gepubliceerd op 01 december 2015
Besluit van de Vlaamse Regering tot wijziging van het besluit van de Vlaamse Regering van 6 februari 1991 houdende vaststelling van het Vlaams reglement betreffende de milieuvergunning, het besluit van de Vlaamse Regering van 1 juni 1995 houdende algemene en sectorale bepalingen inzake milieuhygiëne, het besluit van de Vlaamse Regering van 9 september 2005 betreffende de geografische indeling van watersystemen en de organisatie van het integraal waterbeleid in uitvoering van Titel I van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het integraal waterbeleid en het besluit van de Vlaamse Regering van 26 april 2013 tot vaststelling van het geactualiseerde monitoringprogramma van de watertoestand ter uitvoering van artikel 67 en 69 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het integraal waterbeleid, wat betreft de omzetting van richtlijn 2013/39/EU en richtlijn 2009/90/EG
16 OKTOBER 2015. - Besluit van de Vlaamse Regering tot wijziging van het besluit van de Vlaamse Regering van 6 februari 1991 houdende vaststelling van het Vlaams reglement betreffende de milieuvergunning, het besluit van de Vlaamse Regering van 1 juni 1995 houdende algemene en sectorale bepalingen inzake milieuhygiëne, het besluit van de Vlaamse Regering van 9 september 2005 betreffende de geografische indeling van watersystemen en de organisatie van het integraal waterbeleid in uitvoering van Titel I van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het integraal waterbeleid en het besluit van de Vlaamse Regering van 26 april 2013 tot vaststelling van het geactualiseerde monitoringprogramma van de watertoestand ter uitvoering van artikel 67 en 69 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het integraal waterbeleid, wat betreft de omzetting van richtlijn 2013/39/EU en richtlijn 2009/90/EG
De Vlaamse Regering, Gelet op de bijzonder wet van 8 augustus 1980 tot hervorming der instellingen, artikel 20;
Gelet op het decreet van 18 juli 2003 betreffende het integraal waterbeleid, artikel 25, artikel 51, § 1, gewijzigd bij het decreet van 16 juli 2010, en artikelen 67 en 69;
Gelet op het besluit van de Vlaamse Regering van 6 februari 1991 houdende vaststelling van het Vlaams reglement betreffende de milieuvergunning;
Gelet op het besluit van de Vlaamse Regering van 1 juni 1995 houdende algemene en sectorale bepalingen inzake milieuhygiëne;
Gelet op het besluit van de Vlaamse Regering van 9 september 2005 betreffende de geografische indeling van watersystemen en de organisatie van het integraal waterbeleid in uitvoering van Titel I van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het integraal waterbeleid;
Gelet op het besluit van de Vlaamse Regering van 26 april 2013 tot vaststelling van het geactualiseerde monitoringprogramma van de watertoestand ter uitvoering van artikel 67 en 69 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het integraal waterbeleid;
Gelet op het advies van de Inspectie van Financiën, gegeven op 24 maart 2015;
Gelet op het gezamenlijke advies 2015/012 van de Minaraad van 21 mei 2015, van de SERV van 26 mei en van de SALV van 26 mei 2015;
Gelet op advies 57.884/1 van de Raad van State, gegeven op 29 september 2015, met toepassing van artikel 84, § 1, eerste lid, 2°, van de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973;
Op voorstel van de Vlaamse minister van Omgeving, Natuur en Landbouw;
Na beraadslaging, Besluit : HOOFDSTUK 1. - Algemene bepaling
Artikel 1.Dit besluit voorziet in de gedeeltelijke omzetting van richtlijn 2000/60/EG van het Europees Parlement en de Raad van 23 oktober 2000 tot vaststelling van een kader voor communautaire maatregelen betreffende het waterbeleid, in de gedeeltelijke omzetting van richtlijn 2013/39/EU van het Europees Parlement en de Raad van 12 augustus 2013 tot wijziging van Richtlijn 2000/60/EG en Richtlijn 2008/105/EG wat betreft prioritaire stoffen op het gebied van het waterbeleid en in de gedeeltelijke omzetting van richtlijn 2009/90/EG van de Commissie van 31 juli 2009 tot vaststelling van technische specificaties voor de chemische analyse en monitoring van de watertoestand krachtens Richtlijn 2000/60/EG van het Europees Parlement en de Raad. HOOFDSTUK 2. - Wijzigingen van titel I van VLAREM
Art. 2.In artikel 1 van het besluit van de Vlaamse Regering van 6 februari 1991 houdende vaststelling van het Vlaams reglement betreffende de milieuvergunning, het laatst gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 16 mei 2014, worden de volgende wijzigingen aangebracht: 1° punt 14° wordt vervangen door wat volgt: "14° "prioritaire stoffen": de stoffen die conform artikel 3, § 2, 19°, van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het integraal waterbeleid zijn opgesomd in lijst III van bijlage 2C bij dit besluit. Tot deze stoffen behoren prioritaire gevaarlijke stoffen waarvoor maatregelen moeten worden getroffen overeenkomstig artikel 5, eerste lid, 2°, van het voormelde decreet;". 2° in punt 14bis° wordt de zinsnede "de EG-richtlijn 2000/60/EG" vervangen door de zinsnede "het decreet van 18 juli 2003 betreffende het integraal waterbeleid".
Art. 3.In bijlage 2C bij hetzelfde besluit, het laatst gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 16 mei 2014, wordt lijst III vervangen door wat volgt: "Lijst III - Lijst van prioritaire stoffen op het gebied van het waterbeleid, in gedeeltelijke omzetting van richtlijn 2013/39/EU van het Europees Parlement en de Raad van 12 augustus 2013 tot wijziging van Richtlijn 2000/60/EG en Richtlijn 2008/105/EG wat betreft prioritaire stoffen op het gebied van het waterbeleid LIJST VAN PRIORITAIRE STOFFEN OP HET GEBIED VAN HET WATERBELEID
Nummer
CAS- nummer (1)
EU-nummer (2)
Naam van de prioritaire stof (3)
Aangewezen als prioritair gevaarlijke stof
(1)
15972-60-8
240-110-8
Alachloor
(2)
120-12-7
204-371-1
Antraceen
X
(3)
1912-24-9
217-617-8
Atrazine
(4)
71-43-2
200-753-7
Benzeen
(5)
N.v.t.
N.v.t.
Gebromeerde difenylethers
X (4)
(6)
7440-43-9
231-152-8
Cadmium en cadmiumverbindingen
X
(7)
85535-84-8
287-476-5
Chlooralkanen C 10-13
X
(8)
470-90-6
207-432-0
Chloorfenvinfos
(9)
2921-88-2
220-864-4
Chloorpyrifos (chloorpyrifosethyl)
(10)
107-06-2
203-458-1
1,2-dichloorethaan
(11)
75-09-2
200-838-9
Dichloormethaan
(12)
117-81-7
204-211-0
Di(2-ethylhexyl)ftalaat (DEHP)
X
(13)
330-54-1
206-354-4
Diuron
(14)
115-29-7
204-079-4
Endosulfan
X
(15)
206-44-0
205-912-4
Fluoranteen
(16)
118-74-1
204-273-9
Hexachloorbenzeen
X
(17)
87-68-3
201-765-5
Hexachloorbutadieen
X
(18)
608-73-1
210-168-9
Hexachloorcyclohexaan
X
(19)
34123-59-6
251-835-4
Isoproturon
(20)
7439-92-1
231-100-4
Lood en loodverbindingen
(21)
7439-97-6
231-106-7
Kwik en kwikverbindingen
X
(22)
91-20-3
202-049-5
Naftaleen
(23)
7440-02-0
231-111-4
Nikkel en nikkelverbindingen
(24)
N.v.t.
N.v.t.
Nonylfenolen
X (5)
(25)
N.v.t.
N.v.t.
Octylfenolen (6)
(26)
608-93-5
210-172-0
Pentachloorbenzeen
X
(27)
87-86-5
201-778-6
Pentachloorfenol
(28)
Nvt
Nvt
Polycyclische aromatische koolwaterstoffen (PAK) (7)
X
(29)
122-34-9
204-535-2
Simazine
(30)
N.v.t.
N.v.t.
Tributyltinverbindingen
X (8)
(31)
12002-48-1
234-413-4
Trichloorbenzenen
(32)
67-66-3
200-663-8
Trichloormethaan (chloroform)
(33)
1582-09-8
216-428-8
Trifluraline
X
(34)
115-32-2
204-082-0
Dicofol
X
(35)
1763-23-1
217-179-8
Perfluoroctaansulfonzuur en zijn derivaten (PFOS)
X
(36)
124495-18-7
N.v.t.
Quinoxyfen
X
(37)
N.v.t.
N.v.t.
Dioxinen en dioxineachtige verbindingen
X (9)
(38)
74070-46-5
277-704-1
Aclonifen
(39)
42576-02-3
255-894-7
Bifenox
(40)
28159-98-0
248-872-3
Cybutryne
(41)
52315-07-8
257-842-9
Cypermethrin (10)
(42)
62-73-7
200-547-7
Dichloorvos
(43)
N.v.t.
N.v.t.
Hexabroomcyclododecaan (HBCDD)
X (11)
(44)
76-44-8/1024-57-3
200-962-3/213-831-0
Heptachloor en heptachloorepoxide
X
(45)
886-50-0
212-950-5
Terbutryn
_______ Nota (1) CAS: Chemical Abstract Services.(2) EU-nummer: Europese inventaris van bestaande chemische handelsstoffen (EINECS) of de Europese lijst van chemische stoffen waarvan kennisgeving is gedaan (ELINCS).(3) Als groepen van stoffen zijn geselecteerd, worden, tenzij anders vermeld, typische voorbeelden daarvan gebruikt bij het bepalen van de milieukwaliteitsnormen.(4) Alleen tetra-, penta-, hexa- en heptabroomdifenylether (respectievelijk CAS-nummers 40088-47-9, 32534-81-9, 364863-60-0, 68928-80-3).(5) Nonylfenol (CAS 25154-52-3, EU 246-672-0) met inbegrip van isomeren 4-nonylfenol (CAS 104-40-5, EU 203-199-4) en 4-nonylfenol (vertakt) (CAS 84852-15-3, EU 284-325-5).(6) Octylfenol (CAS 1806-26-4, EU 217-302-5) met inbegrip van isomeer 4-(1,1',3,3'-tetramethylbutyl)-fenol (CAS 140-66-9, EU 205-426-2).(7) Met inbegrip van benzo(a)pyreen (CAS 50-32-8), EU 200-028-5), benzo(b)fluoranteen (CAS 205-99-2, EU 205-911-9), benzo(g,h,i)peryleen (CAS 191-24-2, EU 205-883-8), benzo(k)fluoranteen, (CAS 207-08-9, EU 205-916-6), indeno(1,2,3-cd)pyreen (CAS 193-39-5, EU 205-893-2) en met uitzondering van antraceen, fluoranteen, en naftaleen, die afzonderlijk worden vermeld.(8) Met inbegrip van tributyltin-kation (CAS 36643-28-4).(9) Dioxinen en dioxineachtige verbindingen betreft de volgende verbindingen: -7 polychloordibenzo-p-dioxinen (PCDD's): 2,3,7,8-T4CDD (CAS 1746-01-6), 1,2,3,7,8-P5CDD (CAS 40321-76-4), 1,2,3,4,7,8-H6CDD (CAS 39227-28-6), 1,2,3,6,7,8-H6CDD (CAS 5765-85-7), 1,2,3,7,8,9-H6CDD (CAS 19408-74-3), 1,2,3,4,6,7,8-H7CDD (CAS 35822-46-9), 1,2,3,4,6,7,8,9-O8CDD (CAS 3268-87-9); -10 polychloordibenzofuranen (PCDF's): 2,3,7,8-T4CDF (CAS 51207-31-9), 1,2,3,7,8-P5CDF (CAS 57117-41-6), 2,3,4,7,8-P5CDF (CAS 57117-31-4), 1,2,3,4,7,8-H6CDF (CAS 70648-26-9), 1,2,3,6,7,8-H6CDF (CAS 57117-44-9), 1,2,3,7,8,9-H6CDF (CAS 72918-21-9), 2,3,4,6,7,8-H6CDF (CAS 60851-34-5), 1,2,3,4,6,7,8-H7CDF (CAS 67562-39-4), 1,2,3,4,7,8,9-H7CDF (CAS 55673-89-7), 1,2,3,4,6,7,8,9-O8CDF (CAS 39001-02-0); -12 dioxineachtige polychloorbifenylen (DL-PCB): 3,3',4,4'-T4CB (PCB 77, CAS 32598-13-3), 3,3',4',5-T4CB (PCB 81, CAS 70362-50-4), 2,3,3',4,4'-P5CB (PCB 105, CAS 32598-14-4), 2,3,4,4',5-P5CB (PCB 114 CAS 74472-37-0), 2,3'4,4',5-P5CB (PCB 118, CAS 31508-00-6), 2,3'4,4',5'-P5CB (PCB 123, CAS 65510-44-3), 3,3',4,4',5-P5CB (PCB 126 CAS 57465-28-8), 2,3,3',4,4',5-H6CB (PCB 156 CAS 38380-08-4), 2,3,3',4,4',5'-H6CB (PCB 157, CAS 69782-90-7), 2,3',4,4',5,5'-H6CB (PCB 167 CAS 52663-72-6), 3,3'4,4'5,5'-H6CB (PCB 169 CAS 32774-16-6), 2,3,3'4,4'5,5'-H7CB (PCB 189 CAS 39635-31-9). (10) CAS 52315-07-8 betreft een mengsel van isomeren van cypermethrin, alpha- cypermethrin (CAS 67375-30-8), bèta-cypermethrin (CAS 65731-84-2), theta- cypermethrin (CAS 71697-59-1) en zèta-cypermethrin (CAS 52315-07-8). (11) Dit betreft 1,3,5,7,9,11-hexabroomcyclodecaan, (CAS 25637-99-4), 1,2,5,6,9,10-hexabroomcyclododecaan (CAS 3194-55-6), alpha-hexabroomcyclodecaan (CAS 134237-50-6), beta-hexabroomcyclodecaan (CAS 134237-51-7) en gamma-hexabroomcyclodecaan (CAS 134237-52-8).". HOOFDSTUK 3. - Wijzigingen van titel II van VLAREM
Art. 4.In artikel 1.1.2 Definities oppervlaktewater- en grondwaterbescherming (integraal waterbeleid), van het besluit van de Vlaamse Regering van 1 juni 1995 houdende algemene en sectorale bepalingen inzake milieuhygiëne, het laatst gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 16 mei 2014, worden de volgende wijzigingen aangebracht: 1° in Milieukwaliteitsnormen voor oppervlaktewater (uitgezonderd beheer van zwemwaterkwaliteit) wordt tussen de zinsnede "desinfectie (ozon, definitieve chloorbehandeling);" en het woord "winplaats" de bepaling "- "schelpdierwater": de oppervlaktewateren die zo zijn aangeduid door de Vlaamse Regering" ingevoegd; 2° in Afvalwatercontroles worden de bepaling "- "aantoonbaarheidsgrens": de kleinste hoeveelheid stof of laagste concentratie van de component in het monster waarvan de aanwezigheid nog kan worden vastgesteld." en de bepaling "- "bepalingsgrens": de kleinste hoeveelheid stof of laagste concentratie van de component in het monster die met de analysemethode nog gekwantificeerd kan worden." respectievelijk vervangen door de bepaling "- "aantoonbaarheidsgrens": het uitgangssignaal of de concentratie waarboven met een vermeld betrouwbaarheidsniveau kan worden gesteld dat een monster verschilt van een blanco monster dat geen relevante te bepalen grootheid bevat." en de bepaling " - "bepalingsgrens": een vermeld veelvoud van de aantoonbaarheidsgrens bij een concentratie van de te bepalen grootheid die redelijkerwijs met een aanvaardbaar nauwkeurigheids- en precisieniveau kan worden bepaald. De bepalingsgrens kan met behulp van een geschikte standaard of een geschikt monster worden berekend en kan vanaf het laagste kalibratiepunt op de kalibratiecurve, met uitzondering van de blanco, worden verkregen."; 3° in Afvalwatercontroles wordt de bepaling "-"meetonzekerheid": de halve lengte van een interval rond het analyseresultaat waarbinnen de werkelijke waarde verwacht wordt te liggen bij een betrouwbaarheidsniveau van 95 %.De meetonzekerheid, vermeld in artikel 4 van bijlage 4.2.5.2, is uitgedrukt als een percentage van het analyseresultaat. De meetonzekerheid is daarbij berekend volgens een door de minister vastgelegde methode." vervangen door de bepaling "-"meetonzekerheid": een niet-negatieve parameter die de spreiding karakteriseert van de kwantitatieve waarden die aan een te meten grootheid worden toegekend, gebaseerd op de gebruikte informatie. De in bijlage 4.2.5.2, artikel 4, opgegeven meetonzekerheid is de halve lengte van een interval rond het analyseresultaat waarbinnen de werkelijke waarde verwacht wordt te liggen bij een betrouwbaarheidsniveau van 95%, en is uitgedrukt als een percentage van het analyseresultaat. De meetonzekerheid is daarbij berekend volgens een door de minister vastgelegde methode.".
Art. 5.Aan artikel 2.3.1.1, eerste lid, van hetzelfde besluit, vervangen bij het besluit van de Vlaamse Regering van 21 mei 2010, wordt de zinsnede "en in de gedeeltelijke omzetting van richtlijn 2013/39/EU van het Europees Parlement en de Raad van 12 augustus 2013 tot wijziging van Richtlijn 2000/60/EG en Richtlijn 2008/105/EG wat betreft prioritaire stoffen op het gebied van het waterbeleid " toegevoegd.
Art. 6.In deel 2, hoofdstuk 2.3, van hetzelfde besluit, het laatst gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 16 mei 2014, wordt afdeling 2.3.4., dat bestaat uit artikel 2.3.4.1 tot en met 2.3.4.2, opgeheven.
Art. 7.In artikel 1 van bijlage 2.3.1 bij hetzelfde besluit, vervangen bij het besluit van de Vlaamse Regering van 21 mei 2010, wordt de datum "22 december 2015" vervangen door de zinsnede "de data, vermeld in artikel 51, § 2, van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het integraal waterbeleid".
Art. 8.In artikel 2 van bijlage 2.3.1 bij hetzelfde besluit, vervangen bij het besluit van de Vlaamse Regering van 21 mei 2010 en gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 16 mei 2014, worden de volgende wijzigingen aangebracht: 1° in punt 1° tot en met punt 9° wordt het cijfer "0,6" bij EKC-visfauna vervangen door het cijfer "0,65";2° in punt 14°, 21°, 22°, 23° en 24° wordt het cijfer "0,31" bij EKC-fytoplankton vervangen door het cijfer "0,60";3° in punt 15°, 18° en 19° wordt het cijfer "0,30" bij EKC-fytoplankton vervangen door het cijfer "0,60";4° in punt 16° en 17° wordt het cijfer "0,32" bij EKC-fytoplankton vervangen door het cijfer "0,60";5° in punt 20° wordt het cijfer "0,50" bij EKC-fytoplankton vervangen door het cijfer "0,60".
Art. 9.Artikel 3 van bijlage 2.3.1 bij hetzelfde besluit, ingevoegd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 21 mei 2010 en gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 23 december 2011, wordt vervangen door wat volgt: "
Art. 3.§ 1. De oppervlaktewateren moeten naargelang hun indeling in categorie voldoen aan de richtwaarden, opgenomen in de tabel, vermeld in paragraaf 4. § 2. De milieukwaliteitsnormen voor oppervlaktewater, opgenomen in de tabel, vermeld in paragraaf 4, worden altijd uitgedrukt als een totale concentratie in het volledige watermonster, met uitzondering van de metalen waar de milieukwaliteitsnorm betrekking heeft op de opgeloste concentratie of, indien aangegeven in voetnoot (J), op de bio-beschikbare fractie. De opgeloste concentratie slaat op de opgeloste fase van een watermonster die wordt verkregen door filtratie over een filter van 0.45 µm of door een gelijkwaardige voorbehandeling. § 3. Voor de indelingscriteria die lager liggen dan de rapportagegrens, vermeld in artikel 4 van bijlage 4.2.5.2 van titel II van het VLAREM, geldt dat de bedrijven vergunningsplichtig zijn voor deze parameter zodra de concentratie in het afvalwater boven de rapportagegrens ligt. Als de rapportagegrens in de toekomst evolueert tot onder het indelingscriterium, geldt uiteraard het indelingscriterium. § 4. Voor de onderstaande tabel geldt de onderstaande legende: 1° kolommen "Milieukwaliteitsnorm gemiddelde" (JG-MKN): in deze kolommen is de milieukwaliteitsnorm uitgedrukt als jaargemiddelde. Tenzij anders is aangegeven, is die van toepassing op de totale concentratie van alle isomeren; 2° kolommen "Milieukwaliteitsnorm maximum" (MAC-MKN): in deze kolommen is de milieukwaliteitsnorm uitgedrukt als maximaal aanvaardbare concentratie.Als voor de MAC-MKN "niet van toepassing" wordt aangegeven, worden de JG-MKN-waarden verondersteld bescherming te bieden tegen kortdurende verontreinigingspieken in continue lozingen, aangezien die aanzienlijk lager liggen dan de op basis van acute toxiciteit afgeleide waarden. Als voetnoot (D) van toepassing is, betekent dit dat er onvoldoende data beschikbaar waren om een MAC-MKN af te leiden; 3° kolom "Biotanorm": in deze kolom wordt de biotanorm vermeld;4° kolom "Indelingscriterium GS": de concentratie vanaf wanneer het afvalwater beschouwd moet worden als "bedrijfsafvalwater met gevaarlijke stoffen";5° kolom "Europese context": daarin wordt aangegeven of de stof genormeerd is vanuit Europa, en wordt vastgelegd wat de prioritaire stoffen zijn en de prioritair gevaarlijke stoffen conform lijst III van bijlage 2C;6° PS = prioritaire stof: voor deze stoffen moeten conform art.5, eerste lid, 2° van het decreet Integraal Waterbeleid maatregelen getroffen worden die gericht zijn op progressieve vermindering; 7° PGS = prioritair gevaarlijke stof: daarvoor moeten conform art.5, eerste lid, 2° van het decreet Integraal Waterbeleid maatregelen getroffen worden met het oog op stopzetting of geleidelijke beëindiging van lozingen, emissies en verliezen; 8° VS = een aantal verontreinigende stoffen: bij de Europese richtlijn Gevaarlijke Stoffen (2006/11/EG - dat is de gecodificeerde versie van de vroegere richtlijn 76/464/EEG) werden indertijd via een aantal dochterrichtlijnen voor achttien parameters milieukwaliteitsnormen opgelegd.Tien van die stoffen zijn opnieuw opgenomen als prioritaire stof en krijgen een nieuwe norm op Europees niveau. De acht overige parameters worden niet aangeduid als prioritaire stof (en vallen dus onder "andere verontreinigende stoffen"); hun bestaande norm is overgenomen in richtlijn 2008/105/EG; 9° () = het volgnummer van de stof of stofgroep, vermeld in de richtlijnen 2008/105/EG en 2013/39/EG en overgenomen in lijst III van bijlage 2C. 10° kolom "CAS-nummer": het nummer van de stof of stofgroep volgens de CAS-nummering (Chemical Abstract Services).".
RIVIEREN EN MEREN
OVERGANGSWATER
CAS- nummer
Parameter
Eenheid
Milieu-kwaliteitsnorm gemiddelde (JG-MKN)
Milieu-kwaliteitsnorm maximum (MAC-MKN)
Milieu-kwaliteitsnorm gemiddelde (JG-MKN)
Milieu-kwaliteitsnorm maximum (MAC-MKN)
Biota-norm (µg/kg nat gewicht)
Indelings-criterium GS
Europese Context
gevaarlijke stoffen: organische stoffen
309-00-2
aldrin
µg/l
? = 0,01
niet van toepassing
? = 0,005
niet van toepassing
? = 0,01
VS
60-57-1
dieldrin
72-20-8
endrin
465-73-6
isodrin
95-85-2
2-amino-4-chloorfenol
µg/l
10
niet van toepassing
10
niet van toepassing
10
2642-71-9
azinfos-ethyl
µg/l
0,01
0,1
0,01
0,1
0,01
86-50-0
azinfos-methyl
µg/l
0,002
0,01
0,002
0,01
0,002
71-43-2
benzeen
µg/l
10
50
8
50
10
PS (4)
92-87-5
benzidine
µg/l
0,6
6
0,6
6
0,6
100-44-7
alfa-chloortolueen (benzylchloride)
µg/l
1
10
1
10
1
98-87-3
alfa-alfa-dichloortolueen (benzalchloride)
µg/l
5
niet van toepassing
5
niet van toepassing
5
74070-46-5
aclonifen
µg/l
0,12
0,12
0,012
0,012
0,12
PS (38)
42576-02-3
bifenox
µg/l
0,012
0,04
0,0012
0,004
0,012
PS (39)
28159-98-0
cybutryne
µg/l
0,0025
0,016
0,0025
0,016
0,0025
PS (40)
52315-07-8
cypermethrin
µg/l
0,00008
0,0006
0,000008
0,00006
0,00008
PS (41)
(A)
dioxinen en dioxineachtige verbindingen
µg/l
0,0065 (B)(C)
rapportagegrens
PGS (37)
92-52-4
difenyl
µg/l
2
10
2
10
2
56-23-5
koolstoftetra- chloride
µg/l
12
niet van toepassing
12
niet van toepassing
12
VS
302-17-0
trichlooracetal-dehyde-hydraat
µg/l
500
5000
500
5000
500
57-74-9
cis-chloordaan trans-chloordaan
µg/l
? = 0,002
? = 0,04
? = 0,002
? = 0,04
? = 0,002
79-11-8
chloorazijnzuur
µg/l
0,6
3
0,6
3
0,6
95-51-2
o-chlooraniline
µg/l
? = 1
? = 5
? = 1
? = 5
? = 1
108-42-9
m-chlooraniline
106-47-8
p-chlooraniline
108-90-7
chloorbenzeen
µg/l
6
40
6
40
6
97-00-7
1-chloor-2,4-dinitrobenzeen
µg/l
5
20
5
20
5
107-07-3
2-chloorethanol
µg/l
30
300
30
300
30
67-66-3
chloroform
µg/l
2,5
niet van toepassing
2,5
niet van toepassing
2,5
PS (32)
59-50-7
4-chloor-3-methylfenol
µg/l
9
90
9
90
9
90-13-1
1-chloornaftaleen
µg/l
? = 1
? = 40
? = 1
? = 40
? = 1
91-58-7
2-chloornaftaleen
89-63-4
4-chloor-2-nitroaniline
µg/l
2
20
2
20
2
88-73-3
1-chloor-2-nitrobenzeen
µg/l
? = 3
? = 60
? = 3
? = 60
? = 3
121-73-3
1-chloor-3-nitrobenzeen
100-00-5
1-chloor-4-nitrobenzeen
chloornitrotoluenen
µg/l
? = 3
? = 40
? = 3
? = 40
? = 3
95-57-8
2-chloorfenol
µg/l
? = 20
? = 120
? = 20
? = 120
? = 20
108-43-0
3-chloorfenol
106-48-9
4-chloorfenol
126-99-8
2-chloor-1,3-butadieen
µg/l
10
niet van toepassing
10
niet van toepassing
10
107-05-1
3-chloorpropeen
µg/l
3
30
3
30
3
95-49-8
2-chloortolueen
µg/l
? = 3
? = 200
? = 3
? = 200
? = 3
108-41-8
3-chloortolueen
106-43-4
4-chloortolueen
615-65-6
2-chloor-para-toluïdine
µg/l
? = 8
? = 60
? = 8
? = 60
? = 8
chloortoluïdinen (andere dan 2-chloor-para-toluïdine)
56-72-4
cumafos
µg/l
0,001
0,01
0,001
0,01
0,001
108-77-0
2,4,6-trichloor-1,3,5-triazine
µg/l
0,1
niet van toepassing
0,1
niet van toepassing
0,1
94-75-7
(2,4-dichloorfenoxy)-azijnzuur (2,4-D)
µg/l
20
200
20
200
20
(D)
DDT totaal
µg/l
? = 0,025
niet van toepassing
? = 0,025
niet van toepassing
? = 0,025
VS
50-29-3
p,p'-DDT
µg/l
0,01
niet van toepassing
0,01
niet van toepassing
0,01
VS
8065-48-3
demeton
µg/l
0,05
0,5
0,05
0,5
0,05
106-93-4
1,2-dibroomethaan
µg/l
0,003
0,4
0,003
0,4
0,003
683-18-1
dibutyltindichloride
µg Sn/l
? = 0,08
? = 0,7
? = 0,08
? = 0,7
? = 0,08
818-08-6
dibutyltinoxide
dibutyltinzouten
608-27-5
2,3-dichlooraniline
µg/l
? = 0,2
? = 0,6
? = 0,2
? = 0,6
? = 0,2
554-00-7
2,4-dichlooraniline
95-82-9
2,5-dichlooraniline
608-31-1
2,6-dichlooraniline
626-43-7
3,5-dichlooraniline
95-76-1
3,4-dichlooraniline
95-50-1
1,2-dichloorbenzeen
µg/l
? = 20
? = 70
? = 20
? = 70
? = 20
541-73-1
1,3-dichloorbenzeen
106-46-7
1,4-dichloorbenzeen
dichloorbenzidines
µg/l
0,5
5
0,5
5
0,5
108-60-1
bis-(2-chloorisopropyl)-ether
µg/l
10
niet van toepassing
10
niet van toepassing
10
75-34-3
1,1-dichloorethaan
µg/l
100
8000
100
8000
100
107-06-2
1,2-dichloorethaan (EDC)
µg/l
10
niet van toepassing
10
niet van toepassing
10
PS (10)
75-35-4
1,1-dichlooretheen
µg/l
50
500
50
500
50
540-59-0
1,2-dichlooretheen, cis
µg/l
? = 10
? = 100
? = 10
? = 100
? = 10
1,2-dichlooretheen, trans
75-09-2
dichloormethaan
µg/l
20
niet van toepassing
20
niet van toepassing
20
PS (11)
dichloornitro- benzenen
µg/l
3
60
3
60
3
120-83-2
2,4-dichloorfenol
µg/l
2
70
2
70
2
78-87-5
1,2-dichloorpropaan
µg/l
400
1000
400
1000
400
96-23-1
1,3-dichloor-2-propanol
µg/l
100
2000
100
2000
100
542-75-6
1,3-dichloorpropeen, cis
µg/l
? = 2
? = 20
? = 2
? = 20
? = 2
1,3-dichloorpropeen, trans
78-88-6
2,3-dichloorpropeen
µg/l
2
20
2
20
2
120-36-5
dichlorprop
µg/l
20
200
20
200
20
115-32-2
dicofol
µg/l
0,0013
niet van toepassing (E)
0,000032
niet van toepassing (E)
33
rapportagegrens
PGS (34)
62-73-7
dichloorvos
µg/l
0,0006
0,0007
0,00006
0,00007
0,0006
PS (42)
109-89-7
diethylamine
µg/l
30
200
30
200
30
60-51-5
dimethoaat
µg/l
0,02
0,2
0,02
0,2
0.02
109-89-7
dimethylamine
µg/l
6
80
6
80
6
298-04-4
disulfoton
µg/l
0,01
0,07
0,01
0,07
0,01
115-29-7
alpha-endosulfan
µg/l
? = 0,005
? = 0,01
? = 0,0005
? = 0,004
? = 0,005
PGS (14)
beta-endosulfan
106-89-8
1-chloor-2,3-epoxypropaan (epichloorhydrine)
µg/l
10
100
10
100
10
100-41-4
ethylbenzeen
µg/l
5
50
5
50
5
122-14-5
fenitrothion
µg/l
0,0009
0,002
0,0009
0,002
0,0009
55-38-9
fenthion
µg/l
0,0002
0,002
0,0002
0,002
0,0002
118-74-1
hexachloorbenzeen (HCB)
µg/l
0,05
0,05
10 (F)
rapportagegrens
PGS (16)
87-68-3
hexachloorbutadieen (HCBD)
µg/l
0,6
0,6
55 (G)
rapportagegrens
PGS (17)
(H)
hexabroom-cyclododecaan (HBCDD)
µg/l
0,0016
0,5
0,0008
0,05
167
rapportagegrens
PGS (43)
76-44-8/1024-57-3
heptachloor en heptachloorepoxide
µg/l
0,0000002
0,0003
0,00000001
0,00003
0,0067
rapportagegrens
PGS (44)
608-73-1
alpha-hexachloorcyclo- hexaan (alpha-HCH)
µg/l
? = 0,02
? = 0,04
? = 0,002
? = 0,02
? = 0,02
PGS (18)
beta-hexachloorcyclo- hexaan (beta-HCH)
Y-hexachloorcyclo- hexaan (Y-HCH)
sigma-hexachloorcyclo -hexaan sigma(sigma-HCH)
67-72-1
hexachloorethaan
µg/l
3
80
3
80
3
98-82-8
isopropylbenzeen
µg/l
1
10
1
10
1
330-55-2
linuron
µg/l
0,3
0,7
0,3
0,7
0,3
121-75-5
malathion
µg/l
0,0008
0,003
0,0008
0,003
0,0008
94-74-6
MCPA
µg/l
0,7
20
0,7
20
0,7
93-65-2
mecoprop (MCPP)
µg/l
10
40
10
40
10
10265-92-6
methamidofos
µg/l
0,3
3
0,3
3
0,3
7786-34-7
mevinfos
µg/l
0,002
0,02
0,002
0,02
0,002
1746-81-2
monolinuron
µg/l
0,3
10
0,3
10
0,3
1113-02-6
omethoaat
µg/l
0,02
0,2
0,02
0,2
0,02
301-12-2
oxydemeton-methyl
µg/l
0,4
4
0,4
4
0,4
50-32-8
benzo(a)pyreen
µg/l
0,00017
0,27
0,00017
0,027
5
rapportagegrens
PGS (28)
205-99-2
benzo(b)fluoran-teen
µg/l
(I)
0,017
(I)
0,017
(I)
? = 0,03
PGS (28)
207-08-9
benzo(k)fluoran-teen
µg/l
(I)
0,017
(I)
0,017
(I)
PGS (28)
191-24-2
benzo(g,h,i)pery-leen
µg/l
(I)
0,0082
(I)
0,00082
(I)
? = 0,002
PGS (28)
193-39-5
indeno(1,2,3-cd)pyreen
µg/l
(I)
niet van toepassing
(I)
niet van toepassing
(I)
PGS (28)
206-44-0
fluoranteen
µg/l
0,0063
0,12
0,0063
0,12
30
rapportagegrens
PS (15)
120-12-7
antraceen
µg/l
0,1
0,1
0,1
0,1
0,1
PGS (2)
91-20-3
naftaleen
µg/l
2
130
2
130
2
PS (22)
85-01-8
fenantreen
µg/l
0,1
niet van toepassing
0,1
niet van toepassing
0,1
83-32-9
acenafteen
µg/l
0,06
niet van toepassing
0,06
niet van toepassing
0,06
218-01-9
chryseen
µg/l
1
niet van toepassing
1
niet van toepassing
1
56-55-3
benzo(a)antra-ceen
µg/l
0,3
niet van toepassing
0,3
niet van toepassing
0,3
86-73-7
fluoreen
µg/l
2
niet van toepassing
2
niet van toepassing
2
129-00-0
pyreen
µg/l
0,04
niet van toepassing
0,04
niet van toepassing
0,04
208-96-8
acenaftyleen
µg/l
4
niet van toepassing
4
niet van toepassing
4
53-70-3
dibenzo(a,h)an-traceen
µg/l
0,5
niet van toepassing
0,5
niet van toepassing
0,5
56-38-2
parathion-ethyl
µg/l
0,0002
0,004
0,0002
0,004
0,0002
298-00-0
parathion-methyl
µg/l
0,01
0,02
0,01
0,02
0,01
7012-37-5
PCB 28
µg/l
? = 0,002
? = 0,02
? = 0,002
? = 0,02
? = 0,002
35693-99-3
PCB 52
37680-73-2
PCB 101
31508-00-6
PCB 118
35065-28-2
PCB 138
35065-27-1
PCB 153
35065-29-3
PCB 180
87-86-5
pentachloorfenol
µg/l
0,4
1
0,4
1
0,4
PS (27)
1763-23-1
perfluoroctaansul- fonzuur en zijn derivaten (PFOS)
µg/l
0,00065
36
0,00013
7,2
9,1
rapportagegrens
PGS (35)
124495-18-7
quinoxyfen
µg/l
0,15
2,7
0,015
0,54
0,15
PGS(36)
14816-18-3
foxim
µg/l
0,02
0,2
0,02
0,2
0,02
709-98-8
propanil
µg/l
0,2
3
0,2
3
0,2
1698-60-8
chloridazon (pyrazon)
µg/l
10
20
10
20
10
122-34-9
simazine
µg/l
1
4
1
4
1
PS (29)
93-76-5
(2,4,5-trichloorfenoxy)-azijnzuur (2,4,5-T)
µg/l
2
20
2
20
2
1461-25-2
tetrabutyltin
µg/l
0,012
0,12
0,012
0,12
0,01
95-94-3
1,2,4,5-tetrachloorbenzeen
µg/l
9
30
9
30
9
79-34-5
1,1,2,2-tetrachloorethaan
µg/l
100
900
100
900
100
886-50-0
terbutryn
µg/l
0,065
0,34
0,0065
0,034
0,065
PS (45)
127-18-4
tetrachlooretheen (PER)
µg/l
10
niet van toepassing
10
niet van toepassing
10
VS
108-88-3
tolueen
µg/l
90
700
90
700
90
24017-47-8
triazofos
µg/l
0,03
niet van toepassing
0,03
niet van toepassing
0,03
126-73-8
tri-n-butylfosfaat
µg/l
40
100
40
100
40
36643-28-4
tributyltin
µg/l
0,0002
0,0015
0,0002
0,0015
0,0002
PGS (30)
52-68-6
trichloorfon
µg/l
0,001
0,01
0,001
0,01
0,001
12002-48-1
1,2,3-trichloorbenzeen
µg/l
? = 0,4
niet van toepassing
? = 0,4
niet van toepassing
? = 0,4
PS (31)
1,2,4-trichloorbenzeen
1,3,5-trichloorbenzeen
71-55-6
1,1,1-trichloorethaan
µg/l
20
50
20
50
20
79-00-5
1,1,2-trichloorethaan
µg/l
20
300
20
300
20
79-01-6
trichloorethyleen (TRI)
µg/l
10
niet van toepassing
10
niet van toepassing
10
VS
933-78-8
2,3,5-trichloorfenol
µg/l
? = 6
? = 20
? = 6
? = 20
? = 6
88-06-2
2,4,6-trichloorfenol
95-95-4
2,4,5-trichloorfenol
15950-66-0
2,3,4-trichloorfenol
933-75-5
2,3,6-trichloorfenol
609-19-8
3,4,5-trichloorfenol
76-13-1
1,1,2-trichloortrifluor-ethaan
µg/l
7
70
7
70
7
1582-09-8
trifluraline
µg/l
0,03
niet van toepassing
0,03
niet van toepassing
0,03
PGS (33)
900-95-8
trifenyltinacetaat
µg/l
? = 0,0003
? = 0,003
? = 0,0003
? = 0,003
? = 0,0003
639-58-7
trifenyltinchloride
76-87-9
trifenyltinhydroxide
75-01-4
vinylchloride
µg/l
100
1000
100
1000
100
1330-20-7
xylenen
µg/l
4
40
4
40
4
1912-24-9
atrazine
µg/l
0,6
2
0,6
2
0,6
PS (3)
25057-89-0
bentazon
µg/l
50
500
50
500
50
25154-52-3
nonylfenol
µg/l
0,3
2
0,3
2
0,3
PGS (24)
104-40-5
84852-15-3
15972-60-8
alachloor
µg/l
0,3
0,7
0,3
0,7
0,3
PS (1)
85535-84-8
C10-13-chlooralkanen (J)
µg/l
0,4
1,4
0,4
1,4
0,4
PGS (7)
470-90-6
chloorfenvinphos
µg/l
0,1
0,3
0,1
0,3
0,1
PS (8)
2921-88-2
chloorpyrifos
µg/l
0,03
0,1
0,03
0,1
0,03
PS (9)
117-81-7
di(2-ethylhexyl)-ftalaat (DEHP)
µg/l
1,3
niet van toepassing
1,3
niet van toepassing
1
PGS (12)
330-54-1
diuron
µg/l
0,2
1,8
0,2
1,8
0,2
PS (13)
41318-75-6 (BDE-28)
gebromeerde difenylethers (K)
µg/l
0,14
0,014
0,0085 (L)
rapportagegrens
PGS (5)
5436-43-1 (BDE-47)
60348-60-9 (BDE-99)
189084-64-8 (BDE-100)
67774-32-7 (BDE-153)
207122-15-4 (BDE-154)
34123-59-6
isoproturon
µg/l
0,3
1
0,3
1
0,3
PS (19)
1806-26-4
octylfenol
µg/l
0,1
niet van toepassing
0,01
niet van toepassing
0,1
PS (25)
140-66-9
608-93-5
pentachloorben-zeen
µg/l
0,007
niet van toepassing
0,0007
niet van toepassing
0,007
PGS (26)
83164-33-4
diflufenican
µg/l
0,03
0,05
0,03
0,05
0,03
142459-58-3
flufenacet
µg/l
0,04
0,2
0,04
0,2
0,04
gevaarlijke stoffen: anorganische stoffen
7440-38-2
arseen
µg/l
3 (opgelost)
niet van toepassing
3 (opgelost)
niet van toepassing
5 (totaal)
7440-43-9
cadmium (M)
µg/l
<=0,08 (opgelost)
<= 0,45 (opgelost)
0,2 (opgelost)
<= 0,45 (opgelost)
0,8 (totaal)
PGS (6)
(hardheid <40 mg CaC03/l)
(hardheid < 40 mg CaC03/l)
(hardheid < 40 mg CaC03/l)
0,08 (opgelost)
0,45 (opgelost)
0,45 (opgelost)
(hardheid = 40-50 mg CaC03/l)
(hardheid = 40-50 mg CaC03/l)
(hardheid = 40-50 mg CaC03/l)
0,09 (opgelost)
0,6 (opgelost)
0,6 (opgelost)
(hardheid = 50-100 mg CaCO3/l)
(hardheid = 50-100 mg CaCO3/l)
(hardheid = 50-100 mg CaCO3/l)
0,15 (opgelost)
0,9 (opgelost)
0,9 (opgelost)
(hardheid = 100-200 mg CaC03/l)
(hardheid = 100-200 mg CaC03/l)
(hardheid = 100-200 mg CaC03/l)
0,25 (opgelost)
1,5 (opgelost)
1,5 (opgelost)
(hardheid >= 200 mg CaC03/l)
(hardheid >= 200 mg CaC03/l)
(hardheid >= 200 mg CaC03/l)
7439-97-6
kwik
µg/l
0,07 (opgelost)
0,07 (opgelost)
20 (N)
rapportagegrens
PGS (21)
7440-39-3
barium
µg/l
60 (opgelost)
niet van toepassing
60 (opgelost)
niet van toepassing
70 (totaal)
7440-41-7
beryllium
µg/l
0,08 (opgelost)
niet van toepassing
0,08 (opgelost)
niet van toepassing
0,1 (totaal)
7440-42-8
boor
µg/l
700 (opgelost)
niet van toepassing
700 (opgelost)
niet van toepassing
700 (totaal)
7440-47-3
chroom
µg/l
5 (opgelost)
niet van toepassing
5 (opgelost)
niet van toepassing
50 (totaal)
7440-48-4
kobalt
µg/l
0,5 (opgelost)
niet van toepassing
0,5 (opgelost)
niet van toepassing
0,6 (totaal)
7440-50-8
koper
µg/l
7 (opgelost)
niet van toepassing
7 (opgelost)
niet van toepassing
50 (totaal)
7439-92-1
lood
µg/l
1,2 (biobeschikbaar) (O)
14 (opgelost)
1,3 (opgelost)
14 (opgelost)
50 (totaal)
PS (20)
7439-98-7
molybdeen
µg/l
340 (opgelost)
niet van toepassing
340 (opgelost)
niet van toepassing
350 (totaal)
7440-02-0
nikkel
µg/l
4 (biobeschikbaar) (O)
34 (opgelost)
8,6 (opgelost)
34 (opgelost)
30 (totaal)
PS (23)
7782-49-2
seleen
µg/l
2 (opgelost)
niet van toepassing
2 (opgelost)
niet van toepassing
3 (totaal)
7440-28-0
thallium
µg/l
0,2 (opgelost)
niet van toepassing
0,2 (opgelost)
niet van toepassing
0,2 (totaal)
7440-31-5
tin
µg/l
3 (opgelost)
niet van toepassing
3 (opgelost)
niet van toepassing
40 (totaal)
7440-61-1
uranium
µg/l
1 (opgelost)
niet van toepassing
1 (opgelost)
niet van toepassing
1 (totaal)
7440-62-2
vanadium
µg/l
4 (opgelost)
niet van toepassing
4 (opgelost)
niet van toepassing
5 (totaal)
7440-22-4
zilver
µg/l
0,08 (opgelost)
niet van toepassing
0,08 (opgelost)
niet van toepassing
0,4 (totaal)
7440-66-6
zink
µg/l
20 (opgelost)
niet van toepassing
20 (opgelost)
niet van toepassing
200 (totaal)
7440-36-0
antimoon
µg/l
100 (opgelost)
niet van toepassing
100 (opgelost)
niet van toepassing
100 (totaal)
13494-80-9
tellurium
µg/l
100 (opgelost)
niet van toepassing
100 (opgelost)
niet van toepassing
100 (totaal)
7440-32-6
titanium
µg/l
20 (opgelost)
niet van toepassing
20 (opgelost)
niet van toepassing
100 (totaal)
totaal fosfor
µg/l
Niet van toepassing: zie art 2 typespecifieke richtwaarden
niet van toepassing
Niet van toepassing: zie art 2 typespecifieke richtwaarden
niet van toepassing
1000
7664-41-7
ammoniak
µg/l
30
100
30
100
30 (P)
14797-65-0
nitriet
µg N/l
200
600
200
600
200 (P)
57-12-5
totaal cyanide
µg/l
50
75
50
75
50
16984-48-8
opgelost fluoride
µg/l
900
niet van toepassing
900
niet van toepassing
900
gevaarlijke stoffen: groepsnormen
adsorbeerbare organische halogeenverbindingen (AOX)
µg/l
40
niet van toepassing
40
niet van toepassing
40
anionische oppervlakteactieve stoffen
µg/l
100
niet van toepassing
100
niet van toepassing
100
niet-ionogene en kationische oppervlakteactieve stoffen
µg/l
1000
niet van toepassing
1000
niet van toepassing
1000
(A). Dioxinen en dioxineachtige verbindingen: normen uitgedrukt in µgTEQ/kg waarbij TEQ staat voor toxische equivalenten, overeenkomstig de toxische-equivalentiefactoren (2005) van de Wereldgezondheidsorganisatie. Dioxinen en dioxineachtige verbindingen betreft de volgende verbindingen: -7 polychloordibenzo-p-dioxinen (PCDD's): 2,3,7,8-T4CDD (CAS 1746-01-6), 1,2,3,7,8-P5CDD (CAS 40321-76-4), 1,2,3,4,7,8-H6CDD (CAS 39227-28-6), 1,2,3,6,7,8-H6CDD (CAS 5765-85-7), 1,2,3,7,8,9-H6CDD (CAS 19408-74-3), 1,2,3,4,6,7,8-H7CDD (CAS 35822-46-9), 1,2,3,4,6,7,8,9-O8CDD (CAS 3268-87-9); -10 polychloordibenzofuranen (PCDF's): 2,3,7,8-T4CDF ( CAS 51207-31-9), 1,2,3,7,8-P5CDF (CAS 57117-41-6), 2,3,4,7,8-P5CDF (CAS 57117-31-4), 1,2,3,4,7,8-H6CDF (CAS 70648-26-9), 1,2,3,6,7,8-H6CDF (CAS 57117-44-9), 1,2,3,7,8,9-H6CDF (CAS 72918-21-9), 2,3,4,6,7,8-H6CDF (CAS 60851-34-5), 1,2,3,4,6,7,8-H7CDF (CAS 67562-39-4), 1,2,3,4,7,8,9-H7CDF (CAS 55673-89-7), 1,2,3,4,6,7,8,9-O8CDF (CAS 39001-02-0); -12 dioxineachtige polychloorbifenylen (DL-PCB): 3,3',4,4'-T4CB (PCB 77, CAS 32598-13-3), 3,3',4',5-T4CB (PCB 81, CAS 70362-50-4), 2,3,3',4,4'-P5CB (PCB 105, CAS 32598-14-4), 2,3,4,4',5-P5CB (PCB 114 CAS 74472-37-0), 2,3'4,4',5-P5CB (PCB 118, CAS 31508-00-6), 2,3'4,4',5'-P5CB (PCB 123, CAS 65510-44-3), 3,3',4,4',5-P5CB (PCB 126 CAS 57465-28-8), 2,3,3',4,4',5-H6CB (PCB 156 CAS 38380-08-4), 2,3,3',4,4',5'-H6CB (PCB 157, CAS 69782-90-7), 2,3',4,4',5,5'-H6CB (PCB 167 CAS 52663-72-6), 3,3'4,4'5,5'-H6CB (PCB 169 CAS 32774-16-6), 2,3,3'4,4'5,5'-H7CB (PCB 189 CAS 39635-31-9). (B). PCDD's: polychloordibenzo-p-dioxinen; PCDF's: polychloordibenzofuranen; PCB-DL: dioxineachtige polychloorbifenylen;
TEQ's: toxische equivalenten, overeenkomstig de toxische-equivalentiefactoren (2005) van de Wereldgezondheidsorganisatie. (C). Voor deze stofgroep kon de biotanorm niet herrekend worden naar een milieukwaliteitsnorm water. (D). DDT totaal: DDT totaal omvat de som van de isomeren 1,1,1-trichloor2,2bis(p-chloorfenyl)ethaan (CAS-nummer 50-29-3), EU-nummer 200-024-3); 1,1,1-trichloor2-(o-chloorfenyl)-2-(p-chloorfenyl)ethaan (CAS-nummer 789-02-6); EU-nummer 212-332-5); 1,1-dichloor2,2-bis(p-chloorfenyl)ethyleen (CAS-nummer 72-55-9);
EU-nummer 200-784-6); en 1,1-dichloor-2,2-bis(p-chloorfenyl)ethaan (CAS-nummer 72-54-8); EU-nummer 200-783-0). (E). Dicofol: er is onvoldoende informatie beschikbaar om een MAC-MKN vast te stellen voor deze stoffen. (F). Deze biotanorm zou overeenkomen met een equivalente milieukwaliteitsnorm water van 0.000044 µg/l. (G). Deze biotanorm zou overeenkomen met een equivalente milieukwaliteitsnorm water van 0.00055 µg/l. (H). Hexabroomcyclododecaan: dit betreft 1,3,5,7,9,11-hexabroomcyclodecaan (CAS 25637-99-4), 1,2,5,6,9,10-hexabroomcyclodecaan (CAS 3194-55-6), alpha-hexabroomcyclododecaan (CAS 134237-50-6), beta- hexabroomcyclododecaan (CAS 134237-51-7) en y- hexabroomcyclododecaan (CAS 134237-52-8). (I). Voor de groep prioritaire stoffen die onder polycyclische aromatische koolwaterstoffen vallen (nr. 28), is de vermelde biota-MKN en de overeenkomstige JG-MKN voor water de concentratie van benzo(a)pyreen; beide MKN zijn op de toxiciteit van benzo(a)pyreen gebaseerd. Benzo(a)pyreen kan beschouwd worden als een marker voor ander PAK en derhalve dient voor de vergelijking met biota-MKN en de overeenkomstige JG-MKN in water alleen benzo(a)pyreen te worden gemonitord. (J). C10-C13-chlooralkanen: er wordt geen indicatieve parameter opgegeven voor deze groep van stoffen. De indicatieve parameters moeten bepaald worden door de analysemethoden. (K). Gebromeerde difenylethers: voor de groep prioritaire stoffen die vallen onder de gebromeerde difenylethers, verwijst de MKN naar de som van de concentraties van de congeneren met nummers 28, 47, 99, 100, 153 en 154. (L). Deze biotanorm zou overeenkomen met een equivalente milieukwaliteitsnorm water van 0.000000049 µg/l. (M). Cadmium en zijn verbindingen: Voor cadmium en zijn verbindingen zijn de MKN-waarden, afhankelijk van de hardheid van het water, ingedeeld in vijf klassen ( Klasse 1: < 40 mg CaCO3/l; Klasse 2: 40 tot < 50 mg CaCO3/l; Klasse 3: 50 tot < 100 mg CaCO3/l; Klasse 4: 100 tot < 200 mg CaCO3/l en Klasse 5: ? 200 mg CaCO3/l). (N). Voor deze stof kon de biotanorm niet herrekend worden naar een milieukwaliteitsnorm water. (O). Lood en nikkel: deze MKN hebben betrekking op de biologisch beschikbare concentraties van de stoffen. (P). Ammoniak en nitriet: dit indelingscriterium geldt alleen voor de oppervlaktewaterlozers.
Art. 10.Artikel 4 van bijlage 2.3.1 bij hetzelfde besluit, ingevoegd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 21 mei 2010, wordt vervangen door wat volgt: "
Art. 4.§ 1. Voor de stoffen met de volgnummers (5), (15), (16), (17), (21), (28), (34), (35), (37), (43) en (44), vermeld in de tabel in artikel 3, § 4, zijn de milieukwaliteitsnormen voor biota, vermeld in de kolom "Biotanorm", van toepassing. Voor de andere stoffen zijn de water-MKN van toepassing.
Tenzij anders vermeld, gelden die biota-MKN voor vissen. In plaats daarvan kan een alternatieve biotataxon of een andere matrix worden gemonitord, op voorwaarde dat de toegepaste milieukwaliteitsnorm een gelijkwaardig beschermingsniveau biedt.
Voor de stoffen met de volgnummers (15) (fluoranteen) en (28) (PAK's), gelden die biota-MKN voor schelp- en weekdieren. Voor de beoordeling van de chemische toestand is de monitoring van fluoranteen en PAK in vissen niet geschikt.
Voor de stof met nummer 37 (dioxinen en dioxineachtige verbindingen) gelden de biota-MKN voor vissen, schelp- en weekdieren: zie afdeling 5.3 van de bijlage bij Verordening (EU) nr. 1259/2011 van de Commissie van 2 december 2011 tot wijziging van Verordening (EG) nr. 1881/2006 wat betreft de maximumgehalten voor dioxinen, dioxineachtige pcb's en niet-dioxineachtige pcb's in levensmiddelen. § 2. Voor één of meerdere categorieën oppervlaktewater kan een milieukwaliteitsnorm toegepast worden voor een andere matrix dan biota, of, wanneer relevant, voor een ander biotataxon dan vermeld in paragraaf 1. In die gevallen wordt de relevante milieukwaliteitsnorm, vermeld in de tabel in artikel 3, § 4, toegepast, of wordt, als er voor een bepaalde matrix of biotataxon geen milieukwaliteitsnorm is opgenomen, een milieukwaliteitsnorm vastgesteld die minstens hetzelfde beschermingsniveau biedt als de milieukwaliteitsnorm, vermeld in paragraaf 1.
Er kan alleen gebruik gemaakt worden van de mogelijkheid, vermeld in het eerste lid, als de voor de gekozen matrix of biotataxon toegepaste analysemethode voldoet aan de minimale prestatiekenmerken, vermeld in artikel 1/3, § 2, van het besluit van de Vlaamse Regering van 26 april 2013 tot vaststelling van het geactualiseerde monitoringprogramma van de watertoestand ter uitvoering van artikel 67 en 69 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het integraal waterbeleid. Als voor geen enkele matrix aan die kenmerken wordt voldaan, moet de monitoring worden uitgevoerd met behulp van de beste beschikbare technieken die geen buitensporige kosten met zich brengen en moet de analysemethode minstens even goed presteren als die welke beschikbaar is voor de matrix voor de desbetreffende stof, vermeld in het eerste lid. § 3. Als er een potentieel risico voor of via het aquatische milieu door acute blootstelling is vastgesteld op basis van gemeten of geraamde concentraties of emissies en als een milieukwaliteitsnorm voor biota of sediment wordt gebruikt, moet de monitoring van het oppervlaktewater ook worden uitgevoerd en wordt de MAC-MKN toegepast, opgenomen in de tabel, vermeld in artikel 3, § 4.".
Art. 11.In artikel 5 van bijlage 2.3.1 bij hetzelfde besluit, ingevoegd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 21 mei 2010, worden de volgende wijzigingen aangebracht: 1° in paragraaf 1, tweede lid, wordt de zinsnede "richtlijn 2009/90 tot vaststelling van technische specificaties voor de chemische analyse en monitoring van de watertoestand krachtens richtlijn 2000/60/EG" vervangen door de zinsnede "het besluit van de Vlaamse Regering van 26 april 2013 tot vaststelling van het geactualiseerde monitoringprogramma van de watertoestand ter uitvoering van artikel 67 en 69 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het integraal waterbeleid";2° aan paragraaf 2 worden een tweede tot en met een zesde lid toegevoegd, die luiden als volgt: "Elk meetresultaat op een immissiemeetplaats die moet voldoen aan een milieukwaliteitsnorm voor een parameter als vermeld in artikel 2 in de vorm van een 90-percentiel, moet kleiner zijn dan of gelijk zijn aan de waarde van de norm vermeerderd met 50%. Elk meetresultaat op een immissiemeetplaats die moet voldoen aan een milieukwaliteitsnorm voor een parameter als vermeld in artikel 2 in de vorm van een gemiddelde, moet kleiner zijn dan of gelijk zijn aan de waarde van de norm vermenigvuldigd met drie.
Elk meetresultaat op een immissiemeetplaats die moet voldoen aan een milieukwaliteitsnorm voor een parameter als vermeld in artikel 2 in de vorm van een maximum, moet kleiner zijn dan of gelijk zijn aan de waarde van de norm.
Elk meetresultaat op een immissiemeetplaats die moet voldoen aan een milieukwaliteitsnorm voor een parameter als vermeld in artikel 2 in de vorm van een 10-percentiel, moet groter zijn dan of gelijk zijn aan de waarde van de norm verminderd met 50%.
Elk meetresultaat op een immissiemeetplaats die moet voldoen aan een milieukwaliteitsnorm voor een parameter als vermeld in artikel 2 in de vorm van een minimum, moet groter zijn dan of gelijk zijn aan de waarde van de norm."; 3° paragraaf 3 wordt vervangen door wat volgt: " § 3.Wanneer de monitoringresultaten worden vergeleken met de relevante milieukwaliteitsnormen kan er rekening gehouden worden met: 1° de natuurlijke achtergrondconcentraties van metalen en hun verbindingen, als die in dergelijke concentraties voorkomen dat ze de naleving van de relevante milieukwaliteitsnormen beletten; 2° de hardheid, de pH, de hoeveelheid opgeloste organische koolstof of andere waterkwaliteitsparameters die de biobeschikbaarheid van metalen beïnvloeden, waarbij de biobeschikbare concentratie wordt bepaald met behulp van passende biobeschikbaarheidsmodellen.".
Art. 12.Aan artikel 6, § 2, van bijlage 2.3.1 bij hetzelfde besluit, ingevoegd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 21 mei 2010, worden een derde en een vierde lid toegevoegd, die luiden als volgt: "Elk meetresultaat op een immissiemeetplaats die moet voldoen aan een milieukwaliteitsnorm voor een parameter als vermeld in artikel 2 in de vorm van een zomerhalfjaargemiddelde, moet kleiner zijn dan of gelijk zijn aan de waarde van de norm vermenigvuldigd met drie, of in geval van een norm die de vorm heeft van een interval, groter zijn dan of gelijk zijn aan de waarde van de ondergrens gedeeld door drie en kleiner zijn dan of gelijk zijn aan de waarde van de bovengrens vermenigvuldigd met drie.
Elk meetresultaat op een immissiemeetplaats die moet voldoen aan een milieukwaliteitsnorm voor een parameter als vermeld in artikel 2 in de vorm van een wintergemiddelde, moet kleiner zijn dan of gelijk zijn aan de waarde van de norm vermenigvuldigd met drie.".
Art. 13.In artikel 1 van bijlage 2.3.1bis/1, ingevoegd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 21 mei 2010, wordt in de tabel voor de parameter `o,p'-DDD' tot en met `p,p'-DDT' de eenheid "mg/kg DS" vervangen door de eenheid "µg/kg DS".
Art. 14.In hetzelfde besluit, het laatst gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 16 mei 2014, wordt bijlage 2.3.5, opgeheven door het besluit van de Vlaamse Regering van 16 mei 2014, vervangen door de bijlage die bij dit besluit is gevoegd. HOOFDSTUK 4. - Wijzigingen van het besluit van 9 september 2005
Art. 15.In artikel 6, 9°, van het besluit van de Vlaamse Regering van 9 september 2005 betreffende de geografische indeling van watersystemen en de organisatie van het integraal waterbeleid in uitvoering van Titel I van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het integraal waterbeleid, gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 21 maart 2014, worden tussen de woorden "de Kaderrichtlijn Water" en de woorden "en overeenkomstig" de woorden "en de richtlijn Prioritaire Stoffen 2008/105/EG" ingevoegd. HOOFDSTUK 5. - Wijzigingen van het Monitoringbesluit
Art. 16.In het besluit van de Vlaamse Regering van 26 april 2013 tot vaststelling van het geactualiseerde monitoringprogramma van de watertoestand ter uitvoering van artikel 67 en 69 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het integraal waterbeleid worden een artikel 1/1 tot en met 1/4 ingevoegd, die luiden als volgt: "
Art. 1/1.Dit besluit voorziet in de gedeeltelijke omzetting van richtlijn 2009/90/EG van de Commissie van 31 juli 2009 tot vaststelling van technische specificaties voor de chemische analyse en monitoring van de watertoestand krachtens Richtlijn 2000/60/EG van het Europees Parlement en de Raad en in de gedeeltelijke omzetting van richtlijn 2013/39/EU van het Europees Parlement en de Raad van 12 augustus 2013 tot wijziging van Richtlijn 2000/60/EG en Richtlijn 2008/105/EG wat betreft prioritaire stoffen op het gebied van het waterbeleid.
Art.1/2. Dit besluit voorziet in de technische specificaties voor de chemische analysen en monitoring van de watertoestand en bevat minimale prestatiekenmerken voor analysemethoden die bij de monitoring van de watertoestand, het sediment en de biota worden gebruikt, alsook voorschriften voor het aantonen van de kwaliteit van analyseresultaten.
In dit besluit wordt verstaan onder: 1° aantoonbaarheidsgrens: het uitgangssignaal of de concentratie waarboven met een vermeld betrouwbaarheidsniveau kan worden gesteld dat een monster verschilt van een blanco monster dat geen relevante te bepalen grootheid bevat;2° bepalingsgrens: een vermeld veelvoud van de aantoonbaarheidsgrens bij een concentratie van de te bepalen grootheid die redelijkerwijs met een aanvaardbaar nauwkeurigheids- en precisieniveau kan worden bepaald.De bepalingsgrens kan met behulp van een geschikte standaard of een geschikt monster worden berekend en kan vanaf het laagste kalibratiepunt op de kalibratiecurve, met uitzondering van de blanco, worden verkregen; 3° biotataxon of taxon (mv.taxa): een specifiek aquatisch taxon met een taxonomische rang van "subphylum", "klasse" of een daaraan gelijkwaardige rang.
Art. 1/3.§ 1. Alle analysemethoden, met inbegrip van de laboratorium-, veld- en onlinemethoden, overeenkomstig de norm EN ISO/IEC 17025 of andere gelijkwaardige op internationaal niveau erkende normen, die worden gebruikt in de programma's voor de monitoring van de chemische watertoestand, vermeld in artikel 68 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het integraal waterbeleid, worden gevalideerd en gedocumenteerd. § 2. De minimale prestatiekenmerken voor alle gebruikte analysemethoden worden gebaseerd op een meetonzekerheid van ten hoogste 50% (k = 2), geschat op het niveau van relevante milieukwaliteitsnormen, en een bepalingsgrens van ten hoogste 30% van de relevante milieukwaliteitsnormen.
In het eerste lid wordt verstaan onder meetonzekerheid: een niet-negatieve parameter die de spreiding karakteriseert van de kwantitatieve waarden die aan een te meten grootheid worden toegekend, gebaseerd op de gebruikte informatie. De in bijlage 4.2.5.2, artikel 4, opgegeven meetonzekerheid is de halve lengte van een interval rond het analyseresultaat waarbinnen de werkelijke waarde verwacht wordt te liggen bij een betrouwbaarheidsniveau van 95%, en is uitgedrukt als een percentage van het analyseresultaat. De meetonzekerheid is daarbij berekend volgens een door de minister vastgelegde methode.
Als er geen relevante milieukwaliteitsnormen voor een bepaalde parameter zijn of als er geen analysemethode is die aan de minimale prestatiekenmerken voldoet, wordt de monitoring uitgevoerd met behulp van de beste beschikbare technieken die geen buitensporige kosten met zich brengen. § 3. Als de waarde van de fysisch-chemische of chemische te meten grootheden in een bepaald monster onder de bepalingsgrens ligt, wordt voor de berekening van de gemiddelde waarde het meetresultaat vastgesteld op de helft van de waarde van de betrokken bepalingsgrens.
De berekening, vermeld in het eerste lid, is niet van toepassing op te meten grootheden die een totaal zijn van een bepaalde groep fysisch-chemische parameters of chemische te meten grootheden, met inbegrip van hun relevante metabolieten en afbraak- en reactieproducten. In die gevallen worden resultaten onder de bepalingsgrens van de individuele stoffen vastgesteld op nul.
Als een berekende gemiddelde waarde van de meetresultaten onder de bepalingsgrens ligt, wordt die waarde betiteld als "lager dan de bepalingsgrens". § 4. De laboratoria of de door de laboratoria aangestelde personen hanteren methoden voor kwaliteitszorgsystemen die in overeenstemming zijn met de norm EN ISO/IEC 17025 of andere gelijkwaardige op internationaal niveau erkende normen.
De laboratoria of de door de laboratoria aangestelde personen bewijzen hun bekwaamheid bij de analyse van relevante fysisch-chemische of chemische te meten grootheden door: 1° deel te nemen aan programma's voor geschiktheidsbeproeving waarin de analysemethoden, vermeld in paragraaf 1, worden behandeld van te meten grootheden op concentratieniveaus die representatief zijn voor de programma's voor de monitoring van de chemische watertoestand, vermeld in artikel 68 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het integraal waterbeleid;2° beschikbare referentiematerialen te analyseren die representatief zijn voor verzamelde monsters die adequate concentratieniveaus bevatten, in vergelijking met de voor de minimale prestatiekenmerken bedoelde relevante milieukwaliteitsnormen. De programma's voor geschiktheidsbeproeving, vermeld in het tweede lid, 1°, worden georganiseerd door geaccrediteerde organisaties, internationaal of nationaal erkende organisaties die voldoen aan de normen van de ISO/IEC-leidraad 43-1 of van andere gelijkwaardige op internationaal niveau erkende normen. De resultaten van de deelname aan deze programma's worden beoordeeld op basis van de scoringsystemen, vermeld in de ISO/IEC-leidraad 43-1 of in de norm ISO 13528 of in andere gelijkwaardige op internationaal niveau erkende normen.
Art. 1/4.§ 1. Als de berekende gemiddelde waarde van een meetresultaat, vermeld in artikel 1/3, § 3, uitgevoerd met behulp van de best beschikbare techniek die geen buitensporige kosten met zich brengt, aangemerkt wordt als "lager dan de bepalingsgrens" en de "bepalingsgrens" van die techniek de milieukwaliteitsnorm overschrijdt, wordt het resultaat voor de stof die wordt gemeten niet in aanmerking genomen bij de beoordeling van de algemene chemische toestand van het betrokken waterlichaam. § 2. Voor stoffen waarvoor een milieukwaliteitsnorm voor sediment of biota wordt toegepast, wordt de stof ten minste één keer per jaar in de betrokken matrix gemonitord, tenzij de technische kennis of het oordeel van deskundigen een ander interval rechtvaardigt. § 3. Voor de analyse van langetermijntendensen als vermeld in bijlage I, 1, 1.2., 5°, bij het decreet van 18 juli 2003 betreffende het integraal waterbeleid, wordt de meetfrequentie in sediment of biota zodanig vastgesteld dat ze voldoende gegevens voor een betrouwbare analyse oplevert. Als richtsnoer geldt dat de monitoring elke drie jaar wordt uitgevoerd, tenzij de technische kennis of het oordeel van deskundigen een ander interval rechtvaardigt. § 4. De stoffen die zich gedragen als alomtegenwoordige persistente, bio-accumulerende, toxische stoffen met de volgnummers (5), (21), (28), (30), (35), (37), (43) en (44), vermeld in de tabel bij artikel 3, de kolom "Europese context", van bijlage 2.3.1. bij het besluit van de Vlaamse regering van 1 juni 1995 houdende algemene en sectorale bepalingen inzake milieuhygiëne (titel II van het VLAREM), kunnen minder intensief gemonitord worden dan vereist voor prioritaire stoffen als vermeld in paragraaf 2 en de bijlage, op voorwaarde dat de monitoring representatief is en er reeds een statistisch robuust referentiekader beschikbaar is met betrekking tot de aanwezigheid van die stoffen in het aquatische milieu. Als richtsnoer geldt dat de monitoring, conform paragraaf 3, elke drie jaar wordt uitgevoerd, tenzij de technische kennis of het oordeel van deskundigen een ander interval rechtvaardigt. § 5. Elke stof op de door de Europese Commissie op te stellen aandachtstoffenlijst wordt op geselecteerde representatieve meetstations gemonitord gedurende ten minste twaalf maanden. Voor de eerste aandachtstoffenlijst begint de monitoringperiode uiterlijk op 14 september 2015 of binnen zes maanden na de opstelling van de aandachtstoffenlijst, als dat later is. Voor iedere stof die in latere lijsten wordt opgenomen, begint de monitoring binnen zes maanden na de opneming daarvan op de lijst.
Ten minste twee meetstations worden geselecteerd voor de monitoring, vermeld in het eerste lid. Bij het selecteren van representatieve meetstations en het vastleggen van de meetfrequentie en -tijdstippen voor elke stof wordt rekening gehouden met de gebruikspatronen en het mogelijke voorkomen van de stof. De meetfrequentie mag niet lager liggen dan eenmaal per jaar.
Als voor een specifieke stof voldoende vergelijkbare, representatieve en recente uit bestaande monitoringprogramma's of -studies verkregen monitoringgegevens verstrekt kunnen worden, kan besloten worden voor die stof geen aanvullende monitoring in het kader van het aandachtstoffenlijstmechanisme uit te voeren, als ook die stof werd gemonitord volgens een methode die voldoet aan de vereisten van de technische richtsnoeren die door de Europese Commissie zijn ontwikkeld. § 6. De resultaten van de eerste uitgevoerde monitoring, vermeld in paragraaf 5, worden aan de Europese Commissie gemeld. Voor de eerste aandachtstoffenlijst worden de resultaten van de monitoring gemeld binnen 15 maanden na 14 september 2015 of binnen 21 maanden na de opstelling van de aandachtstoffenlijst, als dat later is, en daarna om de twaalf maanden zolang de stof op de lijst wordt gehouden. Voor elke stof die is opgenomen in de latere lijsten wordt binnen 21 maanden nadat de stof is opgenomen op de aandachtstoffenlijst en elke daaropvolgende twaalf maanden zolang de stof op de lijst wordt gehouden, verslag uitgebracht aan de Europese Commissie over de resultaten van de monitoring. Het verslag bevat informatie over de representativiteit van het meetstation en de monitoringstrategie.".
Art. 17.In punt 2.1.3 van de bijlage bij hetzelfde besluit worden de volgende wijzigingen aangebracht: 1° in `Chemische en fysisch-chemische elementen die de biologische elementen mee bepalen' worden de zinnen "De analyses worden uitgevoerd met inachtneming van de vereisten, opgelegd in de richtlijn 2009/90. Die vereisten werden geïmplementeerd in de Vlaamse regelgeving door de publicatie van de Technische specificaties voor de chemische analyse van (fysisch-)chemische parameters en beoordeling van de analyseresultaten afhankelijk van de monitoring van de watertoestand krachtens richtlijn 2000/60/EG van het Europees Parlement en de Raad van 23 oktober 2000 tot vaststelling van een kader voor communautaire maatregelen betreffende het waterbeleid, gepubliceerd in het Belgisch Staatblad van 31 oktober 2011." vervangen door de zin "De analyses worden uitgevoerd met inachtneming van de vereisten, vermeld in artikel 1/2 tot en met 1/4 van dit besluit."; 2° in `Specifieke verontreinigende stoffen' wordt de zinsnede "zie KRLW-dochterrichtlijn 2008/105 en de volgende dochterrichtlijnen of herziening daarvan." vervangen door de zinsnede "zie bijlage 2C, lijst III, bij titel I van het VLAREM."; 3° aan `Specifieke verontreinigende stoffen' wordt de volgende zin toegevoegd: "De analyses worden uitgevoerd met inachtneming van de vereisten, vermeld in artikel 1/2 tot en met 1/4 van dit besluit.". HOOFDSTUK 6. - Slotbepalingen
Art. 18.De technische specificaties voor de chemische analyse van (fysisch-) chemische parameters en beoordeling van de analyseresultaten in functie van de monitoring van de watertoestand krachtens Richtlijn 2000/60/EG van het Europees Parlement en de Raad van 23 oktober 2000 tot vaststelling van een kader voor communautaire maatregelen betreffende het waterbeleid, bekendgemaakt in het Belgisch Staatsblad van 31 oktober 2011, worden opgeheven.
Art. 19.De Vlaamse minister, bevoegd voor het leefmilieu en het waterbeleid, is belast met de uitvoering van dit besluit.
Brussel, 16 oktober 2015.
De minister-president van de Vlaamse Regering, G. BOURGEOIS De Vlaamse minister van Omgeving, Natuur en Landbouw, J. SCHAUVLIEGE
Bijlage bij het besluit van de Vlaamse Regering van 16 oktober 2015 tot wijziging van het besluit van de Vlaamse Regering van 6 februari 1991 houdende vaststelling van het Vlaams reglement betreffende de milieuvergunning, het besluit van de Vlaamse Regering van 1 juni 1995 houdende algemene en sectorale bepalingen inzake milieuhygiëne, het besluit van de Vlaamse Regering van 9 september 2005 betreffende de geografische indeling van watersystemen en de organisatie van het integraal waterbeleid in uitvoering van Titel I van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het integraal waterbeleid en het besluit van de Vlaamse Regering van 26 april 2013 tot vaststelling van het geactualiseerde monitoringprogramma van de watertoestand ter uitvoering van artikel 67 en 69 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het integraal waterbeleid, wat betreft de omzetting van richtlijn 2013/39/EU en richtlijn 2009/90/EG Bijlage 2.3.5 bij het besluit van de Vlaamse Regering van 1 juni 1995 houdende algemene en sectorale bepalingen inzake milieuhygiëne Bijlage 2.3.5 Milieukwaliteitsnormen voor oppervlaktewater, bestemd voor schelpdieren
Artikel 1.De milieukwaliteitsnormen waaraan de schelpdierwaters in alle als dusdanig aangeduide schelpdierwaterzones dienen te voldoen, zijn aangegeven in de volgende tabel.
De in de volgende tabel aangegeven bemonsteringsfrequentie is van toepassing tijdens de periode dat levende tweekleppige weekdieren worden gekweekt of geoogst.
Parameter
Eenheid
Toetswijze
Grenswaarde
Frequentie
Koolwaterstoffen op oliebasis
/
Visuele controle
Geen zichtbare film op wateroppervlak
Maandelijks
Cyanobacteriën
/
Visuele controle
Geen drijflaag
Maandelijks
Microcystine (bij aanwezigheid drijflaag cyanobacteriën)
µg/L
Maximum
20
Wekelijks
E. Coli
kve/100 ml
Maximum
230
Periode mei t.e.m. sept.: om de twee weken Overige maanden: maandelijks
Toxische algen
Asp producerende sp.
Cellen/liter
Maximum
500 000
Periode mei t.e.m. sept.: om de twee weken Overige maanden: maandelijks
DSP producerende sp.
Cellen/liter
Maximum
100
Periode mei t.e.m. sept.: om de twee weken Overige maanden: maandelijks
PSP producerende sp. (Alexandrium sp., Gymnodinium sp., Pyrodinium sp.)
Cellen/liter
Maximum
1 000
Periode mei t.e.m. sept.: om de twee weken Overige maanden: maandelijks
Art. 2.Als er wordt vastgesteld dat de kwaliteit van de aangewezen wateren aanmerkelijk beter is dan die welke voortvloeit uit de toepassing van de waarden, vermeld in artikel 1, kan de frequentie van de monsterneming worden verlaagd.
De bemonsteringsplaats wordt zo gekozen dat het bemonsterde water representatief is voor de kwaliteit van het water dat opgenomen wordt door de schelpdieren.
Gezien om gevoegd te worden bij het besluit van de Vlaamse Regering van 16 oktober 2015 tot wijziging van het besluit van de Vlaamse Regering van 6 februari 1991 houdende vaststelling van het Vlaams reglement betreffende de milieuvergunning, het besluit van de Vlaamse Regering van 1 juni 1995 houdende algemene en sectorale bepalingen inzake milieuhygiëne, het besluit van de Vlaamse Regering van 9 september 2005 betreffende de geografische indeling van watersystemen en de organisatie van het integraal waterbeleid in uitvoering van Titel I van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het integraal waterbeleid en het besluit van de Vlaamse Regering van 26 april 2013 tot vaststelling van het geactualiseerde monitoringprogramma van de watertoestand ter uitvoering van artikel 67 en 69 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het integraal waterbeleid, wat betreft de omzetting van richtlijn 2013/39/EU en richtlijn 2009/90/EG Brussel, 16 oktober 2015.
De minister-president van de Vlaamse Regering, G. BOURGEOIS De Vlaamse minister van Omgeving, Natuur en Landbouw, J. SCHAUVLIEGE