gepubliceerd op 05 mei 2009
Besluit van de Vlaamse Regering tot wijziging van het besluit van de Vlaamse Regering van 13 juli 1994 inzake de erkenningsvoorwaarden en de subsidienormen voor de voorzieningen van de bijzondere jeugdbijstand
3 APRIL 2009. - Besluit van de Vlaamse Regering tot wijziging van het besluit van de Vlaamse Regering van 13 juli 1994 inzake de erkenningsvoorwaarden en de subsidienormen voor de voorzieningen van de bijzondere jeugdbijstand
De Vlaamse Regering, Gelet op de decreten inzake bijzondere jeugdbijstand, gecoördineerd op 4 april 1990, gewijzigd bij de decreten van 21 december 1990, 25 juni 1992, 15 juli 1997, 7 mei 2004 en 13 juli 2007;
Gelet op het besluit van de Vlaamse Regering van 13 juli 1994 inzake de erkenningsvoorwaarden en de subsidienormen voor de voorzieningen van de bijzondere jeugdbijstand;
Overwegende dat de pleeggezinnen over voldoende subsidie moeten beschikken om een kwaliteitsvolle opvang van de hun toevertrouwde pleegkinderen te realiseren en dat het private hulpaanbod van de bijzondere jeugdbijstand zich afdoende moet kunnen organiseren om op actuele hulpvragen een passend antwoord te kunnen formuleren;
Gelet op het akkoord van de Vlaamse minister, bevoegd voor de begroting, gegeven op 2 april 2009;
Gelet op de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973, ingezonderd op artikel 3, § 1, vervangen bij de wet van 4 juli 1989 en gewijzigd bij de wet van 4 augustus 1996;
Gelet op de dringende noodzakelijkheid;
Op voorstel van de Vlaamse minister van Welzijn, Volksgezondheid en Gezin;
Na beraadslaging, Besluit :
Artikel 1.In artikel 39 van het besluit van de Vlaamse Regering van 13 juli 1994 inzake de erkenningsvoorwaarden en de subsidienormen voor de voorzieningen van de bijzondere jeugdbijstand, gewijzigd bij de Besluiten van de Vlaamse Regering van 8 december 2000, 15 december 2006 en 27 juni 2008, worden de volgende wijzigingen aangebracht: 1° in § 2, tweede lid, worden de woorden « vermeld in artikel 1, punt 3°, b) » geschrapt;2° er wordt een paragraaf 5 toegevoegd, die luidt als volgt : « § 5.Op naam van elke minderjarige, geplaatst in een voorziening van categorie 7 en in een pleeggezin als vermeld in artikel 39, § 3, wordt een spaarboekje geopend. Maandelijks wordt daarop een bedrag van 62,39 euro gestort. Dat bedrag is gekoppeld aan de spilindex die van kracht is op 1 januari 2009. Tijdens de minderjarigheid van de betrokkenen kunnen de bedragen die op het spaarboekje zijn ingeschreven, niet worden afgehaald zonder de uitdrukkelijke machtiging van de plaatsende instantie. »
Art. 2.In artikel 49 van hetzelfde besluit, gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 15 december 2006, wordt paragraaf 2 vervangen door wat volgt : « § 2. De subsidies aan de voorzieningen van categorie 1 tot en met 3 worden verminderd met alle andere bedragen die uitgekeerd worden voor de minderjarigen.
De subsidie aan de voorzieningen van categorie 7 en aan de pleeggezinnen vermeld in artikel 39, § 3, worden verminderd met alle andere bedragen die uitgekeerd worden voor de minderjarigen, behalve kinderbijslagen en studietoelagen. »
Art. 3.Aan artikel 61 van hetzelfde besluit, waarvan de bestaande tekst paragraaf 1 zal vormen, wordt een paragraaf 2 toegevoegd, die luidt als volgt : « § 2. Bij wijze van overgangsmaatregel heeft het pleeggezin, als de minderjarige geplaatst was op 31 december 2008, minimaal recht op de subsidie, berekend volgens de regels die van kracht waren op 31 december 2008. »
Art. 4.Bijlage 3 van hetzelfde besluit wordt vervangen door de bijlage die bij dit besluit is gevoegd.
Art. 5.Het Besluit van de Vlaamse Regering van 15 juni 1983 houdende vaststelling van de toepassingsmodaliteiten van artikel 49 van het decreet houdende de begroting van de Vlaamse Gemeenschap voor het begrotingsjaar 1983 wordt opgeheven.
Art. 6.Dit besluit heeft uitwerking met ingang van 1 januari 2009.
Art. 7.De Vlaamse minister, bevoegd voor de bijstand aan personen, is belast met de uitvoering van dit besluit.
Brussel, 3 april 2009.
De minister-president van de Vlaamse Regering, K. PEETERS De Vlaamse minister van Welzijn, Volksgezondheid en Gezin, Mevr. V. HEEREN
Bijlage. SUBSIDIES VOOR HET VERBLIJF VAN DE MINDERJARIGEN De tarieven van de subsidies die per dag en per minderjarige aan de erkende en niet-erkende voorzieningen worden toegekend om de uitgaven te vergoeden voor het verblijf van de minderjarigen, worden naargelang de voorzieningen en de leeftijd van de minderjarigen vastgesteld als volgt :
soort voorziening
euro per dag
categorie 1, 2 en 3
- 12 jaar
+ 12 jaar
10,64 euro
13,15 euro
categorie 4
4,03 euro
begeleid zelfstandig wonen categorie 1, 2 en 6
1/365 van het bedrag, vermeld in artikel 14, 2°, van de wet van 26 mei 2002Relevante gevonden documenten type wet prom. 26/05/2002 pub. 31/07/2002 numac 2002022559 bron ministerie van sociale zaken, volksgezondheid en leefmilieu Wet betreffende het recht op maatschappelijke integratie sluiten betreffende het recht op maatschappelijke integratie
categorie 7 met recht op kinderbijslag
- 12 jaar
+ 12 jaar
12,00 euro
12,91 euro
categorie 7 zonder recht op kinderbijslag
- 12 jaar
+ 12 jaar
17,92 euro
19,36 euro
niet-erkende voorzieningen
- 12 jaar
+ 12 jaar
16,28 euro
17,72 euro
Deze bedragen zijn gekoppeld aan de spilindex die van kracht was op 1 januari 2009.
Gezien om gevoegd te worden bij het besluit van de Vlaamse Regering van 3 april 2009 tot wijziging van het besluit van de Vlaamse Regering van 13 juli 1994 inzake de erkenningsvoorwaarden en de subsidienormen voor de voorzieningen van de bijzondere jeugdbijstand.
Brussel, 3 april 2009.
De minister-president van de Vlaamse Regering, K. PEETERS De Vlaamse minister van Welzijn, Volksgezondheid en Gezin, Mevr. V. HEEREN