Etaamb.openjustice.be
Besluit Van De Brusselse Hoofdstedelijke Regering van 06 mei 2010
gepubliceerd op 27 mei 2010

Besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering betreffende de onverenigbaarheden voor haar leden en Staatssecretarissen

bron
ministerie van het brussels hoofdstedelijk gewest
numac
2010031261
pub.
27/05/2010
prom.
06/05/2010
ELI
eli/besluit/2010/05/06/2010031261/staatsblad
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
links
Raad van State (chrono)
Document Qrcode

6 MEI 2010. - Besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering betreffende de onverenigbaarheden voor haar leden en Staatssecretarissen


De Brusselse Hoofdstedelijke Regering, Gelet op artikel 68 van de bijzondere wet van 8 augustus 1980Relevante gevonden documenten type wet prom. 08/08/1980 pub. 11/12/2007 numac 2007000980 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Bijzondere wet tot hervorming der instellingen. - Officieuze coördinatie in het Duits sluiten tot hervorming der instellingen;

Gelet op artikel 36 van de bijzondere wet van 12 januari 1989 met betrekking tot de Brusselse instellingen;

Gelet op het advies 47.384/1 van de Raad van State, gegeven op 24 november 2009 in toepassing van artikel 84, § 1, eerste lid, 1), van de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973;

Op de voordracht van de Minister-President van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest, belast met Plaatselijke Besturen, Ruimtelijke Ordening, Monumenten en Landschappen en Openbare Netheid;

Na beraadslaging, Besluit :

Artikel 1.Geen enkele Minister of Staatssecretaris mag een ander bezoldigd of onbezoldigd beroep of mandaat uitoefenen, hetzij in de openbare sector, hetzij in de privé-sector.

Dit verbod heeft geen betrekking op de mandaten van gemeenteraadslid, lid van de Raad voor Maatschappelijk Welzijn of politieraadslid, evenmin als op de mandaten die voortvloeien uit de functie van Minister of Staatssecretaris.

De Regering kan op uitdrukkelijk en met redenen omkleed verzoek van één van haar leden of staatssecretarissen gevalgebonden afwijkingen toestaan, onder meer voor zuivere eremandaten.

De lijst met de toegestane afwijkingen zal door de Regering aan het einde van ieder jaar bekendgemaakt worden in het Belgisch Staatsblad.

Art. 2.Geen enkele Minister of Staatssecretaris mag een andere bezoldiging ontvangen dan zijn of haar loon van Minister of Staatssecretaris.

Art. 3.Iedere Minister of Staatssecretaris is verplicht onmiddellijk aan de Regering de dossiers bekend te maken waarin hij of zij rechtstreeks of onrechtstreeks een belang van vermogensrechtelijke aard heeft dat verband houdt met een aan de Regering voorgelegde beslissing of handeling.

Iedere Minister of Staatssecretaris dient zich te onthouden van het nemen van een beslissing inzake deze dossiers en af te zien van deelname aan de beraadslagingen binnen de Regering daarover.

Indien teveel Ministers genoodzaakt zijn zich te onthouden, zijn de regels in verband met het quorum, vervat in artikel 4 van het Regeringsbesluit van 18 juli 2000, niet van toepassing.

Art. 4.Dit besluit treedt in werking op de eerste dag van de maand die volgt op zijn bekendmaking in het Belgisch Staatsblad.

Art. 5.De Minister-President ziet toe op de uitvoering van dit besluit.

Brussel, 6 mei 2010.

Voor de Brusselse Hoofdstedelijke Regering : De Minister-President van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering, bevoegd voor Plaatselijke Besturen, Ruimtelijke Ordening, Monumenten en Landschappen en Openbare Netheid, Ch. PICQUE De Minister van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering bevoegd voor Financiën, Begroting en Externe Betrekkingen, J.-L. VANRAES De Minister van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering, bevoegd voor Leefmilieu, Energie en Waterbeleid, Stadsvernieuwing, Brandbestrijding en Dringende Medische Hulp en Huisvesting, Mevr. E. HUYTEBROECK De Minister van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering, bevoegd voor Openbare Werken en Vervoer, Mevr. B. GROUWELS De Minister van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering, bevoegd voor Tewerkstelling, Economie, Buitenlandse Handel en Wetenschappelijk Onderzoek, B. CEREXHE

^