gepubliceerd op 05 september 2024
Besluit van de Vlaamse Regering tot wijziging van het besluit van de Vlaamse Regering van 30 november 2018 houdende de uitvoering van het decreet van 18 mei 2018 houdende de Vlaamse sociale bescherming en het besluit van de Vlaamse Regering van 7 december 2018 tot financiering van sommige sociale akkoorden in bepaalde gezondheidsinrichtingen en -diensten, wat betreft de financiering van bepaalde zorgvoorzieningen in de Vlaamse sociale bescherming en de financiering van sociale akkoorden
19 JULI 2024. - Besluit van de Vlaamse Regering tot wijziging van het besluit van de Vlaamse Regering van 30 november 2018Relevante gevonden documenten type besluit van de vlaamse regering prom. 30/11/2018 pub. 07/12/2018 numac 2018032370 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering tot wijziging van diverse bepalingen betreffende het woonbeleid type besluit van de vlaamse regering prom. 30/11/2018 pub. 18/01/2019 numac 2019010100 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering houdende de wijziging van diverse bepalingen van het besluit van de Vlaamse Regering van 21 juni 2013 betreffende het algemeen welzijnswerk type besluit van de vlaamse regering prom. 30/11/2018 pub. 21/02/2019 numac 2019010902 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering houdende wijziging van het Energiebesluit van 19 november 2010, wat betreft een aanpassing van de call-regeling voor de ondersteuning van groene warmte, restwarmte en biomethaan type besluit van de vlaamse regering prom. 30/11/2018 pub. 28/12/2018 numac 2018032546 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering houdende de uitvoering van het decreet van 18 mei 2018 houdende de Vlaamse sociale bescherming sluiten houdende de uitvoering van het decreet van 18 mei 2018 houdende de Vlaamse sociale bescherming en het besluit van de Vlaamse Regering van 7 december 2018Relevante gevonden documenten type besluit van de vlaamse regering prom. 07/12/2018 pub. 28/01/2019 numac 2019030047 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering tot wijziging van diverse bepalingen van het besluit van de Vlaamse Regering van 30 november 2018 houdende de uitvoering van het decreet van 18 mei 2018 houdende de Vlaamse sociale bescherming, wat betreft de gespreide uitrol voor woonzorgcentra, centra voor kortverblijf en dagverzorgingscentra type besluit van de vlaamse regering prom. 07/12/2018 pub. 21/12/2018 numac 2018015480 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering betreffende de nadere regels voor het verkrijgen van een zorgtoeslag sluiten tot financiering van sommige sociale akkoorden in bepaalde gezondheidsinrichtingen en -diensten, wat betreft de financiering van bepaalde zorgvoorzieningen in de Vlaamse sociale bescherming en de financiering van sociale akkoorden
Rechtsgronden Dit besluit is gebaseerd op: - het decreet van 18 mei 2018 houdende de Vlaamse sociale bescherming, artikel 12, artikel 138, tweede lid, artikel 139/1, ingevoegd bij het decreet van 18 juni 2021, artikel 141, eerste lid, gewijzigd bij het
decreet van 15 februari 2019Relevante gevonden documenten
type
decreet
prom.
15/02/2019
pub.
03/05/2019
numac
2019030252
bron
vlaamse overheid
Decreet betreffende de woonzorg
type
decreet
prom.
15/02/2019
pub.
26/04/2019
numac
2019011711
bron
vlaamse overheid
Decreet betreffende het jeugddelinquentierecht
sluiten, artikel 145, § 1, eerste lid, gewijzigd bij het decreet van 24 juni 2022, en § 2, eerste lid, artikel 150, § 2, eerste lid, en artikel 152, § 1, eerste lid, gewijzigd bij het
decreet van 15 februari 2019Relevante gevonden documenten
type
decreet
prom.
15/02/2019
pub.
03/05/2019
numac
2019030252
bron
vlaamse overheid
Decreet betreffende de woonzorg
type
decreet
prom.
15/02/2019
pub.
26/04/2019
numac
2019011711
bron
vlaamse overheid
Decreet betreffende het jeugddelinquentierecht
sluiten, en § 2, eerste lid. - het Woonzorg
decreet van 15 februari 2019Relevante gevonden documenten
type
decreet
prom.
15/02/2019
pub.
03/05/2019
numac
2019030252
bron
vlaamse overheid
Decreet betreffende de woonzorg
type
decreet
prom.
15/02/2019
pub.
26/04/2019
numac
2019011711
bron
vlaamse overheid
Decreet betreffende het jeugddelinquentierecht
sluiten, artikel 55, § 1, eerste lid, gewijzigd bij het decreet van 20 december 2019, en artikel 56, gewijzigd bij het decreet van 20 december 2019.
Vormvereisten De volgende vormvereisten zijn vervuld: - De Vlaamse minister, bevoegd voor het budgettair beleid, heeft zijn akkoord gegeven op 7 juni 2024; - De Raad van State heeft advies 76.704/3 gegeven op 11 juli 2024, met toepassing van artikel 84, § 3, eerste lid, 2°, van de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973.
Motivering Dit besluit is gebaseerd op volgende motieven: - Woonzorgcentra, centra voor kortverblijf en centra voor dagverzorging worden blijvend geconfronteerd met ernstige problemen om voldoende (zorg)personeel aan te werven. Dit besluit wil daaraan tegemoetkomen met diverse bijkomende maatregelen. - Ter bevordering van het mentale welzijn van bewoners die verblijven in een woonzorgcentrum, wordt de anciënniteitsvergoeding van het personeel voor reactivering en de financiering van het bovennorm-zorgpersoneel via het deel A2 van de basistegemoetkoming voor zorg opgetrokken. - Er is nood aan bijkomende flexibiliteit in de inzet van het zorgpersoneel. We komen hieraan tegemoet door onder meer tewerkstelling via meervoudig werkgeverschap of detacheringen vanuit openbare besturen in aanmerking te nemen voor de financiering.
Daarnaast komen alle bacheloropleidingen in aanmerking voor financiering in de personeelsnorm voor reactivering. - Gezien de personeelsproblematiek in de zorg wordt het sanctiemechanisme bij een tekort op de personeelsnorm aangepast met behoud van een stimulans, zodat voorzieningen op zoek blijven gaan naar personeel. - Woonzorgcentra, centra voor kortverblijf en centra voor dagverzorging worden soms geconfronteerd met een financiële vermindering op de basistegemoetkoming voor zorg ten gevolge van het aanleveren van een gebrek aan of foutieve gegevens. De regelgeving is daarin zeer strikt en bevat geen afwijkingsmogelijkheden. Om dat in de toekomst maximaal te vermijden, wordt de procedure aangepast. Ook voor de aangifte met het oog op de eindeloopbaanfinanciering brengen we dat voor alle betrokken zorgvormen in overeenstemming.
Initiatiefnemer Dit besluit wordt voorgesteld door de Vlaamse minister van Welzijn, Volksgezondheid en Gezin.
Na beraadslaging, DE VLAAMSE REGERING BESLUIT:
HOOFDSTUK 1. - Wijzigingen van het besluit van de Vlaamse Regering van 30 november 2018Relevante gevonden documenten type besluit van de vlaamse regering prom. 30/11/2018 pub. 07/12/2018 numac 2018032370 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering tot wijziging van diverse bepalingen betreffende het woonbeleid type besluit van de vlaamse regering prom. 30/11/2018 pub. 18/01/2019 numac 2019010100 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering houdende de wijziging van diverse bepalingen van het besluit van de Vlaamse Regering van 21 juni 2013 betreffende het algemeen welzijnswerk type besluit van de vlaamse regering prom. 30/11/2018 pub. 21/02/2019 numac 2019010902 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering houdende wijziging van het Energiebesluit van 19 november 2010, wat betreft een aanpassing van de call-regeling voor de ondersteuning van groene warmte, restwarmte en biomethaan type besluit van de vlaamse regering prom. 30/11/2018 pub. 28/12/2018 numac 2018032546 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering houdende de uitvoering van het decreet van 18 mei 2018 houdende de Vlaamse sociale bescherming sluiten houdende de uitvoering van het decreet van 18 mei 2018 houdende de Vlaamse sociale bescherming
Artikel 1.Aan boek 3, deel 1, titel 3, hoofdstuk 2, van het besluit van de Vlaamse Regering van 30 november 2018Relevante gevonden documenten type besluit van de vlaamse regering prom. 30/11/2018 pub. 07/12/2018 numac 2018032370 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering tot wijziging van diverse bepalingen betreffende het woonbeleid type besluit van de vlaamse regering prom. 30/11/2018 pub. 18/01/2019 numac 2019010100 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering houdende de wijziging van diverse bepalingen van het besluit van de Vlaamse Regering van 21 juni 2013 betreffende het algemeen welzijnswerk type besluit van de vlaamse regering prom. 30/11/2018 pub. 21/02/2019 numac 2019010902 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering houdende wijziging van het Energiebesluit van 19 november 2010, wat betreft een aanpassing van de call-regeling voor de ondersteuning van groene warmte, restwarmte en biomethaan type besluit van de vlaamse regering prom. 30/11/2018 pub. 28/12/2018 numac 2018032546 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering houdende de uitvoering van het decreet van 18 mei 2018 houdende de Vlaamse sociale bescherming sluiten houdende de uitvoering van het decreet van 18 mei 2018 houdende de Vlaamse sociale bescherming, gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 4 december 2020, wordt een artikel 428/1 toegevoegd, dat luidt als volgt: "
Art. 428/1.In dit hoofdstuk wordt onder meervoudig werkgeverschap verstaan: de situatie waarbij een werknemer werkt als loontrekkende of statutair, in verschillende zorgvoorzieningen, in het kader van een globale arbeidsovereenkomst of binnen een werkgeversgroepering.".
Art. 2.In artikel 429 van hetzelfde besluit, gewijzigd bij de besluiten van de Vlaamse Regering van 16 juli 2021 en 6 oktober 2023, worden de volgende wijzigingen aangebracht: 1° in paragraaf 1 wordt de zin "De centra voor kortverblijf met een bijkomende erkenning moeten naast de personeelsnormen van dit lid eveneens voldoen aan de personeelsnormen, vermeld in artikel 504." opgeheven; 2° er wordt een paragraaf 4 toegevoegd, die luidt als volgt: " § 4.Het zorgpersoneel dat vanuit een openbare dienst ter beschikking wordt gesteld aan een woonzorgcentrum, in voorkomend geval met bijbehorend centrum voor kortverblijf, wordt gelijkgesteld aan het eigen loontrekkende of statutaire zorgpersoneel, vermeld in paragraaf 1, op voorwaarde dat er een overeenkomst is gesloten tussen enerzijds het woonzorgcentrum, in voorkomend geval met bijbehorend centrum voor kortverblijf, waaraan het personeel ter beschikking gesteld wordt, en anderzijds de openbare dienst."; 3° er wordt een paragraaf 5 toegevoegd, die luidt als volgt: " § 5.Het personeelslid dat via meervoudig werkgeverschap wordt tewerkgesteld, wordt gelijkgesteld aan het eigen loontrekkende of statutaire personeel, als aan al de volgende voorwaarden is voldaan: 1° alleen de prestaties die zijn verricht in het woonzorgcentrum in kwestie, in voorkomend geval in het bijbehorende centrum voor kortverblijf, komen in aanmerking voor de berekening van de basistegemoetkoming voor zorg voor het woonzorgcentrum, in voorkomend geval het bijbehorende centrum voor kortverblijf;2° als het agentschap erom vraagt, wordt alle andere bijkomende informatie over de tewerkstelling via het meervoudige werkgeverschap en de organisatie van het meervoudige werkgeverschap bezorgd;3° uit de overeenkomst met het personeelslid blijkt in welke zorgvoorzieningen, en voor welke gemiddelde arbeidsduur per week het personeelslid wordt ingeschakeld;4° het werkgeversgezag is in het kader van het meervoudige werkgeverschap overgedragen aan de voorziening waar het personeelslid prestaties verricht;5° de loon- en arbeidsvoorwaarden van toepassing in de woonzorgvoorzieningen, zoals vermeld in artikel 2, § 1, 19° van het Woonzorg decreet van 15 februari 2019Relevante gevonden documenten type decreet prom. 15/02/2019 pub. 03/05/2019 numac 2019030252 bron vlaamse overheid Decreet betreffende de woonzorg type decreet prom. 15/02/2019 pub. 26/04/2019 numac 2019011711 bron vlaamse overheid Decreet betreffende het jeugddelinquentierecht sluiten, in uitvoering van de collectieve arbeidsovereenkomsten afgesloten in het paritair comité voor de gezondheidsinrichtingen en -diensten of in uitvoering van een protocolakkoord, zijn van toepassing op de werknemers tewerkgesteld in het kader van meervoudig werkgeverschap. In afwijking van het eerste lid, 1°, bezorgt een woonzorgcentrum, in voorkomend geval met bijbehorend centrum voor kortverblijf, dat zorgpersoneel via meervoudig werkgeverschap inzet, voor de referentieperiode van 1 juli 2023 tot en met 30 juni 2024 aan het agentschap een lijst van de medewerkers in kwestie.".
Art. 3.In artikel 431 van hetzelfde besluit, gewijzigd bij de besluiten van de Vlaamse Regering van 14 oktober 2022 en 6 oktober 2023, worden de volgende wijzigingen aangebracht: 1° in het eerst lid wordt de zin "Die registratie kan voorlopig of definitief zijn." opgeheven; 2° er worden een vierde lid en een vijfde lid toegevoegd, die luiden als volgt: "In afwijking van het tweede lid komen alle professioneel gerichte of academische bacheloropleidingen, of de opleidingen die de bevoegde overheid daarmee heeft gelijkgesteld, in aanmerking als kwalificatie voor de personeelsleden voor reactivering als aan al de volgende voorwaarden is voldaan: 1° het personeelslid voor reactivering is effectief en aantoonbaar tewerkgesteld in de rechtstreekse zorg en ondersteuning van de bewoners;2° de IFIC-code voor het personeelslid voor reactivering in kwestie stemt overeen met: a) een beschikbare IFIC-code in de functiewijzer onder de departementen `Paramedisch' of `Psycho-Sociaal';b) IFIC code 6271: Begeleider beschut wonen;c) IFIC code 6273: Opvoeder/begeleider in een psychiatrische eenheid/centrum;d) een nieuwe IFIC-code in de functiewijzer onder de departementen `Paramedisch' of `Psycho-Sociaal', vanaf het moment van validering van het onderhoud van de ontbrekende functie(s) in een sectorale collectieve arbeidsovereenkomst of protocol. De tewerkstelling van bachelors als personeel voor reactivering wordt geëvalueerd door het agentschap tegen uiterlijk 1 januari 2027.".
Art. 4.In artikel 432, tweede lid, van hetzelfde besluit, gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 6 oktober 2023Relevante gevonden documenten type besluit van de vlaamse regering prom. 06/10/2023 pub. 16/11/2023 numac 2023046907 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering over steun voor investeringen voor duurzame verwerking en afzet van landbouwproducten type besluit van de vlaamse regering prom. 06/10/2023 pub. 19/12/2023 numac 2023048050 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering tot vaststelling van het landinrichtingsplan `Heerlyck Meeswijk, Leut en Vucht' type besluit van de vlaamse regering prom. 06/10/2023 pub. 13/11/2023 numac 2023046812 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering over de steun voor de opstart van of de omschakeling naar een toekomstgerichte duurzame ondernemingsstrategie op een landbouwbedrijf type besluit van de vlaamse regering prom. 06/10/2023 pub. 27/10/2023 numac 2023046563 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering over de regels voor een eenmalige onkostenvergoeding voor studenten die in het academiejaar 2022-2023 een diploma van bachelor in de verpleegkunde behalen met een studieomvang van 240 studiepunten sluiten, worden de woorden "een een zorgkundige" vervangen door de woorden "een zorgkundige";
Art. 5.In hoofdstuk 3 wordt een artikel 432/1 ingevoegd, dat luidt als volgt: "
Art. 432/1.In dit hoofdstuk wordt onder meervoudig werkgeverschap verstaan: de situatie waarbij een werknemer werkt als loontrekkende of statutair, in verschillende zorgvoorzieningen, in het kader van een globale arbeidsovereenkomst of binnen een werkgeversgroepering.".
Art. 6.In artikel 433 van hetzelfde besluit, gewijzigd bij de besluiten van de Vlaamse Regering van 28 juni 2019, 4 december 2020 en 14 oktober 2022, worden de volgende wijzigingen aangebracht: 1° in paragraaf 1 wordt de zinsnede ", over hun eigen loontrekkende of statutaire kinesitherapeuten of ergotherapeuten en over voldoende aanvullend gekwalificeerd personeel voor reactivering" vervangen door de woorden "en eigen loontrekkend of statutair personeel voor reactivering"; 2° aan paragraaf 1 wordt de volgende zin toegevoegd: "Bij de samenstelling van dat personeel wordt rekening gehouden met het aantal gebruikers die zijn gerangschikt in elk van de afhankelijkheidscategorieën, vermeld in artikel 426 van dit besluit, en met de voorwaarden, vermeld in artikel 20, 2° en 3°, van bijlage 7 bij het besluit van 28 juni 2019."; 3° in paragraaf 3, eerste lid, worden tussen de woorden "centrum voor dagverzorging" en het woord "bedraagt" de woorden "voor zorgafhankelijke personen" ingevoegd; 4° in paragraaf 3, eerste lid, wordt punt 3° vervangen door wat volgt: "3° 0,95 personeelslid voor reactivering."; 5° in paragraaf 3, eerste lid, wordt punt 4° opgeheven; 6° in paragraaf 4, eerste lid, wordt tussen het woord "reactivering" en de woorden "Het personeelsbestand" de zin "Bij de samenstelling van dat personeel wordt rekening gehouden met het aantal gebruikers die zijn gerangschikt in elk van de afhankelijkheidscategorieën, vermeld in artikel 427 van dit besluit, en met de voorwaarden, vermeld in artikel 20, 2° en 3°, van bijlage 7 bij het besluit van 28 juni 2019." ingevoegd; 7° aan paragraaf 5, tweede lid, worden de woorden "en vierde lid" toegevoegd;8° er wordt een paragraaf 7 toegevoegd, die luidt als volgt: " § 7.Het zorgpersoneel dat vanuit een openbare dienst ter beschikking wordt gesteld aan een centrum voor dagverzorging, wordt gelijkgesteld aan het eigen loontrekkende of statutaire zorgpersoneel, vermeld in paragraaf 1, op voorwaarde dat er een overeenkomst is afgesloten tussen enerzijds het centrum voor dagverzorging waaraan het personeel ter beschikking gesteld wordt, en anderzijds de openbare dienst."; 9° er wordt een paragraaf 8 toegevoegd, die luidt als volgt: " § 8.Het personeelslid dat via meervoudig werkgeverschap wordt tewerkgesteld, wordt gelijkgesteld aan het eigen loontrekkende of statutaire personeel, als aan al de volgende voorwaarden is voldaan: 1° alleen de prestaties die zijn verricht in het centrum voor dagverzorging in kwestie, komen in aanmerking voor de berekening van de basistegemoetkoming voor zorg voor het centrum voor dagverzorging;2° als het agentschap erom vraagt, wordt alle andere bijkomende informatie over de tewerkstelling via het meervoudige werkgeverschap en de organisatie van het meervoudige werkgeverschap bezorgd;3° uit de overeenkomst met het personeelslid blijkt in welke zorgvoorzieningen, en voor welke gemiddelde arbeidsduur per week het personeelslid wordt ingeschakeld;4° het werkgeversgezag is in het kader van het meervoudige werkgeverschap overgedragen aan de voorziening waar het personeelslid prestaties verricht;5° de loon- en arbeidsvoorwaarden van toepassing in de woonzorgvoorzieningen, zoals vermeld in artikel 2, § 1, 19° van het Woonzorg decreet van 15 februari 2019Relevante gevonden documenten type decreet prom. 15/02/2019 pub. 03/05/2019 numac 2019030252 bron vlaamse overheid Decreet betreffende de woonzorg type decreet prom. 15/02/2019 pub. 26/04/2019 numac 2019011711 bron vlaamse overheid Decreet betreffende het jeugddelinquentierecht sluiten, in uitvoering van de collectieve arbeidsovereenkomsten afgesloten in het paritair comité voor de gezondheidsinrichtingen en -diensten of in uitvoering van een protocolakkoord, zijn van toepassing op de werknemers tewerkgesteld in het kader van meervoudig werkgeverschap . In afwijking van het eerste lid, 1°, bezorgt een centrum voor dagverzorging, dat zorgpersoneel via meervoudig werkgeverschap inzet, voor de referentieperiode van 1 juli 2023 tot en met 30 juni 2024 aan het agentschap een lijst van de medewerkers in kwestie.".
Art. 7.In artikel 434, § 1, van hetzelfde besluit, gewijzigd bij de besluiten van de Vlaamse Regering van 28 juni 2019 en 4 december 2020, worden de volgende wijzingen aangebracht: 1° in het eerste lid wordt de zin "Er is geen compensatie mogelijk als het gaat om een tekort voor de norm van 0,35 kinesitherapeut of ergotherapeut of logopedist per vijftien personen die gebruik maken van het centrum voor dagverzorging en of voor de personeelsnorm van 0,5 klinisch psycholoog voor vijftien personen die gebruik maken van het centrum voor dagverzorging." opgeheven; 2° er wordt een derde lid toegevoegd, dat luidt als volgt: "Er is geen compensatie mogelijk als vermeld in het eerste lid, als het gaat om een tekort voor de norm van 0,5 klinisch psycholoog voor vijftien personen die gebruikmaken van het centrum voor dagverzorging voor personen met een ernstige ziekte, vermeld in artikel 433, § 4.".
Art. 8.In artikel 452, eerste lid, van hetzelfde besluit, gewijzigd bij de besluiten van de Vlaamse Regering van 14 oktober 2022, 6 oktober 2023 en 23 november 2023, wordt tussen het woord "agentschap" en de woorden "ieder trimester" het woord "over" ingevoegd.
Art. 9.Aan artikel 454 van hetzelfde besluit, gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 20 oktober 2023Relevante gevonden documenten type besluit van de vlaamse regering prom. 20/10/2023 pub. 06/11/2023 numac 2023046804 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering tot wijziging van het besluit van de Vlaamse Regering van 30 november 2018 houdende de uitvoering van het decreet van 18 mei 2018 houdende de Vlaamse sociale bescherming, wat betreft de wijziging en de opheffing van de aanpassingscoëfficiënt in de basistegemoetkoming voor zorg in woonzorgcentra en centra voor kortverblijf type besluit van de vlaamse regering prom. 20/10/2023 pub. 12/01/2024 numac 2023048327 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering tot wijziging van het besluit van de Vlaamse Regering van 1 juni 1995 houdende algemene en sectorale bepalingen inzake milieuhygiëne en titel III van het VLAREM van 16 mei 2014, wat betreft de omzetting van de BBT-conclusies voor de ferrometaalverwerkende industrie type besluit van de vlaamse regering prom. 20/10/2023 pub. 30/01/2024 numac 2024000856 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering tot wijziging van het besluit van de Vlaamse Regering van 23 december 2022 voor de professionalisering van onderwijsinternaten van het Gemeenschapsonderwijs voor de periode van 15 december 2022 tot en met 31 augustus 2024 sluiten, wordt een vijfde lid toegevoegd, dat luidt als volgt: "In afwijking van het eerste tot en met derde lid zijn de volgende bepalingen van toepassing om de tegemoetkoming te berekenen voor zorg in een woonzorgcentrum, in voorkomend geval met het bijbehorende centrum voor kortverblijf, voor de facturatieperiode 2025: 1° op 30 september 2024 gaat het agentschap na of voor alle trimesters de elektronische vragenlijst, vermeld in artikel 452 van dit besluit, is ingediend.Uiterlijk op 7 oktober 2024 verstuurt het agentschap een laatste herinnering aan de woonzorgcentra, in voorkomend geval met het bijbehorende centrum voor kortverblijf, die geen elektronische vragenlijst, vermeld in artikel 452 van dit besluit, voor een of meer trimesters hebben ingediend; 2° er wordt geen vermindering van 25% toegepast op het bedrag van de basistegemoetkoming voor zorg, voor de facturatieperiode 2025, als het woonzorgcentrum, in voorkomend geval met het bijbehorende centrum voor kortverblijf, de elektronische vragenlijst, vermeld in artikel 452 van dit besluit, niet uiterlijk op 15 oktober 2024 heeft ingediend.Voor trimesters waarvoor op 16 oktober 2024 geen elektronische vragenlijst, vermeld in artikel 452 van dit besluit, is ingediend, dient het agentschap de elektronische vragenlijsten in; 3° vanaf 16 oktober 2024 bezorgt het agentschap het bedrag en de voorlopige berekening van de basistegemoetkoming voor zorg in een woonzorgcentrum of een centrum voor kortverblijf aan de zorgvoorziening voor de facturatieperiode 2025;4° de zorgvoorziening kan aansluitend de gegevens wijzigen tot en met dertig dagen na de dag waarop ze de voorlopige berekening, vermeld in punt 3°, heeft ontvangen van het agentschap;5° de definitieve berekening wordt door het agentschap bezorgd vanaf de eenendertigste dag die volgt op de voorlopige berekening, vermeld in punt 3° ;6° een woonzorgcentrum, in voorkomend geval met het bijbehorende centrum voor kortverblijf, kan tot en met twintig dagen na de dag waarop het de definitieve berekening, vermeld in punt 5°, heeft ontvangen van het agentschap, uitzonderlijk en eenmalig de gegevens laten wijzigen met het oog op een wijziging van de basistegemoetkoming voor zorg door het agentschap.Als de zorgvoorziening gebruikmaakt van die mogelijkheid, wordt er op het bedrag van de basistegemoetkoming voor zorg, na de uitzonderlijke en eenmalige herberekening, gedurende het eerste trimester van het facturatiejaar 2025 een bedrag in mindering gebracht. Dat in mindering te brengen bedrag is gelijk aan 25% van het verschil tussen het bedrag na de uitzonderlijke en eenmalige herberekening en het bedrag na de voorgaande definitieve berekening, vermeld in punt 5°. Als het verschil een negatief bedrag is, wordt het verschil herleid naar nul; 7° als een woonzorgcentrum, in voorkomend geval met het bijbehorende centrum voor kortverblijf, de gegevens uitzonderlijk en eenmalig laat wijzigen conform punt 6°, met het oog op een wijziging van de basistegemoetkoming voor zorg én een wijziging van de financiële tegemoetkoming ter vergoeding van de maatregelen voor de vrijstelling van arbeidsprestaties en eindeloopbaan conform artikel 8, § 3, van het besluit van de Vlaamse Regering van 7 december 2018Relevante gevonden documenten type besluit van de vlaamse regering prom. 07/12/2018 pub. 28/01/2019 numac 2019030047 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering tot wijziging van diverse bepalingen van het besluit van de Vlaamse Regering van 30 november 2018 houdende de uitvoering van het decreet van 18 mei 2018 houdende de Vlaamse sociale bescherming, wat betreft de gespreide uitrol voor woonzorgcentra, centra voor kortverblijf en dagverzorgingscentra type besluit van de vlaamse regering prom. 07/12/2018 pub. 21/12/2018 numac 2018015480 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering betreffende de nadere regels voor het verkrijgen van een zorgtoeslag sluiten tot financiering van sommige sociale akkoorden in bepaalde gezondheidsinrichtingen en diensten, wordt alleen het bedrag dat is bepaald conform punt 6°, in mindering gebracht van de basistegemoetkoming voor zorg.Het bedrag voor de financiële tegemoetkoming ter vergoeding van de maatregelen inzake vrijstelling van arbeidsprestaties wordt in dat geval niet verminderd.".
Art. 10.Artikel 454 van hetzelfde besluit, gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 20 oktober 2023Relevante gevonden documenten type besluit van de vlaamse regering prom. 20/10/2023 pub. 06/11/2023 numac 2023046804 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering tot wijziging van het besluit van de Vlaamse Regering van 30 november 2018 houdende de uitvoering van het decreet van 18 mei 2018 houdende de Vlaamse sociale bescherming, wat betreft de wijziging en de opheffing van de aanpassingscoëfficiënt in de basistegemoetkoming voor zorg in woonzorgcentra en centra voor kortverblijf type besluit van de vlaamse regering prom. 20/10/2023 pub. 12/01/2024 numac 2023048327 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering tot wijziging van het besluit van de Vlaamse Regering van 1 juni 1995 houdende algemene en sectorale bepalingen inzake milieuhygiëne en titel III van het VLAREM van 16 mei 2014, wat betreft de omzetting van de BBT-conclusies voor de ferrometaalverwerkende industrie type besluit van de vlaamse regering prom. 20/10/2023 pub. 30/01/2024 numac 2024000856 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering tot wijziging van het besluit van de Vlaamse Regering van 23 december 2022 voor de professionalisering van onderwijsinternaten van het Gemeenschapsonderwijs voor de periode van 15 december 2022 tot en met 31 augustus 2024 sluiten en dit besluit, wordt vervangen door wat volgt: "
Art. 454.Op 30 september volgend op de referentieperiode gaat het agentschap na of voor alle trimesters de elektronische vragenlijst, vermeld in artikel 452, is ingediend. Uiterlijk op 7 oktober volgend op de referentieperiode verstuurt het agentschap een laatste herinnering aan de woonzorgcentra, in voorkomend geval met bijbehorend centrum voor kortverblijf, die geen elektronische vragenlijst, vermeld in artikel 452, voor een of meer trimesters hebben ingediend.
Als het woonzorgcentrum, in voorkomend geval met bijbehorend centrum voor kortverblijf de elektronische vragenlijst, vermeld in artikel 452, niet uiterlijk op 15 oktober die volgt op de referentieperiode, heeft ingediend, wordt het bedrag van de definitieve berekening van de basistegemoetkoming voor zorg, vermeld in het zevende lid, verminderd met 25%. Het woonzorgcentrum, in voorkomend geval met bijbehorend centrum voor kortverblijf, kan de volledige basistegemoetkoming voor zorg verkrijgen vanaf de eerste dag van het trimester dat volgt op het trimester waarin de zorgvoorziening de elektronische vragenlijst, vermeld in artikel 452, heeft ingediend. Dat kan ten vroegste vanaf 1 april van de factureringsperiode.
Het agentschap dient de elektronische vragenlijst, vermeld in artikel 452, in voor de trimesters waarvoor op 16 oktober die volgt op de referentieperiode, geen elektronische vragenlijst is ingediend.
Het agentschap maakt jaarlijks twee voorlopige berekeningen en een definitieve berekening van de basistegemoetkoming voor zorg.
Vanaf 16 oktober die volgt op de referentieperiode, bezorgt het agentschap de eerste voorlopige berekening van de voorlopige berekeningen van de basistegemoetkoming voor zorg, vermeld in het vierde lid. De zorgvoorziening kan aansluitend de gegevens wijzigen tot en met dertig dagen na de dag waarop ze de eerste voorlopige berekening heeft ontvangen van het agentschap. Het agentschap heropent daarvoor alle trimesters van de referentieperiode in kwestie voor alle zorgvoorzieningen. Het agentschap dient de elektronische vragenlijst in voor de trimesters waarvoor de elektronische vragenlijst na de voormelde periode van dertig dagen niet opnieuw zijn ingediend.
Vanaf de eenendertigste dag die volgt op de eerste voorlopige berekening, vermeld in het vijfde lid, bezorgt het agentschap de tweede voorlopige berekening van de voorlopige berekeningen van de basistegemoetkoming voor zorg, vermeld in het vierde lid. De zorgvoorziening kan aansluitend de gegevens een laatste keer wijzigen tot veertien dagen na de dag waarop ze de tweede voorlopige berekening heeft ontvangen van het agentschap. De te wijzigen trimesters in kwestie worden heropend na het bezorgen van een motivering aan het agentschap. Het agentschap dient de elektronische vragenlijst in voor de trimesters waarvoor de elektronische vragenlijst na de voormelde periode van veertien dagen niet opnieuw zijn ingediend. De elektronische vragenlijst wordt als afgesloten beschouwd.
De definitieve berekening van de basistegemoetkoming voor zorg wordt door het agentschap bezorgd vanaf de vijftiende dag die volgt op de tweede voorlopige berekening, vermeld in het zesde lid.
Een woonzorgcentrum, in voorkomend geval met bijbehorend centrum voor kortverblijf, kan tot en met de twintigste na de dag waarop het de definitieve berekening, vermeld in het zevende lid, heeft ontvangen, het agentschap verzoeken om uitzonderlijk en eenmalig de gegevens te laten wijzigen met het oog op een wijziging van de basistegemoetkoming voor zorg door het agentschap. Het woonzorgcentrum, in voorkomend geval met bijbehorend centrum voor kortverblijf dient daarvoor een gemotiveerd verzoek in. Een zorgvoorziening die voldoet aan al de volgende voorwaarden, komt in aanmerking voor een wijziging van de gegevens: 1° een motivering bezorgen over de noodzaak en doelstelling tot aanpassing van de gegevens.De zorgvoorziening deelt daarbij mee in het kader van welke berekening de aanpassing beoogd wordt, welke aanpassing er beoogd wordt en de reden waarom; 2° een zelfevaluatie bezorgen van de reden waarom de aanpassing van de gegevens noodzakelijk is en niet eerder is meegedeeld;3° een actieplan bezorgen met de manier waarop in de toekomst een soortgelijke laattijdige vaststelling van incorrect of onvolledig meegedeelde gegevens zal worden vermeden;4° aantonen dat de beoogde aanpassing, verminderd met de vermindering vermeld in het tiende lid, een financiële meerwaarde heeft ten opzichte van de definitieve berekening, vermeld in het zevende lid, die de zorgvoorziening heeft ontvangen. Het agentschap beoordeelt of voldaan is aan de voorwaarden, vermeld in het achtste lid. Als de voorwaarden niet zijn vervuld, bezorgt de leidend ambtenaar een weigeringsbeslissing aan het woonzorgcentrum, in voorkomend geval met het bijbehorende centrum voor kortverblijf, met een aangetekende zending of op om het even welke andere manier die toelaat de ontvangstdatum met zekerheid vast te stellen. Het woonzorgcentrum, in voorkomend geval met bijbehorend centrum voor kortverblijf, kan binnen drie maanden na de datum waarop het de weigeringsbeslissing heeft ontvangen, beroep aantekenen bij de arbeidsrechtbank.
Het woonzorgcentrum, in voorkomend geval met het bijbehorende centrum voor kortverblijf, waarvoor conform het achtste lid, uitzonderlijk en eenmalig de gegevens worden gewijzigd met het oog op een wijziging van de basistegemoetkoming voor zorg, ontvangt een uitzonderlijke eenmalige herberekening. Op het bedrag van de basistegemoetkoming voor zorg wordt een vermindering toegepast van 25% op het eerste trimester van het facturatiejaar, met uitzondering van die gevallen waar de basistegemoetkoming voor zorg met toepassing van het tweede lid al met 25% werd verminderd.
Als een woonzorgcentrum, in voorkomend geval met het bijbehorende centrum voor kortverblijf, de gegevens uitzonderlijk en eenmalig laat wijzigen conform het achtste lid, met het oog op een wijziging van de basistegemoetkoming voor zorg én een wijziging van de financiële tegemoetkoming voor de vergoeding van de maatregelen voor de vrijstelling van arbeidsprestaties en eindeloopbaan conform artikel 5/1, zevende lid, van het besluit van de Vlaamse Regering van 7 december 2018Relevante gevonden documenten type besluit van de vlaamse regering prom. 07/12/2018 pub. 28/01/2019 numac 2019030047 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering tot wijziging van diverse bepalingen van het besluit van de Vlaamse Regering van 30 november 2018 houdende de uitvoering van het decreet van 18 mei 2018 houdende de Vlaamse sociale bescherming, wat betreft de gespreide uitrol voor woonzorgcentra, centra voor kortverblijf en dagverzorgingscentra type besluit van de vlaamse regering prom. 07/12/2018 pub. 21/12/2018 numac 2018015480 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering betreffende de nadere regels voor het verkrijgen van een zorgtoeslag sluiten tot financiering van sommige sociale akkoorden in bepaalde gezondheidsinrichtingen en -diensten, wordt alleen een vermindering als vermeld in het tiende lid, toegepast op de basistegemoetkoming voor zorg. Het bedrag voor de financiële tegemoetkoming ter vergoeding van de maatregelen inzake vrijstelling van arbeidsprestaties wordt in dat geval niet verminderd.".
Art. 11.In artikel 456 van hetzelfde besluit, het laatst gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 20 oktober 2023Relevante gevonden documenten type besluit van de vlaamse regering prom. 20/10/2023 pub. 06/11/2023 numac 2023046804 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering tot wijziging van het besluit van de Vlaamse Regering van 30 november 2018 houdende de uitvoering van het decreet van 18 mei 2018 houdende de Vlaamse sociale bescherming, wat betreft de wijziging en de opheffing van de aanpassingscoëfficiënt in de basistegemoetkoming voor zorg in woonzorgcentra en centra voor kortverblijf type besluit van de vlaamse regering prom. 20/10/2023 pub. 12/01/2024 numac 2023048327 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering tot wijziging van het besluit van de Vlaamse Regering van 1 juni 1995 houdende algemene en sectorale bepalingen inzake milieuhygiëne en titel III van het VLAREM van 16 mei 2014, wat betreft de omzetting van de BBT-conclusies voor de ferrometaalverwerkende industrie type besluit van de vlaamse regering prom. 20/10/2023 pub. 30/01/2024 numac 2024000856 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering tot wijziging van het besluit van de Vlaamse Regering van 23 december 2022 voor de professionalisering van onderwijsinternaten van het Gemeenschapsonderwijs voor de periode van 15 december 2022 tot en met 31 augustus 2024 sluiten, worden de volgende wijzigingen aangebracht: 1° in paragraaf 1, eerste lid, wordt tussen het woord "agentschap" en de woorden "ieder trimester" het woord "over" ingevoegd;2° in paragraaf 1, vierde lid, worden de woorden "in twee en derde lid" vervangen door de zinsnede ", vermeld in het tweede en derde lid,";3° aan paragraaf 2 wordt een vijfde lid toegevoegd, dat luidt als volgt: "In afwijking van het eerste tot en met het derde lid zijn de volgende bepalingen van toepassing om de tegemoetkoming te berekenen voor zorg in een centrum voor dagverzorging voor de facturatieperiode 2025: 1° op 30 september 2024 gaat het agentschap na of voor alle trimesters de elektronische vragenlijst, vermeld in paragraaf 1, eerste lid, is ingediend.Uiterlijk op 7 oktober 2024 verstuurt het agentschap een laatste herinnering aan de centra voor dagverzorging die geen elektronische vragenlijst, vermeld in paragraaf 1, eerste lid, voor een of meer trimesters hebben ingediend; 2° er wordt geen vermindering van 25% toegepast op het bedrag van de basistegemoetkoming voor zorg, voor de facturatieperiode 2025, als het centrum voor dagverzorging, de elektronische vragenlijst, vermeld in paragraaf 1, eerste lid, niet uiterlijk op 15 oktober 2024 heeft ingediend.Voor trimesters waarvoor op 16 oktober 2024 geen elektronische vragenlijst, vermeld in paragraaf 1, eerste lid, is ingediend, dient het agentschap de elektronische vragenlijsten in; 3° vanaf 16 oktober 2024 bezorgt het agentschap het bedrag en de voorlopige berekening van de basistegemoetkoming voor zorg in een centrum voor dagverzorging aan de zorgvoorziening voor de facturatieperiode 2025;4° de zorgvoorziening kan aansluitend de gegevens wijzigen tot en met dertig dagen na de dag waarop ze de voorlopige berekening, vermeld in punt 3°, heeft ontvangen van het agentschap;5° de definitieve berekening wordt door het agentschap bezorgd vanaf de eenendertigste dag die volgt op de voorlopige berekening, vermeld in punt 3° ;6° een centrum voor dagverzorging kan tot en met twintig dagen na de dag waarop het de definitieve berekening, vermeld in punt 5°, heeft ontvangen van het agentschap, uitzonderlijk en eenmalig de gegevens laten wijzigen met het oog op een wijziging van de basistegemoetkoming voor zorg door het agentschap.Als de zorgvoorziening gebruikmaakt van die mogelijkheid, wordt er op het bedrag van de basistegemoetkoming voor zorg, na de uitzonderlijke en eenmalige herberekening, gedurende het eerste trimester van het facturatiejaar 2025 een bedrag in mindering gebracht. Dat in mindering te brengen bedrag is gelijk aan 25% van het verschil tussen het bedrag na de uitzonderlijke en eenmalige herberekening en het bedrag na de voorgaande definitieve berekening, vermeld in punt 5°. Als het verschil een negatief bedrag is, wordt het verschil herleid naar nul; 7° als een centrum voor dagverzorging de gegevens uitzonderlijk en eenmalig laat wijzigen conform punt 6°, met het oog op een wijziging van de basistegemoetkoming voor zorg én een wijziging van de financiële tegemoetkoming ter vergoeding van de maatregelen voor de vrijstelling van arbeidsprestaties en eindeloopbaan conform artikel 8, § 3, van het besluit van de Vlaamse Regering van 7 december 2018Relevante gevonden documenten type besluit van de vlaamse regering prom. 07/12/2018 pub. 28/01/2019 numac 2019030047 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering tot wijziging van diverse bepalingen van het besluit van de Vlaamse Regering van 30 november 2018 houdende de uitvoering van het decreet van 18 mei 2018 houdende de Vlaamse sociale bescherming, wat betreft de gespreide uitrol voor woonzorgcentra, centra voor kortverblijf en dagverzorgingscentra type besluit van de vlaamse regering prom. 07/12/2018 pub. 21/12/2018 numac 2018015480 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering betreffende de nadere regels voor het verkrijgen van een zorgtoeslag sluiten tot financiering van sommige sociale akkoorden in bepaalde gezondheidsinrichtingen en diensten, wordt alleen het bedrag dat is bepaald conform punt 6°, in mindering gebracht van de basistegemoetkoming voor zorg.Het bedrag voor de financiële tegemoetkoming ter vergoeding van de maatregelen inzake vrijstelling van arbeidsprestaties wordt in dat geval niet verminderd.".
Art. 12.In artikel 456 van hetzelfde besluit, het laatst gewijzigd bij dit besluit, wordt paragraaf 2 vervangen door wat volgt: " § 2. Op 30 september volgend op de referentieperiode gaat het agentschap na of voor alle trimesters de elektronische vragenlijst, vermeld in paragraaf 1, eerste lid, is ingediend. Uiterlijk op 7 oktober volgend op de referentieperiode verstuurt het agentschap een laatste herinnering aan de centra voor dagverzorging die geen elektronische vragenlijst, vermeld in paragraaf 1, eerste lid, voor een of meer trimesters hebben ingediend.
Als het centrum voor dagverzorging de elektronische vragenlijst, vermeld in paragraaf 1, eerste lid, niet uiterlijk op 15 oktober die volgt op de referentieperiode, heeft ingediend, wordt het bedrag van de definitieve berekening van de basistegemoetkoming voor zorg, vermeld in het zevende lid, verminderd met 25%. Het centrum voor dagverzorging kan de volledige basistegemoetkoming voor zorg verkrijgen vanaf de eerste dag van het trimester dat volgt op het trimester waarin het centrum voor dagverzorging de elektronische vragenlijst, vermeld in paragraaf 1, eerste lid, heeft ingediend. Dat kan ten vroegste vanaf 1 april van de factureringsperiode.
Het agentschap dient de elektronische vragenlijst, vermeld in paragraaf 1, eerste lid, in voor de trimesters waarvoor op 16 oktober die volgt op de referentieperiode, geen elektronische vragenlijst is ingediend.
Het agentschap maakt jaarlijks twee voorlopige berekeningen en een definitieve berekening van de basistegemoetkoming voor zorg.
Vanaf 16 oktober die volgt op de referentieperiode, bezorgt het agentschap de eerste voorlopige berekening van de voorlopige berekeningen van de basistegemoetkoming voor zorg, vermeld in het vierde lid. De zorgvoorziening kan aansluitend de gegevens wijzigen tot en met dertig dagen na de dag waarop ze de eerste voorlopige berekening heeft ontvangen van het agentschap. Het agentschap heropent daarvoor alle trimesters van de referentieperiode in kwestie, voor alle zorgvoorzieningen. Het agentschap dient de elektronische vragenlijst in voor de trimesters waarvoor de elektronische vragenlijst na de voormelde periode van dertig dagen niet opnieuw zijn ingediend.
Vanaf de eenendertigste dag die volgt op de eerste voorlopige berekening, vermeld in het vijfde lid, bezorgt het agentschap de tweede voorlopige berekening van de voorlopige berekeningen van de basistegemoetkoming voor zorg, vermeld in het vierde lid. De zorgvoorziening kan aansluitend de gegevens een laatste keer wijzigen tot veertien dagen na de dag waarop ze de tweede voorlopige berekening heeft ontvangen van het agentschap. De te wijzigen trimesters in kwestie worden heropend na het bezorgen van een motivering aan het agentschap. Het agentschap dient de elektronische vragenlijst in voor de trimesters waarvoor de elektronische vragenlijst na de voormelde periode van veertien dagen niet opnieuw zijn ingediend. De elektronische vragenlijst wordt als afgesloten beschouwd.
De definitieve berekening van de basistegemoetkoming voor zorg wordt door het agentschap bezorgd vanaf de vijftiende dag die volgt op de tweede voorlopige berekening, vermeld in het zesde lid.
Een centrum voor dagverzorging kan tot en met de twintigste dag na de dag waarop het centrum voor dagverzorging de definitieve berekening, vermeld in het zevende lid, heeft ontvangen, het agentschap verzoeken om uitzonderlijk en eenmalig de gegevens te laten wijzigen met het oog op een wijziging van de basistegemoetkoming voor zorg door het agentschap. Het centrum voor dagverzorging dient daarvoor een gemotiveerd verzoek in. Een centrum voor dagverzorging dat voldoet aan al de volgende voorwaarden, komt in aanmerking voor een wijziging van de gegevens: 1° een motivering bezorgen van de noodzaak en doelstelling tot aanpassing van de gegevens.De zorgvoorziening deelt daarbij mee in het kader van welke berekening de aanpassing beoogd wordt, welke aanpassing er beoogd wordt en de reden waarom; 2° een zelfevaluatie bezorgen van de reden waarom de aanpassing van de gegevens noodzakelijk is en niet eerder is meegedeeld;3° een actieplan bezorgen met de manier waarop in de toekomst een soortgelijke laattijdige vaststelling van incorrect of onvolledig meegedeelde gegevens zal worden vermeden;4° aantonen dat de beoogde aanpassing, verminderd met de vermindering vermeld in het tiende lid, een financiële meerwaarde heeft ten opzichte van de definitieve berekening, vermeld in het zevende lid, die de zorgvoorziening heeft ontvangen. Het agentschap beoordeelt of voldaan is aan de voorwaarden, vermeld in het achtste lid. Als de voorwaarden niet zijn vervuld, bezorgt de leidend ambtenaar een weigeringsbeslissing aan het centrum voor dagverzorging met een aangetekende zending of op om het even welke andere manier die toelaat de ontvangstdatum met zekerheid vast te stellen. Het centrum voor dagverzorging kan binnen drie maanden na de datum waarop het de weigeringsbeslissing heeft ontvangen, beroep aantekenen bij de arbeidsrechtbank.
Het centrum voor dagverzorging, waarvoor conform het achtste lid uitzonderlijk en eenmalig de gegevens worden gewijzigd met het oog op een wijziging van de basistegemoetkoming voor zorg, ontvangt een uitzonderlijke eenmalige herberekening. Op het bedrag van de basistegemoetkoming voor zorg wordt een vermindering toegepast van 25% op het eerste trimester van het facturatiejaar, met uitzondering van die gevallen waar de basistegemoetkoming voor zorg met toepassing van het tweede lid al met 25% werd verminderd.
Als een centrum voor dagverzorging de gegevens uitzonderlijk en eenmalig laat wijzigen conform het achtste lid, met het oog op een wijziging van de basistegemoetkoming voor zorg én een wijziging van de financiële tegemoetkoming voor de vergoeding van de maatregelen voor de vrijstelling van arbeidsprestaties en eindeloopbaan conform artikel 5/1, zevende lid, van het besluit van de Vlaamse Regering van 7 december 2018Relevante gevonden documenten type besluit van de vlaamse regering prom. 07/12/2018 pub. 28/01/2019 numac 2019030047 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering tot wijziging van diverse bepalingen van het besluit van de Vlaamse Regering van 30 november 2018 houdende de uitvoering van het decreet van 18 mei 2018 houdende de Vlaamse sociale bescherming, wat betreft de gespreide uitrol voor woonzorgcentra, centra voor kortverblijf en dagverzorgingscentra type besluit van de vlaamse regering prom. 07/12/2018 pub. 21/12/2018 numac 2018015480 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering betreffende de nadere regels voor het verkrijgen van een zorgtoeslag sluiten tot financiering van sommige sociale akkoorden in bepaalde gezondheidsinrichtingen en -diensten, wordt alleen een vermindering als vermeld in het tiende lid, toegepast op de basistegemoetkoming voor zorg. Het bedrag voor de financiële tegemoetkoming ter vergoeding van de maatregelen inzake vrijstelling van arbeidsprestaties wordt in dat geval niet verminderd.".
Art. 13.Aan boek 3, deel 1, titel 6, hoofdstuk 4, van hetzelfde besluit, ingevoegd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 23 november 2023Relevante gevonden documenten type besluit van de vlaamse regering prom. 23/11/2023 pub. 19/12/2023 numac 2023048282 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering tot wijziging van het besluit van de Vlaamse Regering van 30 november 2018 houdende de uitvoering van het decreet van 18 mei 2018 houdende de Vlaamse sociale bescherming en het besluit van de Vlaamse Regering van 28 juni 2019 betreffende de programmatie, de erkenningsvoorwaarden en de subsidieregeling voor woonzorgvoorzieningen en verenigingen voor mantelzorgers en gebruikers sluiten, wordt een artikel 457/2 toegevoegd, dat luidt als volgt: "
Art. 457/2.In deze titel wordt onder meervoudig werkgeverschap verstaan: de situatie waarbij een werknemer werkt als loontrekkende of statutair, in verschillende zorgvoorzieningen, in het kader van een globale arbeidsovereenkomst of binnen een werkgeversgroepering.".
Art. 14.In artikel 480 van hetzelfde besluit, gewijzigd bij de besluiten van de Vlaamse Regering van 14 oktober 2022 en 6 oktober 2023, worden de volgende wijzigingen aangebracht: 1° in paragraaf 1, tweede lid, wordt de zinsnede ", de kinesitherapeuten, de ergotherapeuten, de logopedisten" opgeheven; 2° in paragraaf 4 wordt punt 5° vervangen door wat volgt: "5° vanaf 12 jaar en kleiner dan 14 jaar: 52.165,03 euro;"; 3° aan paragraaf 4 worden een punt 6° en een punt 7° toegevoegd, die luiden als volgt: "6° vanaf 14 jaar en kleiner dan 16 jaar: 52.402,65 euro; 7° vanaf 16 jaar: 53.330,71 euro."; 4° in paragraaf 5 wordt de zinsnede "en voor een kinesitherapeut, een ergotherapeut of een logopedist " opgeheven; 5° in paragraaf 5 wordt punt 5° vervangen door wat volgt: "5° vanaf 12 jaar en kleiner dan 14 jaar: 60.631,27 euro;"; 6° aan paragraaf 5 worden een punt 6° en een punt 7° toegevoegd, die luiden als volgt: "6° vanaf 14 jaar en kleiner dan 16 jaar: 60.920,93 euro; 7° vanaf 16 jaar: 66.874,48 euro."; 7° er wordt een paragraaf 7 toegevoegd, die luidt als volgt: " § 7.Voor de facturatieperiode van 1 juli 2024 tot en met 31 december 2024 wordt de compensatie aan een woonzorgcentrum, in voorkomend geval met het bijbehorende centrum voor kortverblijf, voorzien via een rechtstreekse subsidie die, conform de bepalingen vermeld in artikel 474 tot en met 487, berekend als volgt: De subsidie is gelijk aan (A1 + A2) x 1,022318 x het gewogen gemiddelde aantal erkende woongelegenheden van het woonzorgcentrum en het centrum voor kortverblijf in kwestie in de maand mei 2024 x de gemiddelde bezettingsgraad in de referentieperiode van 1 juli 2022 tot en met 30 juni 2023, waarbij: 1° A1 wordt berekend als volgt: (A-B)/C, waarbij a) A= de totale loonkost voor het te financieren VTE zorgkundigen, zijinstroomzorgkundigen en personeel voor reactivering berekend met toepassing van aangepaste anciënniteitstrappen, vermeld in paragraaf 4 en 5;b) B = de totale loonkost voor het te financieren VTE zorgkundigen, zijinstroomzorgkundigen en personeel voor reactivering zoals berekend in de berekening van de basistegemoetkoming voor zorg geldig op 1 juli 2024;c) C = het aantal verblijfsdagen in de referentieperiode van 1 juli 2022 tot en met 30 juni 2023.2° A2 wordt berekend als volgt: (D-E), waarbij a) D= het bedrag van het deel A2, berekend conform artikel 487, waarbij de "kostprijs aanwezig personeel", vermeld in artikel 487, § 1, 2°, a) en de "kostprijs gefinancierd personeel", vermeld in artikel 487, § 1, 2°, a) zijn berekend met toepassing van aangepaste anciënniteitstrappen, vermeld in paragraaf 4 en 5;b) E = het bedrag van het deel A2 zoals berekend in de berekening van de basistegemoetkoming voor zorg geldig op 1 juli 2024; 3° de gemiddelde bezettingsgraad in de referentieperiode van 1 juli 2022 tot en met 30 juni 2023 = het aantal ligdagen zoals meegedeeld voor de referentieperiode gedeeld door het gewogen gemiddelde aantal erkende woongelegenheden van het woonzorgcentrum en het centrum voor kortverblijf in de referentieperiode.".
Art. 15.In artikel 482, eerste lid, van hetzelfde besluit, gewijzigd bij de besluiten van de Vlaamse Regering van 16 juli 2021 en 14 oktober 2022, wordt de zinsnede "die niet onder de toepassing vallen van artikel 479 of artikel 483, § 2," opgeheven.
Art. 16.In artikel 487 van hetzelfde besluit, gewijzigd bij de besluiten van de Vlaamse Regering van 14 oktober 2022 en 6 oktober 2023, worden de volgende wijzigingen aangebracht: 1° in paragraaf 1, eerste lid wordt tussen het woord "Als" en het woord "een" het woord "in" toegevoegd;2° in paragraaf 1, eerste lid, wordt de zinsnede "geen personeelstekort, als vermeld in artikel 479 of artikel 483, § 2, vertoont, en als" opgeheven;3° in paragraaf 1, eerste lid, worden de woorden "hoger is" vervangen door de woorden "hoger zijn";4° aan paragraaf 1, eerste lid, worden een punt 3° tot en met 5° toegevoegd, die luiden als volgt: "3° er is geen personeelstekort als vermeld in artikel 483, § 2;4° er is geen personeelstekort, als vermeld in artikel 479, op de norm zorgkundigen;5° er is geen personeelstekort, als vermeld in artikel 479, of een personeelstekort, als vermeld in artikel 479, op maximaal één van de volgende kwalificaties: a) de kwalificatie verpleegkundigen; b) de kwalificatie personeel voor reactivering."; 5° in paragraaf 2, eerste lid, wordt het percentage "15%" vervangen door het percentage "15,75%";6° in paragraaf 2 worden tussen het derde en het vierde lid twee leden ingevoegd, die luiden als volgt: "Als er een personeelstekort, als vermeld in artikel 479, is op maximaal een van de volgende kwalificaties wordt het bedrag van de tegemoetkoming, vermeld in het tweede en derde lid, verminderd op de wijze, vermeld in het vijfde lid: 1° de kwalificatie verpleegkundigen;2° de kwalificatie personeel voor reactivering. De vermindering, vermeld in het vierde lid, gebeurt op de volgende wijze: 1° bij een personeelstekort op de kwalificatie verpleegkundigen geldt: a) bij een tekort van ? 5% wordt het bedrag verminderd met 10%;b) bij een tekort van > 5% en ? 10% wordt het bedrag verminderd met 15%;c) bij een tekort van > 10% en ? 15% wordt het bedrag verminderd met 30%;d) bij een tekort van > 15% en ? 20% wordt het bedrag verminderd met 50%;e) bij een tekort van > 20% wordt het bedrag herleid naar 0 euro;2° bij een personeelstekort op de kwalificatie personeel voor reactivering geldt: a) bij een tekort van ? 5% wordt het bedrag verminderd met 10%;b) bij een tekort van > 5% en ? 10% wordt het bedrag verminderd met 25%;c) bij een tekort van > 10% en ? 15% wordt het bedrag verminderd met 50%; d) bij een tekort van > 15% wordt het bedrag herleid naar 0 euro."; 7° in de bestaande paragraaf 2, zevende lid, die paragraaf 2, negende lid wordt, wordt punt 1° vervangen door wat volgt: "1° de logistiek medewerker in de zorg wordt niet tewerkgesteld als vervanger eindeloopbaan en wordt op zijn vroegst vanaf 1 juli 2021 bijkomend tewerkgesteld.Onder die bijkomende tewerkstelling wordt een van de volgende gevallen verstaan: a) de logistiek medewerker in de zorg is bijkomend tewerkgesteld als nieuwe tewerkstelling of met een contractuitbreiding.Een tewerkstelling binnen negentig dagen na de laatste dag van een vorige tewerkstelling wordt niet als een nieuwe tewerkstelling beschouwd; b) een bestaande werknemer vormt zich om tot logistiek medewerker in de zorg en er wordt een compenserende tewerkstelling gerealiseerd waarbij de compenserende tewerkstelling voldoet aan al de volgende voorwaarden: 1) het gaat om de tewerkstelling van een of meerdere andere werknemers van wie de arbeidstijd en de looptijd van het contract van de compenserende tewerkstelling in totaal minstens gelijk zijn aan die van de voormalige functie van de werknemer die zich omvormt; 2) de compenserende tewerkstelling begint negentig dagen voor of na de start van de omvorming van de werknemer naar de functie van logistiek medewerker in de zorg;"; 8° in de bestaande paragraaf 2, achtste lid, die paragraaf 2, tiende lid wordt, wordt het woord "zevende" vervangen door het woord "negende";9° in de bestaande paragraaf 2, tiende lid, die paragraaf 2, twaalfde lid wordt, worden de woorden "zevende en negende" vervangen door de woorden "negende en elfde".
Art. 17.In artikel 511, tweede lid, van hetzelfde besluit wordt tussen de zinsnede "artikel 2" en het woord "van" de zinsnede ", § 2," ingevoegd.
Art. 18.In artikel 527, derde lid, van hetzelfde besluit, ingevoegd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 15 maart 2019Relevante gevonden documenten type besluit van de vlaamse regering prom. 15/03/2019 pub. 12/04/2019 numac 2019040841 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering houdende de toekenning van een planningsvergunning en de erkenning van woongelegenheden met een bijzondere erkenning voor de zorg en ondersteuning van personen met jongdementie en tot wijziging van het besluit van de Vlaamse Regering van 24 juli 2009 betreffende de programmatie, de erkenningsvoorwaarden en de subsidieregeling voor woonzorgvoorzieningen en verenigingen van gebruikers en mantelzorgers en het besluit van de Vlaamse Regering van 30 november 2018 houdende de uitvoering van het decreet van 18 mei 2018 houdende de Vlaamse sociale bescherming type besluit van de vlaamse regering prom. 15/03/2019 pub. 27/03/2019 numac 2019011343 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering tot wijziging van het besluit van de Vlaamse Regering van 30 november 2018 houdende de uitvoering van het decreet van 18 mei 2018 houdende de Vlaamse sociale bescherming, wat betreft de uitbreiding van het basisondersteuningsbudget type besluit van de vlaamse regering prom. 15/03/2019 pub. 24/06/2019 numac 2019012792 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering tot wijziging van artikel 4 van het besluit van de Vlaamse Regering van 21 december 2018 waarbij de overvloedige regenval die heeft plaatsgevonden van 21 mei 2018 tot 10 juni 2018 op het grondgebied van het Vlaamse Gewest als een algemene ramp wordt beschouwd en waarbij de geografische uitgestrektheid van deze ramp wordt afgebakend sluiten en gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 4 december 2020, wordt het woord "bijzondere" telkens vervangen door het woord "bijkomende".
Art. 19.In artikel 534/3, tweede lid, van hetzelfde besluit, ingevoegd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 15 maart 2019Relevante gevonden documenten type besluit van de vlaamse regering prom. 15/03/2019 pub. 12/04/2019 numac 2019040841 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering houdende de toekenning van een planningsvergunning en de erkenning van woongelegenheden met een bijzondere erkenning voor de zorg en ondersteuning van personen met jongdementie en tot wijziging van het besluit van de Vlaamse Regering van 24 juli 2009 betreffende de programmatie, de erkenningsvoorwaarden en de subsidieregeling voor woonzorgvoorzieningen en verenigingen van gebruikers en mantelzorgers en het besluit van de Vlaamse Regering van 30 november 2018 houdende de uitvoering van het decreet van 18 mei 2018 houdende de Vlaamse sociale bescherming type besluit van de vlaamse regering prom. 15/03/2019 pub. 27/03/2019 numac 2019011343 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering tot wijziging van het besluit van de Vlaamse Regering van 30 november 2018 houdende de uitvoering van het decreet van 18 mei 2018 houdende de Vlaamse sociale bescherming, wat betreft de uitbreiding van het basisondersteuningsbudget type besluit van de vlaamse regering prom. 15/03/2019 pub. 24/06/2019 numac 2019012792 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering tot wijziging van artikel 4 van het besluit van de Vlaamse Regering van 21 december 2018 waarbij de overvloedige regenval die heeft plaatsgevonden van 21 mei 2018 tot 10 juni 2018 op het grondgebied van het Vlaamse Gewest als een algemene ramp wordt beschouwd en waarbij de geografische uitgestrektheid van deze ramp wordt afgebakend sluiten, wordt tussen de zinsnede "artikel 2" en het woord "van" de zinsnede ", § 2," ingevoegd.
Art. 20.Aan artikel 534/7, tweede lid, van hetzelfde besluit, ingevoegd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 15 maart 2019Relevante gevonden documenten type besluit van de vlaamse regering prom. 15/03/2019 pub. 12/04/2019 numac 2019040841 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering houdende de toekenning van een planningsvergunning en de erkenning van woongelegenheden met een bijzondere erkenning voor de zorg en ondersteuning van personen met jongdementie en tot wijziging van het besluit van de Vlaamse Regering van 24 juli 2009 betreffende de programmatie, de erkenningsvoorwaarden en de subsidieregeling voor woonzorgvoorzieningen en verenigingen van gebruikers en mantelzorgers en het besluit van de Vlaamse Regering van 30 november 2018 houdende de uitvoering van het decreet van 18 mei 2018 houdende de Vlaamse sociale bescherming type besluit van de vlaamse regering prom. 15/03/2019 pub. 27/03/2019 numac 2019011343 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering tot wijziging van het besluit van de Vlaamse Regering van 30 november 2018 houdende de uitvoering van het decreet van 18 mei 2018 houdende de Vlaamse sociale bescherming, wat betreft de uitbreiding van het basisondersteuningsbudget type besluit van de vlaamse regering prom. 15/03/2019 pub. 24/06/2019 numac 2019012792 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering tot wijziging van artikel 4 van het besluit van de Vlaamse Regering van 21 december 2018 waarbij de overvloedige regenval die heeft plaatsgevonden van 21 mei 2018 tot 10 juni 2018 op het grondgebied van het Vlaamse Gewest als een algemene ramp wordt beschouwd en waarbij de geografische uitgestrektheid van deze ramp wordt afgebakend sluiten, wordt de volgende zin toegevoegd: "Bij een gemiddelde bezettingsgraad van minder dan 50% van de capaciteit met een bijkomende erkenning wordt het totaal aan verminderingen dat het woonzorgcentrum voor het betreffende jaar met toepassing van artikel 527, derde lid, heeft toegekend op de gebruikersfactuur van de gebruikers binnen de bijkomende erkenning voor de zorg en ondersteuning van personen met jongdementie, verminderd met het bedrag dat wordt teruggevorderd.".
Art. 21.Aan artikel 663/3, § 1, van hetzelfde besluit, ingevoegd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 7 december 2018Relevante gevonden documenten type besluit van de vlaamse regering prom. 07/12/2018 pub. 28/01/2019 numac 2019030047 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering tot wijziging van diverse bepalingen van het besluit van de Vlaamse Regering van 30 november 2018 houdende de uitvoering van het decreet van 18 mei 2018 houdende de Vlaamse sociale bescherming, wat betreft de gespreide uitrol voor woonzorgcentra, centra voor kortverblijf en dagverzorgingscentra type besluit van de vlaamse regering prom. 07/12/2018 pub. 21/12/2018 numac 2018015480 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering betreffende de nadere regels voor het verkrijgen van een zorgtoeslag sluiten en gewijzigd bij de besluiten van de Vlaamse Regering van 13 december 2019 en 7 mei 2021, worden een zesde tot en met achtste lid toegevoegd, die luiden als volgt: "Als er in jaar X een aanpassing plaatsvindt van het maximale percentage van de kostprijs van het gefinancierde personeel, vermeld in artikel 487, § 2, wordt MBAFGI in afwijking van het eerste lid, 2°, voor dat jaar X herberekend op de volgende wijze: MBAFGI = MBAF geïndexeerd conform artikel 511 verminderd met MINA2, waarbij MINA2 gelijk is aan het minimum tussen de volgende tweede elementen: 1° de totale loonkosten voor het aanwezige personeel verminderd met de loonkosten voor het gefinancierde personeel voor de referentieperiode van 1 juli X-2 tot en met 30 juni X-1;2° het verschil tussen de maximale invulling deel A2 op basis van het oude maximale percentage en het verhoogde percentage deel A2 conform artikel 487, § 2, voor de referentieperiode van 1 juli X-2 tot en met 30 juni X-1. In het geval, vermeld in het zesde lid, is MBAFGI gelijk aan 0 als MINA2 gelijk is aan 0.
Het bedrag van de aanvullende financiering in een jaar X+1 kan niet stijgen ten opzichte van het bedrag van de aanvullende financiering in het voorgaand jaar X, met uitzondering van de indexering via het bedrag MBAFGI.".
Art. 22.In artikel 663/5, zesde lid, van hetzelfde besluit, ingevoegd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 7 december 2018Relevante gevonden documenten type besluit van de vlaamse regering prom. 07/12/2018 pub. 28/01/2019 numac 2019030047 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering tot wijziging van diverse bepalingen van het besluit van de Vlaamse Regering van 30 november 2018 houdende de uitvoering van het decreet van 18 mei 2018 houdende de Vlaamse sociale bescherming, wat betreft de gespreide uitrol voor woonzorgcentra, centra voor kortverblijf en dagverzorgingscentra type besluit van de vlaamse regering prom. 07/12/2018 pub. 21/12/2018 numac 2018015480 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering betreffende de nadere regels voor het verkrijgen van een zorgtoeslag sluiten, worden de volgende wijzigingen aangebracht: 1° punt 6° wordt vervangen door wat volgt: "6° voor het jaar 2024: het maximale bedrag van de aanvullende financiering wordt geplafonneerd tot 7,84 euro maal het aantal gefactureerde dagen in de referentieperiode van 1 juli 2016 tot en met 30 juni 2017;"; 2° er worden een punt 7° en een punt 8° toegevoegd, die luiden als volgt: "7° voor het jaar 2025: het maximale bedrag van de aanvullende financiering wordt geplafonneerd tot 7,84 euro maal het aantal gefactureerde dagen in de referentieperiode van 1 juli 2016 tot en met 30 juni 2017; 8° vanaf 2026 wordt het bedrag van de aanvullende financiering mee opgenomen bij de integratie van de IFIC-financiering in de basistegemoetkoming voor zorg.".
Art. 23.Aan artikel 663/8 van hetzelfde besluit, ingevoegd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 7 december 2018Relevante gevonden documenten type besluit van de vlaamse regering prom. 07/12/2018 pub. 28/01/2019 numac 2019030047 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering tot wijziging van diverse bepalingen van het besluit van de Vlaamse Regering van 30 november 2018 houdende de uitvoering van het decreet van 18 mei 2018 houdende de Vlaamse sociale bescherming, wat betreft de gespreide uitrol voor woonzorgcentra, centra voor kortverblijf en dagverzorgingscentra type besluit van de vlaamse regering prom. 07/12/2018 pub. 21/12/2018 numac 2018015480 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering betreffende de nadere regels voor het verkrijgen van een zorgtoeslag sluiten, worden een derde en een vierde lid toegevoegd, die luiden als volgt: "In afwijking van het eerste lid geldt voor de aanvullende financiering voor ondersteunend personeel, vermeld in artikel 663/4, voor het jaar 2024 dat een zorgvoorziening die geen gegevens heeft aangeleverd voor de referentieperiode 1 juli 2022 tot en met 30 juni 2023, die gegevens uitzonderlijk en eenmalig nog kan aanleveren zolang het rechtenjaar nog niet is afgesloten. De zorgvoorziening deelt de gegevens mee via een formulier dat het agentschap ter beschikking stelt. In dat geval wordt er ook een vermindering toegepast van 25% op het bedrag van de aanvullende financiering in het jaar 2024, vermeld in artikel 663/6, § 1, eerste lid, 1°. Het rechtenjaar is afgesloten op de datum dat de betalingen, vermeld in artikel 663/4, zesde lid, zijn uitgevoerd. Uitzonderlijke laattijdige aanlevering van gegevens met als doel een wijziging van de aanvullende financiering voor ondersteunend personeel houdt geen wijziging van andere financieringen in.
In afwijking van het eerste en tweede lid deelt een zorgvoorziening vanaf de aanvullende financiering voor zorgpersoneel boven norm en ondersteunend personeel voor het jaar 2025 de gegevens van de voorliggende referentieperiode mee via de elektronische vragenlijst, vermeld in artikel 452 en artikel 456, waarbij de termijnen, vermeld in artikel 454 en 456, van toepassing zijn. Een zorgvoorziening die de termijnen, vermeld in artikel 454 en 456, niet naleeft, verliest definitief het volledige recht op de aanvullende financiering voor zorgpersoneel boven norm, vermeld in artikel 663/1, en de aanvullende financiering voor ondersteunend personeel, vermeld in artikel 663/4, vanaf het jaar dat volgt op de referentieperiode waarin het feit zich heeft voorgedaan.".
HOOFDSTUK 2. - Wijzigingen van het besluit van de Vlaamse Regering van 7 december 2018Relevante gevonden documenten type besluit van de vlaamse regering prom. 07/12/2018 pub. 28/01/2019 numac 2019030047 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering tot wijziging van diverse bepalingen van het besluit van de Vlaamse Regering van 30 november 2018 houdende de uitvoering van het decreet van 18 mei 2018 houdende de Vlaamse sociale bescherming, wat betreft de gespreide uitrol voor woonzorgcentra, centra voor kortverblijf en dagverzorgingscentra type besluit van de vlaamse regering prom. 07/12/2018 pub. 21/12/2018 numac 2018015480 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering betreffende de nadere regels voor het verkrijgen van een zorgtoeslag sluiten tot financiering van sommige sociale akkoorden in bepaalde gezondheidsinrichtingen en -diensten
Art. 24.Aan artikel 1 van het besluit van de Vlaamse Regering van 7 december 2018Relevante gevonden documenten type besluit van de vlaamse regering prom. 07/12/2018 pub. 28/01/2019 numac 2019030047 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering tot wijziging van diverse bepalingen van het besluit van de Vlaamse Regering van 30 november 2018 houdende de uitvoering van het decreet van 18 mei 2018 houdende de Vlaamse sociale bescherming, wat betreft de gespreide uitrol voor woonzorgcentra, centra voor kortverblijf en dagverzorgingscentra type besluit van de vlaamse regering prom. 07/12/2018 pub. 21/12/2018 numac 2018015480 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering betreffende de nadere regels voor het verkrijgen van een zorgtoeslag sluiten tot financiering van sommige sociale akkoorden in bepaalde gezondheidsinrichtingen en -diensten, gewijzigd bij de besluiten van de Vlaamse Regering van 10 mei 2019, 16 september 2022, 12 mei 2023 en 20 oktober 2023 wordt een punt 4° /2 ingevoegd, dat luidt als volgt: "4° /2 meervoudig werkgeverschap: de situatie waarbij een werknemer werkt als loontrekkende of statutair, in verschillende zorgvoorzieningen, in het kader van een globale arbeidsovereenkomst of binnen een werkgeversgroepering;".
Art. 25.Aan artikel 2 van hetzelfde besluit, gewijzigd bij de besluiten van de Vlaamse Regering van 12 mei 2023 en 20 oktober 2023, worden de volgende wijzigingen aangebracht: 1° er wordt een vierde lid toegevoegd, dat luidt als volgt: " Personeelsleden die vanuit een openbare dienst ter beschikking worden gesteld aan een woonzorgcentrum, in voorkomend geval met bijbehorend centrum voor kortverblijf, of een centrum voor dagverzorging, worden gelijkgesteld aan de eigen personeelsleden, vermeld in het eerste lid, 2°, op voorwaarde dat er een overeenkomst is gesloten tussen enerzijds het woonzorgcentrum, in voorkomend geval met bijbehorend centrum voor kortverblijf, of het centrum voor dagverzorging waaraan het personeel ter beschikking gesteld wordt en anderzijds de openbare dienst."; 2° er wordt een vijfde lid toegevoegd, dat luidt als volgt: " Het personeelslid dat via meervoudig werkgeverschap wordt tewerkgesteld, wordt gelijkgesteld aan de eigen personeelsleden, vermeld in het eerste lid, 2°, als aan al de volgende voorwaarden is voldaan: 1° alleen de prestaties die zijn verricht in de voorziening in kwestie, komen in aanmerking voor de berekening van de tegemoetkoming;2° als het agentschap erom vraagt, wordt alle andere bijkomende informatie over de tewerkstelling via het meervoudige werkgeverschap en de organisatie van het meervoudige werkgeverschap bezorgd;3° uit de overeenkomst met het personeelslid blijkt in welke voorzieningen, en voor welke gemiddelde arbeidsduur per week het personeelslid wordt ingeschakeld;4° het werkgeversgezag is in het kader van het meervoudige werkgeverschap overgedragen aan de voorziening waar het personeelslid prestaties verricht; 5° de loon- en arbeidsvoorwaarden van toepassing in de woonzorgvoorzieningen, zoals vermeld in artikel 2, § 1, 19° van het Woonzorg decreet van 15 februari 2019Relevante gevonden documenten type decreet prom. 15/02/2019 pub. 03/05/2019 numac 2019030252 bron vlaamse overheid Decreet betreffende de woonzorg type decreet prom. 15/02/2019 pub. 26/04/2019 numac 2019011711 bron vlaamse overheid Decreet betreffende het jeugddelinquentierecht sluiten, in uitvoering van de collectieve arbeidsovereenkomsten afgesloten in het paritair comité voor de gezondheidsinrichtingen en -diensten of in uitvoering van een protocolakkoord, zijn van toepassing op de werknemers tewerkgesteld in het kader van meervoudig werkgeverschap.".
Art. 26.In artikel 4, tweede lid, 17°, van hetzelfde besluit wordt het woord "beaplingen" vervangen door het woord "bepalingen".
Art. 27.In artikel 5, § 2, van hetzelfde besluit, gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 12 mei 2023Relevante gevonden documenten type besluit van de vlaamse regering prom. 12/05/2023 pub. 13/09/2023 numac 2023043202 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering tot regeling van de gegevensverwerking en informatie-uitwisseling, vermeld in hoofdstuk 4 van het decreet van 8 maart 2013 betreffende de organisatie van hulp- en dienstverlening aan gedetineerden en tot wijziging van artikel 9 van het besluit van de Vlaamse Regering van 13 december 2013 tot uitvoering van hoofdstuk 3 van het decreet van 8 maart 2013 betreffende de organisatie van hulp- en dienstverlening aan gedetineerden en tot bepaling van de inwerkingtreding van het decreet van 26 februari 2021 tot wijziging van het decreet van 8 maart 2013 betreffende de organisatie van hulp- en dienstverlening aan gedetineerden type besluit van de vlaamse regering prom. 12/05/2023 pub. 18/09/2023 numac 2023031283 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering tot wijziging van het koninklijk besluit van 16 mei 2003 tot uitvoering van het Hoofdstuk 7 van Titel IV van de programmawet van 24 december 2002 , betreffende de harmonisering en vereenvoudiging van de regelingen inzake verminderingen van de sociale zekerheidsbijdragen sluiten, worden de volgende wijzigingen aangebracht: 1° het eerste lid wordt vervangen door wat volgt: "De voorziening bezorgt aan de administratie over ieder trimester een elektronisch ingevulde vragenlijst waarvan de administratie het model bepaalt."; 2° in het tweede lid wordt het woord "kunne" vervangen door het woord "kunnen";3° het derde lid wordt opgeheven.
Art. 28.In hetzelfde besluit, het laatst gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 20 oktober 2023Relevante gevonden documenten type besluit van de vlaamse regering prom. 20/10/2023 pub. 06/11/2023 numac 2023046804 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering tot wijziging van het besluit van de Vlaamse Regering van 30 november 2018 houdende de uitvoering van het decreet van 18 mei 2018 houdende de Vlaamse sociale bescherming, wat betreft de wijziging en de opheffing van de aanpassingscoëfficiënt in de basistegemoetkoming voor zorg in woonzorgcentra en centra voor kortverblijf type besluit van de vlaamse regering prom. 20/10/2023 pub. 12/01/2024 numac 2023048327 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering tot wijziging van het besluit van de Vlaamse Regering van 1 juni 1995 houdende algemene en sectorale bepalingen inzake milieuhygiëne en titel III van het VLAREM van 16 mei 2014, wat betreft de omzetting van de BBT-conclusies voor de ferrometaalverwerkende industrie type besluit van de vlaamse regering prom. 20/10/2023 pub. 30/01/2024 numac 2024000856 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering tot wijziging van het besluit van de Vlaamse Regering van 23 december 2022 voor de professionalisering van onderwijsinternaten van het Gemeenschapsonderwijs voor de periode van 15 december 2022 tot en met 31 augustus 2024 sluiten, wordt een artikel 5/1 ingevoegd, dat luidt als volgt: "
Art. 5/1.Op 30 september volgend op de referentieperiode gaat de administratie na of voor alle trimesters de elektronische vragenlijst, vermeld in artikel 5, § 2, eerste lid, is ingediend. Uiterlijk op 7 oktober volgend op de referentieperiode verstuurt de administratie een laatste herinnering aan de voorzieningen die geen elektronische vragenlijst, vermeld in artikel 5, § 2, eerste lid, voor een of meer trimesters hebben ingediend.
Het agentschap dient de elektronische vragenlijst, vermeld in artikel 5, § 2, eerste lid, in voor de trimesters waarvoor op 16 oktober die volgt op de referentieperiode geen elektronische vragenlijst is ingediend.
De administratie berekent jaarlijks twee voorlopige berekeningen en een definitieve berekening van de bedragen van de definitieve tegemoetkomingen per personeelslid, vermeld in artikel 8, § 1, eerste lid.
Vanaf 16 oktober die volgt op de referentieperiode bezorgt de administratie de eerste voorlopige berekening van de voorlopige berekeningen, vermeld in het derde lid. De voorziening kan aansluitend de gegevens wijzigen tot en met dertig dagen na de dag waarop ze de eerste voorlopige berekening heeft ontvangen van de administratie. De administratie heropent daarvoor alle trimesters van de referentieperiode in kwestie, voor alle voorzieningen. De administratie dient de elektronische vragenlijst in voor de trimesters waarvoor de elektronische vragenlijst na de voormelde periode van dertig dagen niet opnieuw zijn ingediend.
Vanaf de eenendertigste dag die volgt op de eerste voorlopige berekening, vermeld in het vierde lid, bezorgt de administratie de tweede voorlopige berekening van de voorlopige berekeningen, vermeld in het derde lid. De voorziening kan aansluitend de gegevens een laatste keer wijzigen tot veertien dagen na de dag waarop ze de tweede voorlopige berekening heeft ontvangen van de administratie. De te wijzigen trimesters in kwestie worden heropend na het bezorgen van een motivering aan de administratie. De administratie dient de elektronische vragenlijst in voor de trimesters waarvoor de elektronische vragenlijst na de voormelde periode van veertien dagen niet opnieuw zijn ingediend. De elektronische vragenlijst wordt als afgesloten beschouwd.
De definitieve berekening wordt door de administratie bezorgd vanaf de vijftiende dag die volgt op de tweede voorlopige berekening, vermeld in het vijfde lid.
Een voorziening, kan tot en met de twintigste dag na de dag waarop ze de definitieve berekening, vermeld in het zesde lid, heeft ontvangen, de administratie verzoeken om uitzonderlijk en eenmalig de gegevens te laten wijzigen met het oog op een wijziging van de bedragen, vermeld in artikel 8, § 1, eerste lid, door de administratie. De voorziening dient daarvoor een gemotiveerd verzoek in. Een voorziening die voldoet aan al de volgende voorwaarden, komt in aanmerking voor een wijziging van de gegevens: 1° een motivering bezorgen van de noodzaak en het doel van de aanpassing van de gegevens.De voorziening deelt daarbij mee in het kader van welke berekening de aanpassing beoogd wordt, welke aanpassing er beoogd wordt en de reden waarom; 2° een zelfevaluatie bezorgen van de reden waarom de aanpassing van de gegevens noodzakelijk is en niet eerder is meegedeeld;3° een actieplan bezorgen met de manier waarop in de toekomst een soortgelijke situatie laattijdige vaststelling van incorrect of onvolledig meegedeelde gegevens zal worden vermeden;4° aantonen dat de beoogde aanpassing, verminderd met de vermindering vermeld in het negende lid, een financiële meerwaarde heeft ten opzichte van de definitieve berekening, vermeld in het zesde lid, die de zorgvoorziening heeft ontvangen. De administratie beoordeelt of voldaan is aan de voorwaarden, vermeld in het zevende lid. Als de voorwaarden niet zijn vervuld, bezorgt de leidend ambtenaar een weigeringsbeslissing aan de voorziening met een aangetekende zending of op om het even welke andere manier die toelaat de ontvangstdatum met zekerheid vast te stellen. De voorziening kan binnen drie maanden na de datum waarop ze de weigeringsbeslissing heeft ontvangen, beroep aantekenen bij de arbeidsrechtbank.
De voorziening waarvoor met toepassing van het zevende lid, uitzonderlijk en eenmalig de gegevens worden gewijzigd met het oog op een wijziging van de bedragen van de definitieve tegemoetkomingen per personeelslid, vermeld in artikel 8, § 1, eerste lid, ontvangt een uitzonderlijke eenmalige herberekening. Op de bedragen van de definitieve tegemoetkomingen per personeelslid, vermeld in artikel 8, § 1, eerste lid, wordt een vermindering toegepast van 6,25%.
Als een voorziening de gegevens uitzonderlijk en eenmalig laat wijzigen conform het zevende lid, met het oog op een wijziging van de berekening van de bedragen, vermeld in artikel 8, § 1, eerste lid, van dit besluit, door de administratie én een wijziging van de basistegemoetkoming voor zorg conform artikel 454, achtste lid, en/of artikel 456, § 2, achtste lid, van het besluit van de Vlaamse Regering van 30 november 2018Relevante gevonden documenten type besluit van de vlaamse regering prom. 30/11/2018 pub. 07/12/2018 numac 2018032370 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering tot wijziging van diverse bepalingen betreffende het woonbeleid type besluit van de vlaamse regering prom. 30/11/2018 pub. 18/01/2019 numac 2019010100 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering houdende de wijziging van diverse bepalingen van het besluit van de Vlaamse Regering van 21 juni 2013 betreffende het algemeen welzijnswerk type besluit van de vlaamse regering prom. 30/11/2018 pub. 21/02/2019 numac 2019010902 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering houdende wijziging van het Energiebesluit van 19 november 2010, wat betreft een aanpassing van de call-regeling voor de ondersteuning van groene warmte, restwarmte en biomethaan type besluit van de vlaamse regering prom. 30/11/2018 pub. 28/12/2018 numac 2018032546 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering houdende de uitvoering van het decreet van 18 mei 2018 houdende de Vlaamse sociale bescherming sluiten houdende de uitvoering van het decreet van 18 mei 2018 houdende de Vlaamse sociale bescherming, wordt alleen het bedrag van de basistegemoetkoming voor zorg verminderd conform artikel 454, tiende lid, en artikel 456, § 2, tiende lid van het voormelde besluit.
De bedragen van de definitieve tegemoetkomingen per personeelslid, vermeld in artikel 8, § 1, eerste lid, van dit besluit, worden in dat geval niet verminderd.
Als de gegevens, vermeld in artikel 5, § 1, eerste lid, op de eenentwintigste dag na de dag waarop de voorziening de definitieve berekening, vermeld in het zesde lid, heeft ontvangen, nog altijd niet zijn bezorgd, kan de administratie de terugbetaling eisen van de voorlopige tegemoetkomingen, vermeld in artikel 8.".
Art. 29.In artikel 8, § 3, van hetzelfde besluit, gewijzigd bij de besluiten van de Vlaamse Regering van 12 mei 2023 en 20 oktober 2023, worden de volgende wijzigingen aangebracht: 1° het tweede lid wordt opgeheven;2° in het bestaande derde lid, dat het tweede lid wordt, worden de woorden "het agentschap" vervangen door de woorden "de administratie" en worden de woorden "Het agentschap" vervangen door de woorden "De administratie";3° er wordt een lid toegevoegd, dat luidt als volgt: "In afwijking van het eerste lid geldt voor het meedelen van de gegevens voor de referentieperiode van 1 juli 2023 tot en met 30 juni 2024: 1° op 30 september 2024 gaat de administratie na of voor alle trimesters de elektronische vragenlijst, vermeld in artikel 5, § 2, eerste lid, is ingediend.Uiterlijk op 7 oktober 2024 verstuurt de administratie een laatste herinnering aan de voorzieningen die geen elektronische vragenlijst, vermeld in artikel 5, § 2, van dit besluit, voor een of meer trimesters hebben ingediend; 2° voor trimesters waarvoor op 16 oktober 2024 geen elektronische vragenlijst, vermeld in artikel 5, § 2, van dit besluit, is ingediend, dient de administratie de elektronische vragenlijsten in;3° vanaf 16 oktober 2024 bezorgt de administratie de voorlopige berekening van de bedragen van de definitieve tegemoetkomingen per personeelslid, vermeld paragraaf 1, eerste lid;4° de voorziening kan aansluitend de gegevens wijzigen tot en met dertig dagen na de dag waarop ze de bedragen, vermeld in punt 3°, heeft ontvangen van de administratie;5° de definitieve berekening van de bedragen van de definitieve tegemoetkomingen per personeelslid, vermeld in paragraaf 1, eerste lid wordt door de administratie bezorgd vanaf de eenendertigste dag die volgt op de voorlopige berekening, vermeld in punt 3° ;6° een voorziening kan tot en met twintig dagen na de dag waarop ze de definitieve berekening, vermeld in punt 5°, heeft ontvangen van de administratie, uitzonderlijk en eenmalig de gegevens laten wijzigen met het oog op een wijziging van de bedragen, vermeld in paragraaf 1, eerste lid, door de administratie.Als de voorziening gebruikmaakt van die mogelijkheid, wordt er op de bedragen van de definitieve tegemoetkomingen per personeelslid, vermeld in paragraaf 1, eerste lid, na de uitzonderlijke en eenmalige herberekening, een bedrag in mindering gebracht. Dat in mindering te brengen bedrag is gelijk aan 6,25% van het verschil tussen het bedrag na de uitzonderlijke en eenmalige herberekening en het bedrag na de voorgaande definitieve berekening vermeld in punt 5°. Als het verschil een negatief bedrag is, wordt het verschil herleid naar nul; 7° als een voorziening de gegevens uitzonderlijk en eenmalig laat wijzigen, met het oog op een wijziging van de bedragen, vermeld in paragraaf 1, eerste lid, door de administratie én een wijziging van de basistegemoetkoming voor zorg conform artikel 454, achtste lid, en artikel 456, § 2, achtste lid, van het besluit van de Vlaamse Regering van 30 november 2018Relevante gevonden documenten type besluit van de vlaamse regering prom. 30/11/2018 pub. 07/12/2018 numac 2018032370 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering tot wijziging van diverse bepalingen betreffende het woonbeleid type besluit van de vlaamse regering prom. 30/11/2018 pub. 18/01/2019 numac 2019010100 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering houdende de wijziging van diverse bepalingen van het besluit van de Vlaamse Regering van 21 juni 2013 betreffende het algemeen welzijnswerk type besluit van de vlaamse regering prom. 30/11/2018 pub. 21/02/2019 numac 2019010902 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering houdende wijziging van het Energiebesluit van 19 november 2010, wat betreft een aanpassing van de call-regeling voor de ondersteuning van groene warmte, restwarmte en biomethaan type besluit van de vlaamse regering prom. 30/11/2018 pub. 28/12/2018 numac 2018032546 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering houdende de uitvoering van het decreet van 18 mei 2018 houdende de Vlaamse sociale bescherming sluiten houdende de uitvoering van het decreet van 18 mei 2018 houdende de Vlaamse sociale bescherming, wordt alleen het bedrag van de basistegemoetkoming voor zorg verminderd conform artikel 454, tiende lid, en artikel 456, § 2, tiende lid, van het voormelde besluit.De bedragen van de definitieve tegemoetkomingen per personeelslid, vermeld in paragraaf 1, eerste lid, worden in dat geval niet verminderd; 8° als de gegevens, vermeld in artikel 5, § 1, eerste lid, op de eenentwintigste dag na de dag waarop de voorziening de definitieve berekening, vermeld in punt 5°, heeft ontvangen, nog altijd niet zijn bezorgd, kan de administratie de terugbetaling eisen van de voorlopige tegemoetkomingen, vermeld in paragraaf 1, eerste lid.".
Art. 30.In artikel 8 van hetzelfde besluit, gewijzigd bij de besluiten van de Vlaamse Regering van 12 mei 2023, 20 oktober 2023 en dit besluit, wordt paragraaf 3 opgeheven.
Art. 31.In artikel 18 van hetzelfde besluit, gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 17 mei 2019Relevante gevonden documenten type besluit van de vlaamse regering prom. 17/05/2019 pub. 28/08/2019 numac 2019030825 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering tot wijziging van artikel 47 van het koninklijk besluit van 23 maart 1998 betreffende het rijbewijs, wat betreft de vergoeding voor de leden van de beroepscommissie type besluit van de vlaamse regering prom. 17/05/2019 pub. 28/06/2019 numac 2019013414 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering tot wijziging van artikel 5 van het besluit van de Vlaamse Regering van 17 mei 2013 betreffende de loopbaanbegeleiding sluiten, worden de volgende wijzigingen aangebracht: 1° in het eerste lid wordt de zinsnede "artikel 14, derde lid en artikel 16/4, laatste lid" vervangen door de zinsnede "artikel 13, eerste en tweede lid, artikel 14, derde lid, artikel 16/2, eerste lid, en artikel 16/3, eerste lid";2° in het tweede lid wordt tussen de zinsnede "artikel 2" en het woord "van" de zinsnede ", § 2" ingevoegd;3° tussen het tweede en het derde lid worden twee leden toegevoegd, die luiden als volgt: "Voor de bedragen, vermeld in artikel 13, eerste en tweede lid, en artikel 16/2, eerste lid, van dit besluit, wordt de koppeling aan het indexcijfer berekend en toegepast conform artikel 2, § 2, van het Koninklijk besluit van 24 december 1993 ter uitvoering van de wet van 6 januari 1989 tot vrijwaring van `s lands concurrentievermogen.Die koppeling gebeurt op 31 december van het jaar van de spilindexoverschrijding voorafgaand aan het jaar van de betaling.
Voor de bedragen, vermeld in artikel 16/3, eerste lid, wordt de koppeling aan het indexcijfer berekend en toegepast conform artikel 2, § 2, van het Koninklijk besluit van 24 december 1993 ter uitvoering van de wet van 6 januari 1989 tot vrijwaring van `s lands concurrentievermogen. Die koppeling gebeurt op 1 januari van het jaar dat op de spilindexoverschrijding volgt.".
HOOFDSTUK 3. - Slotbepalingen
Art. 32.Artikel 20 heeft uitwerking met ingang van 1 januari 2022.
Artikel 1, 2, 3°, artikel 5, 6, 9°, artikel 13, 24 en 25, 2° treden in werking op een datum die de minister bepaalt.
Artikel 2, 2° artikel 6, 8°, artikel 9 en artikel 11, 3° hebben uitwerking met ingang van 1 juli 2023, met het oog op de referentieperiode die start op 1 juli 2023 in het kader van de berekening van de basistegemoetkoming voor zorg 2025.
Artikel 25, 1°, artikel 27, 1° en 3°, en artikel 29, 3° hebben uitwerking met ingang van 1 juli 2023, met het oog op de referentieperiode die start op 1 juli 2023 in het kader van de berekening van de eindeloopbaanfinanciering voor de periode van 1 juli 2023 tot en met 30 juni 2024.
Artikel 22 heeft uitwerking met ingang van 1 januari 2024.
Artikel 16, 5°, heeft uitwerking met ingang van 1 juli 2024, met het oog op een aanpassing van de basistegemoetkoming voor zorg voor het facturatiejaar 2024 met ingang van 1 juli 2024.
Artikel 14, 7°, artikel 21 en 23 hebben uitwerking met ingang van 1 juli 2024.
Artikel 3, 2°, artikel 6, 1° en 2°, 4° tot en met 7°, artikel 7, 10 en 12 hebben uitwerking met ingang van 1 juli 2024, met het oog op de referentieperiode die start op 1 juli 2024 in het kader van de berekening van de basistegemoetkoming voor zorg 2026.
Artikel 28 en 30 hebben uitwerking met ingang van 1 juli 2024, met het oog op de referentieperiode die start op 1 juli 2024 in het kader van de berekening van de eindeloopbaanfinanciering voor de periode van 1 juli 2024 tot en met 30 juni 2025.
Artikel 14, 2°, 3°, 5° en 6°, artikel 15 en 16, 1°, 2°, 4°, 6° tot en met 9°, treden in werking op 1 januari 2025, met het oog op de berekening van de basistegemoetkoming voor zorg voor het facturatiejaar 2025.
Art. 33.De Vlaamse minister, bevoegd voor sociale bescherming, is belast met de uitvoering van dit besluit.
Brussel, 19 juli 2024.
De minister-president van de Vlaamse Regering, J. JAMBON De Vlaamse minister van Welzijn, Volksgezondheid en Gezin, H. CREVITS