welzijn;
Na beraadslaging, Besluit :
Artikel 1.Als vaste leden met kennis en deskundigheid in effectrapportage worden benoemd : 1° de heer Rudolf Verheyen, Lange Lozanastraat 158, bus 6, 2018 Antwerpen;2° Mevr.Ingrid Kristoffersen, Zorgvliet 19, 3090 Overijse; 3° Mevr.Godelieve Vandemeulebroecke, Houwaartsebergweg 17, 3390 Houwaart.
Art. 2.Als vaste leden met kennis en deskundigheid inzake de rechten van het kind, zoals verwoord in het VN-verdrag inzake de Rechten van het Kind, worden benoemd : 1° de heer Eugene Verhellen, Nieuwstraat 73, 9660 Brakel;2° Mevr.Anne-Marie Drieskens, Vanbellegemdreef 27, 8510 Marke.
Art. 3.De heer Eugene Verhellen wordt benoemd als voorzitter.
Mevr. Godelieve Vandemeulebroecke wordt benoemd als ondervoorzitter.
Art. 4.Als plaatsvervangende leden worden benoemd : 1° de heer Luc Hens, Buntgrasstraat 33, 1981 Zemst-Hofstade als plaatsvervanger van de heer Rudolf Verheyen;2° Mevr.Tanje Nuelant, Lambeaulaan 138, 1200 Brussel als plaatsvervanger van Mevr. Ingrid Kristoffersen; 3° Mevr.Thérèse Jacobs, Bloklaan 23 bus 4, 1730 Asse als plaatsvervanger van Mevr. Godelieve Vandemeulebroecke; 4° de heer Frans Spiesschaert, Gelategem 1, 9500 Geraardsbergen, als plaatsvervanger van de heer Eugene Verhellen;5° de heer Luc De Smet, Hertwinkel 9, 3061 Leefdaal, als plaatsvervanger van Mevr.Anne-Marie Drieskens.
Art. 5.Aan artikel 3 van het besluit van de Vlaamse regering van 14 juli 1998 tot oprichting van de deskundige commissie, bedoeld in artikel 4, tweede lid van het decreet van 15 juli 1997 houdende instelling van het kindeffectrapport en de toetsing van het regeringsbeleid aan de naleving van de rechten van het kind worden de volgende leden toegevoegd : « Elk vast lid heeft een plaatsvervanger door wie het in geval van afwezigheid wordt vervangen.
De regering benoemt de plaatsvervangende leden, op voordracht van de coördinerende minister, voor een termijn van vijf jaar. Die termijn kan eenmaal hernieuwd worden. Drie plaatsvervangende leden worden benoemd op basis van hun kennis en deskundigheid in effectrapportage en twee plaatsvervangende leden worden benoemd op basis van hun vertrouwdheid met de rechten van het kind, zoals verwoord in het VN-verdrag inzake de Rechten van het Kind.
Als een vast lid om welke reden ook zijn mandaat niet kan beëindigen, wordt het lid door wie het vervangen wordt, tot vast lid benoemd voor de verdere duur van het mandaat.
Als een vast lid wordt vervangen door een plaatsvervangend lid, wordt een nieuw plaatsvervangend lid benoemd voor de verdere duur van het mandaat. ».
Art. 6.In artikel 8, eerste lid, van hetzelfde besluit worden tussen de woorden « van de leden van de commissie » en de woorden « en de door hen » de woorden « , de plaatsvervangende leden van de commissie » ingevoegd.
Art. 7.Dit besluit treedt in werking op 27 oktober 1998.
Brussel, 27 oktober 1998.
De minister-president van de Vlaamse regering, L. VAN DEN BRANDE De Vlaamse minister van Cultuur, Gezin en Welzijn, L. MARTENS