Etaamb.openjustice.be
Besluit Van De Vlaamse Regering van 17 november 2006
gepubliceerd op 24 november 2006

Besluit van de Vlaamse Regering betreffende de voordrachtsakte en de verkiezing van de leden van de raden voor maatschappelijk welzijn

bron
vlaamse overheid
numac
2006036897
pub.
24/11/2006
prom.
17/11/2006
ELI
eli/besluit/2006/11/17/2006036897/staatsblad
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
links
Raad van State (chrono)
Document Qrcode

17 NOVEMBER 2006. - Besluit van de Vlaamse Regering betreffende de voordrachtsakte en de verkiezing van de leden van de raden voor maatschappelijk welzijn


De Vlaamse Regering, Gelet op de bijzondere wet van 8 augustus 1980 tot hervorming der instellingen, inzonderheid op artikel 20;

Gelet op de organieke wet van 8 juli 1976 betreffende de openbare centra voor maatschappelijk welzijn, inzonderheid op artikel 11, § 3, vervangen bij het decreet van 7 juli 2006, en artikel 18, vervangen bij het decreet van 7 juli 2006;

Gelet op het decreet van 7 juli 2006 tot wijziging van de organieke wet van 8 juli 1976 betreffende de openbare centra voor maatschappelijk welzijn, inzonderheid op artikel 53, § 2, tweede lid;

Gelet op het besluit van de Vlaamse Regering van 13 januari 1998 betreffende de verkiezing van de leden van de raden voor maatschappelijk welzijn;

Gelet op het advies van de Inspectie van Financiën, gegeven op 19 september 2006;

Gelet op het advies nr 41.416/1 van de Raad van State, gegeven op 19 oktober 2006, met toepassing van artikel 84, § 1, eerste lid, 1°, van de gecoördineerde wetten op de Raad van State;

Op voorstel van de Vlaamse minister van Binnenlands Bestuur, Stedenbeleid, Wonen en Inburgering;

Na beraadslaging, Besluit :

Artikel 1.Dit besluit is van toepassing op de indiening van de voordrachtsakten en op de verkiezing van de leden van de raad voor maatschappelijk welzijn.

Overeenkomstig artikel 17bis van de organieke wet van 8 juli 1976 betreffende de openbare centra voor maatschappelijk welzijn, is dit besluit niet van toepassing op de randgemeenten, vermeld in artikel 7 van de wetten op het gebruik van de talen in bestuurszaken, gecoördineerd op 18 juli 1966, en op de gemeente Voeren.

Art. 2.§ 1. De voordrachtsakte vermeldt de naam, de voornamen, de geboortedatum, het beroep, het rijksregisternummer en de hoofdverblijfplaats van de kandidaat-werkende leden en de kandidaat-opvolgers. De voordrachtsakte vermeldt voor elk kandidaat-werkend lid de kandidaat-opvolgers in de precieze volgorde waarin die zijn voorbestemd om het lid te vervangen.

De naam van de vrouwelijke kandidaat die gehuwd of weduwe is, mag voorafgegaan worden door de naam van haar echtgenoot of overleden echtgenoot.

De voordrachtsakte vermeldt ook de naam, de voornaam en het volledige adres van het gemeenteraadslid of de gemeenteraadsleden die de voordracht doen.

Onderaan op de voordrachtsakte tekenen de kandidaat-werkende leden en de kandidaat-opvolgers voor akkoord met hun voordracht. § 2. Eenzelfde persoon kan als kandidaat-werkend lid en als kandidaat-opvolger voorgedragen worden.

Art. 3.Bij de overhandiging van de voordrachtsakte onderzoekt de gemeentesecretaris of de akte voldoet aan de wettelijke voorwaarden.

Tot aan de uiterste dag voor de overhandiging van de voordrachtsakte kan de gemeentesecretaris de verbetering of aanvulling van de voordrachtsakte aanbevelen.

Art. 4.Onmiddellijk na het verstrijken van de termijn voor het indienen van de voordrachtsakten, sluit de gemeentesecretaris de kandidatenlijst af en rangschikt de kandidaat-werkende leden in alfabetische orde. De naam van elk kandidaat-werkend lid wordt gevolgd door de namen van zijn kandidaat-opvolgers in de precieze volgorde zoals ze vermeld zijn in de voordrachtsakte.

Art. 5.De voordrachtsakten en de door de gemeentesecretaris opgemaakte kandidatenlijst worden op de gemeentesecretarie neergelegd.

De gemeenteraadsleden en de kandidaten kunnen tijdens de diensturen kennis nemen van de voordrachtsakten op de gemeentesecretarie vanaf de zevende dag voor de stemming.

Art. 6.De gemeentesecretaris laat de stembiljetten drukken of vermenigvuldigen. Deze biljetten moeten eenvormig van kleur en van formaat zijn. Het stembiljet vermeldt in alfabetische volgorde de namen van de kandidaat-werkende leden, alsook de namen van hun kandidaat-opvolgers in de precieze volgorde zoals ze vermeld zijn in de voordrachtsakte. De stemvakjes worden evenwel alleen geplaatst naast de namen van de kandidaat-werkende leden.

Het is verboden een ander stembiljet te gebruiken.

Art. 7.De voorzitter van de gemeenteraad, bijgestaan door de twee jongste gemeenteraadsleden in leeftijd, is belast met het zorgen voor de goede gang van de verrichtingen van de stemming en van de stemopneming die in de openbare vergadering plaatsvinden.

De gemeentesecretaris neemt het secretariaat waar en is belast met het opmaken van het proces-verbaal.

Art. 8.Zodra de stemming gesloten is, wordt overgegaan tot de stemopneming ter vergadering.

De geldige stembiljetten worden gerangschikt en geteld volgens de naam van het kandidaat-werkend lid waarvoor een stem is uitgebracht. De blanco of ongeldige stembiljetten worden apart gelegd.

Art. 9.Na de stemopneming stelt de voorzitter van de gemeenteraad de lijst op van de verkozen werkende leden en van hun opvolgers.

Art. 10.Over het hele verloop van de verrichtingen van de stemming en van de stemopneming maakt de gemeentesecretaris, ter vergadering, een proces-verbaal op, dat wordt overgeschreven in het register der notulen van de gemeenteraad.

Het proces-verbaal moet uitdrukkelijk vermelden dat de stemming geheim was.

Het proces-verbaal wordt ondertekend door de voorzitter van de gemeenteraad, de gemeenteraadsleden die hem bijstaan en de gemeentesecretaris, en ook door de gemeenteraadsleden die dat wensen.

Art. 11.Onmiddellijk na de ondertekening van het proces-verbaal kondigt de voorzitter van de gemeenteraad de verkiezingsuitslag af in openbare zitting.

Art. 12.Het dossier van de verkiezing wordt onverwijld met een aangetekende brief gestuurd aan de Raad voor Verkiezingsbetwistingen van de provincie tot wiens ambtsgebied het openbaar centrum voor maatschappelijk welzijn behoort.

Het dossier bevat twee afschriften van het proces-verbaal met de stembiljetten, zowel de geldige als de ongeldige en de blancostemmen, en alle nodige bewijsstukken.

Art. 13.De artikelen 4, 5, 10, 11 en 41 van het decreet van 7 juli 2006 tot wijziging van de organieke wet van 8 juli 1976 betreffende de openbare centra voor maatschappelijk welzijn treden in werking.

Art. 14.Het besluit van de Vlaamse Regering van 13 januari 1998 betreffende de verkiezing van de leden van de raden voor maatschappelijk welzijn wordt opgeheven.

Art. 15.Dit besluit treedt in werking de dag waarop dit besluit in het Belgisch Staatsblad wordt bekend gemaakt.

Art. 16.De Vlaamse minister, bevoegd voor de Binnenlandse Aangelegenheden, is belast met de uitvoering van dit besluit.

Brussel, 17 november 2006.

De minister-president van de Vlaamse Regering, Y. LETERME De Vlaamse minister van Binnenlands Bestuur, Stedenbeleid, Wonen en Inburgering, M. KEULEN

^