gepubliceerd op 26 oktober 1999
Besluit van het College van de Franse Gemeenschapscommissie tot verdeling van de bevoegdheden onder de leden van het College van de Franse Gemeenschapscommissie
16 JULI 1999. - Besluit van het College van de Franse Gemeenschapscommissie tot verdeling van de bevoegdheden onder de leden van het College van de Franse Gemeenschapscommissie
Het College, Gelet op de artikelen 136, 138, 166 en 176 van de Grondwet, gecoördineerd bij de wet van 17 februari 1994;
Gelet op de bijzondere wet van 8 augustus 1980 tot hervorming der instellingen, gewijzigd bij de bijzondere wet van 8 augustus 1988, bij de bijzondere wet van 16 januari 1989 betreffende de financiering van de Gemeenschappen en de Gewesten en bij de bijzondere wet van 16 juli 1993 tot vervollediging van de federale staatsstructuur;
Gelet op de bijzondere wet van 12 januari 1989 met betrekking tot de Brusselse instellingen, gewijzigd bij de bijzondere wet van 16 juli 1993 tot vervollediging van de federale staatsstructuur, inzonderheid op de artikelen 60, tweede lid, 74 en 75;
Gelet op het decreet van de Raad van de Franse Gemeenschapsraad van 18 juni 1990 tot organisatie van de voogdij over de Franse Gemeenschapscommissie;
Gelet op het decreet (I) van de Franse Gemeenschapscommissie van 8 juli 1993 tot toekenning van de uitoefening van sommige bevoegdheden van de Franse Gemeenschap aan de Franse Gemeenschapscommissie;
Gelet op het decreet (II) van de Franse Gemeenschapscommissie van 8 juli 1993 houdende oprichting van een publiekrechtelijke maatschappij belast met het bestuur van de schoolgebouwen van het door de overheid ingerichte onderwijs;
Gelet op het decreet (III) van de Franse Gemeenschapscommissie van 22 juli 1993 tot toekenning van de uitoefening van sommige bevoegdheden van de Franse Gemeenschap aan het Waalse Gewest en de Franse Gemeenschapscommissie;
Gelet op de wetten op de Raad van State, gecoördineerd bij koninklijk besluit van 12 januari 1973, inzonderheid op artikel 3, zoals gewijzigd bij de gewone wet van 9 augustus 1980 tot hervorming der instellingen;
Gelet op de dringende noodzakelijkheid voor het College om onverwijld zijn werking te verzekeren, Besluit :
Artikel 1.Voor de toepassing van dit besluit moet worden verstaan onder : 1° « de bijzondere wet » : de bijzondere wet van 8 augustus 1980 tot hervorming der instellingen, gewijzigd bij de bijzondere wet van 8 augustus 1988, bij de bijzondere wet van 16 januari 1989 betreffende de financiering van de Gemeenschappen en de Gewesten en bij de bijzondere wet van 16 juli 1993 tot vervollediging van de federale staatsstructuur;2° « het decreet » : het decreet (III) van de Franse Gemeenschapscommissie van 22 juli 1993 tot toekenning van de uitoefening van sommige bevoegdheden van de Franse Gemeenschap aan het Waalse Gewest en de Franse Gemeenschapscommissie Art.2. De heer E. TOMAS, Minister, Voorzitter van het College, belast met Onderwijs, Beroepsomscholing en Bijscholing, Leerlingenvervoer, het Samenleven van Plaatselijke Gemeenschappen, de Betrekkingen met de Franse Gemeenschap en het Waalse Gewest, alsook met Internationale Betrekkingen is bevoegd voor : - het secretariaat en de Kanselarij; - de coördinatie van het beleid van het College; - het onderwijs, binnen de perken van de artikelen 60 tot 62 van de bijzondere wet van 12 januari 1989, met inbegrip van de voorschoolse opleiding in de peuterklas, de na- en buitenschoolse opleiding, de artistieke vorming en de intellectuele, morele en sociale vorming bedoeld in artikel 4, °11, °12, °13 en °14, van de bijzondere wet, onverminderd culturele initiatieven bestemd voor een schoolgaand publiek, overeenkomstig artikel 4 van dit besluit; - het provinciaal onderwijs zoals bedoeld in de artikelen 79bis en 80bis van de bijzondere wet van 12 januari 1989, alsook de uitvoering van het decreet (I) van de Franse Gemeenschapscommissie van 8 juli 1993 tot toekenning van de uitoefening van sommige bevoegdheden van de Franse Gemeenschap aan de Franse Gemeenschapscommissie, en van het decreet (II) van de Franse Gemeenschapscommissie van 8 juli 1993 houdende oprichting van een publiekrechtelijke maatschappij belast met het bestuur van de schoolgebouwen van het door de overheid ingerichte onderwijs, met inbegrip van het sportcomplex en de hogeschool Lucia de Brouckère; - de beroepsomscholing en bijscholing, zoals bedoeld in artikel 4, 16°, van de bijzondere wet en met uitzondering van de beroepsopleiding en permanente vorming van de Middenstand; - de sociale promotie, zoals bedoeld in artikel 4, 15° van de bijzondere wet; - het leerlingenvervoer zoals bedoeld in artikel 3, 5°, van het decreet; - het beleid inzake het onthaal en de integratie van migranten, bedoeld in artikel 5, § 1, II, 3°, van de bijzondere wet, aangeduid als het Samenleven van Plaatselijke Gemeenschappen; - de betrekkingen met de Franse Gemeenschap en het Waalse Gewest; - de internationale betrekkingen; - de aanhangigmaking bij het Overlegcomité « Federale Regering Regering van Gemeenschappen en Gewesten ».
Art. 3.Dhr. Jacques SIMONET, Minister, Lid van het College, belast met het Openbaar Ambt, is bevoegd voor : - ambtenarenzaken.
Art. 4.Dhr. Didier GOSUIN, Minister, Lid van het College, belast met Gezondheid, Cultuur, Toerisme, Sport en Jeugd, is bevoegd voor : - het gezondheidsbeleid, zoals bedoeld in artikel 5, § 1, I, van de bijzondere wet en in artikel 3, 6°, van het decreet; - het cultuurbeleid, zoals bedoeld in artikel 4 van de bijzondere wet, met uitzondering van 10° tot 16°, en binnen de perken opgelegd door de artikelen 60 tot 62 van de bijzondere wet van 12 januari 1989, met inbegrip van buitenschoolse activiteiten op cultureel gebied; - het cultuurbeleid zoals bedoeld in artikel 83quinquies van de bijzondere wet van 12 januari 1989; - het toerisme, zoals bedoeld in artikel 4, 10°, van de bijzondere wet; - de sportinfrastructuur, zoals bedoeld in artikel 3, 1°, van het decreet; - de jeugd en de spelotheken.
Art. 5.Dhr. Eric ANDRE, Minister, Lid van het College, belast met Beroepsopleiding en Permanente Vorming van de Middenstand en het Gehandicaptenbeleid, is bevoegd voor : - de beroepsopleiding en permanente vorming van de middenstand, met inbegrip van het toezicht op de betrokken instellingen, zoals bedoeld in artikel 4, 16°, van de bijzondere wet en met uitzondering van de beroepsomscholing en bijscholing; - het beleid inzake bijstand aan gehandicapten, zoals bedoeld in artikel 5, § 1, II, 4°, van de bijzondere wet, met inbegrip van de dienst met afzonderlijk beheer en de desbetreffende infrastructuur.
Art. 6.Dhr. Alain HUTCHINSON, Minister, Lid van het College, belast met Begroting, Sociale Actie en het Gezin, is bevoegd voor : - de begroting; - de bijstand aan personen, zoals bedoeld in artikel 5, § 1, II, van de bijzondere wet en binnen de perken bepaald door artikel 3, 7°, van het decreet, sociale actie en gezin genoemd, met uitzondering van : - het beleid inzake het onthaal en de integratie van migranten, bedoeld in artikel 5, § 1, II, 3°, van de bijzondere wet, - het beleid inzake bijstand aan gehandicapten, zoals bedoeld in artikel 5, § 1, II, 4°, van de bijzondere wet.
Art. 7.Het secretariaat van het College wordt waargenomen door de Kabinetschef of de Adjunct-Kabinetschef, toegevoegd aan de Minister, Voorzitter van het College van de Franse Gemeenschapscommissie.
Art. 8.Het besluit van het College van de Franse Gemeenschapscommissie van 4 juli 1995 tot verdeling van de bevoegdheden onder de Leden van het College van de Franse Gemeenschapscommissie wordt opgeheven.
Art. 9.De leden van het College zijn, ieder wat hem betreft, belast met de uitvoering van dit besluit.
Art. 10.Dit besluit heeft uitwerking met ingang van 15 juli 1999.
Brussel, 16 juli 1999.
De Minister, Voorzitter van het College, bevoegd voor Onderwijs, Beroepsomscholing en Bijscholing, Leerlingenvervoer, het Samenleven van Plaatselijke Gemeenschappen, de Betrekkingen met de Franse Gemeenschap en het Waalse Gewest, alsook voor Internationale Betrekkingen, E. TOMAS De Minister, Lid van het College, bevoegd voor het Openbaar Ambt, J. SIMONET De Minister, Lid van het College, bevoegd voor Gezondheid, Cultuur, Toerisme, Sport en Jeugd, D. GOSUIN De Minister, Lid van het College, bevoegd voor Beroepsopleiding en Permanente Vorming, van de Middenstand en van het Gehandicaptenbeleid, E. ANDRE Minister, Lid van het College, bevoegd voor Begroting, Sociale Actie en het Gezin, A. HUTCHINSON