MINISTERIE VAN HET BRUSSELS HOOFDSTEDELIJK GEWEST

5 OKTOBER 2000. - Besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering houdende goedkeuring van de beslissing van de Stad Brussel tot opheffing van het bijzonder bestemmingsplan nr. 45-13/14 « Papenvestwijk » en het gedeeltelijk gewijzigd bijzonder bestemmingsplan nr. 45-15 respectievelijk goedgekeurd bij de koninklijke besluiten van 5 juni 1961 en 17 april 1962

De Brusselse Hoofdstedelijke Regering, Gelet op de ordonnantie van 29 augustus 1991 houdende organisatie van de planning en de stedenbouw, inzonderheid op artikel 65bis tot 65quinquies;

Gelet op het gewestplan van de Brusselse Agglomeratie goedgekeurd bij koninklijk besluit van 28 november 1979 waarvan bepaalde schriftelijke en grafische stedenbouwkundige voorschriften opgeheven werden op 3 maart 1995.

Gelet op het gewestelijk ontwikkelingsplan goedgekeurd bij besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering van 3 maart 1995, waarvan de geschreven stedenbouwkundige voorschriften van de verordenende kaart van de bodembestemming alsook de verordenende kaart van de bodembestemming opgeheven werden op 16 juli 1998;

Gelet op het bijzonder bestemmingsplan nr. 45-13/14 « Papenvestwijk » goedgekeurd bij koninklijk besluit van 5 juni 1961;

Gelet op het bijzonder bestemmingsplan nr. 45-15 goedgekeurd bij koninklijk besluit van 17 april 1962 en het bijzonder bestemmingsplan nr. 60-27 « Hopwijk » goedgekeurd bij besluit van de Executieve van 6 mei 1993, waarbij door beide het bijzonder bestemmingsplan nr. 45-13/14 gedeeltelijk wordt gewijzigd;

Gelet op de beraadslaging van de gemeenteraad van 28 april 2000 van de Stad Brussel waarbij een ontwerpbeslissing, om de bijzondere bestemmingsplannen nr. 45-13/14 en 45-15 op te heffen, vergezeld van een verslag dat de opheffing verantwoord, wordt goedgekeurd;

Gelet op het advies van de overlegcommissie van 6 juni 2000;

Gelet op de beraadslaging van 26 juni 2000 van de gemeenteraad van de Stad Brussel waarbij de ontwerpbeslissing tot opheffing van de bijzondere bestemmingsplannen nr. 45-13/14 en 45-15 definitief wordt goedgekeurd;

Overwegende dat uit het bij deze beraadslaging gevoegde dossier blijkt dat de bij de artikelen 65ter en 65quater van de ordonnantie van 29 augustus 1991 voorgeschreven formaliteiten vervuld zijn;

Overwegende dat de bijzondere bestemmingsplannen nrs. 45-13/14 en 45-15, met name op het stuk van groene ruimte, met de hogere plannen niet overeenstemmen;

Overwegende dat de voor opheffing voorgestelde bijzondere bestemmingsplannen een hinderpaal vormen voor de uitvoering van diverse operaties i.v.m. het wijkcontract « Papenvestwijk » goedgekeurd door de Regering op 29 mei 1997;

Overwegende dat de inhoud van de bijzondere bestemmingsplannen achterhaald en onvoldoende is naar inhoud en vorm en dat het niet aan de wettelijke voorschriften van de ordonnantie beantwoordt;

Overwegende dat het behoud van de bijzondere bestemmingsplannen de goede plaatselijke aanleg in het gedrang brengt en dat het aangewezen is ze op te heffen;

Overwegende dat het gedeeltelijk wijzigend bijzonder bestemmingsplan nr. 60-27 « Hopwijk », goedgekeurd bij besluit van de Executieve van 6 mei 1993 niet bedoeld is in het opheffingsverzoek van de stad Brussel, Besluit : Enig artikel. De beslissing van de Stad Brussel tot opheffing van het bijzonder bestemmingsplan nr. 45-13/14 « Papenvestwijk » en het gedeeltelijk gewijzigd bijzonder bestemmingsplan nr. 45-15 (begrensd door de Onze-Lieve-Vrouw van Vaak-, de Vandenbranden-, de Schoot-, de Slotstraat, de Papenvest, de Léon Lepage-, de Antoine Dansaert- en de Moutstraat, de Oude Graanmarkt, de Kartuizers-, de Kogelstraat en de Papenvest; met uitzondering van de delen van de huizenblokken begrepen in het bijzonder bestemmingsplan nr. 60-27 « Hopwijk ») repectievelijk goedgekeurd bij de koninklijke besluiten van 5 juni 1961 en 17 april 1962, wordt goedgekeurd.

Brussel, 5 oktober 2000.

De Minister-Voorzitter van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering, belast met Plaatselijke Besturen, Ruimtelijke Ordening, Monumenten en Landschappen, Stadsvernieuwing en Wetenschappelijk Onderzoek, J. SIMONET De Staatssecretaris bij het Brussels Hoofdstedelijk Gewest, belast met Ruimtelijke Ordening, Stadsvernieuwing, Monumenten en Landschappen en Bezoldigd vervoer van personen, E. ANDRE