30 SEPTEMBER 2010. - Besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering houdende goedkeuring van de gemeentelijke stedenbouwkundige verordening voor heel het grondgebied van de gemeente Schaarbeek

De Brusselse Hoofdstedelijke Regering, Gelet op het Brussels Wetboek van Ruimtelijke Ordening, inzonderheid op de artikelen 91, 92, 93, 94, 96 en 98;

Gelet op het besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering van 12 november 2008 tot bepaling van de handelingen en werken die vrijgesteld zijn van een stedenbouwkundige vergunning, van het advies van de gemachtigde ambtenaar, van de gemeente of van de Koninklijke Commissie voor Monumenten en Landschappen of van de medewerking van een architect;

Gelet op de gewestelijke stedenbouwkundige verordening goedgekeurd door besluit van de Regering van 21 november 2006;

Gelet op het Algemeen Bouwreglement van de gemeente Schaarbeek goedgekeurd bij koninklijk besluit van 27 januari 1948;

Gelet op de gemeentelijke stedenbouwkundige verordening van Schaarbeek, inzake de « buitenplaatsing van paraboolantennes » goedgekeurd bij regeringsbesluit van 20 oktober 2005;

Gelet op de beraadslaging van de gemeenteraad van 31 maart 2010 waarbij de gemeente Schaarbeek de gemeentelijke stedenbouwkundige verordening voor heel het grondgebied van de gemeente Schaarbeek voorlopig goedkeurt;

Gelet op het advies van de overlegcommissie van 11 juni 2010;

Gelet op de beraadslaging van de gemeenteraad van 23 juni 2010, waarbij de gemeente Schaarbeek de gemeentelijke stedenbouwkundige verordening voor heel het grondgebied van de gemeente Schaarbeek definitief goedkeurt;

Overwegende dat uit het bij deze beraadslaging gevoegde dossier blijkt dat de formaliteiten voorgeschreven door het artikel 92 van het Brussels Wetboek van Ruimtelijke Ordening, vervuld zijn;

Overwegende dat de gemeentelijke stedenbouwkundige verordening van de gemeente Schaarbeek betrekking heeft op de opmaak van een nieuw verordenend instrument ter vervanging van het Algemeen Bouwreglement van 1948 dat nog moeilijk toe te passen is, daar de voorschriften ervan hetzij opgeheven zijn door de gewestelijke stedenbouwkundige verordening, hetzij verouderd geworden zijn door de evolutie van de bouwtechnieken, de gebruikte materialen en toegepaste milieutechnieken;

Overwegende dat de gemeentelijke stedenbouwkundige verordening betrekking heeft op de vijf volgende titels : - kenmerken van de bouwwerken en hun naaste omgeving (aspecten van de bouwwerken en de omgeving, behoud van klein erfgoed,...), - bewoonbaarheidsnormen voor woningen (kwaliteit van de woningen, vestiging van de woningen in het binnenterrein van het huizenblok...), - werven (beheer), - reclame en uithangborden (in het bijzonder de lichtreclames en verlichte reclameborden en de reclame op werfdekzeil), - antennes (private schotelantennes en hertzantennes);

Overwegende dat de gemeentelijke stedenbouwkundige verordening vooral het volgende beoogt : - de normen inzake de bouwwerken en hun naaste omgeving aanpassen aan de huidige technieken en bouwwijzen; - het bouwkundig erfgoed in aanmerking nemen en bewaren; - de nieuwe milieuaspecten integreren; - door een aangepast verordenend instrument de huidige wijze van wonen begeleiden, meer bepaald inzake de omvang van de woningen en hun dichtheid;

Overwegende dat de verordening geen aanleiding geeft tot fundamentele stedenbouwkundige bezwaren;

Op voorstel van de minister-president van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering, bevoegd voor Plaatselijke Besturen, Ruimtelijke Ordening, Monumenten en Landschappen, Stadsvernieuwing, Huisvesting, Openbare Netheid en Ontwikkelingssamenwerking;

Na beraadslaging, Besluit :

Artikel 1.Wordt goedgekeurd de gemeentelijke stedenbouwkundige verordening voor heel het grondgebied van de gemeente Schaarbeek, dat definitief werd goedgekeurd door de gemeenteraad tijdens de zitting van 11 juni 2010.

Art. 2.Het Algemeen Bouwreglement van de gemeente Schaarbeek goedgekeurd bij besluit van 27 januari 1948 evenals het gemeentelijk reglement op de « buitenplaatsing van paraboolantennes » goedgekeurd bij regeringsbesluit van 20 oktober 2005 worden opgeheven.

Art. 3.De minister bevoegd voor Stedenbouw, wordt belast met de uitvoering van dit besluit.

Brussel, 30 september 2010.

Voor de Brusselse Hoofdstedelijke Regering : De Minister-President van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering, bevoegd voor Plaatselijke Besturen, Ruimtelijke Ordening, Monumenten en Landschappen, Stadsvernieuwing, Huisvesting, Openbare Netheid en Ontwikkelingssamenwerking, Ch. PICQUE