Etaamb.openjustice.be
Besluit Van De Regering Van De Duitstalige Gemeenschap van 15 januari 2004
gepubliceerd op 19 juli 2004

Besluit van de Waalse Regering tot wijziging van het besluit van de Waalse Regering van 23 maart 1995 tot vastlegging van de objectieve criteria voor de verdeling van het Bijzonder fonds voor maatschappelijk welzijn dat aan de openbare centra voor maatschappelijk welzijn van het Waalse Gewest toekomt, met uitzondering van de openbare centra voor maatschappelijk welzijn van de Duitstalige Gemeenschap

bron
ministerie van het waalse gewest
numac
2004202409
pub.
19/07/2004
prom.
15/01/2004
ELI
eli/besluit/2004/01/15/2004202409/staatsblad
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
Document Qrcode

15 JANUARI 2004. - Besluit van de Waalse Regering tot wijziging van het besluit van de Waalse Regering van 23 maart 1995 tot vastlegging van de objectieve criteria voor de verdeling van het Bijzonder fonds voor maatschappelijk welzijn dat aan de openbare centra voor maatschappelijk welzijn van het Waalse Gewest toekomt, met uitzondering van de openbare centra voor maatschappelijk welzijn van de Duitstalige Gemeenschap


De Waalse Regering, Gelet op het decreet II van 22 juli 1993 betreffende de overheveling van de uitoefening van sommige bevoegdheden van de Franse Gemeenschap naar het Waalse Gewest en de Franse Gemeenschapscommissie, inzonderheid op artikel 3, 7°;

Gelet op de organieke wet van 8 juli 1976 betreffende de openbare centra voor maatschappelijk welzijn, inzonderheid op artikel 105;

Gelet op het decreet van 20 juli 1989 tot vastlegging van de regels inzake algemene financiering van de Waalse gemeenten;

Gelet op het besluit van de Waalse Regering van 23 maart 1995 tot vastlegging van de objectieve criteria voor de verdeling van het Bijzonder fonds voor maatschappelijk welzijn dat aan de openbare centra voor maatschappelijk welzijn van het Waalse Gewest toekomt, met uitzondering van de openbare centra voor maatschappelijk welzijn van de Duitstalige Gemeenschap;

Gelet op het advies van de Inspectie van Financiën, gegeven op 13 januari 2004;

Gelet op de instemming van de Minister van Begroting, gegeven op 15 januari 2004;

Gelet op de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973, inzonderheid op artikel 3, § 1, gewijzigd bij de wetten van 4 juli 1989 en 4 augustus 1996;

Gelet op dringende noodzakelijkheid, gemotiveerd door het feit dat de uitbetalingsmodaliteiten waarin bovenbedoeld besluit van de Waalse Regering van 23 maart 1995 thans voorziet de openbare centra voor maatschappelijk welzijn in moeilijkheden brengt bij het beheer van hun schatkist; dat die moeilijkheden pas zullen verdwijnen als de centra over voldoende middelen kunnen beschikken vanaf het begin van het begrotingsjaar; dat bovenbedoeld besluit dan ook zo spoedig mogelijk gewijzigd moet worden opdat een driemaandelijks voorschot van 60 % van de aandelen die aan de centra verleend worden bij de verdeling van hun dotatie van het vorige jaar hen in de loop van het eerste kwartaal wordt gestort;

Op de voordracht van de Minister van Sociale Aangelegenheden en van de Minister die bevoegd is voor de Wetgeving op de O.C.M.W.'s en het toezicht erop;

Na beraadslaging, Besluit :

Artikel 1.Dit besluit regelt overeenkomstig artikel 138 van de Grondwet een materie bedoeld in artikel 128, § 1, van de Grondwet.

Art. 2.In artikel 5, eerste lid, 2°, van het besluit van de Waalse Regering van 23 maart 1995 tot vastlegging van de objectieve criteria voor de verdeling van het Bijzonder fonds voor maatschappelijk welzijn dat aan de openbare centra voor maatschappelijk welzijn van het Waalse Gewest toekomt, met uitzondering van de openbare centra voor maatschappelijk welzijn van de Duitstalige Gemeenschap, wordt het woord « bestaansminimum » vervangen door het woord « leefloon ».

Art. 3.In artikel 13 van hetzelfde besluit worden het tweede en het derde lid vervangen als volgt : « § 1. Een driemaandelijks voorschot van 60 % van de aandelen die aan de centra verleend worden bij de verdeling van hun dotatie van het vorige jaar wordt hen in de loop van het eerste kwartaal gestort.

Het saldo wordt in de loop van het vierde kwartaal gestort. § 2. In afwijking van § 1 is het driemaandelijkse voorschot voor het jaar 2004 gelijk aan 50 %. »

Art. 4.Dit besluit treedt in werking op 1 januari 2004.

Art. 5.De Minister van Sociale Aangelegenheden en de Minister die bevoegd is voor de Wetgeving op de O.C.M.W.'s en het toezicht erop zijn belast met de uitvoering van dit besluit.

Namen, 15 januari 2004.

De Minister-President, J.-Cl. VAN CAUWENBERGHE De Minister van Sociale Aangelegenheden en Gezondheid, Th. DETIENNE De Minister van Tewerkstelling, Vorming en Huisvesting, Ph. COURARD

^