Etaamb.openjustice.be
Besluit Van De Franse Gemeenschapscommissie van 16 december 2021
gepubliceerd op 17 november 2022

Besluit 2021/3096 van het College van de Franse Gemeenschapscommissie houdende uitvoering van de verordening van de Franse Gemeenschapscommissie van 5 oktober 2021 betreffende de toewijzing van meerjarige overeenkomsten voor structurerende culturele operatoren om cultuur voor de Brusselse bevolking toegankelijker te maken

bron
franse gemeenschapscommissie van het brussels hoofdstedelijk gewest
numac
2022030658
pub.
17/11/2022
prom.
16/12/2021
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
Document Qrcode

16 DECEMBER 2021. - Besluit 2021/3096 van het College van de Franse Gemeenschapscommissie houdende uitvoering van de verordening van de Franse Gemeenschapscommissie van 5 oktober 2021 betreffende de toewijzing van meerjarige overeenkomsten voor structurerende culturele operatoren om cultuur voor de Brusselse bevolking toegankelijker te maken


Het College van de Franse Gemeenschapscommissie, Gelet op het decreet van 18 juni 1990 van de Raad van de Franse Gemeenschap houdende regeling van het toezicht op de Franse Gemeenschapscommissie;

Gelet op de verordening van 11 december 2020 houdende de algemene uitgavenbegroting van de Franse Gemeenschapscommissie voor het begrotingsjaar 2021;

Gelet op de verordening van 5 oktober 2021 betreffende de toewijzing van meerjarige overeenkomsten voor structurerende culturele operatoren om cultuur voor de Brusselse bevolking toegankelijker te maken;

Gelet op het advies van de Inspecteur van Financiën, gegeven op 13 december 2021;

Gelet op de akkoordbevinding van het collegelid dat bevoegd is voor de Begroting, gegeven op 16 december 2021;

Overwegende het belang om culturele operatoren die zich inzetten en zich ertoe verbinden om cultuur in Brussel toegankelijker te maken, stabiliteit te bieden;

Overwegende dat de overeenkomsten het voor de culturele operatoren mogelijk maken om projecten op lange termijn te organiseren die ervoor moeten zorgen dat iedereen toegang kan krijgen tot vormen van culturele democratie (culturele participatie) en democratisering (grotere toegankelijkheid);

Overwegende dat de toepassingsmodaliteiten van de verordening van 5 oktober 2021 in een collegebesluit nader bepaald dienen te worden;

Op voordracht van het collegelid dat bevoegd is voor Cultuur, NA BERAADSLAGING, Besluit : HOOFDSTUK 1. - ALGEMENE BEPALINGEN

Artikel 1.In dit besluit wordt verstaan onder: 1 de verordening: de verordening van de Franse Gemeenschapscommissie van 5 oktober 2021 betreffende de toewijzing van meerjarige overeenkomsten voor structurerende culturele operatoren om cultuur voor de Brusselse bevolking toegankelijker te maken; 2 het college: het college van de Franse Gemeenschapscommissie; 3 het collegelid: het lid van het college dat bevoegd is voor Cultuur; 4 de diensten van het college: de bestuursdirectie voor culturele en socioculturele aangelegenheden, jeugd en sport van de diensten van het college van de Franse Gemeenschapscommissie; 5 geconventioneerde operator: elke operator die krachtens de verordening een overeenkomst met de Franse Gemeenschapscommissie is aangegaan; 6 overeenkomst: het contract tussen één of meerdere geconventioneerde operatoren en de Franse Gemeenschapscommissie dat conform de verordening de respectieve rechten en plichten voor een maximumperiode van vijf jaar vaststelt; 7 acties: de gehelen van projecten, activiteiten en artistieke, culturele of socioculturele workshops die krachtens de overeenkomst worden uitgevoerd.

Alle in deze verordening vermelde titels en functies zijn gemeenslachtig en houden dus geen verwijzing in naar het geslacht van de personen die ze vervullen. HOOFDSTUK 2. - HET ADVIESCOMITE

Art. 2.§ 1. Het in artikel 8 van de verordening bedoelde adviescomité wordt samengesteld uit de volgende leden: - twee leden van de diensten van het college, - het collegelid of diens vertegenwoordiger, - vier deskundigen. § 2. De vier deskundigen worden na een in het Belgisch Staatsblad bekendgemaakte kandidatuuroproep door het College aangewezen voor een eenmalig hernieuwbare termijn van vijf jaar. § 3. De deskundigen moeten uitgebreide kennis hebben over en ervaring hebben met aangelegenheden die verband houden met culturele democratie, culturele democratisering, culturele bemiddeling, de uitoefening van culturele rechten, permanente opleiding, de bevordering van de interculturele dialoog en de opwaardering van cultuur in Brussel. Zij moeten de culturele en socio-culturele realiteit in Brussel kennen. § 4. Hoogstens twee deskundigen mogen op het moment waarop zij door het college worden aangesteld, bestuurslid of werknemer van een geconventioneerde operator zijn. De volgende ambten zijn onverenigbaar met de hoedanigheid van deskundige: lid van een parlementaire vergadering, lid van een regering, lid van een provincie- of gemeenteraad, lid van een ministerieel kabinet. § 5. Minstens twee deskundigen moeten zichzelf tot een ander geslacht rekenen. § 6. De deskundigen hebben recht op een zitpenning van 75 euro per halve dag dat zij in het adviescomité vergaderen. Die zitpenning dekt alle kosten. Zij mag niet meer dan 750 euro per jaar bedragen. § 7. Elk lid van het adviescomité dat of van wie een familielid in de eerste graad lid of werknemer is van een vereniging waarvan het dossier wordt onderzocht, mag niet deelnemen aan de besprekingen, noch aan de beraadslaging daarover. Ieder mogelijk belangenconflict moet vooraf gemeld worden en vermeld worden in de notulen van de vergadering. § 8. Het adviescomité wordt voorgezeten door het collegelid of diens vertegenwoordiger of desgevallend door de oudste deskundige. Het secretariaat wordt verzorgd door een lid van de diensten van het college. § 9. Het adviescomité vergadert zoveel als nodig is.

Art. 3.§ 1. Het adviescomité brengt een advies uit over de mate waarin de aanvraag voldoet aan de doelstellingen bepaald in de artikelen 3 en 4 en aan de voorwaarden omschreven in artikel 5 van de verordening, alsook over de mate waarin het relevant is om met de operator of de operatoren een meerjarige overeenkomst te sluiten met het oog op de acties waarvoor de overeenkomst wordt gevraagd. § 2. De leden van het adviescomité beschikken over het in artikel 7 van de verordening bedoelde verslag, het volledige aanvraagdossier en alle voor het onderzoek van het dossier nuttige stukken. § 3. Het adviescomité kan bezoeken ter plaatse uitvoeren en kan elke persoon die het voor het uitbrengen van zijn advies relevant acht, horen. § 4. Het adviescomité streeft naar consensus. Bij stemming brengt het zijn adviezen uit met een eenvoudige meerderheid. § 5. Het comité brengt zijn advies uit binnen de drie maanden nadat het in artikel 7 van de verordening bedoelde verslag werd bezorgd. HOOFDSTUK 3. - HET BEGELEIDINGSCOMITE

Art. 4.Het in de artikelen 17 en volgende van het besluit omschreven begeleidingscomité wordt als volgt samengesteld: - Indien de geconventioneerde operator een vzw of een geheel van vzw's is: een vertegenwoordiger of vertegenwoordigers van de operator, aan wie krachtens de door de geconventioneerde operator geldig aangenomen statuten en akten het dagelijkse beheer is gedelegeerd; - Indien de geconventioneerde operator een gemeente of een geheel van gemeenten is: de burgemeester of bij delegatie de schepen die bevoegd is voor Cultuur en de gemeentesecretaris of iedere door laatstgenoemden gevolmachtigde persoon; - vertegenwoordigers van de diensten van het college; - het collegelid of diens vertegenwoordiger.

Art. 5.Het begeleidingscomité komt uiterlijk op 30 juni van elk jaar samen.

Art. 6.§ 1. Vanaf het tweede conventioneringsjaar bezorgt de geconventioneerde operator uiterlijk één maand voor de vergadering van het begeleidingscomité of uiterlijk op 31 mei het in artikel 16 van de verordening bedoelde analyseverslag aan de diensten van het college. § 2. Dat verslag heeft betrekking op het vorige jaar. Het bevat minstens de volgende elementen, die gestaafd worden met een kwantitatief gedeelte en een kwalitatief gedeelte: 1. een kort algemeen activiteitenverslag van de operator;2. een overzicht van de activiteiten, projecten en/of workshops die krachtens de overeenkomst worden uitgevoerd;3. een algemene evaluatie van de door de overeenkomst toevertrouwde opdrachten en een evaluatie van iedere krachtens de overeenkomst uitgevoerde activiteit, project en/of workshop in het licht van de opdrachten die daarin zijn bepaald;4. de statistieken over de bereikte doelgroepen en een omschrijving van die doelgroepen;5. een overzicht van de bereikte gebieden in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest;6. een analyse van de financiële toestand van de operator en van de uitvoering van de overeenkomst;7. de vooruitzichten voor de volgende jaren;8. alle elementen die nuttig zijn voor de analyse en de evaluatie van de overeenkomst. § 3. Tot het jaar dat volgt op het einde van de overeenkomst moet jaarlijks een verslag worden ingediend. HOOFDSTUK 4. - DE VERLENGING OF HERNIEUWING VAN DE OVEREENKOMST

Art. 7.De in artikel 19 van de verordening bedoelde aanvraag om een overeenkomst te verlengen bevat minstens de volgende elementen om ontvankelijk te zijn: 1. het naar behoren ingevulde formulier om de verlenging aan te vragen;2. een diagnose om de voortzetting van de actie te motiveren;3. een verslag over de voorbije periode, waarin de uitvoering van de in de overeenkomst opgenomen opdrachten op basis van kwantitatieve en kwalitatieve gegevens wordt beschreven.

Art. 8.§ 1. De in artikel 20 van de verordening bedoelde aanvraag om een overeenkomst te hernieuwen bevat minstens de volgende elementen om ontvankelijk te zijn: 1. het naar behoren ingevulde formulier om de hernieuwing aan te vragen;2. een diagnose om de voortzetting van de actie te motiveren, alsook de gevraagde wijzigingen met betrekking tot de toevertrouwde opdrachten of de uitgevoerde acties;3. een verslag over de voorbije periode, waarin de uitvoering van de in de overeenkomst opgenomen opdrachten op basis van kwantitatieve en kwalitatieve gegevens wordt beschreven;4. voor de looptijd van de nieuwe overeenkomst: een omschrijving van de acties, het bijhorende financieel plan, de omschrijving van de doelgroepen. § 2. Indien bij de hernieuwingsaanvraag een aanvraag gevoegd is om de subsidie met meer dan 50% te verhogen, wordt een advies gevraagd aan het in artikel 8 van de verordening bedoelde adviescomité. Het comité bezorgt binnen de drie maanden na de volledige en ontvankelijke aanvraag om de overeenkomst te hernieuwen een advies aan het collegelid. Voor het uitbrengen van zijn advies kan het comité beschikken over de notulen van de vergaderingen van het begeleidingscomité. Het adviescomité kan ook aan de diensten van het college een verslag vragen. De aanvraag van dat verslag schort de adviestermijn op totdat de voorzitter van het adviescomité het verslag ontvangen heeft en dat tot hoogstens twee maanden nadat het verslag werd gevraagd. § 3. Indien bij de hernieuwingsaanvraag een aanvraag gevoegd is om de subsidie met niet meer dan 50% te verhogen, is enkel een verslag van de diensten van het college vereist. Dat verslag dient binnen de twee maanden na de volledige en ontvankelijke aanvraag om de overeenkomst te hernieuwen te worden bezorgd. HOOFDSTUK 5. - DIVERSE BEPALINGEN

Art. 9.De subsidie kan alle soorten werkingskosten dekken. De overeenkomst bepaalt de uitsplitsing van de aanvaardbare kosten. De subsidie kan investeringskosten dekken ten belope van maximaal 15% van het door de overeenkomst toegekende jaarbedrag.

Art. 10.§ 1. Om ontvankelijk te zijn in de zin van de artikelen 4 en 5 van de verordening moet de aanvraag de volgende elementen bevatten: 1. het naar behoren ingevulde aanvraagformulier;2. de doelstellingen en opdrachten van de op basis van de overeenkomst voorgestelde acties;3. een vijfjarenplan dat de op basis van de overeenkomst voorgestelde acties over vijf jaar beschrijft;4. de omschrijving van de doelgroepen van de op basis van de overeenkomst voorgestelde acties;5. de gedetailleerde begrotingsraming van de operator of operatoren voor het eerste conventioneringsjaar;6. de gedetailleerde begroting van de op basis van de overeenkomst voorgestelde acties voor het eerste conventioneringsjaar (ontvangsten en uitgaven);7. een budgettaire schatting over vijf jaar van de op basis van de overeenkomst voorgestelde acties;8. de statuten van de vzw;9. een attest bankidentiteit;10. de balans en de rekeningen, alsook het activiteitenverslag van het vorige jaar die goedgekeurd zijn door de raad van bestuur;11. het bewijs van de neerlegging van de balans en de rekeningen bij de Nationale Bank van België of bij de griffie van de Franstalige ondernemingsrechtbank van Brussel. § 2. Indien de operator een gemeente is, moet de aanvraag de in de punten 5, 8, 10 en 11 van het vorige lid opgenoemde elementen niet bevatten. § 3. De operator mag alle bijkomende informatie die nuttig kan zijn voor een beter begrip van zijn aanvraag, aan zijn dossier toevoegen. § 4. Om ontvankelijk te zijn, moet een aanvraag tegen uiterlijk 30 april van elk jaar ingediend zijn per brief, per e-mail of via het online formulier dat door de diensten van het college ter beschikking wordt gesteld.

Art. 11.Het in artikel 7 van de verordening bedoelde verslag moet binnen de twee maanden na de kennisgeving van de ontvangst van de ontvankelijke aanvraag bezorgd zijn. De in artikel 7, derde lid bepaalde procedure schort de voorziene termijnen op, zolang de elementen niet ontvangen zijn.

Art. 12.§ 1. Het verkrijgen van een overeenkomst stelt de operator vrij van de indiening van een jaarlijks subsidieaanvraagdossier voor het project waarop de overeenkomst betrekking heeft. § 2 Ieder jaar moet hij bij de diensten van het college, zodra zij beschikbaar zijn en dat vóór 30 juni van het lopende jaar, de volgende stukken indienen: 1. de door de algemene vergadering goedgekeurde recentste balans en rekeningen, alsook de begrotingsraming;2. het bewijs van de neerlegging van de recentste balans en rekeningen bij de griffie van de Franstalige ondernemingsrechtbank van Brussel of bij de Nationale Bank van België;3. het activiteitenverslag van de vereniging voor het voorbije jaar;4. het in artikel 16 van de verordening bedoelde analyseverslag.

Art. 13.§ 1. Elke aanvraag van een overeenkomst of aanvraag om een overeenkomst te hernieuwen moet uiterlijk vóór 1 mei van het jaar dat voorafgaat aan de gewenste datum van inwerkingtreding worden ingediend. § 2. Elke aanvraag om een overeenkomst te verlengen moet uiterlijk vóór 1 september van het jaar dat voorafgaat aan de gewenste verlenging worden ingediend.

Art. 14.De door dit besluit bepaalde termijnen worden met een maand verlengd, wanneer zij deels of volledig de periode van 1 juni tot 31 augustus omvatten.

Art. 15.§ 1. Voor de geconventioneerde operatoren waarvan de overeenkomst vóór 1 januari 2022 afloopt, wordt de overeenkomst automatisch met een jaar verlengd. § 2. Voor de geconventioneerde operatoren waarvan de overeenkomst vóór 1 januari 2023 afloopt, wordt de in artikel 19 bedoelde termijn tot vier maanden ingekort.

Art. 16.Dit besluit treedt in werking op 1 januari 2022.

Opgemaakt te Brussel, op 16 december 2021.

Namens het College: R. VERVOORT, Collegelid bevoegd voor Cultuur B. TRACHTE, Voorzitter van het College

^