16 JANUARI 2003. - Besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering tot wijziging van het besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Executieve van 29 juni 1992 betreffende het Stedenbouwkundig College

De Brusselse Hoofdstedelijke Regering, Gelet op de Ordonnantie van 29 augustus 1991 houdende organisatie van de planning en de stedenbouw, gewijzigd bij de Ordonnanties van 23 november 1993, van 5 juni 1997, van 10 december 1999 en van 14 en 22 december 2000, inzonderheid op artikel 13;

Gelet op het besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Executieve van 29 juni 1992 betreffende het Stedenbouwkundig College, zoals gewijzigd door het besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering van 9 maart 1995 en inzonderheid op de artikelen 1, 2, 3 en 11;

Gelet op het advies van de Inspectie van Financiën van 19 november 2002;

Gelet op het advies van de Raad van State van 23 december 2002;

Overwegende dat het artikel 13 van de ordonnantie van 29 augustus 1991 houdende organisatie van de planning en de stedenbouw bepaalt dat : « Het Stedenbouwkundig College bestaat uit zes deskundigen benoemd door de Regering op een dubbele lijst van kandidaten voorgedragen door de Brusselse Hoofdstedelijke Raad. De mandaten worden voor zes jaar toegekend en zijn éénmaal hernieuwbaar. Het Stedenbouwkundig College wordt om de drie jaar vernieuwd voor de helft. De Regering bepaalt de organisatie en de werking van het Stedenbouwkundig College, de vergoeding van zijn leden alsmede de onverenigbaarheidsregels. Het secretariaat wordt door ambtenaren van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest waargenomen;

Overwegende sinds 9 december 1998, ondanks de frequente oproepen tot kandidaatstelling, het tot de maand oktober 2001 heeft geduurd, eer het Bureau van de Raad een dubbele lijst ter stemming aan de vergadering kon voorleggen, bij gebrek aan postulanten;

Overwegende bijgevolg dat de onverenigbaarheidsregels moeten worden versoepeld om het aantal kandidaten uit te breiden;

Op voordracht van de Minister-Voorzitter, Besluit :

Artikel 1.In artikel 1 van het besluit van de Executieve van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest van 29 juni 1992 betreffende het Stedenbouwkundig College worden de volgende wijzigingen aangebracht : « Van de onder artikel 13, tweede lid van de ordonnantie van 29 augustus 1991 houdende organisatie van de planning en de stedenbouw bedoelde experts, is er één magistraat of eremagistraat en verzekert het voorzitterschap van het College, op zijn minst één andere is houder van het diploma van doctor of licentiaat in de rechten, nog een andere is houder van het diploma van architect en een vierde is licentiaat in de kunstgeschiedenis en archeologie ».

Art. 2.In artikel 2 van het besluit van de Executieve van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest van 29 juni 1992 betreffende het Stedenbouwkundig College worden de volgende wijzigingen aangebracht : a) onder 1° worden de woorden « gemeentelijk, provinciaal, gewestelijk en nationaal » vervangen door de woorden « in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest en binnen de op zijn grondgebied gelegen gemeenten »;b) onder 2° worden de woorden « minister, staatssecretaris » toegevoegd aan het woord « burgemeester »;c) de 3° en 4° worden geschrapt .d) onder het vroegere 8°, dat 6° is geworden, worden de woorden « de bouwsector » vervangen door de woorden « de sector van de bouwbedrijven, namelijk de aannemers ».

Art. 3.In artikel 3 van hetzelfde besluit worden de volgende wijzigingen aangebracht : a) de woorden « vijfendertig jaar » worden vervangen door de woorden « dertig jaar »;b) de woorden « vijfenzeventig jaar » worden vervangen door de woorden « zeventig jaar »;

Art. 4.Dit besluit treedt in werking de dag waarop het in het Belgisch Staatsblad wordt bekendgemaakt.

De Minister tot wiens bevoegdheden Ruimtelijke Ordening behoort is belast met de uitvoering van deze beslissing.

Brussel, 16 januari 2003.

Voor de Brusselse Hoofdstedelijke Regering : F.-X. de DONNEA, Minister-Voorzitter van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering, Belast met Plaatselijke Besturen, Ruimtelijke Ordening, Monumenten en Landschappen, Stadsvernieuwing en Wetenschappelijk Onderzoek