16 DECEMBER 2005. - Besluit van de Vlaamse Regering tot wijziging van het besluit van de Vlaamse Regering van 11 juni 2004 tot afbakening van het toepassingsgebied van de integrale jeugdhulp en van de regio's integrale jeugdhulp en tot regeling van de beleidsafstemming integrale ieugdhulp

De Vlaamse Regering, Gelet op het decreet van 7 mei 2004 betreffende de integrale jeugdhulp, inzonderheid op artikel 4, § 1, en 52;

Gelet op het besluit van de Vlaamse Regering van 11 juni 2004 tot afbakening van het toepassingsgebied van de integrale jeugdhulp en van de regio's integrale jeugdhulp en tot regeling van de beleidsafstemming integrale jeugdhulp;

Gelet op het advies van de Inspectie van Financiën, gegeven op 4 november 2005;

Gelet op de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973, inzonderheid op artikel 3, § 1, vervangen bij de wet van 4 juli 1989 en gewijzigd bij de wet van 4 augustus 1996;

Gelet op de dringende noodzakelijkheid;

Overwegende dat de regionale stuurgroepen integrale jeugdhulp hun eerste regioplan integrale jeugdhulp, dat voor vijf jaar zal gelden, onmogelijk binnen een korte termijn kunnen opstellen; dat daarom onverwijld in een overgangsregeling moet worden voorzien, waarbij hen een redelijke termijn wordt verleend voor de opmaak van hun eerste plan;

Op voorstel van de Vlaamse minister van Werk, Onderwijs en Vorming en de Vlaamse minister van Welzijn, Volksgezondheid en Gezin;

Na beraadslaging, Besluit :

Artikel 1.In het besluit van de Vlaamse Regering van 11 juni 2004 tot afbakening van het toepassingsgebied van de integrale jeugdhulp en van de regio's Integrale Jeudhulp en tot regeling van de beleidsafstemming integrale jeugdhulp wordt een artikel 32bis ingevoegd, dat luidt als volgt : «

Art. 32bis.De eerste regioplannen integrale jeugdhulp, zoals bedoeld in artikel 40 van het decreet betreffende de integrale jeugdhulp, worden, na een stapsgewijze opbouw met tussentijdse evaluaties door het Managementcomité begin 2006 en begin 2007, gefinaliseerd tegen 1 oktober 2007 en gelden voor de periode 2008-2012. »

Art. 2.Dit besluit heeft uitwerking met ingang van 1 januari 2006.

Art. 3.De Vlaamse minister, bevoegd voor het Onderwijs, de Vlaamse minister, bevoegd voor de Bijstand aan Personen, en de Vlaamse minister, bevoegd voor het Gezondheidsbeleid, zijn, ieder wat hem of haar betreft, belast met de uitvoering van dit besluit.

Brussel, 16 december 2005.

De minister-president van de Vlaamse Regering, Y. LETERME De Vlaamse minister van Werk, Onderwijs en Vorming, F. VANDENBROUCKE De Vlaamse minister van Welzijn, Volksgezondheid en Gezin, I. VERVOTTE