gepubliceerd op 10 maart 2023
Besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering betreffende het uitstel van de inwerkingtreding van het artikel 19, § 2, lid 2 tot 10 van de ordonnantie van 6 juli 2022 houdende organisatie van het parkeerbeleid en herdefiniëring van de opdrachten en beheerswijze van het Parkeeragentschap van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest
2 MAART 2023. - Besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering betreffende het uitstel van de inwerkingtreding van het artikel 19, § 2, lid 2 tot 10 van de ordonnantie van 6 juli 2022 houdende organisatie van het parkeerbeleid en herdefiniëring van de opdrachten en beheerswijze van het Parkeeragentschap van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest
De Brusselse Hoofdstedelijke Regering, Gelet op de ordonnantie van 6 juli 2022 houdende organisatie van het parkeerbeleid en herdefiniëring van de opdrachten en beheerswijze van het Parkeeragentschap van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest, artikel 57, eerste lid, 2° ;
Gelet op de Gelijkekansentest uitgevoerd op 16/01/2023 ;
Gelet op advies nr 72.967/4 van de Raad van State, gegeven op 20 februari 2023, met toepassing van artikel 84, § 1, eerste lid, 2°, van de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973;
Overwegende dat de ordonnantie van 6 juli 2022 houdende organisatie van het parkeerbeleid en herdefiniëring van de opdrachten en beheerswijze van het Parkeeragentschap van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest is gepubliceerd op 8 september 2022 en dat bijgevolg, op grond van artikel 57, 1e lid, 2°, artikel 19, § 2, lid 2 tot 10 in werking zou moeten treden op 8 maart 2023;
Overwegende dat om het uitstel te kunnen toepassen onderhavig ontwerp van besluit ten laatste op 7 maart 2023 in werking moet treden;
Overwegende dat de ordonnantie nieuwe bepalingen voor personen met een handicap met zich meebrengt die een complexe technische uitvoering en doeltreffende communicatie naar het bovengenoemde publiek vereisen ;
Overwegende dat een aantal maatregelen om de doeltreffendheid van de nieuwe bepalingen te waarborgen nu al operationeel zijn, dat andere in voorbereiding zijn en dat het nodig is om de tijd te nemen om het betrokken publiek te informeren en deze maatregelen te testen;
Overwegende dat de bepalingen van de ordonnantie betreffende het recht op gratis parkeren voor personen met beperkte mobiliteit, indien zij bij hun inwerkingtreding technisch niet doeltreffend zijn, een juridisch risico voor houders van een PMR-kaart zouden vormen, aangezien zij bepaalde instrumenten zouden moeten gebruiken om hun recht op gratis parkeren te waarborgen, zonder dat deze instrumenten volledig operationeel zijn;
Overwegende dat moet vermeden worden dat het Parkeeragentschap of de Gemeenten zich zouden moeten verantwoorden over de effectiviteit van de bepalingen uit artikel 19, § 2, lid 2 tot 10 van de ordonnantie terwijl ze nog niet klaar zijn;
Op voorstel van de Minister van Mobiliteit, Na beraadslaging, Besluit :
Artikel 1.De inwerkingtreding van het artikel 19, § 2, lid 2 tot 10 van de ordonnantie van 6 juli 2022 houdende organisatie van het parkeerbeleid en herdefiniëring van de opdrachten en beheerswijze van het Parkeeragentschap van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest wordt uitgesteld tot 8 juli 2023.
Art. 2.Onderhavig besluit treedt in werking op 7 maart 2023.
Art. 3.De Minister van Mobiliteit is belast met de uitvoering van dit besluit.
Brussel, 2 maart 2023.
Voor de Brusselse Hoofdstedelijke Regering : De Minister-President van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering, R. VERVOORT De Minister van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering, belast met Mobiliteit, Openbare Werken en Verkeersveiligheid, E. VAN DEN BRANDT