3 JULI 2003. - Besluit van de Regering van de Franse Gemeenschap betreffende de uitoefening van het ambt en de bezoldiging van de stagemeesters alsmede het sluiten van samenwerkingsakkoorden tussen de Hogescholen en de inrichtingen voor buitengewoon basis- en secundair onderwijs georganiseerd of gesubsidieerd door de Franse Gemeenschap bepaald in het decreet houdende organisatie van de stages die vervat zijn in de activiteiten voor professionele integratie van de studies die leiden tot het diploma van specialisatie in de orthopedagogie

De Regering van de Franse Gemeenschap, Gelet op het decreet van 14 november 2002 houdende organisatie van de stages die vervat zijn in de activiteiten voor professionele integratie van de studies die leiden tot het diploma van specialisatie in de orthopedagogie, inzonderheid op de artikelen 2 en 3;

Gelet op het advies van de Inspecteur van Financiën, gegeven op 13 maart 2003;

Gelet op het akkoord van de Minister van Begroting, gegeven op 20 maart 2003;

Gelet op het overleg met de representatieve studentenorganisaties geleid op 2 april 2003;

Gelet op het onderhandelingsprotocol van 3 april 2003 van het Comité van Sector IX en van het Comité voor de provinciale en plaatselijke overheidsdiensten, Afdeling II, samen verenigd;

Gelet op de beraadslaging van de Regering van de Franse Gemeenschap over de aanvraag om advies te geven door de Raad van State binnen een termijn van hoogstens één maand;

Gelet op advies 35.329/2 van de Raad van State gegeven op 19 mei 2003, bij toepassing van artikel 84, lid 1, 1°, van de gecoördineerde wetten op de Raad van Sate;

Op de voordracht van de Minister belast met het Buitengewoon onderwijs en de Minister belast met het Hoger Onderwijs;

Na beraadslaging, Besluit :

Artikel 1.Dit besluit bepaalt de uitoefening van het ambt van stagemeester en zijn bezoldiging, bepaald in artikel 2 van het decreet van 14 november 2002 houdende organisatie van de stages die vervat zijn in de activiteiten voor professionele integratie van de studie die leiden tot het diploma van specialisatie in de orthopedagogie.

Art. 2.De stagemeesters bieden een methodologische begeleiding aan de stagiairs die een vorming volgen en werken mee met de hoogleraren van de Hogeschool in de vormingsevaluatie van deze.

Zij genieten voor de uitoefening van dat ambt een dagelijkse toelage vastgesteld op euro 9,91 per stagiair. Het bedrag wordt op 1 september van elk jaar aangepast aan de schommelingen van de gezondheidsindex zoals bepaald in het koninklijk besluit van 24 december 1993 tot uitvoering van de wet van 6 januari 1989 tot vrijwaring van 's Lands concurrentievermogen. De referentie-index is die van september 2001.

Deze toelage dekt de omkaderingsprestaties van de stages die worden uitgevoerd in het kader van de activiteiten voor professionele integratie door de studenten ingeschreven in het specialisatiejaar. Ze wordt gestort op de rekening van de stagemeester, ten laatste op 30 juni van het academiejaar gedurende welk de prestates zijn uitgevoerd.

Ze kan niet het bedrag dat overeenkomt met veertig dagen pedagogische omkadering per schooljaar overschrijden. De woensdag wordt gelijksgesteld met een volledige dag. Voor de speciale leermeesters en voor de regendaten, komen vijf prestatieperiodes overeen met één dag.

Art. 3.§ 1. Er worden samenwerkingsakkoorden gesloten tussen de Hogescholen en inrichtingen voor buitengewoon basis- en secundair onderwijs georganiseerd of gesubsidieerd door de Franse Gemeenschap gedurende de maand maart die aan de eerste dag van het academiejaar van hun eerste toepassingsjaar voorafgaat. Ze nemen expliciet de verplichtingen en bijdragen van elke partnerinstelling over.

Het samenwerkingsakkoord bepaalt inzonderheid de volgende aspecten : 1° De inrichting voor buitengewoon onderwijs laat de hoogleraren, die het willen, toe het ambt van stagemeester uit te oefenen bij de studenten die stagiair zijn op de Hogeschool, voorzover ze erkend zijn door de overheden van deze.Deze overeenkomst wordt gesloten voor een hernieuwbare duur van één jaar. 2° De activiteiten waaraan de inrichting bedoeld in 1° de stagedoende studenten aanvaard te laten deelnemen, namelijk de bezoeken van ouders, lerarenvergadering, vergaderingen van de klassenraad, vergaderingen van de Participatieraad. § 2. De samenwerkingsakkoorden zijn begrepen in hoofdstuk 15 van het pedagogisch, sociaal en cultureel project van de Hogeschool.

De samenwerkingsakkoorden worden binnen de maand van hun sluiting aan de Regering van de Franse Gemeenschap meegedeeld, die belast wordt die te erkennen.

De beslissing tot erkenning van de samenwerkingsakkoorden is gegrond op het nakijken van de conformiteit van de akkoorden met het voorschrift van de reglementaire teksten.

Ze wordt door de Regering meegedeeld aan de Hogeschool, ten laatste op 15 mei volgend op de sluiting van het akkoord. Bij niet-erkenning, wordt het akkoord opnieuw bekeken door de partners, die rekening houden met de geformuleerde opmerkingen, en ten laatste op 31 mei opnieuw meegedeeld aan de Regering. De definitieve beslissing tot erkenning of niet-erkenning wordt ten laatste op 30 juni door de Regering meegedeeld.

Art. 4.Gedurende de maand maart van het derde jaar van hun partnerschapsakkoord voeren de Hogeschool en de inrichtingen voor buitengewoon basis- en secundair onderwijs, georganiseerd of gesubsidieerd door de Franse Gemeenschap samen een evaluatie van hun medewerking.

Art. 5.In artikel 4 van het besluit van de Regering van de Franse Gemeenschap van 31 maart 1999 tot vaststelling van de regels voor het opstellen van het jaarverslag van de Hogescholen ingericht of gesubsidieerd door de Franse Gemeenschap wordt een 9° toegevoegd, luidend als volgt : « 9° het evaluatieverslag betreffende de samenwerkingsakkoorden bedoeld in artikel 3 van voornoemd decreet van 14 november 2002 ».

Art. 6.De leraren die een bezoldiging of een subsidiebezoldiging behouden komende overeen met het selectieambt waartoe ze benoemd zijn overeenkomstig artikel 4 van het besluit van de Regering van de Franse Gemeenschap van 24 oktober 1996 houdende een overgangsbepaling voor leerkrachten, die titularis zijn van selectieambten in het basisonderwijs, kunnen geen aanspraak maken op de toelage bedoeld in artikel 2, lid 2 van dit besluit.

Art. 7.De samenwerkingsakkoorden worden bij wijze van overgangsbepaling voor het academiejaar 2003-2004 voor erkenning voor 15 september 2003 overgezonden aan de Regering van de Franse Gemeenschap. De beslissing tot erkenning wordt aan de Hogeschool meegedeeld voor 15 oktober 2003.

In geval van niet-erkenning, wordt het herziene akkoord opnieuw ten laatste op 30 oktober 2003 aan de Regering overgezonden. De definitieve beslissing tot erkenning of niet-erkenning wordt dan ten laatste op 20 november 2003 door de Regering meegedeeld.

Art. 8.Dit besluit treedt in werking op 1 september 2003.

Art. 9.De Minister tot wiens bevoegdheid de Ambtenarenzaken behoren, de Minister tot wiens bevoegdheid het Buitengewoon Onderwijs behoort en de Minister tot wiens bevoegdheid het Hoger Onderwijs behoort, worden belast, elk wat hem betreft, met de uitvoering van dit besluit.

Brussel, 3 juli 2003.

Vanwege de Regering van de Franse Gemeenschap : De Minister van Ambtenarenzaken, R. DEMOTTE De Minister belast met het Buitengewoon Onderwijs, P. HAZETTE De Minister belast met het Hoger Onderwijs, Mevr. F. DUPUIS