Etaamb.openjustice.be
Besluit Van De Vlaamse Regering van 18 mei 1999
gepubliceerd op 12 augustus 1999

Besluit van de Vlaamse regering houdende de inwerkingtreding van het Vlaams Fonds voor de Letteren

bron
ministerie van de vlaamse gemeenschap
numac
1999036052
pub.
12/08/1999
prom.
18/05/1999
ELI
eli/besluit/1999/05/18/1999036052/staatsblad
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
links
Raad van State (chrono)
Document Qrcode

18 MEI 1999. - Besluit van de Vlaamse regering houdende de inwerkingtreding van het Vlaams Fonds voor de Letteren


De Vlaamse regering, Gelet op het decreet van 30 maart 1999 houdende oprichting van een Vlaams Fonds voor de Letteren;

Gelet op het besluit van de Vlaamse regering van 21 mei 1997 betreffende een geïntegreerde economische boekhouding en budgettaire rapportering voor de Vlaamse openbare instellingen;

Gelet op het advies van de Inspectie van Financiën, gegeven op 30 april 1999;

Gelet op de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973, inzonderheid op artikel 3, § 1, gewijzigd bij de wetten van 4 juli 1989 en 4 augustus 1996;

Gelet op de dringende noodzakelijkheid;

Overwegende dat het Vlaams Fonds voor de Letteren zijn opdrachten tijdig moet kunnen vervullen en dus ten laatste op 1 januari 2000 volledig operationeel moet zijn, moet het Fondsbestuur nu reeds samengesteld worden zodat het kan overgaan tot de praktische organisatie van het Vlaams Fonds voor de Letteren, met inbegrip van de aanwerving van personeelsleden, de opmaak van een begroting, de beheersovereenkomst, het intern reglement, het eerste meerjarenplan en de samenstelling van de Raad van deskundigen en van de zes Bijzondere Adviescommissies;

Op voorstel van de Vlaamse minister van Cultuur, Gezin en Welzijn;

Na beraadslaging, Besluit :

Artikel 1.In dit besluit wordt verstaan onder het decreet : het decreet van 30 maart 1999 houdende oprichting van een Vlaams Fonds voor de Letteren. § 2. Het decreet treedt in werking op 1 januari 2000, met uitzondering van de artikelen 6, 7, 8, 9, 10, 11, 14, 16, § 5, en 17, die in werking treden op 1 juli 1999.

Art. 2.De ontwerpbeheersovereenkomst, zoals bepaald in artikel 1, 16°, en artikel 4 van het decreet, wordt ter bespreking voorgelegd aan het Vlaams Parlement en aan de Raad voor de Kunsten uiterlijk voor 1 november 1999.

Art. 3.Het Fondsbestuur stelt het Intern Reglement op, zoals bepaald in artikel 16, § 5, van het decreet, en bezorgt het ter kennisgeving aan de Vlaamse regering uiterlijk op 1 januari 2000.

Art. 4.§ 1. Het Fondsbestuur legt het meerjarenplan, zoals bepaald in artikel 1, 17°, en artikel 14, § 2, van het decreet, ter goedkeuring voor aan de Vlaamse regering uiterlijk 3 maanden voor het verstrijken van het vorige meerjarenplan. Na goedkeuring van het meerjarenplan, bezorgt de Vlaamse minister bevoegd voor de cultuur het aan het Vlaams Parlement. § 2. In afwijking van § 1, moet het eerste meerjarenplan ter goedkeuring voorgelegd worden aan de Vlaamse regering voor 1 januari 2000.

Art. 5.Het Fondsbestuur legt jaarlijks het actieplan met begroting, zoals bepaald in artikel 1, 18°, en artikel 14, § 3, van het decreet, ter goedkeuring voor aan de Vlaamse regering, conform de begrotingsinstructies voor het komende jaar, zoals goedgekeurd door de Vlaamse regering. Na goedkeuring van het jaarlijks actieplan met begroting, bezorgt de Vlaamse minister bevoegd voor de cultuur het aan het Vlaams Parlement.

Art. 6.Het Fondsbestuur bezorgt jaarlijks het jaarverslag en de jaarrekening van het afgelopen jaar, zoals bepaald in artikel 14, § 3 van het decreet, aan de Vlaamse regering op de data zoals bepaald in artikel 10 van het besluit van de Vlaamse regering van 21 mei 1997 betreffende een geïntegreerde economische boekhouding en budgettaire rapportering voor de Vlaamse openbare instellingen, De Vlaamse minister bevoegd voor de cultuur bezorgt het jaarverslag en de jaarrekening van het afgelopen jaar vervolgens aan het Vlaams Parlement.

Art. 7.Dit besluit treedt in werking op de dag van de ondertekening ervan.

Art. 8.De Vlaamse minister, bevoegd voor de cultuur, is belast met de uitvoering van dit besluit.

Brussel, 18 mei 1999.

De minister-president van de Vlaamse regering, L. VAN DEN BRANDE De Vlaamse minister van Cultuur, Gezin en Welzijn, L. MARTENS

^