gepubliceerd op 10 oktober 2000
Besluit van de Regering van de Franse Gemeenschap tot goedkeuring van de criteria bepaald door de « Office de la Naissance et de l'Enfance » inzake weigering of intrekking van de toelating om kinderen van minder dan 6 jaar onder bewaking te hebben
15 JUNI 2000. - Besluit van de Regering van de Franse Gemeenschap tot goedkeuring van de criteria bepaald door de « Office de la Naissance et de l'Enfance » inzake weigering of intrekking van de toelating om kinderen van minder dan 6 jaar onder bewaking te hebben
De Regering van de Franse Gemeenschap, Gelet op het decreet van 30 maart 1983 houdende oprichting van de « Office de la Naissance et de l'Enfance », inzonderheid op artikel 5, gewijzigd bij het decreet van 8 februari 1999;
Gelet op het besluit van 29 maart 1993 van de Executieve van de Franse Gemeenschap houdende algemene regeling inzake opvangvoorzieningen gesubsidieerd door de « Office de la Naissance et de l'Enfance »;
Gelet op het besluit van 23 september 1994 van de Regering van de Franse Gemeenschap houdende vaststelling van de voorwaarden waaraan de onthaalvaders en de onthaalmoeders ten huize en de directeurs en de directrices van kindertehuizen moeten voldoen alsook de nadere regels van het medisch toezicht;
Gelet op het besluit van 31 mei 1999 van de Regering van de Franse Gemeenschap houdende vaststelling van de voorschriften voor een degelijke opvang;
Gelet op het advies van de Inspectie van Financiën, gegeven op 18 april 2000;
Gelet op het akkoord van de Minister van Begroting, gegeven op 4 mei 2000;
Gelet op de beraadslaging van 28 april 2000 van de Regering van de Franse Gemeenschap over het verzoek om advies dat de Raad van State binnen een maand moet uitbrengen;
Gelet op het advies van de Raad van State, gegeven op 17 mei 2000, in toepassing van artikel 84, lid 1, 1° van de gecoördineerde wetten op de Raad van State;
Gelet op de beraadslaging van 15 juni 2000 van de Regering van de Franse Gemeenschap;
Op de voordracht van de Minister van Kinderwelzijn, Besluit :
Artikel 1.De Regering keurt de criteria goed die bepaald zijn door de « Office de la Naissance et de l'Enfance » inzake weigering of intrekking van de toelating om kinderen van minder dan 6 jaar onder bewaking te hebben bedoeld bij artikel 5, § 2, van het decreet van 30 maart 1983 houdende oprichting van de « Office de la Naissance et de l'Enfance » als bijlage bij dit besluit.
Art. 2.Dit besluit heeft uitwerking de dag waarop het in het Belgisch Staatsblad wordt bekendgemaakt.
Art. 3.De Minister van Kinderwelzijn is belast met de uitvoering van dit besluit.
Brussel, 15 juni 2000.
Vanwege de Regering van de Franse Gemeenschap : De Minister van Kinderwelzijn, belast met het Basisonderwijs, de Opvang en de Opdrachten toegewezen aan de « O.N.E. », J.-M. NOLLET
Bijlage Criteria bepaald door de « Office de la Naissance et de l'Enfance » inzake weigering of intrekking van de toelating om kinderen van minder dan 6 jaar onder bewaking te hebben
Artikel 1.§ 1. De « Office de la Naissance et de l'Enfance » hierna de « ONE » genoemd, kan aan een opvangvoorziening de toelating weigeren om kinderen onder bewaking te hebben zoals bepaald bij artikel 5, § 2, van het decreet van houdende oprichting van de « Office de la Naissance et de l'Enfance » indien zij de volgende algemene voorwaarden niet in acht neemt : - zich schikken naar de geldende wet- en reglementaire teksten van toepassing op dit soort opvangvoorziening, te weten het besluit van 23 september 1994 van de Regering van de Franse Gemeenschap houdende vaststelling van de voorwaarden waaraan de onthaalvaders en de onthaalmoeders ten huize en de directeurs en de directrices van kindertehuizen moeten voldoen alsook de nadere regels van het medisch toezicht en het besluit van 29 maart 1993 van de Executieve van de Franse Gemeenschap houdende algemene regeling inzake opvangvoorzieningen gesubsidieerd door de « Office de la Naissance et de l'Enfance »; - zich schikken naar de voorschriften voor een degelijke opvang bepaald bij het besluit van 31 mei 1999 van de Regering van de Franse Gemeenschap; - zich verbinden zich te onderwerpen aan het toezicht van de « ONE » en inzonderheid de door de « ONE » behoorlijk gemandateerde ambtenaren toelating te geven de lokalen waarin de opvang van de kinderen gebeurt tijdens de openingsuren te bezichtigen; - zich verbinden de collectiviteit, meer bepaald de kinderen en hun begeleiding aan een medisch gezondheidstoezicht te onderwerpen, volgens de door de « ONE » bepaalde nadere regels. De structuren die zich bezig houden met de opvang van kinderen tussen 0 en 3 jaar, die regelmatig aanwezig zijn, zorgen bovendien voor een preventief medisch toezicht op de kinderen, volgens de door de « ONE » bepaalde nadere regels; - een huishoudelijk reglement opstellen waarin de wederzijdse rechten en plichten van de ouders en de opvangvoorziening nader worden bepaald. Het wordt ter goedkeuring voorgelegd aan de « ONE » die nagaat of het overeenstemt met de reglementering. Het wordt voor akkoord getekend door de ouders op het ogenblik dat het kind wordt ingeschreven; - zich verbinden een inschrijvings- en aanwezigheidsregister bij te houden; dat register zal ter beschikking gesteld worden van de personen die door de « ONE » gemandateerd zijn; - zich verbinden de door de « ONE » toegelaten opvangcapaciteit na te leven. § 2. De « ONE » kan aan een opvangvoorziening de toelating weigeren om kinderen onder bewaking te hebben zoals bepaald bij artikel 5, § 2, van het besluit van 30 maart 1983 houdende oprichting van de « Office de la Naissance et de l'Enfance », indien zij de volgende bijzondere voorwaarden niet naleeft betreffende het personeel en de infrastructuur : - een plaatselijke verantwoordelijke aanstellen die ter plaatse zorgt voor de dagelijkse organisatie van de opvangvoorziening; - de verantwoordelijke voor de dagelijkse organisatie van een opvangvoorziening is ten minste 21 jaar oud. Het begeleidingspersoneel is ten minste 18 jaar oud. Behoudens buitengewone afwijking toegestaan door de « ONE », is de maximum leeftijd voor iedereen vastgesteld op 65 jaar; - de verantwoordelijke voor de dagelijkse organisatie en de personen die zorgen voor een begeleiding van de kinderen moeten bewijzen dat zij een vorming hebben gekregen en/of een nuttige ervaring inzake kinderopvang hebben opgedaan. Zij mogen geen activiteit uitoefenen die onverenigbaar is met kinderbewaking of die hen daardoor onbeschikbaar stelt, d.w.z. die hen beletten de kinderen tijden hun prestatie-uren te begeleiden. Zij moeten het bewijs leveren dat zij op lichamelijk en psychisch vlak de geschiktheid hebben om kinderen op te vangen en dat zij bekwaam zijn die kinderen in alle zekerheid op te vangen en hun ontplooiing te bevorderen; - de personen die regelmatig contact kunnen hebben met de kinderen moeten een getuigschrift van goed zedelijk gedrag voorleggen dat minder dan zes maanden geleden werd opgemaakt, bestemd voor een overheidsbestuur. Zij mogen geen enkel gevaar voor de gezondheid of de veiligheid van de kinderen betekenen. Elke belangrijke wijziging inzake gezondheid of getuigschrift van goed zedelijk gedrag moet spontaan aan de « ONE » worden medegedeeld; - volgens het type opvangvoorziening, aan de « ONE » administratieve dossiers overmaken of die ter beschikking van de ambtenaren van de « ONE » houden die overeenstemmen met de artikelen 1382 tot 1385 van het Burgerlijk Wetboek.
Art. 2.De « ONE » ontneemt aan een opvangvoorziening de bewakingstoelating zoals bepaald bij artikel 5, § 2, van het decreet van 30 maart 1983 houdende oprichting van de « Office de la Naissance et de l'Enfance » indien zij vaststelt dat een van de bij artikel 1 bepaalde voorwaarden of dat een in dit kader onderschreven verbintenis niet meer wordt nageleefd.
Art. 3.Zodra de « ONE » meent de bewakingstoelating te moeten weigeren of intrekken zoals bepaald bij artikel 5, § 2, van het decreet van 30 maart 1983 houdende oprichting van de « Office de la Naissance et de l'Enfance », geeft zij er de opvangvoorziening kennis van bij een met redenen omklede aangetekende brief.
Behoudens in noodtoestanden waar de veiligheid van de kinderen in gevaar wordt gebracht of dreigt gevaar te lopen staat er in deze brief vermeld dat de opvangvoorziening 75 dagen tijd heeft te rekenen vanaf de ontvangst van de aangetekende brief om de erin bedoelde elementen te verhelpen en dat, in geval er niet verholpen wordt, de vertegenwoordiger van de opvangvoorziening door de « ONE » zal gehoord worden; hij zal zich kunnen laten bijstaan door iedere persoon of door elke instelling van zijn keuze.
Het daartoe door de « ONE » aangesteld beheersorgaan kan aan de opvangvoorziening elke bijkomende verlenging toestaan die het orgaan nodig acht om haar toe te laten de in artikel 1 bedoelde voorwaarden na te leven.
Gezien om te worden gevoegd bij het besluit van 15 juni 2000 ter goedkeuring van de criteria bepaald door de « Office de la Naissance et de l'Enfance » inzake weigering of intrekking van de toelating om kinderen van minder dan 6 jaar onder bewaking te hebben.
Brussel, 15 juni 2000.
Vanwege de Regering van de Franse Gemeenschap : De Minister van Kinderwelzijn, belast met het Basisonderwijs, de Opvang en de Opdrachten toegewezen aan de « O.N.E. », J.-M. NOLLET