11 FEBRUARI 2022. - Besluit van de Vlaamse Regering tot vaststelling van de noodzaak tot verplichte wijziging van de ligging van de installaties voor het vervoer van gasvormige zuurstof door middel van twee leidingen van de nv Air Liquide Industries Belgium (voorheen Corenox nv) die liggen in het openbaar domein op het grondgebied van de gemeente Lanaken in de ondergrond van de oever van het Albertkanaal, om daar een watergebonden regionaal bedrijventerrein te realiseren, dat ingrepen aan de waterweg vereist

Rechtsgronden Dit besluit is gebaseerd op: - de wet van 12 april 1965Relevante gevonden documenten type wet prom. 12/04/1965 pub. 08/03/2007 numac 2007000126 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet betreffende de bescherming van het loon der werknemers sluiten betreffende het vervoer van gasachtige produkten en andere door middel van leidingen, artikel 9, derde lid; - het koninklijk besluit van 15 maart 1966 tot wijziging van de ligging of het tracé van een gasvervoerinstallatie ter uitvoering van de wet van 12 april 1965Relevante gevonden documenten type wet prom. 12/04/1965 pub. 08/03/2007 numac 2007000126 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet betreffende de bescherming van het loon der werknemers sluiten betreffende het vervoer van gasachtige producten en andere door middel van leidingen, artikel 2, 3, 4, 5 en 11;

Vormvereiste De volgende vormvereiste is vervuld: - De Inspectie van Financiën heeft advies gegeven op 25 januari 2022.

Motivering Dit besluit is gebaseerd op de volgende motieven: - Het Economisch Netwerk Albertkanaal (ENA) is een ruimtelijk samenhangend economisch netwerk van bedrijven in Vlaamse gemeenten die aan het Albertkanaal liggen, in de nabijheid van de E313. - De Vlaamse overheid werkt actief rond dat netwerk met als doel de economische sterkten van het gebied op elkaar af te stemmen en de economische groei gestructureerd op te vangen. - In het Ruimtelijk Structuurplan Vlaanderen (RSV) is het ENA bindend geselecteerd als een economisch netwerk van Vlaams niveau (RSV 1997 en herziening 2012). - De Vlaamse Regering heeft op 23 april 2004 de studie, de ruimtelijke visie en het bijbehorende uitvoeringsprogramma als basis voor de ruimtelijke afwegingen langs het Albertkanaal aanvaard. Daarmee werd het startsein gegeven voor de oprichting van het coördinatieplatform ENA (c-ENA) en werd het licht op groen gezet voor de uitvoering van een aantal concrete acties. - Ter uitvoering van de beslissing van de Vlaamse Regering van 23 april 2004 werd een GRUP `Gebieden voor oppervlaktedelfstoffenwinning, delfstoffenzone Leem in Zuid-Limburg' op 22 september 2006 definitief vastgesteld, dat werd opgemaakt om in de dringende behoefte aan leem te voorzien voor de steenbakkerijen die in het gebied aanwezig zijn, en om te voorzien in een nieuw watergebonden en gemengd regionaal bedrijventerrein `Lanaekerveld' in Lanaken. Vervolgens werd het grensoverschrijdende project Albertknoop opgezet in het grensgebied tussen Maastricht en Lanaken om zo een multimodaal ontsloten regionaal bedrijventerrein tot stand te brengen dat ook past in de nadere uitwerking van het ENA. Daarvoor werd een rapport `Inrichtingsconcept Albertknoop 2012' door alle Albertknooppartners onderschreven. - Ter uitvoering van dat gebiedsgerichte ontwikkelingsperspectief bleek een herziening van een deelplan van het GRUP `Gebieden voor oppervlaktedelfstoffenwinning, delfstoffenzone Leem in Zuid-Limburg' noodzakelijk en moest voorzien worden in een zone voor de winning van oppervlaktedelfstoffen met nabestemming regionaal bedrijventerrein, bestemd voor bedrijven van regionaal belang met watergebonden karakter. Het watergebonden karakter moest daarbij bestaan uit het verplichte gebruik van de waterweg om een substantiële hoeveelheid basisgrondstoffen of (half)afgewerkte producten te vervoeren, of uit het gebruik van water als onderdeel van het productieproces. - Op 19 mei 2017 heeft de Vlaamse Regering het GRUP `Albertknoop' definitief vastgesteld waardoor het GRUP `Gebieden voor oppervlaktedelfstoffenwinning, delfstoffenzone Leem Zuid-Limburg' voor deelgebied 1 werd herzien. Het deelgebied werd daarbij bestemd als het regionale bedrijventerrein `Albertknoop' met watergebonden karakter met voorafgaande winning van de oppervlaktedelfstoffen zonder fasering. Er werden ook twee tracés aangeduid voor de pijpleidingen van Air Liquide Industries Belgium nv die daarvoor verlegd moeten worden. - De ontwikkeling en realisatie van het regionale bedrijventerrein `Albertknoop' is voor Vlaanderen van groot economisch belang door de strategische ligging aan verschillende infrastructuurlijnen, zoals de nabijheid van het kanaal, een goederenspoorlijn en verschillende uitvalswegen. Zo kan het bedrijventerrein met watergebonden karakter door zijn ligging trimodaal ontsloten worden. - Er zullen voor de realisatie van de watergebondenheid en in het bijzonder voor de ontwikkeling van de watergebonden ontsluiting van het regionale bedrijventerrein `Albertknoop' naar onder meer het Albertkanaal een aantal fundamentele ingrepen moeten worden uitgevoerd aan de waterweg en meer in het bijzonder aan het huidige dijktalud van het Albertkanaal. Het staat onmiskenbaar vast dat de werken uitgevoerd worden in het algemeen belang van de openbare dienst, de waterlopen, kanalen en openbare wegen, of wegens een verandering in de toegangen tot de eigendommen die langs de openbare (water)weg liggen. - Bij de opmaak en definitieve vaststelling van het GRUP `Albertknoop' langs het Albertkanaal is gebleken dat de ingrepen aan de waterweg en meer in het bijzonder aan het huidige kanaal- of dijktalud zullen moeten worden uitgevoerd. Daarbij zullen onder meer kaaimuren worden aangelegd op de plaats van het huidige tracé van twee leidingen van Air Liquide Industries Belgium nv voor het vervoer van gasvormige zuurstof, die allebei in de ondergrond van het openbaar gewestdomein van de oever van het Albertkanaal liggen en die daar door de minister van Economische zaken werden toegestaan bij het ministerieel besluit van 5 november 1991. - De huidige ligging van die leidingen in de ondergrond van het openbaar gewestdomein van de oever bemoeilijkt de realisatie van de ingrepen aan de waterweg en de aanleg van de kaaimuren onbetwistbaar.

Voor het bestaande kanaaltalud daar kan worden afgegraven, moeten beide leidingen worden verplaatst naar de nieuwe tracés die daarvoor in het GRUP `Albertknoop' zijn opgenomen. Daar kunnen ze in een leidingenstraat deels gebundeld worden gelegd met de nieuwe weginfrastructuur op het bedrijventerrein en deels geplaatst worden in de bouwvrije zone aan de oostelijke kant van het bedrijventerrein. Een verplaatsing naar een alternatieve locatie is ook mogelijk. - Als de leidingen niet worden verplaatst, kan het kanaaltalud door voorafgaande ontleming niet tot 61,5 TAW afgegraven worden. Bijgevolg is er geen fysieke toegang mogelijk tussen het regionale bedrijventerrein Albertknoop en het Albertkanaal. Het bedrijventerrein kan dan niet via de waterweg verplicht worden ontsloten. Bovendien kan het bedrijventerrein dan niet worden ontwikkeld conform de bestemming van het GRUP `Albertknoop'. - De ligging van beide pijpleidingen via het huidige tracé in het kanaal- of dijktalud van het Albertkanaal kan om de voormelde redenen dus niet langer worden toegelaten. - De aanwezigheid van de pijpleidingen en de huidige ligging en het tracé ervan zijn om al die redenen onverenigbaar met de ingrepen aan de waterweg of het Albertkanaal die noodzakelijk zijn om het watergebonden bedrijventerrein te kunnen ontsluiten via de waterweg.

De wijziging van het tracé van de pijpleidingen is dus dringend noodzakelijk. - Krachtens artikel 9, derde lid, van de wet van 12 april 1965Relevante gevonden documenten type wet prom. 12/04/1965 pub. 08/03/2007 numac 2007000126 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet betreffende de bescherming van het loon der werknemers sluiten betreffende het vervoer van gasachtige producten en andere door middel van leidingen heeft de minister, als het belang van de openbare dienst of van de waterlopen en kanalen of een verandering in de toegangen tot de eigendommen die aan de openbare weg liggen, dat vereist, het recht om de ligging of het tracé van de gasvervoerinstallaties en de desbetreffende werken te wijzigen en om de kosten van die wijzigingen ten laste te leggen van degene die de gasvervoerinstallatie exploiteert.

Juridisch kader Dit besluit sluit aan bij de volgende regelgeving: - het ministerieel besluit van 5 november 1991 waarbij aan de NV CORENOX (thans na fusie door opslorping AIR LIQUIDE INDUSTRIES BELGIUM NV) het vervoer van gasvormige zuurstof door middel van twee leidingen gelegen op het grondgebied van de gemeente Lanaken in de ondergrond van de oever van het Albertkanaal door de minister van Economische zaken werd toegestaan. (Kenmerk 9.EG/B.323/2179/1231).

Initiatiefnemer Dit besluit wordt voorgesteld door de Vlaamse minister van Mobiliteit en Openbare Werken.

Na beraadslaging, DE VLAAMSE REGERING BESLUIT:

Artikel 1.De noodzaak van een verplichte wijziging van de ligging van twee leidingen voor het vervoer van gasvormige zuurstof van Air Liquide Industries Belgium nv wordt vastgesteld.

Air Liquide Industries Belgium nv, Bourgetlaan 44 in 1130 Brussel, die beschikt over de toelating 9.EG/B.323/2179/1231van 5 november 1991 tot vervoer van gasvormige zuurstof door middel van twee leidingen, is ertoe gehouden overeenkomstig artikel 9, derde lid, van de wet van 12 april 1965Relevante gevonden documenten type wet prom. 12/04/1965 pub. 08/03/2007 numac 2007000126 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet betreffende de bescherming van het loon der werknemers sluiten betreffende het vervoer van gasachtige produkten en andere door middel van leidingen op haar kosten haar leidingen en installaties die liggen in het openbaar domein op het grondgebied van de gemeente Lanaken in de ondergrond van de oever van het Albertkanaal te wijzigen, om de realisatie van de ontwikkeling van het regionale watergebonden bedrijventerrein met noodzakelijke ingrepen aan de waterweg toe te laten.

De verplaatsingswerken omvatten het verwijderen van de bestaande leidingen die geen gasachtige producten meer vervoeren.

Art. 2.Een eensluidend verklaard afschrift van dit besluit wordt bezorgd aan: 1° de federale minister, bevoegd voor het energiebeleid;2° Air Liquide Industries Belgium nv.

Art. 3.De Vlaamse minister, bevoegd voor de waterinfrastructuur en het waterbeleid, is belast met de uitvoering van dit besluit.

Brussel, 11 februari 2022.

De minister-president van de Vlaamse Regering, J. JAMBON De Vlaamse minister van Mobiliteit en Openbare Werken, L. PEETERS