Etaamb.openjustice.be
Besluit Van De Brusselse Hoofdstedelijke Regering van 09 december 2010
gepubliceerd op 22 december 2010

Besluit van de Regering van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest houdende uitvoering van artikel 21 van de ordonnantie van 26 maart 2009 tot bevordering van het onderzoek, de ontwikkeling en de innovatie

bron
ministerie van het brussels hoofdstedelijk gewest
numac
2010031582
pub.
22/12/2010
prom.
09/12/2010
ELI
eli/besluit/2010/12/09/2010031582/staatsblad
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
links
Raad van State (chrono)
Document Qrcode

9 DECEMBER 2010. - Besluit van de Regering van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest houdende uitvoering van artikel 21 van de ordonnantie van 26 maart 2009 tot bevordering van het onderzoek, de ontwikkeling en de innovatie


De Brusselse Hoofdstedelijke Regering, Gelet op de beslissing van de Europese Commissie van 16 december 2009 die de steunregeling voorzien door de ordonnantie van 26 maart 2009 van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering beschouwd als verenigbaar met het verdrag over de werking van de Europese Unie, overeenkomstig artikel 107(3)(c);

Gelet op de bijzondere wet van 12 januari 1989 betreffende de Brusselse instellingen, onder meer artikel 8, lid 1;

Gelet op de ordonnantie van 26 juni 2003 houdende de oprichting van een Instituut ter Bevordering van het Wetenschappelijk Onderzoek en de Innovatie van Brussel, onder meer artikel 4, § 2;

Gelet op de organieke ordonnantie van 23 februari 2006 houdende de bepalingen toepasselijk op de begroting, de boekhouding en de controle, artikelen 92 tot 95;

Gelet op de ordonnantie van 26 maart 2009 tot bevordering van het onderzoek, de ontwikkeling en de innovatie, onder meer de artikelen 21 en 26;

Gelet op het advies van de Economische en Sociale Raad van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest, verleend op 21 september 2010;

Gelet op het advies van de Raad voor Wetenschappelijk Onderzoek van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest, verleend op 4 oktober 2010;

Gelet op het advies van de Inspectie van Financiën, verleend op 2 juli 2010;

Gelet op het akkoord van de Minister van Begroting op 16 juli 2010;

Gelet op het advies nr. 48.866/1 van de Raad van State, verleend op 16 november 2010 overeenkomstig artikel 84, § 1, lid 1, 1° van de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973;

Na beraad, Besluit : HOOFDSTUK I. - Definities

Artikel 1.Voor de toepassing van onderhavige ordonnantie verstaat men onder : 1° « ordonnantie » : de ordonnantie van 26 maart 2009 ter bevordering van het onderzoek, de ontwikkeling en de innovatie;2° « IWOIB » : Het Instituut ter Bevordering van het Wetenschappelijk Onderzoek en de Innovatie van Brussel, opgericht door de ordonnantie van 26 juni 2003;3° « kandidaat » : de innovatieve starter in de zin van artikel 2, 8° van de ordonnantie die antwoordt op de oproep tot kandidaatstelling gelanceerd door het IWOIB;4° « steun » : financiering bedoeld in artikel 21 van de ordonnantie en toegekend aan een kandidaat om een strategisch innovatieplan uit te werken voor een periode van maximaal drie jaar;5° « begunstigde » : de kandidaat aan wie de Rgering steun moet toekennen;6° « overeenkomst » : de overeenkomst bedoeld in artikel 27 van de ordonnantie;7° « strategisch innovatieplan » : programma dat op gedetailleerde wijze de strategie van de kandidaat uitlegt inzake onderzoek, ontwikkeling en innovatie en zijn of haar innovatieve projecten op middellange en lange termijn door de gunstige impact op de economie, de tewerkstelling en het milieu van het Gewest op de voorgrond te plaatsen.8° « Minister » : De Minister van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest belast met het Wetenschappelijk Onderzoek. HOOFDSTUK II. - Criteria en voorwaarden van toekenning

Art. 2.Elk jaar mag de regering, binnen de grenzen van de beschikbare begrotingskredieten, beslissen over de toekenning van steun aan één of meerdere innovatieve starters in functie van de onderstaande criteria : 1° de kwaliteit, het innovatief karakter en het technologisch en financieel realisme van het strategisch innovatieplan;2° de bekwaamheid van het team en de capaciteit ervan om een strategisch innovatieplan in te voeren;3° de perspectieven van industriële en commerciële valorisatie van de verwachte resultaten;4° de potentiële impact van deze valorisatie op de economie, de tewerkstelling en het milieu van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest. HOOFDSTUK III. - Procedure van toekenning

Art. 3.§ 1. Een oproep tot kandidaatstelling om de innovatieve starter(s) van het jaar aan te duiden, mag hiervoor gelanceerd worden door het IWOIB. De oproep tot kandidaatstelling wordt onder andere gepubliceerd op de website van het IWOIB. § 2. De oproep tot kandidaatstelling duidt onder meer het volgende aan : 1° het onderwerp van de oproep die gaat over het gebruik van een strategisch innovatieplan;2° de informatie die de kandidaten moeten geven;3° de modaliteiten en de vervaldatum voor de indiening van de kandidaturen 4° de criteria volgens dewelke de jury de kandidaturen evalueert en rangschikt.5° de procedure voor de evaluatie van de kandidaten.

Art. 4.De kandidaturen worden ingediend bij het IWOIB via een formulier waarvan de vorm, de inhoud en de bijlagen vastgelegd worden door het IWOIB.

Art. 5.§ 1. Binnen de vijf werkdagen na ontvangst van het dossier, stuurt het IWOIB een ontvangstbevestiging van het kandidatuurdossier naar de kandidaat met vermelding van de referenties van het dossier.

Deze ontvangstbevestiging wordt gestuurd zonder afbreuk te doen aan de latere evaluatie van het kandidaatsdossier. § 2. Het IWOIB onderzoekt de ontvankelijkheid van het dossier. Een dossier is ontvankelijk als enerzijds de aanvrager een innovatieve starter is en als anderzijds het dossier compleet is. Het moet namelijk alle informatie bevatten die volgens artikel 3, § 2, 2° vereist is. § 3. Indien het kandidaatsdossier ontvankelijk is, deelt het IWOIB dit mee aan de aanvrager. § 4. Indien het dossier onvolledig is, stuurt het IWOIB een brief naar de aanvrager met een lijst van de ontbrekende elementen. De aanvrager heeft vijftien werkdagen de tijd vanaf de datum waarop deze brief werd gestuurd om zijn dossier te vervolledigen.

Indien de kandidaat zijn dossier correct aanvult binnen de termijn bedoeld in voorafgaand lid, meldt het IWOIB aan deze kandidaat dat zijn dossier ontvankelijk is.

Indien, na het verstrijken van deze termijn, het dossier onvolledig blijft, wordt de aanvraag verworpen.

Art. 6.De kandidaatsdossiers die ontvankelijk verklaard werden, worden overgedragen naar een jury van onafhankelijke wetenschappelijke en economische deskundigen waarvan de samenstelling en de organisatie bepaald worden door het IWOIB die deze jury voorzit.

Art. 7.Op basis van de analyse van de aanvaardbare dossiers en een interview met de kandidaten, evalueert en rangschikt de jury de kandidaturen volgens onder meer de criteria vermeld in artikel 2 van dit besluit.

Art. 8.§ 1. De jury stelt een omstandig proces-verbaal op ter rechtvaardiging van zijn rangschikking. § 2. Op basis van dit proces-verbaal brengt het IWOIB verslag uit aan de Minister die, indien nodig, een voorstel van beslissing formuleert voor de Regering. HOOFDSTUK IV. - Toekenning en uitkering van de steun

Art. 9.§ 1. De Regering stelt, in voorkomend geval, de beslissing van toekenning van de steun vast. § 2. De Minister en de begunstigde sluiten de overeenkomst. Het IWOIB zorgt voor de administratieve en financiële opvolging van deze overeenkomst. Het IWOIB mag controleren of de begunstigde zijn plichten nakomt, eventueel door ter plaatse een bezoek te brengen en dit gedurende de hele duur van de overeenkomst alsook na beëindiging ervan.

Art. 10.§ 1. De steun kan worden uitgekeerd in de vorm van opeenvolgende schijven, overeenkomstig artikel 95 van de organieke ordonnantie van 23 februari 2006 houdende de bepalingen die van toepassing zijn op de begroting, de boekhouding en de controle. § 2. Alleen de uitgaven die worden opgelopen tijdens de periode die door de overeenkomst wordt gedekt, komen in aanmerking.

Art. 11.De modaliteiten voor de uitkering van de steun worden in de overeenkomst bepaald. HOOFDSTUK V. - Verplichtingen van de begunstigde

Art. 12.De begunstigde(n) is (zijn) verplicht : 1° de plichten die voortvloeien uit de overeenkomst na te komen;2° om de toegekende steun te gebruiken voor het strategisch innovatieplan dat aan de jury werd voorgelegd;3° om de bewijsstukken van de uitgaven gedurende zeven jaar na de toekenning van de steun te bewaren;4° om aan het IWOIB elke verandering mee te delen van zijn (hun) wettelijke situatie (omvang, aandeelhouderschap, omzet of totaal van de balans);5° een jaarlijks rapport omtrent de financiële, technische en commerciële aspecten van de verwezenlijking van het strategisch innovatieplan in te dienen bij het IWOIB, zoals bepaald in de overeenkomst.

Art. 13.De modaliteiten voor de teruggave van de steun worden vastgelegd in de overeenkomst.

Art. 14.Indien de begunstigde zijn verplichtingen niet nakomt, mag het IWOIB de overeenkomst omtrent de toekenning van de steun opschorten of beëindigen. HOOFDSTUK VI. - Slotbepalingen

Art. 15.Onderhavig besluit treedt in werking op 1 januari 2011.

Art. 16.De Minister bevoegd voor het Wetenschappelijk Onderzoek, wordt belast met de uitvoering van dit besluit.

Brussel, 9 december 2010.

Vanwege de Brusselse Hoofdstedelijke Regering : De Minister-President van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering, belast met Plaatselijke Besturen, Ruimtelijke Ordening, Monumenten en Landschappen, Openbare Netheid en Ontwikkelingssamenwerking, Ch. PICQUE De Minister van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering belast met Economie, Werkgelegenheid en Wetenschappelijk Onderzoek, B. CEREXHE

^