24 SEPTEMBER 1998. - Besluit van het College van de Franse Gemeenschapscommissie tot wijziging van het besluit van 25 januari 1996 houdende regeling van de erkenning van de structuren voor de pedagogische begeleiding van gehandicapten die studies of een beroepsopleiding volgen

Het College van de Franse Gemeenschapscommissie, Gelet op artikelen 138 en 178 van de Grondwet;

Gelet op de wet van 16 maart 1954 op de controle van bepaalde instellingen van openbaar nut, inzonderheid artikel 8, gewijzigd bij koninklijk besluit nr. 88 van 11 november 1967;

Gelet op de bijzondere wet van 8 augustus 1980 tot hervorming der instellingen, inzonderheid op artikel 83, § 3, gewijzigd bij de bijzondere wet van 16 juli 1993;

Gelet op artikel 4, 1°, van de decreten van 19 en 22 juli 1993 tot toekenning van de uitoefening van bepaalde bevoegdheden van de Franse Gemeenschap aan het Waalse Gewest en de Franse Gemeenschapscommissie;

Gelet op het decreet van de Franse Gemeenschapscommissie van 17 maart 1994 betreffende de sociale integratie van gehandicapten en hun inschakeling in het arbeidsproces, inzonderheid op artikel 6, 6°, 9° en 14°;

Gelet op het besluit van het College van de Franse Gemeenschapscommissie van 25 januari 1996 houdende regeling van de erkenning van de structuren voor de pedagogische begeleiding van gehandicapten die studies of een beroepsopleiding volgen, inzonderheid op artikelen 3, 4, tweede lid, en 5, 5° en 6°;

Gelet op de beraadslaging van het College van 18 juni 1998 over het verzoek om advies binnen de maand;

Gelet op het advies van de Raad van State, gegeven op 22 juli 1998, overeenkomstig artikel 84, 1ste lid, 1°, van de gecoördineerde wetten op de Raad van State;

Overwegende dat het van belang is de algemene voorwaarden inzake de erkenning van de structuren voor de pedagogische begeleiding aan te passen om beter tegemoet te komen aan de behoeften van de gehandicapten;

Gelet op het advies van de Afdeling « Gehandicapten » van de Brusselse Franstalige Adviesraad voor Welzijn en Gezondheid van 2 april 1998;

Gelet op het advies van de Inspecteur van Financiën van 12 mei 1998;

Gelet op het akkoord van het Lid van het College, belast met Begroting, van 16 juni 1998;

Op voordracht van het Lid van het College, belast met Bijstand aan Personen, Besluit :

Artikel 1.Dit besluit regelt een aangelegenheid bedoeld in artikel 128 van de Grondwet krachtens artikel 138 van de Grondwet.

Art. 2.Artikel 3 van het besluit van 25 januari 1996 houdende regeling van de erkenning van de structuren voor de pedagogische begeleiding van gehandicapten die studies of een beroepsopleiding volgen, wordt vervangen door de volgende bepaling : «

Art. 3.De structuren staan in voor : 1° de pedagogische omkadering van de gehandicapten die zijn toegelaten volgens de gewestelijke of gemeenschapsbepalingen inzake de integratie van de gehandicapten en die lijden aan : - hetzij een visuele deficiëntie, - hetzij een auditieve deficiëntie, - hetzij een hersenletsel of een aandoening aan het centrale zenuwstelsel die eventueel met een motorische handicap aan de bovenste ledematen gepaard gaan, en zorgen voor aanzienlijke problemen die niet afdoende kunnen worden verholpen met technische hulpmiddelen, en die - hetzij al dan niet universitaire studies volgen die erkend zijn door de Franse Gemeenschap, - hetzij een kwalificerende beroepsopleiding volgen die is ingericht, erkend of gesubsidieerd door een overheid en die is ingericht in hetzij het Brussels Hoofdstedeljik Gewest hetzij het Waalse Gewest;2° de psycho-pedagogische begeleiding van de studenten en stagiairs, met uitzondering van iedere therapeutische handeling;3° de voorlichting van het professorenkorps en van de andere studenten en stagiairs over de bijzondere behoeften van de persoon die begeleid is door een structuur.»

Art. 3.Artikel 4, tweede lid, van datzelfde besluit wordt vervangen door het volgende lid : « De erkenning verduidelijkt de categorie(ën) van gehandicapten die door de structuur kunnen worden begeleid ».

Art. 4.Artikel 5, 5° en 6° van dit besluit wordt vervangen door de volgende tekst : « 5° samenwerken met een of meerdere organisaties die gespecialiseerd zijn in het domein van de handicap van de categorie(ën) van de gehandicapten tot wie de structuur zich wil richten; 6° instaan voor de pedagogische omkadering en de psycho-pedagogische begeleiding;deze dienen te gebeuren buiten de les- of opleidingsuren, behalve indien het gaat om het tolken in gebarentaal of andere communicatiemiddelen; de pedagogische omkadering gebeurt door houders van een diploma of door studenten die zich reeds bekwaamd hebben in de stof die de betrokken stagiair of student wordt aangeleerd of door een tolk die vermeld staat op de lijst die is opgemaakt door een dienst die erkend is door het College en goedgekeurd door het Lid van het College belast met Bijstand aan Personen; de psycho-pedagogische begeleiding gebeurt door personen die houder zijn van een diploma van hoger pedagogisch, psychologisch of sociaal onderwijs. »

Art. 5.Dit besluit treedt in werking op 1 september 1998.

Brussel, 24 september 1998.

Namens het College van de Franse Gemeenschapscommissie : Ch. PICQUE, Lid van het College belast met Bijstand aan Personen.

H. HASQUIN, Voorzitter van het College.