Etaamb.openjustice.be
Besluit Van De Regering Van De Franse Gemeenschap van 10 november 2010
gepubliceerd op 27 januari 2011

Besluit van de Regering van de Franse Gemeenschap houdende wijziging van het besluit van de Regering van de Franse Gemeenschap van 21 januari 2004 betreffende het administratief, budgettair, financieel en boekhoudkundig beheer van het Koninklijk Museum Mariemont als instelling met afzonderlijk beheer

bron
ministerie van de franse gemeenschap
numac
2011029003
pub.
27/01/2011
prom.
10/11/2010
ELI
eli/besluit/2010/11/10/2011029003/staatsblad
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
links
Raad van State (chrono)
Document Qrcode

10 NOVEMBER 2010. - Besluit van de Regering van de Franse Gemeenschap houdende wijziging van het besluit van de Regering van de Franse Gemeenschap van 21 januari 2004Relevante gevonden documenten type besluit van de regering van de franse gemeenschap prom. 21/01/2004 pub. 02/04/2004 numac 2004200579 bron ministerie van de franse gemeenschap Besluit van de Regering van de Franse Gemeenschap betreffende het administratief, budgettair, financieel en boekhoudkundig beheer van het Koninklijk Museum Mariemont als instelling met afzonderlijk beheer sluiten betreffende het administratief, budgettair, financieel en boekhoudkundig beheer van het Koninklijk Museum Mariemont als instelling met afzonderlijk beheer


De Regering van de Franse Gemeenschap, Gelet op de wetten op de Rijkscomptabiliteit, gecoördineerd op 17 juli 1991, inzonderheid op artikel 140, in werking gesteld door het koninklijk besluit van 9 februari 1993;

Gelet op het decreet van 12 juni 2003Relevante gevonden documenten type decreet prom. 12/06/2003 pub. 01/07/2003 numac 2003029356 bron ministerie van de franse gemeenschap Decreet tot oprichting van het Koninklijk museum Mariemont als vestiging met afzonderlijk beheer sluiten tot oprichting van het Koninklijk Museum Mariemont als instelling met afzonderlijk beheer;

Gelet op het besluit van de Regering van de Franse Gemeenschap van 21 januari 2004Relevante gevonden documenten type besluit van de regering van de franse gemeenschap prom. 21/01/2004 pub. 02/04/2004 numac 2004200579 bron ministerie van de franse gemeenschap Besluit van de Regering van de Franse Gemeenschap betreffende het administratief, budgettair, financieel en boekhoudkundig beheer van het Koninklijk Museum Mariemont als instelling met afzonderlijk beheer sluiten betreffende het administratief, budgettair, financieel en boekhoudkundig beheer van het Koninklijk Museum Mariemont als instelling met afzonderlijk beheer;

Gelet op het advies van de Inspectie van Financiën van 6 juli 2010;

Gelet op de akkoordbevinding van de Minister van Begroting van 15 juli 2010;

Gelet op het advies van de Raad voor musea en andere museale instellingen van 29 september 2010;

Gelet op het advies nr. 48572/2/V van de Raad van State gegeven op 23 augustus 2010, met toepassing van artikel 84, § 1, eerste lid, 1°, van de op 12 januari 1973 gecoördineerde wetten op de Raad van State;

Op de voordracht van de Minister van Cultuur, Audiovisuele Sector, Gezondheid en Gelijke Kansen;

Na beraadslaging, Besluit :

Artikel 1.In artikel 2 van het besluit van de Regering van de Franse Gemeenschap van 21 januari 2004Relevante gevonden documenten type besluit van de regering van de franse gemeenschap prom. 21/01/2004 pub. 02/04/2004 numac 2004200579 bron ministerie van de franse gemeenschap Besluit van de Regering van de Franse Gemeenschap betreffende het administratief, budgettair, financieel en boekhoudkundig beheer van het Koninklijk Museum Mariemont als instelling met afzonderlijk beheer sluiten betreffende het administratief, budgettair, financieel en boekhoudkundig beheer van het Koninklijk Museum Mariemont als instelling met afzonderlijk beheer, in fine, worden de volgende woorden toegevoegd : « 5° het goedkeuren van de verhoging, in de loop van het jaar, van het bedrag van de aan te gaan verbintenissen, ten belope van het bedrag van de nieuwe vastgestelde rechten, als dat bedrag hoger is dan dat bepaald in de ontwerpbegroting zoals bedoeld in artikel 8; 6° het wijzigen, in de loop van het jaar, van de bestemming van de uitgaven zoals bedoeld in de vier categorieën bepaald bij artikel 7, § 3, indien blijkt dat de behoeften van het museum een dergelijke wijziging vereisen.».

Art. 2.In artikel 4 van hetzelfde besluit worden, in de Franse versie, de woorden « si le majorité de ses membres » vervangen door de woorden « si la majorité de ses membres ».

Art. 3.Artikel 5 van hetzelfde besluit wordt door de volgende bepaling vervangen : «

Artikel 5.- Het Koninklijk Museum Mariemont, hierna « het Museum », ontvangt een dotatie bestemd voor zijn beheer en zijn werking, jaarlijks door de Franse Gemeenschap toegekend, onder voorbehoud van de stemming door het Parlement van de Franse Gemeenschap van het decreet betreffende de algemene uitgavenbegroting.

Jaarlijks bepaalt het beheerscomité een ontwerpbegroting van de ontvangsten en uitgaven. « .

Art. 4.Artikel 6 van hetzelfde besluit wordt door de volgende bepaling vervangen : «

Artikel 6.- De budgettaire voorstellen voor de ontvangsten worden opgesteld als vastgestelde rechten en als kasontvangsten; de budgettaire voorstellen voor de uitgaven hebben betrekking op de vastleggings- en ordonnanceringsramingen.

Het begrotingsjaar begint op 1 januari en eindigt op 31 december. ».

Art. 5.Artikel 7 van hetzelfde besluit wordt door de volgende bepaling vervangen : «

Artikel 7.- § 1. Als vastgestelde rechten omvatten de ontvangstenramingen : 1° het over te dragen saldo;2° de dotatie bedoeld bij artikel 5, eerste lid;3° de andere rechten dan de dotatie, die zullen ontstaan in de loop van het begrotingsjaar, namelijk de ontvangsten eigen aan het Museum en voortkomend uit zijn activiteiten, de schenkingen en legaten, de sponsoring. § 2. Als kasontvangsten bevatten de ramingen : 1° het over te dragen saldo;2° het ontvangen van de dotatie bedoeld bij artikel 5, eerste lid;3° de te ontvangen ontvangsten op de andere rechten dan de dotatie. § 3. De uitgaven omvatten : 1° de werkingskosten en de kosten voor inrichting van de lokalen;2° de kosten in verband met de activiteiten van het Museum;3° de kosten in verband met het aanschaffen van duurzame goederen;4° de kosten in verband met het aanschaffen van collectieobjecten. Als vastlegging hebben de uitgavenramingen betrekking op de verbintenissen die in de loop van het begrotingsjaar aangegaan dienen te worden.

Als ordonnancering hebben de uitgavenramingen betrekking op de bedragen verschuldigd in de loop van het begrotingsjaar als gevolg van verbintenissen ontstaan in de loop van het jaar of verbintenissen overgedragen uit vorige begrotingsjaren. ».

Art. 6.Artikel 8 van hetzelfde besluit wordt door de volgende bepaling vervangen : «

Artikel 8.- § 1. De ontwerpbegroting wordt ter goedkeuring aan de Minister voorgelegd die bevoegd is voor het Museumbeleid, na advies van de Inspectie van Financiën, en wordt gevoegd bij het ontwerpdecreet houdende de algemene uitgavenbegroting van de Franse Gemeenschap. § 2. De begroting van het Museum wordt goedgekeurd door de aanneming van de bepalingen in verband daarmee in het decreet houdende de algemene uitgavenbegroting van de Franse Gemeenschap. Wordt de begroting niet goedgekeurd vóór het begin van het begrotingsjaar, dan kunnen dezelfde verrichtingen als deze toegelaten door de vorige begroting, met uitzondering van de uitgaven die niet herhaald worden en die op de overdrachten van het vorige jaar geschiedden, gebeuren naar rata van een twaalfde per maand vanaf de eerste januari van het dienstjaar. § 3. De ontwerpbegroting gevoegd bij het decreet houdende de algemene uitgavenbegroting van de Franse Gemeenschap kan aangepast worden vanaf het begin van het dienstjaar waarop ze slaat en ten laatste tegen 31 maart ervan.

Deze aanpassing heeft betrekking op het bedrag van de begrotingsposten « overgedragen saldo van het vorige begrotingsjaar ». Het geheel van de uitgavenposten en hun verdeling worden eventueel tot passend beloop gewijzigd. Deze aanpassing wordt aan het beheerscomité voorgelegd alsook aan het advies van de Inspectie van Financiën. Deze aanpassing wordt medegedeeld aan de Minister tot wiens bevoegdheid het museumbeleid behoort en aan de Minister van Begroting. ».

Art. 7.Artikel 14 van hetzelfde besluit wordt door de volgende bepaling vervangen : «

Artikel 14.- Het bedrag van de aan te gaan verbintenissen wordt beperkt door het bedrag van de in de loop van het jaar vastgestelde rechten, vermeerderd met het niet-vastgelegde saldo van de begrotingsmachtigingen, overgedragen uit het vorige jaar.

Het bedrag van de ordonnanceringen wordt beperkt door het bedrag van de in de loop van het jaar geboekte ontvangsten, vermeerderd met het thesauriesaldo overgedragen uit het vorige begrotingsjaar.

Indien in de loop van het jaar blijkt dat het bedrag van de vastgestelde rechten hoger ligt dan dat bepaald in de ontwerpbegroting zoals bedoeld bij artikel 8, kan het bedrag van de aan te gaan verbintenissen vermeerderd worden ten belope van de nieuwe vastgestelde rechten, na goedkeuring van het beheerscomité en advies van de Inspectie van Financiën. Deze aanpassing zal aan de Minister tot wiens bevoegdheid het museumbeleid behoort en aan de Minister van Begroting meegedeeld worden. ».

Art. 8.Het tweede lid van artikel 15 van hetzelfde besluit wordt door het volgende lid vervangen : « De vastleggingen aangerekend op de begrotingsmiddelen van het Museum dienen uitgevoerd worden vóór 31 december van het dienstjaar volgend op het tweede jaar gedurende hetwelk ze vastgelegd werden. ».

Art. 9.Artikel 18 wordt vervangen door een bepaling luidend als volgt: «

Artikel 18.- De op het einde van het begrotingsjaar beschikbare saldi worden automatisch naar het volgende dienstjaar overgedragen.

Het niet-vastgelegde saldo van de begrotingsmachtigingen wordt bepaald op het einde van het jaar door het verschil tussen het totaal van de vastleggingsmachtigingen opgenomen in de aangepaste begroting en het totaal van de vastleggingen verricht gedurende het jaar. Het wordt naar het daarop volgend jaar overgedragen en maakt de eerste ontvangstpost uit van het deel « rechten en vastlegging » van de begroting.

Het thesauriesaldo wordt bepaald op het einde van elk jaar door het verschil tussen het totaal van de werkelijk geboekte ontvangsten en het geheel van de uitbetaalde uitgaven. Het wordt naar het volgend jaar overgedragen en maakt de eerste ontvangstpost uit van het deel « ordonnancering » van de begroting. ».

Art. 10.De Minister tot wiens bevoegdheid het museumbeleid behoort en de Minister tot wiens bevoegdheid de Begroting behoort, worden, ieder wat hem betreft, belast met de uitvoering van dit besluit.

Brussel, 10 november 2010.

De Minister-President, R. DEMOTTE. De Minister van Cultuur, Audiovisuele Sector, Gezondheid en Gelijke Kansen, Mevr. F. LAANAN

^