6 OKTOBER 1997. Besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering tot vastlegging van het ontwerp van gewestelijk ontwikkelingsplan tot wijziging van het gewestelijk ontwikkelingsplan, vastgelegd op 3 maart 1995 door de Brusselse Hoofdstedelijke Regering

De Brusselse Hoofdstedelijke Regering, Gelet op de ordonnantie van 29 augustus 1991 houdende organisatie van de planning en de stedenbouw, inzonderheid op artikel 20, § 2;

Gelet op het koninklijk besluit van 28 december 1972 inzake de voorstelling en de uitvoering van de ontwerpplannen en de gewestplannen;

Gelet op het besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering van 3 maart 1995 tot vastlegging van het Gewestelijk Ontwikkelingsplan;

Gelet op het besluit van 5 december 1996 houdende de beslissing tot wijziging van de bundel geschreven stedenbouwkundige voorschriften van de verordenende kaart van de bodembestemming van het Gewestelijk Ontwikkelingsplan, vastgelegd op 3 maart 1995;

Overwegende dat de terreinen van de "Scheutbos" op het grondgebied van Sint-Jans-Molenbeek en Anderlecht een gebied vormen dat thans bestaat uit uitgestrekte weiden, braakgronden, akkers, en niet-bebouwde beboste stukken grond;

Overwegende dat de voornoemde terreinen van uitzonderlijke kwaliteit zijn in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest, zowel op esthetisch en geschiedkundig vlak als op het vlak van fauna en flora;

Overwegende dat deze plaats, meer bepaald wat betreft de fauna en flora, een opmerkelijke verscheidenheid en rijkdom biedt;

Overwegende dat de bebouwing van deze terreinen de kwaliteiten van de Scheutbos teniet zouden doen;

Overwegende dat de geschreven voorschriften van het bestemmingsplan van het Gewestplan van de Brusselse agglomeratie, vastgelegd op 28 november 1979, de voornoemde terreinen bestemmen als reservegebied;

Overwegende dat de geschreven stedenbouwkundige voorschriften van de verordenende kaart van de bodembestemming van het Gewestelijk Ontwikkelingsplan, vastgelegd op 3 maart 1995, deze terreinen bestemmen als gebieden voor grondreserve en als perimeter van culturele, historische en esthetische waarde of voor stadsverfraaiing;

Overwegende dat deze voorschriften het mogelijk maken dit gebied te bebouwen, op voorwaarde dat bijzondere eisen worden nageleefd, een bijzonder bestemmingsplan aangenomen en de noodzaak van een herbestemming aangetoond;

Overwegende dat het behoud van deze opmerkelijke kwaliteiten van de Scheutbos een wijziging van deze voorschriften veronderstellen;

Overwegende dat de volgens het gewestplan en het Gewestelijk Ontwikkelingsplan voorziene bestemmingen aangepast moeten worden naar gelang van de kenmerken van de Scheutbos;

Overwegende dat een bestemming in een perimeter voor groene ruimte, om zo de plaats van de Scheutbos te behoeden voor iedere bebouwing, zich opdringt omwille van de uitzonderlijke kwaliteit van de betrokken terreinen, Besluit :

Artikel 1.De Brusselse Hoofdstedelijke Regering legt het ontwerp van Gewestelijk Ontwikkelingsplan tot wijziging van het Gewestelijk Ontwikkelingsplan, vastgelegd op 3 maart 1995, als volgt vast;

De grafische voorschriften van de verordenende kaart van de bodembestemming worden dermate gewijzigd dat de perimeter voor grondreserve en van culturele, historische en esthetische waarde of voor stadsverfraaiing, gelegen in Sint-Jans-Molenbeek en Anderlecht, genaamd Scheutbos, bestemd wordt als perimeter voor groene ruimten en onderworpen is aan voorschrift B.10 van de geschreven stedenbouwkundige voorschriften van het Gewestelijk Ontwikkelingsplan.

Art. 2.De Brusselse Hoofdstedelijke Regering legt het ontwerp van Gewestelijk Ontwikkelingsplan tot wijziging van het Gewestplan van de Brusselse agglomeratie, vastgelegd op 28 november 1979, als volgt vast : De grafische voorschriften van het bestemmingsplan worden dermate gewijzigd dat het reservegebied in Sint-Jans-Molenbeek en Anderlecht, genaamd Scheutbos, bestemd wordt als gebied voor groene ruimte en onderworpen is aan voorschrift 4.3 van de geschreven stedenbouwkundige voorschriften van het Gewestplan.

Art. 3.De Minister van Ruimtelijke Ordening is belast met de uitvoering van dit besluit.

Brussel, 6 oktober 1997.

Ch. PICQUE, Minister-Voorzitter van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering en Minister van Plaatselijke Besturen, Tewerkstelling, Huisvesting en Monumenten en Landschappen H. HASQUIN, Minister van Ruimtelijke Ordening, Openbare Werken en Vervoer