Etaamb.openjustice.be
Besluit Van De Franse Gemeenschapscommissie van 03 juni 1999
gepubliceerd op 29 september 1999

Besluit van het College van de Franse Gemeenschapscommissie tot vaststelling van het schoolreglement voor het bijzonder lager onderwijs, ingericht door de Franse Gemeenschapscommissie

bron
franse gemeenschapscommissie van het brussels hoofdstedelijk gewest
numac
1999031341
pub.
29/09/1999
prom.
03/06/1999
ELI
eli/besluit/1999/06/03/1999031341/staatsblad
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
links
Raad van State (chrono)
Document Qrcode

3 JUNI 1999. - Besluit van het College van de Franse Gemeenschapscommissie tot vaststelling van het schoolreglement voor het bijzonder lager onderwijs, ingericht door de Franse Gemeenschapscommissie


Het College van de Franse Gemeenschapscommissie, Gelet op artikelen 136, 163 en 166 van de Grondwet;

Gelet op het decreet van de Franse Gemeenschap van 24 juli 1997 tot bepaling van de prioritaire taken van het lager en middelbaar onderwijs en houdende organisatie van de geëigende structuren om deze te vervullen;

Overwegende dat artikel 77 van voornoemd decreet de inrichtende macht van het gesubsidieerd onderwijs verplicht tot het opstellen van het algemeen schoolreglement voor elk onderwijsniveau;

Overwegende dat artikel 78 bepaalt dat het schoolreglement normen en prioriteiten van pedagogische aard voor de leerling geeft;

Gelet op het advies van het plaatselijk paritair comité van 5 februari 1999;

Op voordracht van het Lid van het College, belast met Onderwijs, Besluit :

Artikel 1.Het schoolreglement voor het bijzonder lager onderwijs, ingericht door de Franse Gemeenschapscommissie, wordt aangenomen overeenkomstig bijgaande tekst.

Art. 2.Het Lid van het College, bevoegd voor Onderwijs, is belast met de uitvoering van dit besluit.

Art. 3.Dit besluit treedt in werking op 1 september 1999.

Brussel, op 3 juni 1999.

Namens het College : E. TOMAS, Lid van het College, bevoegd voor Onderwijs.

H. HASQUIN, Voorzitter van het College.

Bijlage SCHOOLREGLEMENT VAN HET BIJZONDER LAGER ONDERWIJS INGERICHT DOOR DE FRANSE GEMEENSCHAPSCOMMISSIE Dit reglement bepaalt een zeker aantal normen en prioriteiten die fungeren als leidraad voor de leerling om kwalitatief hoogstaand schoolwerk af te leveren in overeenstemming met zijn bekwaamheid. Het bepaalt tevens de nadere regelen voor de evaluatie door de leerkrachten en voor de verstrekking van de informatie over hun beslissing.

KWALITATIEF HOOGSTAAND SCHOOLWERK Om de kinderen de mogelijkheid te geven om kwalitatief hoogstaand schoolwerk af te leveren, wordt bij de aangeboden activiteiten rekening gehouden met hun ervaring, behoeften, motivatie, vaardigheden en leerritme in het raam van een verscheiden pedagogie.

Een afwisseling van individuele en collectieve activiteiten en activiteiten in beperkte groep bevordert de geleidelijke verwerving van een werkmethode zorgt voor een ontplooiing van de verantwoordelijkheidszin, autonomie en teamgeest.

De leerlingen houden zich aan de voorschriften en termijnen en dragen zorg voor de presentatie van hun taken.

ENKELE HULPMIDDELEN VOOR DE LEERLING OM KWALITATIEF HOOGSTAAND SCHOOLWERK AF TE LEVEREN Elke leerling wordt beschouwd als een unieke persoonlijkheid naar wiens verzuchtingen wordt geluisterd, rekening houdend met diens gewoonten en eigen intellectuele rijkdom.

Het lesprogramma wordt verlengd met intensieve buitenschoolse activiteiten waar de pedagogische verworvenheden een praktische toepassing vinden.

De fysieke vaardigheden van de leerlingen worden opgevolgd door de medische/paramedische dienst. Aan het gevoelsleven wordt zoveel mogelijk aandacht besteed : de leerling wordt geholpen om zijn geesteskracht in goede banen te leiden.

Het bijzonder lager onderwijs heeft in de eerste plaats de globale en harmonieuze ontpooiing van het kind als doel. * Omschrijving van de doelstellingen Voor elke nieuwe leerfase wordt de leerling door elke leraar op de hoogte gebracht van - de vooropgezette doelstellingen; - de te verwerven bekwaamheid en kennis aan de hand van voorbeelden; - de criteria voor het welslagen; - de evaluatiemethodes.

De leraar geeft voorbeelden van de zaken die ze geacht worden te kennen. * Ontwikkeling van vaardigheden in de breedte De aan de leerling aangeboden activiteiten worden door de leraar opgebouwd met het oog op 1. de verscheidenheid van de stappen zoals : - identificatie; - vergelijking; - vertaling van de ene taal naar de andere; - onderscheid tussen hoofd- en bijzaken; - samenvatting; 2. het verwerven van werkmethodes zoals : - begrip van de voorschriften; - efficiënt gebruik van de werkinstrumenten; - tijdsindeling,... * Ontwikkeling van passend persoonlijk en sociaal gedrag De door de leerling uitgevoerde taken worden opgezet met het oog op : - de ontwikkeling van verantwoordelijkheidszin en zin tot initiatief; - naleving van de leefregels zoals : - luisterbereidheid; - aandacht; - samenwerking; - beheersing van emotionele uitingen, bevorderd via de PATHS-methode; - zorgzaamheid; - teamgeest; - naleving van de termijnen en van de voorschriften. * Aanleren van het bijhouden van een verplicht document : de schoolagenda De schoolagenda vormt een instrument voor de organisatie van het schoolwerk. Aan de hand van de schoolagenda kan de leerling zijn tijd indelen en een planning opstellen van de vordering van zijn taken in de les en thuis. Hij heeft een administratieve functie (planning van de taken, vermelding van het lesrooster en van de buitenschoolse activiteiten, lijst van de verlofdagen). Hij vormt het communicatiemiddel bij uitstek tussen de school en de ouders of de persoon die aansprakelijk is voor de leerling.

De agenda is een wezenlijk hulpmiddel voor de opleiding en dient derhalve duidelijk, verzorgd en foutloos te zijn.

De leerkrachten en leerlingen besteden aldus de nodige tijd aan het aanleren van het bijhouden en passend gebruik ervan. * Aanleren van het zelfstandig werken en werken in groepsverband De geestes- en handenarbeid die van de leerlingen wordt vereist, omvat taken op school en daarbuiten.

De werkzaamheden op school omvatten individuele en collectieve taken inzake : - opzoeking; - analyse en synthese; - het memoriseren en reproduceren; - verwerking en mededeling van gegevens; - projecten.

Bij de werkzaamheden buiten de school wordt rekening gehouden met de studiegraad, de toenemende bekwaamheid tot autonomie en organisatie die elke leerling zich geleidelijkaan eigen moet maken. Hierdoor kunnen taken waarvoor in de klas weinig tijd is, tot een goed einde worden gebracht. De gevraagde taken moeten kunnen worden uitgevoerd zonder hulp van volwassenen.

De leerkracht ziet erop toe dat elke leerling toegang heeft tot de informatiebronnen en passende hulpmiddelen. Huiswerk mag er niet toe leiden dat de sociale, culturele en economische ongelijkheid zou toenemen.

EVALUATIE De evaluatie slaat zowel op de disciplinaire vaardigheden als de vaardigheden in de breedte - De formatieve evaluatie De formatieve evaluatie omvat het advies en bijstand aan de leerling.

Ze geeft de geslaagde resultaten weer en omschrijft de oorzaak van de problemen en fouten, waarbij oplossingen worden voorgesteld.

Ze houdt geen straf noch veroordeling in.

De afwezigheid van straf garandeert de zekerheid die de leerling nodg heeft om iets te durven aanleren in situaties die nieuw voor hem zijn, ongeacht het gaat om oplossingen, opzoekwerk of geconcretiseerde plannen.

Als een wezenlijke motiverende factor is de formatieve evaluatie van fundamenteel belang in het onderwijs waaraan de leerling actief deelneemt. - De summatieve evaluatie Summatieve proeven kunnen worden georganiseerd aan het eind van een of meerdere leercycli met het oog op een balans daarvan. Ze geven de leerling en diens ouders een idee in hoeverre de leerstof is verwerkt en de vaardigheden worden beheerst.

Op basis daarvan kan de klassenraad haar beslissingen nemen en motiveren aan het eind van het schooljaar, met name voor de leerlingen die in aanmerking komen om naar het gewoon onderwijs over te gaan.

DELIBERATIE Een leerling wordt ingedeeld bij een klasgroep naar gelang van zijn maturiteit en niveau zodat hij als zijn capaciteiten kan ontplooien.

De leeftijd is een criterium zoals de andere.

De klassenraad bepaalt de klasgroep waarin de leerling wordt ondergebracht. Een klassenhoofd kan dezelfde klassengroep gedurende enkele jaren na elkaar onder zijn hoede hebben. Naargelang de vooruitgang van de leerling kan deze, in sommige gevallen, veranderen van klassengroep tijdens eenzelfde schooljaar en dit op beslissing van de klassenraad.

De klassenraad beslist, volgens de wijzen bepaald in de reglementering, over de oriëntatie van de leerlingen in de verschillende klassengroepen; de afgifte van het getuigschrift basisonderwijs wanneer aan de vereiste kennis voldaan is; de verlenging van het lager onderwijs; de overgang naar het secundair onderwijs met verduidelijking van de meest geschikte onderwijsrichting.

De klassenraad van juni bestudeert het geval van alle regelmatig ingeschreven leerlingen van de instelling bij de deliberatie. Hij besteedt ook aandacht aan het geval van die leerlingen wier toestand geregulariseerd wordt.

Alle beslissingen van de klassenraad, waaronder deze aangaande het getuigschrift worden collegiaal genomen. De klassenraad tracht te beslissing bij eenparigheid van stemmen. Bij stemming geldt de gewone meerderheid van de leden van het directie- en onderwijzend personeel.

Er is stemplicht. Onthouding is onmogelijk. Iedere leraar heeft één stem. De stem van het schoolhoofd of van zijn afgevaardigde is facultatief.

Bij staking van stemmen is de stem van het schoolhoofd of zijn afgevaardigde beslissend.

De delibaratie is vertrouwelijk, de bekendmaking van de resultaten gebeurt volgens de onderstaande wijzen en is georganiseerd door de instelling.

DE BEKENDMAKING VAN DE UITSLAGEN Bij de aanvang van het schooljaar stelt het schoolhoofd de leerlingen en de ouders op de hoogte van de te volgen procedure om de directie, de leraars, de opvoeders en de directie van het PMS-cemtrum te kunnen spreken.

Tijdens het schooljaar wordt regelmatig informatie over de toestand van de leerling verstrekt aan de leerling en zijn ouders via nota's en commentaar in de schoolrapporten en steeds via nota's in de klasagenda en geëvalueerde en verbeterde schriftelijke taken.

Het schoolrapport Het rapport wordt vijf maal per schooljaar gegeven aan de leerling en zijn ouders : eind oktober, eind december, midden februari, eind april, eind juni.

Gezien om te worden gevoegd bij het besluit van het College van de Franse Gemeenschapscommissie van 3 juni 1999 tot bepaling van het studiereglement van het bijzonder lager onderwijs georganiseerd door de Franse Gemeenschapscommissie.

Voor het College : E. TOMAS, Lid van het College, belast met Onderwijs.

H. HASQUIN, Voorzitter van het College.

^