Etaamb.openjustice.be
Besluit Van De Brusselse Hoofdstedelijke Regering van 10 oktober 2019
gepubliceerd op 04 december 2019

Besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering tot vaststelling van de verdeling van de betrekkingen en van de subsidies inzake de professionele inschakeling van jongeren uit instellingen voor alternerend onderwijs bij de gemeentebesturen voor het schooljaar 2019-2020

bron
brussels hoofdstedelijk gewest
numac
2019042625
pub.
04/12/2019
prom.
10/10/2019
ELI
eli/besluit/2019/10/10/2019042625/staatsblad
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
Document Qrcode

10 OKTOBER 2019. - Besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering tot vaststelling van de verdeling van de betrekkingen en van de subsidies inzake de professionele inschakeling van jongeren uit instellingen voor alternerend onderwijs bij de gemeentebesturen voor het schooljaar 2019-2020


De Brusselse Hoofdstedelijke Regering, Gelet op de ordonnantie van 21 december 2018 houdende de begroting van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest voor het begrotingsjaar 2019, inzonderheid op het beschikbaar krediet ingeschreven op de basisallocatie 10.005.27.06.43.21;

Gelet op het advies van de Inspectie van Financiën;

Gelet op het akkoord van de Minister van de Begroting;

Overwegende dat de tewerkstelling van laaggeschoolde jongeren een prioriteit is voor de Brusselse Hoofdstedelijke Regering;

Gelet op de omzendbrief van 21 maart 2019 betreffende de aanwerving van jonge stagiairs uit de Brusselse instellingen voor Alternerend Onderwijs en Opleiding binnen de gemeenten van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest;

Overwegende dat de Centres d'Education et de Formation (CEFA), de Centra Deeltijds Onderwijs (CDO), de Service Formation PME en Syntra zich dagelijks inzetten voor de inschakeling van laaggeschoolde jongeren in het werkmilieu;

Overwegende dat de jongeren uit het alternerend onderwijs hun stage hoofdzakelijk in de privé-sector vervullen, hoewel samenwerking met de overheidssector ten volle gerechtvaardigd is;

Op de voordracht van de Minister van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering die de plaatselijke besturen onder zijn bevoegdheden heeft;

Na beraadslaging, Besluit :

Artikel 1.Binnen de grenzen van de begrotingskredieten die hiertoe ingeschreven zijn op de basisallocatie 10.005.27.06.43.21 van de algemene uitgavenbegroting van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest voor het dienstjaar 2019 worden aan de Brusselse gemeenten subsidies toegekend voor een globaal bedrag van 972 000,00 euro verdeeld als vermeld in het artikel 4.

Art. 2.§ 1. - Deze subsidies zijn bestemd om van 1 september 2019 tot 31 augustus 2020 de kosten te dekken die voor de gemeenten zijn verbonden aan het ten laste nemen van de kosten van jongeren uit de CEFA, de CDO, de SFPME en Syntra die in dienst zijn genomen met een Startbaanovereenkomst van type 2 van niveau E of D, voor onbepaalde tijd of voor een bepaalde tijd van minstens 6 maanden ten belope van maximaal: - 12 000,00 euro per betrekking die door een jongere binnen de gemeenteadministratie wordt bekleed; § 2. Overeenkomstig artikel 17, 6°, tweede lid van de ordonnantie van 21 december 2018 houdende de algemene begroting der uitgaven van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest voor het begrotingsjaar 2019 en met het oog op het waarborgen van de continuïteit van de verrichte acties, worden de gemeenten gemachtigd om de voorziene acties uit te voeren vóór de ondertekening van dit besluit, zijnde vanaf 1 september 2019.

Art. 3.Ingeval de overeenkomst vroegtijdig stopgezet wordt, wordt de betrekking toegewezen aan een andere jongere naar rato van de resterende looptijd. Daartoe werkt de gemeente nauw samen met de Brusselse operatoren inzake alternerend onderwijs. Algemeen dienen de gemeenten ervoor te zorgen dat de betrekkingen daadwerkelijk bezet zijn tijdens de in aanmerking genomen periode.

De integratie van jongeren uit de CEFA/CDO/SFPME/Syntra in het gemeentepersoneel moet niet tot stand komen door de vervanging van het huidige personeel of de huidige stagiair(e)s.

Art. 4.De betrekkingen worden verdeeld als volgt:

Communes/Gemeenten

Nombre de postes Aantal betrekkingen

Montant maximum octroyé Toegekend maximum bedrag

Anderlecht

10

120 000,00€

Auderghem / Oudergem

7

84 000,00€

Berchem-Sainte-Agathe

2

24 000,00€

Bruxelles-Ville / Stad Brussel

10

120 000,00€

Evere

3

36 000,00€

Forest / Vorst

3

36 000,00€

Ixelles / Elsene

5

60 000,00€

Jette

7

84 000,00€

Koekelberg

4

48 000,00€

Molenbeek-St-Jean / St-Jans-Molenbeek

10

120 000,00€

Saint-Josse / Sint-Joost

4

48 000,00€

Schaerbeek / Schaarbeek

3

36 000,00€

Watermael-Boitsfort / Watermaal-Bosvoorde

4

48 000,00€

Woluwe-Saint-Lambert / Sint-Lambrechts-Woluwe

6

72 000,00€

Woluwe-Saint-Pierre / Sint-Pieters-Woluwe

3

36 000,00€

Total / Totaal

81

972 000,00€


Art. 5.§ 1. De subsidie zal in twee schijven worden uitgekeerd op de bankrekening van elke begunstigde gemeente. 1. Een eerste schijf (voorschot van 50 %) zal vrijgegeven worden tegen afgifte van een schuldvordering volgens de modaliteiten bepaald in artikel 6, tegen 29 november 2019, afhankelijk van het aantal betrekkingen bezet door jongeren op de datum van ondertekening van de schuldvordering.2. Een tweede schijf ten belope van het saldo wordt uitgekeerd: - na ontvangst en analyse van de in artikel 7 bedoelde verantwoordingsstukken; - tegen overlegging van een schuldvordering gericht aan de Gewestelijke Overheidsdienst Brussel (GOB) volgens de modaliteiten bepaald in artikel 6, binnen de termijn van 30 dagen nadat de begunstigde het verzoek van de bevoegde ordonnateur heeft ontvangen.

Indien na controle van de bewijsstukken het bedrag van de aanvaarde bewijsstukken lager ligt dan het bedrag van de toegekende subsidie, zal de subsidie slechts uitbetaald worden ten belope van het bedrag van de aanvaarde bewijsstukken. § 2. Na de controle van de bewijsstukken beschikt de begunstigde, vanaf de ontvangst van de brief van de ordonnateur over 15 dagen tijd om zijn argumenten voor te leggen indien hij niet akkoord gaat met de voorgestelde bedragen.

De bevoegde ordonnateur neemt de eindbeslissing na analyse van de door de begunstigde uiteengezette middelen.

Art. 6.De bedoelde schuldvorderingen moeten als origineel exemplaar ingediend worden bij de Gewestelijke Overheidsdienst Brussel (GOB) - Directie Comptabiliteit - CCN Lokaal 8.119, Vooruitgangstraat 80 bus 1, 1035 Brussel, of rechtstreeks in PDF-formaat naar invoice@sprb.brussels.

De schuldvordering vermeldt de reden van de betaling, het bedrag waarvan betaling wordt gevraagd, het nummer van het visum voor de vastlegging en het bankrekeningnummer waarop dit bedrag gestort moet worden.

De begunstigde zal uitsluitend de schuldvordering gebruiken die hem door de administratie wordt overgemaakt. Het document moet gedateerd en ondertekend worden door een persoon die gemachtigd is de begunstigde te binden. De brief met de notificatie van het toegekend bedrag zal bij deze verzending worden toegevoegd.

Bij aanmaak of wijziging van bankgegevens moet er een schriftelijke verklaring van de begunstigde afzonderlijk verstuurd worden naar volgend adres: Master Data - Brussel Financiën en Begroting - CCN - 8ste verdieping (bureau 8119), Vooruitgangstraat 80 bus 1 te 1035 Brussel.

Art. 7.§ 1. Op basis van volgende bewijsstukken kan de subsidie uitbetaald worden: 1. de arbeidsovereenkomsten en eventuele bijlagen;2. de driemaandelijkse attesten van lesbezoek geleverd door de scholen;3. de individuele rekeningen (van bezoldiging) van de jongeren die door de gemeente zijn aangeworven;4. de racapitulatieve tabel volledig ingevuld alsook gedateerd en getekend door een persoon die bevoegd is om de begunstigde te binden. De door de administratie bezorgde vragenlijst volledig ingevuld moet tegelijkertijd met de voormelde verantwoordingstukken bezorgd worden. § 2. De aanvaardbare personeelskosten zijn de volgende: bruto lonen, maaltijdcheques, patronale bijdragen aan DIBISS en vervoerskosten met uitsluiting van alle andere uitgaven (verzekeringen, verschillende toelagen). § 3. De bedoelde verantwoordingsstukken moeten uiterlijk op 23 oktober 2020 ingediend worden bij de Gewestelijke Overheidsdienst Brussel (GOB), Brussel Plaatselijke Besturen - Directie Gesubsidieerde Initiatieven - City Center, Kruidtuinlaan 20 te 1035 Brussel.

De begunstigde moet ervoor zorgen dat het dossier volledig en in één keer wordt ingediend. Geen enkel bijkomend stuk zal aanvaard worden na de hierbovenvermelde datum.

Indien een uitgave gesubsidieerd wordt door meerdere overheden, moet een uitsplitsing volgens subsidiërende overheid mee bezorgd worden.

De controle van deze stukken door de beherende administratieve dienst moet het mogelijk maken uit te maken of de vastgelegde uitgaven werkelijk plaatsvonden voor de verwezenlijking van de gesubsidieerde acties.

Art. 8.De Minister bevoegd voor Plaatselijke Besturen of zijn Administratie kan de gemeentelijke overheden alle bijkomende gegevens vragen die nodig zijn voor de behandeling van het dossier en kan alle daartoe aangewezen stappen ondernemen om ze ter plaatse te bekomen.

Art. 9.De Directie Gesubsidieerde Initiatieven van Brussel Plaatselijke Besturen van de Gewestelijke Overheidsdienst Brussel (GOB) wordt aangewezen als de administratieve dienst die ermee belast is in te staan voor een goed beheer van de bij dit besluit toegekende kredieten en voor de evaluatie van het project.

Art. 10.De Minister bevoegd voor de Plaatselijke besturen wordt belast met de uitvoering van dit besluit.

Brussel, 10 oktober 2019.

Voor de Brusselse Hoofdstedelijke Regering: De minister-president van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest, R. VERVOORT Minister van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering, belast met Plaatselijke Besturen, B. CLERFAYT

^