gepubliceerd op 21 maart 2008
Besluit van de Vlaamse Regering houdende klassering van een oud-geklasseerde waterloop op het grondgebied van de gemeente Putte tot onbevaarbare waterloop van derde categorie
1 FEBRUARI 2008. - Besluit van de Vlaamse Regering houdende klassering van een oud-geklasseerde waterloop op het grondgebied van de gemeente Putte tot onbevaarbare waterloop van derde categorie
De Vlaamse Regering, Gelet op de wet van 28 december 1967 betreffende de onbevaarbare waterlopen, aangevuld met het decreet van 21 april 1983 houdende de ruiming van onbevaarbare waterlopen;
Gelet op het koninklijk besluit van 29 november 1968 houdende vaststelling van de procedure bij de onderzoeken de commodo et incommodo voorgeschreven door de wet van 28 december 1967 betreffende de onbevaarbare waterlopen;
Overwegende het verzoek van de provincie Antwerpen van 8 augustus 2007, op vraag van de gemeente Putte, de oud-geklasseerde waterloop nr. 6 met punt van oorsprong gelegen tussen de percelen kadastraal gekend als Putte, 2e afdeling, sectie B, met nrs. 256d en 255n, tot aan de uitmonding in de Valkelarebeek, onbevaarbare waterloop nr. 2.02.5 van 3e categorie, te klasseren tot 3e categorie;
Overwegende dat het waterbekken van de oud-geklasseerde waterloop nr. 6 evenwel geen 100 ha bedraagt;
Overwegende dat artikel 4 van de wet betreffende de onbevaarbare waterlopen de mogelijkheid voorziet om waterlopen waarvan het waterbekken geen 100 ha bedraagt, bij de onbevaarbare waterlopen te rangschikken om redenen van algemeen nut;
Overwegende dat de oud-geklasseerde waterloop nr. 6 met punt van oorsprong gelegen tussen de percelen kadastraal gekend als Putte, 2e afdeling, sectie B, met nrs. 256d en 255n, tot aan de uitmonding in de Valkelarebeek als bovenloop van de Valkelarebeek kan beschouwd worden; dat in het kader van de saneringswerken 'Beerzel-Zuid' door Aquafin een bergbezinkingsbekken op de Valkelarebeek wordt voorzien; dat om te beletten dat bij eventuele overstorting, gezien de beperkte terreinhelling, het overstortende water te vlug naar het lager gelegen waterloopvak zou afvloeien een knijpconstructie wordt voorzien; dat deze bovenloop met andere woorden opstuwing ondergaat; dat het beheer van deze bovenloop beter door een openbaar bestuur gebeurt; dat daarom een klassering van de oud-geklasseerde waterloop nr. 6 aangewezen is;
Overwegende de stukken betreffende het onderzoek de commodo et incommodo dat van 20 september 2007 tot en met 9 oktober 2007 werd gehouden in de gemeente Putte en tijdens hetwelk geen bezwaarschriften werden ingediend;
Overwegende dat de deputatie van de provincie Antwerpen in zitting van 14 juni 2007 haar goedkeuring hechtte aan het advies van de dienst waterbeleid met betrekking tot deze aanvraag tot klassering;
Overwegende dat de dienst waterbeleid van de provincie voorstelt om het punt van oorsprong van de Valkelarebeek, onbevaarbare waterloop nr. 2.02.5 van 3e categorie, te verschuiven tot aan de grens tussen de percelen kadastraal gekend als Putte, 2e afdeling, sectie B, met nrs. 256d en 255n, op de oud-geklasseerde waterloop nr. 6 en deze ook Valkelarebeek te noemen met nr. 2.02.5 en aldus te klasseren tot onbevaarbare waterloop van 3e categorie;
Overwegende het gunstig advies van de Inspectie van Financiën van 6 november 2007;
Op voorstel van de Vlaamse minister van Openbare Werken, Energie, Leefmilieu en Natuur;
Na beraadslaging, Besluit :
Artikel 1.De oud-geklasseerde waterloop nr. 6 met punt van oorsprong gelegen tussen de percelen kadastraal gekend als Putte, 2e afdeling, sectie B, met nrs. 256d en 255n, tot aan de uitmonding in de Valkelarebeek, onbevaarbare waterloop nr. 2.02.5 van 3e categorie op het grondgebied van de gemeente Putte wordt geklasseerd als onbevaarbare waterloop van de 3e categorie en krijgt eveneens de naam Valkelarebeek en het nummer 2.02.5.
Art. 2.Dit besluit kan bestreden worden binnen zestig dagen na kennisname door een beroep tot nietigverklaring voor de Raad van State.
Art. 3.De Vlaamse minister, bevoegd voor het Leefmilieu en het Waterbeleid, is belast met de uitvoering van dit besluit.
Brussel, 1 februari 2008.
De minister-president van de Vlaamse Regering, K. PEETERS De Vlaamse minister van Openbare Werken, Energie, Leefmilieu en Natuur, H. CREVITS