Etaamb.openjustice.be
Besluit Van De Regering Van De Duitstalige Gemeenschap van 13 februari 1996
gepubliceerd op 07 juni 1997

Besluit van de Regering van de Duitstalige Gemeenschap houdende goedkeuring van een moratorium qua uitbreiding van het personeelsbestand van de inrichtingen voor gehandicapten

bron
ministerie van de duitstalige gemeenschap
numac
1997033033
pub.
07/06/1997
prom.
13/02/1996
ELI
eli/besluit/1996/02/13/1997033033/staatsblad
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
links
Raad van State (chrono)
Document Qrcode

13 FEBRUARI 1996. Besluit van de Regering van de Duitstalige Gemeenschap houdende goedkeuring van een moratorium qua uitbreiding van het personeelsbestand van de inrichtingen voor gehandicapten


De Regering van de Duitstalige Gemeenschap, Gelet op de wet van 31 december 1983 tot hervorming der instellingen voor de Duitstalige Gemeenschap, gewijzigd bij de wetten van 6 juli 1990, 18 juli 1990 en 16 juli 1993;

Gelet op het decreet van de Duitstalige Gemeenschap van 19 juni 1990 houdende oprichting van een "Dienststelle der Deutschsprachigen Gemeinschaft für Personen mit einer Behinderung sowie für die besondere soziale Fürsorge" (Dienst van de Duitstalige Gemeenschap voor de personen met een handicap alsmede voor de bijzondere sociale bijstandsverlening);

Gelet op het koninklijk besluit van 30 maart 1973 tot bepaling van de te volgen gemeenschappelijke regels voor de vaststelling van de toelagen per dag toegekend voor onderhoud, opvoeding en behandeling van minderjarigen en van gehandicapten geplaatst ten laste van de openbare besturen, gewijzigd bij de koninklijke besluiten van 17 december 1973, 10 april 1974, 21 november 1974, 7 juli 1975, 20 juli 1976, 17 augustus 1976, 28 oktober 1976, 6 december 1976, 18 april 1977, 10 maart 1978, 12 juni 1978, 27 februari 1980 en 3 augustus 1982;

Gelet op het ministerieel besluit van 24 april 1973 tot bepaling, wat betreft het Ministerie van Volksgezondheid en van het Gezin, van de te volgen bijzondere regels voor de vaststelling van de toelagen per dag, toegekend voor het onderhoud en de behandeling van de gehandicapten, geplaatst ten laste van de openbare besturen, gewijzigd bij de ministeriële besluiten van 11 april 1974, 22 november 1974, 30 april 1975, 13 december 1975, 31 maart 1976, 3 mei 1976, 9 september 1976, 20 april 1977, 9 mei 1977, 11 maart 1978, 14 juni 1978 en 29 juli 1981;

Gelet op het ministerieel besluit van 18 juni 1975 tot bepaling van de te volgen regels voor de vaststelling van het bedrag van de tegemoetkoming uit het Fonds voor medische, sociale en pedagogische zorg voor gehandicapten in de kosten voor onderhoud, behandeling en opvoeding van gehandicapten die geplaatst zijn in inrichtingen die onder het stelsel van een semi-internaat werken, gewijzigd bij de ministeriële besluiten van 23 september 1975, 30 april 1976, 19 oktober 1976, 25 maart 1977, 9 mei 1977, 12 maart 1978, 14 juni 1978, 6 maart 1980, 29 juli 1981, 14 oktober 1988 en bij het besluit van de Executieve van de Duitstalige Gemeenschap van 9 mei 1990;

Gelet op het ministerieel besluit van 23 maart 1970 tot vaststelling van de voorwaarden waaronder het Rijksfonds voor sociale reclassering van de minder-validen een tegemoetkoming verleent in het loon en de sociale lasten, die door de beschermde werkplaatsen worden gedragen, gewijzigd bij het ministerieel besluit van 26 juli 1977, bij het besluit van de Executieve van de Duitstalige Gemeenschap van 10 oktober 1990 en bij het besluit van de Executieve van de Duitstalige Gemeenschap van 7 mei 1993;

Gelet op het besluit van de Exekutieve van de Duitstalige Gemeenschap van 20 juli 1993 tot vaststelling van bepaalde te volgen regels voor de berekening van de personeelskosten die aan de erkende inrichtingen en verenigingen verleend worden in het kader van de toelagen per dag toegekend door de "Dienststelle für Personen mit einer Behinderung sowie für die besondere soziale Fürsorge", inzonderheid op artikel 2, lid 2;

Gelet op het akkoord van de Minister-President, bevoegd inzake Begroting, gegeven op 2 februari 1996;

Gelet op de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973, gewijzigd bij de wetten van 9 augustus 1980, 16 juni en 4 juli 1989;

Gelet op de dringende noodzakelijkheid;

Overwegende dat de inrichtingen voor gehandicapten in de Duitstalige Gemeenschap hun personeelsbestand in 1996 en 1997 niet kunnen uitbreiden ten einde de spaarmaatregelen inzake gehandicaptenbeleid te kunnen naleven en dat het absoluut noodzakelijk is het personeelsbestand van de tehuizen aan te passen;

Gelet op het voorstel uitgebracht op 15 december 1995 door de Raad van bestuur van de "Dienststelle für Personen mit einer Behinderung sowie für die besondere soziale Fürsorge";

Op de voordracht van de Minister van Jeugd, Vorming, Media en Sociale Aangelegenheden, Besluit :

Artikel 1.In afwijking van de bepalingen tot vastlegging van het maximale lestijdenpakket en van het maximale personeelsbestand, opgenomen in - het koninklijk besluit van 30 maart 1973 tot bepaling van de te volgen gemeenschappelijke regels voor de vaststelling van de toelagen per dag toegekend voor onderhoud, opvoeding en behandeling van minderjarigen en van gehandicapten geplaatst ten laste van de openbare besturen, gewijzigd bij de koninklijke besluiten van 17 december 1973, 10 april 1974, 21 november 1974, 7 juli 1975, 20 juli 1976, 17 augustus 1976, 28 oktober 1976, 6 december 1976, 18 april 1977, 10 maart 1978, 12 juni 1978, 27 februari 1980 en 3 augustus 1982; - het ministerieel besluit van 24 april 1973 tot bepaling, wat betreft het Ministerie van Volksgezondheid en van het Gezin, van de te volgen bijzondere regels voor de vaststelling van de toelagen per dag, toegekend voor het onderhoud en de behandeling van de gehandicapten, geplaatst ten laste van de openbare besturen, gewijzigd bij de ministeriële besluiten van 11 april 1974, 22 november 1974, 30 april 1975, 13 december 1975, 31 maart 1976, 3 mei 1976, 9 september 1976, 20 april 1977, 9 mei 1977, 11 maart 1978, 14 juni 1978 en 29 juli 1981; - het ministerieel besluit van 18 juni 1975 tot bepaling van de te volgen regels voor de vaststelling van het bedrag van de tegemoetkoming uit het Fonds voor medische, sociale en pedagogische zorg voor gehandicapten in de kosten voor onderhoud, behandeling en opvoeding van gehandicapten die geplaatst zijn in inrichtingen die onder het stelsel van een semi-internaat werken, gewijzigd bij de ministeriële besluiten van 23 september 1975, 30 april 1976, 19 oktober 1976, 25 maart 1977, 9 mei 1977, 12 maart 1978, 14 juni 1978, 6 maart 1980, 29 juli 1981, 14 oktober 1988 en bij het besluit van de Executieve van de Duitstalige Gemeenschap van 9 mei 1990; - het besluit van de Executieve van de Duitstalige Gemeenschap van 20 juli 1993 tot vaststelling van bepaalde te volgen regels voor de berekening van de personeelskosten die aan de erkende inrichtingen en verenigingen verleend worden in het kader van de toelagen per dag toegekend door de "Dienststelle für Personen mit einer Behinderung sowie für die besondere soziale Fürsorge", inzonderheid op artikel 2, lid 2; - het ministerieel besluit van 23 maart 1970 tot vaststelling van de voorwaarden waaronder het Rijksfonds voor sociale reclassering van de minder-validen een tegemoetkoming verleent in het loon en de sociale lasten, die door de beschermde werkplaatsen worden gedragen, gewijzigd bij het ministerieel besluit van 26 juli 1977, bij het besluit van de Executieve van de Duitstalige Gemeenschap van 10 oktober 1990 en bij het besluit van de Executieve van de Duitstalige Gemeenschap van 7 mei 1993; mag het personeelsbestand, bestaande bij de inwerkingtreding van dit besluit, tot 31 december 1997 niet worden uitgebreid;

Art. 2.Het aantal leden van het begeleidingspersoneel tewerkgesteld bij een tehuis, vastgelegd op grond van het ministerieel besluit van 24 april 1973 tot bepaling, wat betreft het Ministerie van Volksgezondheid en van het Gezin, van de te volgen bijzondere regels voor de vaststelling van de toelagen per dag, toegekend voor het onderhoud en de behandeling van de gehandicapten, geplaatst ten laste van de openbare besturen, gewijzigd bij de ministeriële besluiten van 11 april 1974, 22 november 1974, 30 april 1975, 13 december 1975, 31 maart 1976, 3 mei 1976, 20 april 1977, 9 mei 1977, 11 maart 1978, 14 juni 1978 en 29 juli 1981, wordt verminderd indien een daar opgenomen gehandicapte buiten het tehuis een betrekking of een activiteit overdag uitoefent, met uitzondering van een activiteit in een beschermde werkplaats; de wekelijkse vermindering bedraagt 3 1/2 h. resp. 7 h. naargelang de dagelijkse afwezigheid ten minste 3 h. resp. 5 h. bedraagt.

Art. 3.Dit besluit treedt in werking op de dag van zijn aanneming.

Art. 4.De Minister van Jeugd, Vorming, Media en Sociale Aangelegenheden is belast met de uitvoering van dit besluit.

Eupen, 13 februari 1996.

Voor de Regering van de Duitstalige Gemeenschap : De Minister-President, Minister van Financiën, Internationale Betrekkingen, Gezondheid, Gezin en Bejaarden, Sport en Toerisme, J. MARAITE De Minister van Jeugd, Vorming, Media en Sociale Aangelegenheden, K.-H. LAMBERTZ

^