gepubliceerd op 14 augustus 1998
Besluit van de Regering van de Franse Gemeenschap betreffende het programma en de inrichting door de Hogescholen van het examen voor voldoende beheersing van de Franse taal
30 JUNI 1998. - Besluit van de Regering van de Franse Gemeenschap betreffende het programma en de inrichting door de Hogescholen van het examen voor voldoende beheersing van de Franse taal
De Regering van de Franse Gemeenschap, Gelet op artikel 26, § 6, lid 2, van het decreet van 5 augustus 1995 houdende de algemene organisatie van het hoger onderwijs in Hogescholen, gewijzigd bij het decreet van 4 februari 1997;
Gelet op het advies van de Algemene Raad voor Hogescholen van 28 mei 1998;
Gelet op het protocol van 3 juni 1998 van het overleg met de representatieve studentenorganisatie erkend op communautair vlak;
Gelet op het advies van de Inspecteur van Financiën, gegeven op 12 mei 1998;
Gelet op het akkoord van de Minister van Begroting, gegeven op 3 juni 1998;
Gelet op de dringende noodzakelijkheid gemotiveerd door het feit dat het examen voor voldoende beheersing van de Franse taal door de Hogescholen dient te worden ingericht, minstens één maal per academiejaar, voor 15 oktober 1998 voor de eerste keer, dat de student voor dit examen dient geslaagd te zijn om zich te kunnen inschrijven en dat de inschrijvingen in de Hogescholen vanaf eind juni zullen beginnen;
Gelet op het advies van de Raad van State, gegeven op 22 juni 1998 met toepassing van artikel 84, lid 1, 2°, van de gecoördineerde wetten op de Raad van State;
Op de voordracht van de Minister van Hoger Onderwijs en Wetenschappelijk Onderzoek;
Gelet op de beraadslaging van de Regering van de Franse Gemeenschap van 30 juni 1998, Besluit :
Artikel 1.Het examen voor voldoende beheersing van de Franse taal bedoeld bij artikel 26, § 6, lid 2, 1°, van het decreet van 5 augustus 1995 houdende de algemene organisatie van het hoger onderwijs in Hogescholen wordt minstens één maal per jaar voor 15 oktober door de Hogescholen ingericht. De Hogescholen kunnen gezamenlijk beslissen het examen samen in te richten.
De student mag dit examen enkel één maal afleggen gedurende hetzelfde academiejaar.
Om zich in een Hogeschool in te schrijven dient hij voor het examen geslaagd te zijn.
De Hogeschool geeft kennis van de uitslag van het examen bedoeld bij lid 1 aan de bij lid 2 bedoelde student ten laatste op 1 november.
Art. 2.Het bij lid 1 bedoeld examen dient de controle van de bevoegdheden in de Franse taal van de student mogelijk te maken. De beoordeling van deze bevoegdheden zal tot doel hebben : 1° het nagaan van het verstaan van de Franse taal dat de student ertoe in staat stelt met vrucht de studies waarvoor hij een inschrijving aanvraagt te volgen;2° het nagaan van een geschiktheid om zich mondeling en schriftelijk correct uit te drukken in het kader van de werken en de examens die in het overeenkomend studieprogramma voorkomen. Het examen zal uit twee delen bestaan : 1° een schriftelijke proef : op basis van een voordracht (van ongeveer een kwartier) of van een tekst (van maximum 2-3 pagina's) omtrent een algemeen onderwerp zal de student een samenvatting in doorlopende tekst (een twintigtal regels) opstellen;2° een mondelinge proef : een gesprek rond het onderwerp van de schriftelijke proef zal tot doel hebben het nagaan van het degelijk verstaan van de voordracht of van de basistekst en het beoordelen van de spraakvaardigheid van de student.
Art. 3.Het attest van slagen voor het examen voor voldoende beheersing van de Franse taal is geldig in alle Hogescholen en in alle universitaire inrichtingen.
Art. 4.Wordt geacht voldaan te hebben aan het examen voor voldoende beheersing van de Franse taal, de student die op 15 oktober 1998 voor een studiejaar dat tot de graden leidt bedoeld bij de artikelen 15 en 18 van het decreet van 5 augustus 1995 houdende de algemene organisatie van het hoger onderwijs in Hogescholen of een studiejaar dat tot de academische graden leidt bedoeld bij de artikelen 6, §§ 1 tot 3, van het decreet van 5 september 1994 betreffende de universitaire studies en de academische graden, in een universitaire instelling geslaagd is.
Art. 5.Dit besluit treedt in werking de dag waarop het in het Belgisch Staatsblad wordt bekendgemaakt.
Art. 6.De Minister van Hoger Onderwijs en Wetenschappelijk Onderzoek is belast met de uitvoering van dit besluit.
Brussel, 30 juni 1998.
Vanwege de Regering van de Franse Gemeenschap : De Minister van Hoger Onderwijs, Wetenschappelijk Onderzoek, Sport en Internationale Betrekkingen, W. ANCION