gepubliceerd op 29 juli 2024
Besluit van het Verenigd College van de Gemeenschappelijke Gemeenschapscommissie tot vaststelling van de programmerings- en erkenningsnormen waaraan de psychiatrische verzorgingstehuizen moeten voldoen
6 JUNI 2024. - Besluit van het Verenigd College van de Gemeenschappelijke Gemeenschapscommissie tot vaststelling van de programmerings- en erkenningsnormen waaraan de psychiatrische verzorgingstehuizen moeten voldoen
Het Verenigd College van de Gemeenschappelijke Gemeenschapscommissie, Gelet op de ordonnantie van 23 november 2023 betreffende de psychiatrische verzorgingstehuizen, artikelen 4, 11, 12, 26, 28 en 32;
Gelet op het koninklijk besluit van 10 juli 1990Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 10/07/1990 pub. 11/06/2015 numac 2015000298 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Koninklijk besluit houdende vaststelling van de normen voor de erkenning van samenwerkingsverbanden van psychiatrische instellingen en diensten. - Officieuze coördinatie in het Duits type koninklijk besluit prom. 10/07/1990 pub. 11/06/2015 numac 2015000297 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Koninklijk besluit houdende vaststelling van de normen voor de erkenning van initiatieven van beschut wonen ten behoeve van psychiatrische patiënten. - Officieuze coördinatie in het Duits sluiten houdende vaststelling van de normen voor de bijzondere erkenning van psychiatrische verzorgingstehuizen;
Gelet op het ministerieel besluit van 10 juli 1990 houdende vaststelling van het programmacijfer voor psychiatrische verzorgingstehuizen;
Gelet op het advies van de inspecteur van Financiën, gegeven op 22 januari 2024;
Gelet op de akkoordbevinding van de leden van het Verenigd College, bevoegd voor de Financiën en de Begroting, gegeven op 1 februari 2024;
Gelet op het advies van de Gegevensbeschermingsautoriteit, gegeven op 22 maart 2024, die verwijst naar haar standaardadvies nr. 65/2023;
Gelet op het advies van de afdeling van de instellingen en diensten voor geestelijke gezondheidszorg van de Adviesraad voor Gezondheids- en Welzijnszorg van de Gemeenschappelijke Gemeenschapscommissie, gegeven op 10 april 2024;
Gelet op het evaluatieverslag van het reglementair ontwerp op de respectievelijke situatie van vrouwen en mannen, met toepassing van artikel 3, 2° van de ordonnantie van 16 mei 2014 houdende de integratie van de genderdimensie in de beleidslijnen van de Gemeenschappelijke Gemeenschapscommissie ;
Gelet op het evaluatieverslag van het ontwerp van regelgevende akten op de situatie van personen met een handicap, met toepassing van art. 4, § 3 van de ordonnantie van 23 december 2016 houdende integratie van de handicapdimensie in de beleidslijnen van de Gemeenschappelijke Gemeenschapscommissie;
Gelet op het advies nr. 76.280/3 van de Raad van State, gegeven op 28 mei 2024 in toepassing van artikel 84, § 1, eerste lid, 1°, van de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973;
Op de voordracht van de leden van het Verenigd College, belast met het Gezondheidsbeleid;
Na beraadslaging, Besluit : TITEL 1. - ALGEMEEN BEPALINGEN
Artikel 1.Voor de toepassing van dit besluit wordt verstaan onder: 1° de ordonnantie van 23 november 2023: de ordonnantie van 23 november 2023 betreffende de psychiatrische verzorgingstehuizen;2° het psychiatrisch verzorgingstehuis: de residentiële zorginrichting zoals bedoeld in artikel 3, § 2, van de ordonnantie van 23 november 2023;3° de coördinator: de persoon die belast is met de coördinatie van de activiteiten van een psychiatrisch verzorgingstehuis en deel uitmaakt van de coördinatiefunctie bedoeld in artikel 56 § 1;4° de ministers: de leden van het Verenigd College die bevoegd zijn voor het gezondheidsbeleid;5° de leefeenheid: de groep van bewoners die samenleven, eten, ontspannen en die verblijven in een gebouw of deel van een gebouw terwijl zij begeleid worden door eenzelfde team van hulpverleners;6° de ambtenaren: de ambtenaren die belast zijn met de controle van de psychiatrische verzorgingstehuizen bedoeld in artikel 17 van de ordonnantie van 23 november 2023;7° de ombudsfunctie: de bevoegde ombudsfunctie geestelijke gezondheidszorg die verbonden is aan de overlegplatforms geestelijke gezondheidszorg, bedoeld in de artikelen 11 tot en met 21 van het koninklijk besluit van 10 juli 1990Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 10/07/1990 pub. 11/06/2015 numac 2015000298 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Koninklijk besluit houdende vaststelling van de normen voor de erkenning van samenwerkingsverbanden van psychiatrische instellingen en diensten. - Officieuze coördinatie in het Duits type koninklijk besluit prom. 10/07/1990 pub. 11/06/2015 numac 2015000297 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Koninklijk besluit houdende vaststelling van de normen voor de erkenning van initiatieven van beschut wonen ten behoeve van psychiatrische patiënten. - Officieuze coördinatie in het Duits sluiten houdende vaststelling van de normen voor de erkenning van samenwerkingsverbanden van psychiatrische instellingen en diensten;8° de bestaande voorziening: elk gebouw waarin een psychiatrisch verzorgingstehuis is ondergebracht, dat al dan niet voorlopig erkend is tot en met 30 juni 2025;9° de nieuwe voorziening: elk gebouw waarin een psychiatrisch verzorgingstehuis is ondergebracht, al dan niet voorlopig erkend vanaf 1 juli 2025, met inbegrip van eventuele uitbreidingen van bestaande gebouwen die vanaf die datum in gebruik worden genomen.
Art. 2.Dit besluit legt het volgende vast: 1° de programmatie in verband met het maximale aantal en de geografische spreiding van de plaatsen van de psychiatrische verzorgingstehuizen in het tweetalige gebied Brussel-Hoofdstad, overeenkomstig artikel 4 van de ordonnantie van 23 november 2023;2° de normen waaraan een psychiatrisch verzorgingstehuis moet voldoen om te worden erkend, overeenkomstig artikel 11 van de ordonnantie van 23 november 2023. TITEL 2. - BEPALING OVER DE PROGRAMMATIE
Art. 3.Het aantal plaatsen per programma in psychiatrische verzorgingstehuizen in het tweetalige gebied Brussel-Hoofdstad bedoeld in artikel 4 van de ordonnantie van 23 november 2023 wordt vastgelegd op 0,6 plaatsen per duizend bewoners.
TITEL 3. - BEPALINGEN INZAKE DE ERKENNING
HOOFDSTUK 1. - Algemene normen Afdeling 1. - Algemene normen betreffende de bewoners
Onderafdeling 1. - Vrijheden en rechten van de bewoners
Art. 4.Bij de uitvoering van zijn opdrachten sluit het psychiatrisch verzorgingstehuis, tijdens het verblijf van de bewoner, elke vorm van discriminatie uit op grond van onder andere leeftijd, seksuele geaardheid, burgerlijke staat, geboorte, vermogen, geloof of levensbeschouwing, politieke overtuiging, taal, huidige of toekomstige gezondheidstoestand, een handicap, ras, geslacht, gender, een fysieke of genetische eigenschap of sociale afkomst.
Art. 5.Het psychiatrisch verzorgingstehuis waarborgt aan de bewoner: 1° een menswaardig leven, door af te zien van elke maatregel inzake immobilisatie of afzondering;2° de grootste vrijheid tijdens de bewoning van de lokalen, voor zover zij de andere bewoners en derden niet benadeelt;3° de volledige vrijheid van filosofische, politieke, godsdienstige, culturele overtuiging en van taal, door hem geen enkele verplichting van commerciële, culturele, politieke of godsdienstige aard of inzake taal op te leggen;4° de opvang en de behandeling van de bewoner, in het Nederlands of in het Frans, naargelang zijn taalkeuze.Hiertoe moeten alle documenten waartoe, overeenkomstig dit besluit, de bewoner toegang heeft in het Nederlands of in het Frans worden opgesteld, naargelang zijn taalkeuze; 5° de eerbied voor het seksuele en affectieve leven van de bewoner en zijn seksuele geaardheid;6° de vrije keuze van beroepsbeoefenaar, overeenkomstig artikel 6 van de wet van 22 augustus 2002Relevante gevonden documenten type wet prom. 22/08/2002 pub. 26/09/2002 numac 2002022737 bron ministerie van sociale zaken, volksgezondheid en leefmilieu Wet betreffende de rechten van de patiënt sluiten betreffende de rechten van de patiënt. Onderafdeling 2. - Verplichtingen van het psychiatrisch verzorgingstehuis tegenover de bewoners
Art. 6.Het psychiatrisch verzorgingstehuis is verplicht: 1° aan elke bewoner en, in voorkomend geval, aan zijn vertegenwoordiger, de post- en e-mailadressen mee te delen: a) van de administratie;b) waaraan klachten kunnen worden gericht, zowel intern als extern;2° de volgende informatie permanent op de meest passende plaats aan te brengen volgens het publiek waarvoor zij bestemd is: a) de naam van de beheerder, zijn juridische vorm en de natuurlijke persoon die hem vertegenwoordigt;b) de contactgegevens van de coördinator en zijn gewone aanwezigheidsuren in het psychiatrisch verzorgingstehuis alsmede de naam van zijn vervanger in geval van afwezigheid of verhindering;c) elke inlichting betreffende de erkenning van het psychiatrisch verzorgingstehuis en, in voorkomend geval, elke inlichting betreffende een weigering of een intrekking van een erkenning alsmede een sluiting;d) de nadere regels voor de indiening en het onderzoek van de suggesties of opmerkingen van bewoners ;e) de inlichtingen betreffende de bewonersraad.Deze inlichtingen bevatten de lijst van de leden, het tijdschema van de vergaderingen, de agenda en de notulen van de laatste vergadering, die gedurende drie maanden zullen worden uitgehangen; f) de nadere regels voor de indiening van klachten binnen de voorziening, bij de ministers en de administratie, alsmede bij de ombudsfunctie geestelijke gezondheidszorg;g) het huishoudelijk reglement bedoeld in artikel 8;h) het adres en de telefoonnummers van de diensten van de burgemeester van de gemeente waar het psychiatrisch verzorgingstehuis zich bevindt en, in voorkomend geval, de betreffende locatie;i) de activiteiten en de animaties die worden georganiseerd waaraan de bewoners kunnen deelnemen;3° de vertegenwoordiger van de bewoner te raadplegen als deze niet in staat is een schriftelijke overeenkomst te sluiten;4° de bewoner aan te bevelen om zich te laten verzekeren voor burgerrechtelijke aansprakelijkheid. Onderafdeling 3. - Therapeutisch project
Art. 7.Het psychiatrisch verzorgingstehuis is georganiseerd rond een globaal therapeutisch project dat minstens om de vijf jaar wordt geëvalueerd door het multidisciplinair team bedoeld in artikel 55, § 1.
Onderafdeling 4. - Huishoudelijk reglement
Art. 8.§ 1. Het psychiatrisch verzorgingstehuis moet een huishoudelijk reglement opstellen. § 2. Het huishoudelijk reglement bedoeld in paragraaf 1. wordt voor ontvangst ondertekend bij de opname door de bewoner of, in voorkomend geval, zijn vertegenwoordiger.
Een ontvangstbewijs dat als kennisneming geldt van het huishoudelijk reglement wordt: 1° aan de bewoner of, in voorkomend geval, zijn vertegenwoordiger afgeleverd, indien hij dit verzoekt;2° bij het individuele administratieve dossier van de bewoner gevoegd, bedoeld in artikel 27, § 1, tweede lid, 1°, van de ordonnantie van 23 november 2023. § 3. Voor elke verdere wijziging van het huishoudelijk reglement, wordt de wijziging toegelicht aan de bewoner of, in voorkomend geval, zijn vertegenwoordiger.
Paragraaf 2, tweede alinea, is van toepassing op elke volgende wijziging van het huishoudelijk reglement.
Art. 9.Het huishoudelijk reglement omschrijft de rechten en de plichten van de bewoner en van de beheerder.
Het bevat ten minste de volgende punten: 1° het juridisch statuut van het psychiatrisch verzorgingstehuis;2° de nauwkeurige contactgegevens van de beheerder en van de coördinator;3° de procedure en voorwaarden van de opname;4° de voorwaarden van het verblijf;5° het beleid voor de opname van bewoners in de leefeenheden, zoals bedoeld in artikel 50;6° de hoofdlijnen van het in artikel 7 bedoelde therapeutisch project;7° het gevoerde beleid rond gezondheidszorg;8° de mogelijkheid voor het psychiatrisch verzorgingstehuis om bewoners met een bijzonder forensisch statuut te onderwerpen aan specifieke maatregelen;9° tijdelijke of permanente uitsluitingsmaatregelen wegens specifiek gedrag;10° de datum van goedkeuring van dit reglement door de ministers of hun afgevaardigde;11° de nadere regels voor de indiening en behandeling van klachten bedoeld in de artikelen 22 tot en met 24;12° de plaats waar de naam van de coördinator aan wie overeenkomstig artikel 15, § 1, suggesties en opmerkingen kunnen worden gemaakt, wordt aangebracht en de plaats waar de in artikel 15, § 2, bedoelde bus zich bevindt. Onderafdeling 5. - Verblijfsovereenkomst
Art. 10.§ 1. Het psychiatrisch verzorgingstehuis sluit met elke bewoner een verblijfsovereenkomst waarin de volgende elementen worden opgenomen: 1° de identificatie van het psychiatrisch verzorgingstehuis en de bewoner;2° de belangrijkste verblijfsvoorwaarden;3° de begindatum van de overeenkomst;4° de verblijfskosten en de kosten ten laste van de bewoner die niet in de verblijfskosten zijn inbegrepen;5° specifieke bepalingen als de bewoner tijdelijk afwezig is of overleden is;6° de voorwaarden inzake de ontbinding van de verblijfsovereenkomst;7° de proefperiode. § 2. De verblijfsovereenkomst kan alleen gewijzigd worden na voorafgaande kennisgeving aan de bewoner of, in voorkomend geval, zijn vertegenwoordiger.
Indien de bewoner of, in voorkomend geval, zijn vertegenwoordiger niet akkoord gaat met de voorgestelde wijzigingen in de verblijfsovereenkomst, kan de bewoner of, in voorkomend geval, zijn vertegenwoordiger de overeenkomst beëindigen mits inachtneming van een opzegtermijn van dertig dagen. Indien nodig kan deze periode worden verlengd op verzoek van de bewoner of, in voorkomend geval, zijn vertegenwoordiger. § 3. De overeenkomst eindigt: 1° in onderlinge afspraak ;2° indien zij door een van de partijen wordt beëindigd met een aangetekende zending of door afgifte tegen ontvangstbewijs;3° wanneer de bewoner overlijdt. § 4. Onder voorbehoud van paragraaf 8 kan de bewoner of, in voorkomend geval, zijn vertegenwoordiger de verblijfsovereenkomst opzeggen met een opzeggingstermijn van dertig dagen. Indien nodig kan deze periode worden verlengd op verzoek van de bewoner of, in voorkomend geval, zijn vertegenwoordiger.
De tijdelijke opname van een bewoner in een ziekenhuis leidt in principe niet tot de beëindiging van de verblijfsovereenkomst. Deze beëindiging moet worden besproken met de bewoner of, indien van toepassing, zijn vertegenwoordiger. § 5. Onder voorbehoud van paragraaf 8 kan het psychiatrisch verzorgingstehuis de verblijfsovereenkomst beëindigen met de volgende opzegtermijnen: 1° dertig dagen, als volgens het oordeel van de in artikel 54, § 1 bedoelde arts-specialist de lichamelijke of geestelijke toestand van de bewoner van die aard is dat een definitieve of langdurige overplaatsing naar een meer passende verblijfplaats of ziekenhuisstructuur noodzakelijk is.In dit geval staat het psychiatrisch verzorgingstehuis in voor de verwijzing naar een passend verblijf in overleg met de bewoner of, in voorkomend geval, zijn vertegenwoordiger en verlengt het de opzeggingstermijn als dat nodig is; 2° vijftien dagen, als volgens het oordeel van de beheerder het gedrag van de bewoner ernstig storend is voor de andere bewoners of als het de begeleiding in ernstige mate verhindert.In dat geval, en als de veiligheid van de bewoners in direct gevaar is, zendt het psychiatrisch verzorgingstehuis voorafgaand een schriftelijke aanmaning naar de bewoner met het verzoek om de tekortkomingen, vermeld in de aanmaning, te verhelpen. Als de bewoner geen gevolg geeft aan die aanmaning kan het psychiatrisch verzorgingstehuis, na goedkeuring door de in artikel 54, § 1 bedoelde arts-specialist, de verblijfsovereenkomst opzeggen. Het psychiatrisch verzorgingstehuis staat, samen met de arts-specialist, in voor de verwijzing naar een passend verblijfplaats of een ziekenhuisstructuur in overleg met de bewoner of, in voorkomend geval, zijn vertegenwoordiger en verlengt de opzeggingstermijn als dat nodig is. Het psychiatrisch verzorgingstehuis blijft beschikbaar om te helpen bij de overplaatsing van de bewoner. § 6. Het psychiatrisch verzorgingstehuis zorgt ervoor dat de zorg voor de bewoner wordt voortgezet tijdens de opzeggingstermijn. § 7. De opzeggingstermijnen in dit artikel beginnen op de eerste werkdag die volgt op de dag waarop de opzegging is ontvangen door de bewoner of het psychiatrisch verzorgingstehuis. § 8. De bewoner of, in voorkomend geval, zijn vertegenwoordiger en het psychiatrisch verzorgingstehuis kunnen in onderling schriftelijk akkoord afwijken van de termijnen, vermeld in dit artikel. § 9. Een kopie van de verblijfsovereenkomst wordt bij het individuele administratieve dossier van de bewoner gevoegd, bedoeld in artikel 27, § 1, tweede lid, 1°, van de ordonnantie van 23 november 2023.
Onderafdeling 6. - Gemeenschapsvergaderingen
Art. 11.§ 1. Het psychiatrisch verzorgingstehuis organiseert op regelmatige tijdstippen en, voor zover mogelijk, minstens eenmaal om de twee weken gemeenschapsvergaderingen met de bewoners die dat wensen.
Deze vergaderingen zijn bedoeld om bewoners de kans te bieden hun mening te geven over verschillende onderwerpen, zoals de werking van het psychiatrisch verzorgingstehuis, het gemeenschapsleven en collectieve en individuele projecten. § 2. De coördinator moet ervoor zorgen dat van alle gemeenschapsvergaderingen notulen worden opgemaakt, die ter beschikking worden gesteld van de bewoners of hun vertegenwoordigers.
Onderafdeling 7. - Bewonersraad
Art. 12.§ 1. Op elke vestiging van een psychiatrisch verzorgingstehuis wordt een bewonersraad opgericht. § 2. De bewonersraad bestaat uit bewoners en, in voorkomend geval, hun vertegenwoordigers, en komt minstens eenmaal per kwartaal bijeen. § 3. Het psychiatrisch verzorgingstehuis stelt een lokaal en administratieve ondersteuning ter beschikking voor de vergaderingen van de bewonersraad. § 4. De bewonersraad neemt zijn eigen huishoudelijk reglement aan en bepaalt de wijze waarop zijn voorzitter wordt aangewezen, de wijze van uitnodigen, de wijze van opstellen van de agenda's en notulen van de vergaderingen.
De beheerder, de coördinator en de personeelsleden kunnen worden uitgenodigd op de bewonersraden om te praten en ideeën uit te wisselen over de door de bewoners gewenste onderwerpen.
Art. 13.De bewonersraad kan adviezen uitbrengen, hetzij op eigen initiatief, hetzij op verzoek van de beheerder of de coördinator van het psychiatrisch verzorgingstehuis, over alle aangelegenheden die de algemene werking van het psychiatrisch verzorgingstehuis betreffen en wordt ingelicht over het gevolg dat aan zijn adviezen werd gegeven.
De bewonersraad moet om advies worden gevraagd bij het opstellen van en bij elke latere wijziging aan: 1° het in artikel 8, § 1, bedoelde huishoudelijk reglement;2° de in artikel 22, § 1, bedoelde interne klachtenprocedure.
Art. 14.De coördinator moet ervoor zorgen dat van alle vergaderingen van de raad notulen worden opgemaakt, die ter beschikking worden gesteld van de bewoners of hun vertegenwoordigers.
De ambtenaren kunnen op ieder ogenblik kennis nemen van deze notulen.
Art. 15.§ 1. De suggesties of opmerkingen van bewoners of hun vertegenwoordigers en de bewonersraad worden genoteerd in een daartoe bestemd register dat wordt bijgehouden door de coördinator, die beschikbaar is op afspraak.
Dit register moet, op eenvoudige aanvraag, ter beschikking worden gesteld van de bewonersraad en de ambtenaren. § 2. Een doos moet op elk ogenblik beschikbaar zijn en elke persoon in de mogelijkheid stellen om suggesties en opmerkingen in te dienen bij de bewonersraad. Deze laatste worden opgenomen in een hiertoe bestemd register.
Onderafdeling 8. - Zakgeld van de bewoners
Art. 16.Iedere bewoner moet over een minimaal maandbedrag van 235 euro beschikken dat dient als zakgeld uitsluitend voor persoonlijke doeleinden.
Het zakgeld betreft de persoonlijke middelen van de bewoner.
Dit bedrag is niet bestemd om de volgende kosten te dekken: 1° de aankoop, de was, het onderhoud en de herstelling van kleding, schoenen, bril en prothesen;2° het persoonlijk financieel aandeel van de bewoner in de zorg, behandeling en geneesmiddelen;3° het incontinentiemateriaal en ander zorgmateriaal;4° het persoonlijk aandeel van de bewoner in de verblijfskosten;5° de verschillende verzekeringen;6° de eventuele vergoeding van de bewindvoerder. Het in het eerste lid bedoelde bedrag is verbonden aan de spilindex 125,60 (basis 2013 = 100) en wordt aangepast overeenkomstig de wet van 1 maart 1977Relevante gevonden documenten type wet prom. 01/03/1977 pub. 05/03/2009 numac 2009000107 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet houdende inrichting van een stelsel waarbij sommige uitgaven in de overheidssector aan het indexcijfer van de consumptieprijzen van het Rijk worden gekoppeld. - Officieuze coördinatie in het Duits sluiten houdende inrichting van een stelsel waarbij sommige uitgaven in de overheidssector aan het indexcijfer van de consumptieprijzen van het Rijk worden gekoppeld waarbij de verhoging of de vermindering wordt toegepast vanaf de eerste maand nadat het indexcijfer een waarde bereikt die een wijziging rechtvaardigt.
Art. 17.Alleen indien dit schriftelijk met de bewoner of, in voorkomend geval, zijn vertegenwoordiger werd overeengekomen, kan het beheer van het zakgeld aan de coördinator van het psychiatrisch verzorgingstehuis of aan diens vertegenwoordiger worden toevertrouwd.
Onderafdeling 9. - Activiteiten voor de bewoners
Art. 18.§ 1. Bewoners moeten ten minste vijf dagen per week activiteiten aangeboden krijgen, waarvan ten minste een op een zaterdag of zondag moet worden georganiseerd.
De in het eerste lid bedoelde activiteiten zijn aangepast aan de socioculturele behoeften van de bewoners en hebben meer bepaald betrekking op de activiteiten gericht op de handelingen van het dagelijks leven, het welzijn alsmede de culturele en participatieve activiteiten.
Voor de organisatie van de activiteiten kan het psychiatrisch verzorgingstehuis een beroep doen op de medewerking van externe diensten of instellingen. § 2. Het activiteitenprogramma wordt uitgewerkt, geëvalueerd en gewijzigd door de coördinator, in samenwerking met het personeel, de bewonersraad en de bewoners van het psychiatrisch verzorgingstehuis.
Onderafdeling 10. - Individueel verlof, collectieve vakantieverblijven, en opname in een andere zorginstellingen
Art. 19.§ 1. Om hun herstel te bevorderen: 1° worden individuele verlofdagen toegekend aan bewoners die opgenomen zijn in een psychiatrisch verzorgingstehuis;2° kan het psychiatrisch verzorgingstehuis collectieve vakantieverblijven voor zijn bewoners organiseren. § 2. Tijdens de individuele verlofdagen en collectieve vakantieverblijven staat het psychiatrisch verzorgingstehuis in voor de continuïteit van de levering van farmaceutische producten aan de bewoners.
Art. 20.Bij elk individuele verlofdag van een bewoner zorgt het psychiatrisch verzorgingstehuis ervoor dat de bewoner alle informatie heeft die nodig is voor de continuïteit van de zorg tijdens zijn verlof.
Deze verplichting kan worden uitgevoerd door een liaisonfiche op te stellen over de zorg en ondersteuning tijdens het verblijf. Deze fiche wordt met het oog op de continuïteit van de opvolging doorgegeven aan de bewoner en, in voorkomend geval en als hij gekend is, aan de beroepsbeoefenaar die de bewoner tijdens zijn verlof begeleidt.
Art. 21.§ 1. De bewoners kunnen, waar mogelijk, voor onderzoeken bij crisistoestand of bij noodzaak aan klinische behandeling en verzorging worden opgenomen in het ziekenhuis van hun keuze. § 2. Als een bewoner tijdelijk wordt opgenomen in een zorgvoorziening, staat het personeel van het psychiatrisch verzorgingstehuis gedurende de duur van zijn opname ter beschikking van de bewoner voor verdere begeleiding op voorwaarde dat de kans op terugkeer naar het psychiatrisch verzorgingstehuis reëel blijft.
Als de bewoner wordt doorverwezen naar een andere residentiële zorg- of welzijnsvoorziening of naar huis terugkeert, zal het psychiatrisch verzorgingstehuis, op basis van de behoeften van de bewoner, gedurende minstens een maand ter beschikking blijven van de bewoner en, in voorkomend geval, met de structuur of het zorgnetwerk van de bewoner. Afdeling 2. - Algemene normen betreffende het indienen van klachten
Art. 22.Het psychiatrisch verzorgingstehuis werkt een interne klachtenprocedure uit voor elke betrokken persoon, onder wie de bewoner.
De gegrondheid van de klachten moet altijd onverwijld worden onderzocht en de persoon die de klacht heeft ingediend, moet mondeling en schriftelijk op de hoogte worden gebracht van het gevolg dat aan zijn klacht werd gegeven.
Art. 23.Elke betrokkene, onder wie de bewoner, kan een klacht indienen bij de administratie.
De ambtenaren controleren, indien nodig ter plaatse, de gegrondheid van de klacht. Ze kunnen dit onderwerp bespreken met de bewoner, de coördinator en anderen die bij de klacht betrokken zijn.
Tijdens hun controle nemen de ambtenaren alle nodige voorzorgsmaatregelen om de anonimiteit van de klacht en het vertrouwelijke karakter van de elementen die ertoe aanleiding gaven, te waarborgen.
Art. 24.§ 1. De bewoner heeft het recht om een klacht in te dienen, in verband met de uitoefening van zijn rechten toegekend door dit besluit, bij de bevoegde ombudsfunctie. § 2. Het psychiatrisch verzorgingstehuis deelt op een systematische en toegankelijke wijze aan iedere nieuwe bewoner het doel, de werking en de bereikbaarheid mee van de ombudsfunctie. § 3. De ombudsfunctie verzekert de bewoners toegang tot: 1° een gratis telefoonlijn waarbij oproepen binnen 30 seconden worden beantwoord of, indien dit niet mogelijk is, waarbij bewoners via een geautomatiseerd instrument een bericht kunnen achterlaten dat vervolgens binnen maximaal drie werkdagen door de bemiddelaar van de ombudsfunctie wordt beantwoord;2° een contactformulier op de website van het psychiatrisch verzorgingstehuis en de ombudsfunctie, dat de bemiddelaar van de ombudsfunctie binnen maximaal drie werkdagen beantwoordt. Het in het eerste lid bedoelde woord "beantwoord" verwijst naar de informatie die aan de bewoner wordt bezorgd wanneer zijn klacht in overweging wordt genomen. Deze informatie bevat ook het eventuele dossiernummer van de klacht en de termijn waarbinnen de bemiddelaar van de ombudsfunctie contact zal opnemen met de bewoner. § 4. Het psychiatrisch verzorgingstehuis waarborgt de bemiddelaar van de ombudsfunctie het recht om wachtdiensten te organiseren om bewoners in staat te stellen hun in de eerste paragraaf bedoelde recht uit te oefenen.
De in het eerste lid bedoelde wachtdiensten worden ten minste eenmaal per maand door de bemiddelaar van de ombudsfunctie georganiseerd. § 5. Het psychiatrisch verzorgingstehuis stelt de bemiddelaar van ombudsfunctie, op zijn verzoek en tijdens de in paragraaf 4 bedoelde wachtdiensten, een consultatielokaal ter beschikking waar individuele gesprekken in volledige vertrouwelijkheid kunnen plaatsvinden. Afdeling 3. - Algemene normen betreffende het beheer en de uitbating
van psychiatrische verzorgingstehuizen
Art. 25.§ 1. Het psychiatrisch verzorgingstehuis kan op een of meer vestigingsplaatsen in het tweetalige gebied Brussel-Hoofdstad worden uitgebaat. § 2. Het moet zo dicht mogelijk bij de lokale leefgemeenschap worden verankerd en kan daarom niet worden gevestigd op de campus van een psychiatrisch ziekenhuis, met uitzondering van bestaande voorzieningen. § 3. Meerdere psychiatrische verzorgingstehuizen of meerdere vestigingen van een psychiatrisch verzorgingstehuis mogen niet op aangrenzende percelen liggen, met uitzondering van voorzieningen waarvoor vóór de inwerkingtreding van dit besluit een principeakkoord voor de financiering van de infrastructuur werd toegekend.
Art. 26.Het psychiatrisch verzorgingstehuis beschikt over maximaal zestig plaatsen per vestigingsplaats.
In afwijking op het eerste lid : 1° mag een psychiatrisch verzorgingstehuis dat architectonisch gescheiden leefeenheden heeft en daarvoor toestemming heeft van het Verenigd College over maximaal honderd plaatsen per vestigingseenheid beschikken;2° behoudt het psychiatrisch verzorgingstehuis de erkenning voor de overtollige plaatsen als de ministers vóór de inwerkingtreding van dit besluit een voorlopige erkenning of erkenning van zes jaar voor meer dan zestig plaatsen hebben toegekend totdat die erkenning door het Verenigd College wordt ingetrokken in uitvoering van artikel 22 van de ordonnantie van 23 november 2023.
Art. 27.Het psychiatrisch verzorgingstehuis beschikt over een eigen organogram en wordt afzonderlijk van andere instellingen of diensten beheerd.
HOOFDSTUK 2. - Veiligheidsnormen
Art. 28.Het psychiatrisch verzorgingstehuis voldoet aan de geldende brandveiligheidsregelgeving, in het bijzonder het koninklijk besluit van 7 juli 1994Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 07/07/1994 pub. 24/03/2023 numac 2023040927 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Koninklijk besluit tot vaststelling van de basisnormen voor de preventie van brand en ontploffing waaraan de gebouwen moeten voldoen. - Officieuze coördinatie in het Duits sluiten tot vaststelling van de basisnormen voor de preventie van brand en ontploffing waaraan de gebouwen moeten voldoen, en neemt alle nodige voorzorgsmaatregelen om brandgevaar te voorkomen.
Het brandgevaar wordt voorkomen door ten minste: 1° de brandbare materialen in vloeren en muren te beschermen met onontvlambare bekleding;2° een voldoende aantal blustoestellen te plaatsen;3° liften in onbrandbare of brandwerend gemaakte materialen te plaatsen;4° in toegangswegen voor de voertuigen van de brandweer te voorzien;5° in duidelijk aangeduide evacuatiemogelijkheden te voorzien;6° adequate branddetectiesystemen te voorzien;7° minstens eenmaal per jaar een evacuatieoefening voor zowel bewoners als personeel te organiseren.
Art. 29.Onverminderd de geldende veiligheidsnormen moet het psychiatrisch verzorgingstehuis: 1° zich tegen brand verzekeren;2° voorzien in een afstand van verhaal ten voordele van de bewoner;3° een veiligheidsplan uitwerken;4° de vorming van zijn personeel inzake brandpreventie en -bestrijding organiseren. HOOFDSTUK 3. - Architectonische normen
Art. 30.Alle deuren van de ruimten in het psychiatrisch verzorgingstehuis, inclusief die van de sanitaire installaties, moeten minstens 85 centimeter breed zijn om personen met beperkte mobiliteit doorgang te verlenen.
Art. 31.§ 1. Wat de bestaande voorzieningen betreft, moet een psychiatrisch verzorgingstehuis met een of meer verdiepingen een efficiënte verticale circulatie mogelijk maken. § 2. Wat de nieuwe voorzieningen betreft, moet een psychiatrisch verzorgingstehuis met één of meerdere verdiepingen ten minste over één lift beschikken die toegankelijk is voor personen met beperkte mobiliteit en die alle verdiepingen bedient die toegankelijk zijn voor de bewoners.
Art. 32.§ 1. Het psychiatrisch verzorgingstehuis bestaat uitsluitend uit een- of tweepersoonskamers. § 2. Wat de bestaande voorzieningen betreft: 1° bedraagt de minimale netto-oppervlakte van de kamers 8 m2 voor eenpersoonskamers en 12 m2 voor tweepersoonskamers, sanitaire installaties niet inbegrepen;2° beschikt ten minste de helft van de bewoners over een individuele kamer;3° moeten er plaatsen voor bewoners met beperkte mobiliteit voorzien zijn.Ze moeten vanuit hun kamer toegang hebben tot private of gemeenschappelijke sanitaire installaties die toegankelijk zijn voor personen met beperkte mobiliteit; 4° is er in elke kamer per bewoner een wastafel met stromend, warm en koud water aanwezig. § 3. Wat de nieuwe voorzieningen betreft: 1° bedraagt de minimale netto-oppervlakte van de kamers, sanitaire installaties niet inbegrepen, minimum 10 m2 voor eenpersoonskamers en minimum 15 m2 voor tweepersoonskamers;2° beschikt ten minste 75 procent van de bewoners over een eenpersoonskamer;3° is ten minste 5 procent van de kamers in het psychiatrisch verzorgingstehuis toegankelijk voor personen met beperkte mobiliteit en ruim genoeg om ondersteunende materialen te kunnen gebruiken tijdens de zorgmomenten;4° beschikt elke kamer over private sanitaire installaties met: a) een wastafel met stromend, warm en koud water per bewoner;b) een toilet;c) een douche of een bad. Deze installaties moeten voldoen aan de vereisten in paragraaf 4 tot en met 6 van artikel 33; 5° beschikt elk kamer die toegankelijk is voor personen met beperkte mobiliteit over sanitaire installaties die gescheiden zijn van de in 4° bedoelde kamer.Deze installaties moeten toegankelijk zijn en aangepast zijn aan mensen met beperkte mobiliteit en voldoen aan de vereisten in paragraaf 4 tot 6 van artikel 33.
Art. 33.§ 1. Er zijn voldoende sanitaire installaties voor bewoners en personeel. § 2. Bij bestaande voorzieningen bestaan de gemeenschappelijke sanitaire installaties minstens uit: 1° een bad of douche per zes bewoners die niet beschikken over een douche of bad in private sanitaire installaties;2° een toilet per zes bewoners die niet beschikken over een toilet in private sanitaire installaties;3° toiletten in de onmiddellijke omgeving van de in artikel 34 bedoelde gemeenschappelijke ruimten. § 3. Bij nieuwe voorzieningen bestaan de gemeenschappelijke sanitaire installaties uit: 1° toiletten, waarvan ten minste een toegankelijk is voor personen met beperkte mobiliteit, in de onmiddellijke omgeving van de in artikel 34 bedoelde gemeenschappelijke ruimten.Deze toiletten zijn uitgerust met voorzieningen om je handen te wassen en te drogen. 2° ten minst een gemakkelijk te gebruiken bad dat uitgerust is met een antislipbodem en muurleuningen voor dertig bewoners. § 4. De sanitaire installaties moeten over een goede rechtstreekse verluchting of een degelijke ventilatie te beschikken. § 5. De deuren van de sanitaire installaties moeten naar buiten opengaan of schuifdeuren zijn en uitgerust zijn met veiligheidssloten die door het personeel van buitenaf kunnen worden bediend. § 6. Alle noodzakelijke voorzorgsmaatregelen worden getroffen zodat de watertoevoer in de sanitaire installaties geen ongevallen kan veroorzaken. De temperatuur van de mengkranen wordt door een thermostaat zo geregeld dat bewoners zich niet kunnen verbranden.
Art. 34.Het psychiatrisch verzorgingstehuis beschikt over de volgende gemeenschappelijke ruimten: 1° een of meerdere eetkamers;2° een of meerdere leefruimten;3° een of meerdere ruimten of lokalen die bestemd zijn voor gemeenschappelijke activiteiten;4° een of meerdere consultatielokalen, waar individuele gesprekken in alle vertrouwelijkheid kunnen plaatsvinden;5° een of meerdere ruimten of lokalen die bestemd zijn voor de naasten;6° een lokaal dat speciaal bestemd is om verpleegkundige en medische verzorging te verstrekken waartoe de bewoners geen vrije toegang hebben. Deze ruimten moeten toegankelijk zijn voor personen met beperkte mobiliteit.
Art. 35.De kamers, alle sanitaire installaties en de gemeenschappelijke ruimten beschikken over een discreet oproepsysteem.
Dit oproepsysteem moet zo ontworpen zijn dat elke oproep, op elk moment, gelokaliseerd en snel beantwoord kan worden.
Art. 36.§ 1. Ongeacht de weersomstandigheden, wordt, zowel 's nachts als overdag, in de verwarming en ventilatie van alle lokalen voorzien. § 2. Bij normale weersomstandigheden moet de temperatuur in de kamers, de sanitaire installaties en de gemeenschappelijke ruimten in artikel 34 bedoelde gemeenschappelijke ruimten ten minste 19° C en ten hoogste 27° C bedragen. § 3. In alle ruimten die voor de bewoners toegankelijk zijn, moet er steeds voldoende verlichting zijn die aangepast is aan de activiteiten die in de lokalen worden uitgeoefend.
Art. 37.§ 1. De ramen van de kamers en de gemeenschappelijke ruimten in artikel 34 1° et 2° bedoelde maken een open zicht op de omgeving van het psychiatrisch verzorgingstehuis mogelijk. § 2. Het psychiatrisch verzorgingstehuis moet ervoor zorgen dat de intimiteit van de bewoners gewaarborgd blijft, bijvoorbeeld doorjaloezieën of gordijnenvitrages of glasfolies te plaatsen. § 3. Wat de nieuwe voorzieningen betreft: 1° de netto-oppervlakte van de ramen in de kamers en de in artikel 34, eerste lid, 1° en 2°, bedoelde gemeenschappelijke ruimten bedraagt minstens een zesde van de netto-vloeroppervlakte;2° de hoogte van de vensterbanken moet voor iemand die voor zich uitkijkt, een zicht op de buitenwereld mogelijk maken, evenwel zonder gevaar voor ongevallen;3° moet buitenzonnewering geïnstalleerd worden op de gevels georiënteerd naar het zuidoosten, het zuiden, het zuidwesten en het westen om oververhitting te vermijden.
Art. 38.Het psychiatrisch verzorgingstehuis moet de bewoners een gezonde en comfortabele omgeving garanderen.
De inrichting en het personeel van het psychiatrisch verzorgingstehuis moeten de sfeer zo huiselijk mogelijk en het verblijf van de bewoners zo aangenaam mogelijk maken.
Art. 39.Het psychiatrisch verzorgingstehuis moet over een tuin of een terras beschikken.
Art. 40.Het psychiatrisch verzorgingstehuis moet ten minste beschikken over een gedeeltelijk overdekte ruimte voor rokers.
Art. 41.Indien nodig, moeten rolstoelen ter beschikking worden gesteld van de bewoners zodat ze zich kunnen verplaatsen.
Art. 42.De geneesmiddelen worden op naam van iedere bewoner bewaard in een afgesloten kast die zich bevindt in een lokaal dat voor de bewoners niet vrij toegankelijk is.
Art. 43.Op gemotiveerde aanvraag van de beheerder kunnen de Ministers aan de psychiatrische verzorgingstehuizen afwijkingen op de architecturale normen toekennen bedoeld in de artikelen 30, 34 lid 2 en 37.
De motivering bedoeld in het eerste lid die de toekenning van een afwijking door de Ministers kan verantwoorden kan enkel betrekking hebben op: 1° een stedenbouwkundige beperking die afdoende aangetoond wordt met betrekking tot het gebouw waarin de voorziening gevestigd is;2° de onverenigbaarheid tussen één van de normen bedoeld in het eerste lid en het bestaan, in het gebouw waar de voorziening gevestigd is, van structurele elementen die niet kunnen worden verplaatst;3° het aantonen door de beheerder dat de gewenste doelstelling van de desbetreffende architectonische norm bereikt kan worden via een ander middel dan voorzien door de norm. HOOFDSTUK 4. - Hygiënenormen
Art. 44.De gebouwen van het psychiatrisch verzorgingstehuis worden in een perfecte staat van netheid gehouden en beschut tegen vochtigheid of insijpeling. Ze worden regelmatig onderhouden.
Art. 45.§ 1. Alle voorzorgsmaatregelen moeten worden getroffen die voor de profylaxe tegen overdraagbare ziekten nodig zijn, overeenkomstig de ordonnantie van 16 mei 2024 betreffende het preventieve gezondheidsbeleid. § 2. Het psychiatrisch verzorgingstehuis moet over schriftelijke procedures beschikken die ontworpen zijn om : 1° de in paragraaf 1 bedoelde overdraagbare ziekten te voorkomen;2° een goede handhygiëne te waarborgen. Het moet ook beschikken over de gepaste producten en het gepaste materiaal hiervoor.
Art. 46.Het vaste afval, onder meer het keukenafval, wordt in gesloten vuilniszakken opgeruimd. Die zakken moeten zo gesloten zijn dat het afval zich niet kan verspreiden en de bepalingen ter bescherming van het leefmilieu worden nageleefd.
De voorziening schikt zich naar de gestelde richtlijnen om de selectieve ophaling te waarborgen.
Art. 47.Behalve in geval van medische contra-indicatie, moet kosteloos drinkwater voor de bewoners op elk ogenblik en naar believen in het gebouw beschikbaar zijn.
Art. 48.De lozing van het afvalwater moet permanent en in hygiënische omstandigheden worden gewaarborgd.
HOOFDSTUK 5. - Functionele normen Afdeling 1. - Kwaliteit- en veiligheidsbeleid
Art. 49.Het psychiatrisch verzorgingstehuis voert een systematisch, expliciet en transparant kwaliteit- en veiligheidsbeleid.
Het in het eerste lid bedoelde beleid wordt ten minste om de vijf jaar geëvalueerd. Onder deze evaluatie wordt onder andere, maar niet uitsluitend, verstaan: beoordeling van de werking van het psychiatrisch verzorgingstehuis op basis van kwaliteitsindicatoren, registratiegegevens, vorming van het personeel en begeleiding van de bewoners. Afdeling 2. - Opnamebeleid voor bewoners
Art. 50.§ 1. De bewoners worden, vanaf hun opname, opgenomen in een leefeenheid. § 2. Het beleid om bewoners op te nemen in leefeenheden moet consistent zijn, zodat een gelijke behandeling en cohesie in de profielen van bewoners die in dezelfde leefeenheden worden opgenomen, wordt gewaarborgd. § 3. Tijdens zijn verblijf kan de bewoner in een andere leefeenheid worden opgenomen in het geval dat: 1° de bewoner of zijn vertegenwoordiger erom verzoekt om gegronde redenen of;2° de coördinator van het psychiatrisch verzorgingstehuis dit nodig acht, rekening houdend met de evolutie van het profiel van de bewoner. Afdeling 3. - Overeenkomsten
Art. 51.Elk psychiatrisch verzorgingstehuis moet een schriftelijke overeenkomst sluiten met ten minste een psychiatrisch ziekenhuis en deel uitmaken van de organisatie van een samenhangend en gecoördineerd beleid voor de zorgcontinuïteit ten gunste van de bewoner.
Art. 52.Als het psychiatrisch verzorgingstehuis bepaalde activiteiten, lokalen of diensten wil delen met een ander psychiatrisch verzorgingstehuis, een initiatief van beschut wonen of een algemeen of psychiatrisch ziekenhuis, moet het een overeenkomst sluiten waarin de voorwaarden voor de samenwerking met de betreffende instelling worden vastgelegd.
HOOFDSTUK 6. - Normen betreffende het personeel Afdeling 1. - Omkadering van de bewoners
Art. 53.Het psychiatrisch verzorgingstehuis zorgt voor de omkadering van de bewoners.
Ten minste een lid van het in artikel 55 bedoelde multidisciplinaire team moet dag en nacht aanwezig zijn. Afdeling 2. - Personeelsleden
Onderafdeling 1. - Arts-specialist
Art. 54.§ 1. Het psychiatrisch verzorgingstehuis staat onder toezicht van een arts-specialist in neuropsychiatrie of psychiatrie. § 2. De in paragraaf 1 bedoelde arts-specialist: 1° is verantwoordelijk om het in artikel 7 bedoelde therapeutisch project uit te werken, te wijzigen en toe te passen;2° heeft de medische verantwoordelijkheid voor het in artikel 55 bedoelde multidisciplinair team en voor de bewoners;3° is verantwoordelijk voor de contacten met artsen buiten het psychiatrisch verzorgingstehuis. Onderafdeling 2. - Multidisciplinair team
Art. 55.§ 1. Het psychiatrisch verzorgingstehuis beschikt over een multidisciplinair team dat, per vestiging, bestaat uit veertien voltijdsequivalenten voor dertig bewoners. § 2. Voor dertig bewoners bestaat het personeel van het psychiatrisch verzorgingstehuis uit: 1° ten minste negen voltijdsequivalenten, van wie er ten minste vijf houder zijn van een bachelor- of masterdiploma, met een van de volgende kwalificaties: a) verpleegkundige, bij voorkeur gespecialiseerd in geestelijke gezondheid en psychiatrie;b) opvoeder;c) maatschappelijk assistent;d) klinisch orthopedagoog;e) ergotherapeut;f) klinisch psycholoog;g) neuropsycholoog;h) kinesitherapeut;i) logopedist;j) diëtist;2° ten hoogste vijf voltijdsequivalenten die: a) zorgkundigen zijn, of;b) peer-helpers zijn, of;c) een specifiek beroep uitoefenen in verband met het therapeutisch project van het psychiatrisch verzorgingstehuis, voor zover deze keuze gerechtvaardigd werd tegenover de administratie. De in het eerste lid, 2°, b), bedoelde peer-helper is een persoon die gedurende minimaal zes opeenvolgende maanden minstens een soortgelijke problematiek heeft gekend als het doelpubliek van het psychiatrisch verzorgingstehuis bedoeld in artikel 3, § 2, van de ordonnantie van 23 november 2023, die hersteld is, zijn ervaring wenst te delen en in staat is om die ervaring te gebruiken om anderen te helpen. De hoedanigheid van peer-helper wordt geformaliseerd met een verklaring op erewoord. De peer-helper is een persoon die zijn ervaring met problemen op het gebied van geestelijke gezondheid, verslavingen en/of kwetsbaarheid gebruikt om personen met soortgelijke ervaringen te ondersteunen. § 3. De in de paragraaf 1 bedoelde personeelsnorm wordt verhoogd met een klinisch gespecialiseerde psycholoog, neuropsycholoog of een halftijdse klinisch orthopedagoog per vijftien bewoners met een verstandelijke beperking.
Onderafdeling 3. - Coördinatiefunctie en leiders
Art. 56.§ 1. Binnen de in artikel 55, § 1, bedoelde personeelsnorm worden alle vestigingen van eenzelfde psychiatrisch verzorgingstehuis onder het toezicht van een coördinatiefunctie geplaatst. § 2. De in paragraaf 1 bedoelde coördinatiefunctie van het psychiatrisch verzorgingstehuis wordt uitgeoefend door ten minste een coördinator, die ten minste een bachelordiploma heeft en die: 1° een bijkomende kaderopleiding in de gezondheidszorg heeft gevolgd en drie jaar relevante ervaring heeft opgedaan in de sectoren van de psychiatrische verzorgingstehuizen, de huisvesting van ouderen, initiatieven van beschut wonen of ziekenhuizen, voor zover het een verantwoordelijke functie betreft, of;2° een bijkomende opleiding van universitair niveau heeft gevolgd: een master in ziekenhuisbeheer of een master in volksgezondheid. De coördinator die op de datum van inwerkingtreding van dit besluit reeds de rol van coördinator van het psychiatrisch verzorgingstehuis vervulde, kan deze rol blijven vervullen.
Art. 57.§ 1. Binnen de in artikel 55, § 1, bedoelde personeelsnorm wordt voor de eerste dertig bewoners een hoofdverpleegkundigeaangesteld. Hij moet met succes een bijkomende kaderopleiding in de gezondheidszorg of een bijkomende opleiding van universitair niveau hebben gevolgd: een master in verpleegkunde en vroedkunde, een master in ziekenhuisbeheer of een master in volksgezondheid.
Binnen de in artikel 55, § 1, bedoelde personeelsnorm wordt vanaf de eenendertigste bewoner een teamleider aangesteld . Zijn profiel kan gekozen worden in het kader van de in artikel 55, § 2, 1°, bedoelde personeelsnorm, voor zover hij met succes een kaderopleiding in de gezondheidszorg of een aanvullende opleiding van universitair niveau, een master in ziekenhuisbeheer of een master in volksgezondheid heeft gevolgd. § 2. De hoofdverpleegkundige die, op de datum van inwerkingtreding van dit besluit, deze functie reeds vervulde in het psychiatrisch verzorgingstehuis, mag deze functie blijven vervullen. Afdeling 3. - Multidisciplinair overleg
Art. 58.Op geregelde tijdstippen en ten minste om de twee maanden organiseert het psychiatrisch verzorgingstehuis een overleg waarin alle disciplines zijn vertegenwoordigd, met inbegrip van de in artikel 54, § 1, bedoelde arts-specialist. Hiertoe stelt het psychiatrisch verzorgingstehuis notulen op met de beslissingen die bij het multidisciplinair overleg werden genomen. Afdeling 4. - Opleiding van de personeelsleden
Art. 59.§ 1. In overleg met het betrokken personeel stelt het psychiatrisch verzorgingstehuis een plan voor voortgezette opleiding op, dat over twee jaar loopt, van ten minste zestien uur per jaar, voor elk lid van het in artikel 55 bedoelde multidisciplinaire team.
In het in het eerste lid bedoelde plan voor voortgezette opleiding kunnen opleidingen over, onder meer, de kwaliteit van de zorg, de bestrijding van mishandeling, suïcidepreventie en crisissen, diversiteit, participatie van de bewoners en hygiëne worden opgenomen. § 2. Voor personeelsleden die drie vierden van een voltijds equivalent of minder presteren, wordt de in paragraaf 1 bedoelde opleidingsverplichting evenredig aangepast aan de werkelijke arbeidstijd. § 3. Het in paragraaf 1 bedoelde plan voor voortgezette opleiding wordt ter beschikking gehouden van de ambtenaren.
De administratie controleert de kwaliteit van de geboden opleiding.
HOOFDSTUK 7. - Normen betreffende de bewonersdossiers
Art. 60.§ 1. In artikel 28, tweede lid, 1°, van de ordonnantie van 23 november 2023 wordt verstaan onder de volledige identiteit en de contactgegevens van de bewoner: 1° zijn naam;2° zijn voornaam;3° zijn geboortedatum;4° zijn nationaliteit;5° zijn burgerlijke staat;6° een recente foto;7° zijn wettelijk adres;8° zijn telefoonnummer. § 2. In artikel 28, tweede lid, 5°, van de ordonnantie van 23 november 2023 moet onder informatie over de sociale en juridische situatie van de bewoner worden verstaan: 1° zijn ziekenfonds en zijn aansluitingsnummer;2° in voorkomend geval, de namen, adressen, e-mailadressen en telefoonnummers van: a) de vertegenwoordiger van de bewoner;b) de bewindvoerder over de goederen van de bewoner;c) de bewindvoerder over de persoon van de bewoner;d) de vertrouwenspersoon die de bewoner heeft aangewezen overeenkomstig de wet van 22 augustus 2002Relevante gevonden documenten type wet prom. 22/08/2002 pub. 26/09/2002 numac 2002022737 bron ministerie van sociale zaken, volksgezondheid en leefmilieu Wet betreffende de rechten van de patiënt sluiten betreffende de rechten van de patiënt;3° de naam, het postadres, het e-mailadres en het telefoonnummer van de persoon die de verblijfsprijs verschuldigd is en de inlichtingen betreffende de betaling.
Art. 61.De inhoud van het zorgplan bedoeld in artikel 29, § 1, tweede lid, 4°, van de ordonnantie van 23 november 2023 wordt continu geëvalueerd en wordt ten minste een keer per jaar volledig geëvalueerd. Deze evaluatie wordt, voor zover mogelijk, samen met de bewoner uitgevoerd.
Na elke evaluatie wordt een besluit genomen tot staving van de verdere zorg op de verschillende levensdomeinen en over de beëindiging of voortzetting van de zorg.
HOOFDSTUK 8. - Normen betreffende de minimale psychiatrische gegevens
Art. 62.§ 1. In artikel 26, § 1, eerste lid, 1°, van de ordonnantie van 23 november 2023 moet onder gegevens in verband met het psychiatrisch verzorgingstehuis worden verstaan: 1° de naam van het psychiatrisch verzorgingstehuis;2° het erkenningsnummer van het psychiatrisch verzorgingstehuis of, in voorkomend geval, van elk van zijn vestigingen;3° de naam van de coördinator van de minimale psychiatrische gegevens;4° de deelname van het psychiatrisch verzorgingstehuis aan een samenwerkingsverband als overlegplatform. § 2. In artikel 26, § 1, eerste lid, 3°, van de ordonnantie van 23 november 2023 moet worden verstaan onder gegevens in verband met de opname en het vertrek van bewoners, per leefeenheid: 1° het identificatienummer en volgnummer van het verblijf;2° het nummer van de leefeenheid;3° het geboortejaar van de bewoner;4° het gender van de bewoner;5° de gemeente waar de hoofdverblijfplaats van de bewoner is gelegen;6° het onderwijsniveau van de bewoner;7° de aard van het inkomen van de bewoner;8° het aantal vorige opnames in het psychiatrisch verzorgingstehuis;9° de datum van opname in het psychiatrisch verzorgingstehuis, uitgedrukt in jaar, maand en dag van de week;10° het leefmilieu van de bewoner voor de opname;11° de hulpverlener die de bewoner heeft doorverwezen;12° de multidimensionele psychiatrische diagnose;13° de psychosociale en functioneringsproblemen van de bewoner;14° de therapeutische doelstellingen bij opname van de bewoner;15° de medische behandeling van de bewoner, uitgedrukt in codevorm;16° de datum van het vertrek van de bewoner uit het psychiatrisch verzorgingstehuis, uitgedrukt in jaar, maand en dag van de week;17° de bestemming van de bewoner;18° de aard van het vertrek van de bewoner;19° de maatregelen, de begeleiding en opvolging op het moment van vertrek. TITEL 4. - OVERGANGS- EN SLOTBEPALINGEN
HOOFDSTUK 1. - Overgangsbepalingen
Art. 63.De overeenkomsten die voor 1 januari 2025 zijn gesloten tussen de bewoners en de psychiatrische verzorgingstehuizen en erkend zijn op basis van het koninklijk besluit van 10 juli 1990Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 10/07/1990 pub. 11/06/2015 numac 2015000298 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Koninklijk besluit houdende vaststelling van de normen voor de erkenning van samenwerkingsverbanden van psychiatrische instellingen en diensten. - Officieuze coördinatie in het Duits type koninklijk besluit prom. 10/07/1990 pub. 11/06/2015 numac 2015000297 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Koninklijk besluit houdende vaststelling van de normen voor de erkenning van initiatieven van beschut wonen ten behoeve van psychiatrische patiënten. - Officieuze coördinatie in het Duits sluiten houdende vaststelling van de normen voor de bijzondere erkenning van psychiatrische verzorgingstehuizen, zoals van kracht op 31 december 2024, blijven geldig voor hun resterende duur.
Art. 64.Het psychiatrisch verzorgingstehuis dat, op de datum van inwerkingtreding van dit besluit, beschikt over een al dan niet voorlopige erkenning, behoudt deze erkenning totdat op grond van de ordonnantie van 23 november 2023 een nieuwe erkenning wordt toegekend, onder voorbehoud van een beslissing tot intrekking van de erkenning.
HOOFDSTUK 2. - Slotbepalingen
Art. 65.Het koninklijk besluit van 10 juli 1990Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 10/07/1990 pub. 11/06/2015 numac 2015000298 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Koninklijk besluit houdende vaststelling van de normen voor de erkenning van samenwerkingsverbanden van psychiatrische instellingen en diensten. - Officieuze coördinatie in het Duits type koninklijk besluit prom. 10/07/1990 pub. 11/06/2015 numac 2015000297 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Koninklijk besluit houdende vaststelling van de normen voor de erkenning van initiatieven van beschut wonen ten behoeve van psychiatrische patiënten. - Officieuze coördinatie in het Duits sluiten houdende vaststelling van de normen voor de bijzondere erkenning van psychiatrische verzorgingstehuizen wordt opgeheven.
Art. 66.Het ministerieel besluit van 10 juli 1990 houdende vaststelling van het programmacijfer voor psychiatrische verzorgingstehuizen wordt opgeheven.
Art. 67.Dit besluit en de ordonnantie van 23 november 2023 treden op 1 julli 2025 in werking.
Art. 68.De leden van het Verenigd College die bevoegd zijn voor het gezondheidsbeleid worden belast met de uitvoering van dit besluit.
Brussel, 6 juni 2024.
Voor het Verenigd College : De leden van het Verenigd College die bevoegd zijn voor het welzijn en de gezondheid, A. MARON E. VAN DEN BRANDT