29 OKTOBER 1997. Besluit van de Regering van de Franse Gemeenschap betreffende de organisatie en de werking van de werkgroepen bepaald bij het decreet d.d. 24 juli 1997 dat de prioritaire taken bepaalt van het basisonderwijs en van het secundair onderwijs en de structuren organiseert die het mogelijk maken ze uit te voeren

De Regering van de Franse Gemeenschap, Gelet op het decreet d.d.24 juli 1997 dat de prioritaire taken bepaalt van het basisonderwijs en van het secundair onderwijs en de structuren organiseert die het mogelijk maken ze uit te voeren., inz. op de artikelen 16, § 2; 25, § 2; 35, § 2, en 62, § 1;

Gelet op het advies van de Inspecteur van Financiën, gegeven op 4 september 1997;

Gelet op het akkoord van de Minister van Begroting, gegeven op 5 september 1997;

Gelet op de beraadslaging van de Regering van de Franse Gemeenschap van 8 september 1997 betreffende de vraag om advies dat de Raad van State binnen een termijn van een maand dient uit te brengen;

Gelet op het op 15 oktober 1997 door de Raad van State uitgebrachte advies, bij toepassing van artikel 84, lid 1, 1° van de gecoördineerde wetten op de Raad van State;

Op de voordracht van de Minister-Voorzitster, bevoegd voor Onderwijs;

Gelet op de beraadslaging van de Regering van de Franse Gemeenschap, Besluit :

Artikel 1.In dit besluit dient men te verstaan onder : 1° het decret : het decreet d.d. 24 juli 1997 dat de prioritaire taken bepaalt van het basisonderwijs en van het secundair onderwijs en de structuren organiseert die het mogelijk maken ze uit te voeren; 2° de werkgroepen : de wergroepen die in het leven werden geroepen overeenkomstig de artikelen 16, § 2, 25, § 2, 35, § 2 en 62, § 1, van het decreet;3° de centrale commissies : de centrale begeleidingscommissies opgericht overeenkomstig artikel 61, § 1 van het decreet, te weten de centrale begeleidingscommissie voor het basisonderwijs en de centrale begeleidingscommissie voor het secundair onderwijs;4° de gemeenschappelijke commissie : de gemeenschappelijke begeleidingscommissie opgericht overeenkomstig artikel 61, § 2 van het decreet;5° de begeleidingscommissies : de centrale begeleidingscommissies en de gemeenschappelijke commissie;6° de Minister van Onderwijs : de Minister bevoegd voor de in artikel 1 van het decreet bedoelde materies.

Art. 2.Acht werkgroepen worden bij toepassing van artikel 16, § 2 van het decreet ingesteld : 1° de groep Frans;2° de groep wiskundige opleiding;3° de groep opwekken-wetenschappelijke initiatie;4° de groep opwekken-geschiedkundige en aardrijskundige opleiding omvattende de opleiding tot het sociaal en economisch leven;5° de groep moderne talen;6° de groep lichamelijke opvoeding;7° de groep kunstopvoeding;8° de groep opvoeding door de technologie. De groepen "Frans", "wiskundige opleiding", "opwekken-wetenschappelijke initiatie", "opwekken-geschiedkundige en aardrijkskundige opleiding omvattende de opleiding tot het sociaal en economisch leven" worden in niveaugroepen opgesplitst overeenkomstig artikel 62, § 1, lid 2, van het decreet. De afgevaardigde van het Algemeen Bestuur zetelt tegelijk in de groep en in de niveaugroepen.

Art. 3.Tien werkgroepen worden ingesteld ter uitvoering van artikel 25, § 2 van het decreet : 1° de groep "Frans";2° de groep wiskundige;3° de groep wetenschap;4° de groep geschiedenis;5° de groep aardrijkskunde;6° de groep moderne talen;7° de groep Grieks-Latijn;8° de groep economische wetenschappen en sociale wetenschappen;9° de groep technologie;10° de groep kunstopvoeding.

Art. 4.Vijf werkgroepen worden ingesteld ter uitvoering van artikel 35, § 2 van het decreet : 1° de groep Frans;2° de groep wiskundige;3° de groep wetenschappen;4° de groep geschiedenis-aardrijkskunde-humane wetenschappen;5° de groep moderne talen.

Art. 5.Een werkgroep wordt ingesteld ter uitvoering van de artikelen 25, § 2, en 35, § 2, van het decreet : de groep lichamelijke opvoeding.

Art. 6.Het lid van een werkgroep dat een lid vervangt dat een einde moet maken aan zijn ambt, beëindigt het mandaat van zijn voorganger.

Art. 7.Wanneer de leden de werkvergaderingen bijwonen, worden zij geacht in actieve dienst te zijn voor zover dit begrip op hen van toepassing is.

De leden van de werkgroepen en de deskundigen genieten de terugbetaling van hun verblijfs- en vervoerkosten onder dezelfde voorwaarden als de personeelsleden van rang 12 van de Regeringsdiensten van de Franse Gemeenschap.

Art. 8.Elke werkgroep stelt zijn voorzitter en ondervoorzitter aan.

Het lid van een werkgroep dat de voorzitter of ondervoorzitter vervangt die ertoe gedwongen wordt zijn ambt neer te leggen, beeïndigt het mandaat van zijn voorganger.

Art. 9.Voor het secretariaatswerk van de werkgroepen zorgen personeelsleden van het Algemeen Bestuur voor Onderwijs en Wetenschappelijk Onderzoek of de opdrachthouders bedoeld in artikel 16 van het besluit van de Gemeenschapsregering d.d. 29 oktober 1997 betreffende de inrichting en de werking van de begeleidingscommissies opgericht krachtens het decreet d.d. 24 juli 1997 dat de prioritaire taken bepaalt van het basisonderwijs en van het secundair onderwijs en de structuren organiseert die het mogelijk maken ze uit te voeren.

Art. 10.De oproepingsbrieven worden aan de leden vijf werkdagen vóór de datum van de vergadering gericht. Ze vermelden de agenda.

De werkgroepen beraadslagen geldig wat het aantal aanwezige leden ook moge wezen.

Afschrift van de oproepingsbrieven wordt aan de Minister van Onderwijs gericht.

Art. 11.De Minister van Onderwijs mag een lid van zijn Cabinet afvaardigen naar elke vergadering waar dit lid met raadplegende stem zetelt.

Art. 12.De notulen van de vergaderingen worden aan de Minister van Onderwijs, aan de leden van de betrokken werkgroepen en aan de leden van het bureau van de gemeenschappelijke Commissie gestuurd.

Art. 13.De werkgroepen mogen een huishoudelijk reglement opstellen dat aan de Minister van Onderwijs moet ter goedkeuring worden voorgelegd.

Art. 14.De werkgroepen zenden hun voorstellen aan de betrokken begeleidingscommissie over die ze, volgens het geval, aan de algemene Raad voor het basisonderwijs of aan de Algemene Raad voor overleg van het secundair onderwijs mededeelt.

Art. 15.De vergaderingen van de werkgroepen hebben plaats in de lokalen van het Bestuur of in om het even welk ander lokaal voor zover diensten van de Franse Gemeenschap er ondergebracht worden.

Art. 16.Dit besluit treedt in werking de dag waarop het in het Belgisch Staatsblad wordt bekendgemaakt.

Art. 17.De Minister van Onderwijs is belast met de uitvoering van dit besluit.

Brussel, 29 oktober 1997.

Vanwege de Regering van de Franse Gemeenschap : De Minister-Voorzitster belast met Onderwijs, Mevr. L. ONKELINX