gepubliceerd op 26 september 2003
Besluit van de Regering van de Duitstalige Gemeenschap tot wijziging van het besluit van de Executieve van 19 december 1988 betreffende de examens en de evaluatie van de basisopleiding in de Middenstand
15 MEI 2003. - Besluit van de Regering van de Duitstalige Gemeenschap tot wijziging van het besluit van de Executieve van 19 december 1988 betreffende de examens en de evaluatie van de basisopleiding in de Middenstand
De Regering van de Duitstalige Gemeenschap, Gelet op het decreet van 16 december 1991 betreffende de opleiding en de voortgezette opleiding in de Middenstand en de K.M.O.'s, gewijzigd bij de decreten van 20 mei 1997, 29 juni 1998, 14 februari 2000 (I), 14 februari 2000 (II), 23 oktober 2000 en 25 juni 2001;
Gelet op het besluit van de Executieve van 19 december 1988 betreffende de examens en de evaluatie van de basisopleiding in de Middenstand, inzonderheid op de artikelen 4 en 22;
Gelet op het ministerieel besluit van 27 oktober 1978 houdende bepaling van de erkenningsvoorwaarden van de leerovereenkomsten en van de gecontroleerde leerverbintenissen in de voortdurende vorming van de Middenstand, gewijzigd bij de besluiten van 20 november 1987, 7 juni 1989, 26 maart 1993, 10 november 1993, 25 juni 1994, 10 november 1994, 29 december 1995, 18 juli 1997, 20 maart 1998, 8 november 2001, 11 juli 2002 en 4 september 2002;
Gelet op het advies van de Raad van bestuur van het Instituut voor de opleiding en de voortgezette opleiding in de Middenstand en de K.M.O.'s, gegeven op 3 juli 2002;
Gelet op het advies van de Commissie voor de deeltijdse leerplicht, gegeven op 24 februari 2003;
Gelet op de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973, inzonderheid op artikel 3, § 1, vervangen bij de wet van 4 juli 1989 en gewijzigd bij de wet van 4 augustus 1996;
Gelet op de dringende noodzakelijkheid;
Overwegende dat de invoering van nieuwe leerprogramma's op 1 juli 2003 bijkomende vereisten impliceert, wat de toelatingsvoorwaarden m.b.t. de jaar- en eindexamens betreft; dat de voor de opleiding en de voortgezette opleiding in de Middenstand bevoegde instanties en de potentieel geïnteresseerde leerlingen, om redenen van rechtszekerheid, onverwijld van deze bijkomende vereisten moeten worden verwittigd;
Op de voordracht van de Minister bevoegd inzake opleiding en voortgezette opleiding in de Middenstand en de K.M.O.'s;
Na beraadslaging, Besluit :
Artikel 1.In artikel 4 van het besluit van de Executieve van 19 december 1988 betreffende de examens en de evaluatie van de basisopleiding in de Middenstand wordt een § 4 ingevoegd, luidend als volgt : « § 4. Voor bepaalde beroepen en op met redenen omkleed advies van het Instituut kan de Minister de inschrijvingsvoorwaarden wijzigen of aanvullen, wat de examens B, I of C betreft ».
Art. 2.In artikel 22 van het besluit van de Executieve van 19 december 1988 betreffende de examens en de evaluatie van de basisopleiding in de Middenstand wordt een punt 3° ingevoegd, luidend als volgt : « 3° Voor bepaalde beroepen en op met redenen omkleed advies van het Instituut kan de Minister in minimale vereisten voorzien voor de deelname aan de jaarlijkse evaluatie ».
Art. 3.Dit besluit treedt in werking op 1 juli 2003.
Art. 4.De Minister bevoegd inzake opleiding en voortgezette opleiding in de Middenstand is belast met de uitvoering van dit besluit.
Eupen, 15 mei 2003.
Voor de Regering van de Duitstalige Gemeenschap : De Minister-President, Minister van Werkgelegenheid, Gehandicaptenbeleid, Media en Sport, K.-H. LAMBERTZ De Minister van Onderwijs en Vorming, Cultuur en Toerisme, B. GENTGES