gepubliceerd op 03 september 2015
Afwijking op de ordonnantie van 1 maart 2012 betreffende het natuurbehoud Betreft : Afwijking op de artikelen 27, § 1, 19° en 88, § 1, 1°, van de ordonnantie betreffende het natuurbehoud. Beslissing : Overwegende de vraag van 7 Gelet op de ordonnantie van 1 maart 2012 betreffende het natuurbehoud (hierna "de ordonnantie (...)
BRUSSELS HOOFDSTEDELIJK GEWEST
Afwijking op de ordonnantie van 1 maart 2012 betreffende het natuurbehoud Betreft : Afwijking op de artikelen 27, § 1, 19° en 88, § 1, 1°, van de ordonnantie betreffende het natuurbehoud.
Beslissing : Overwegende de vraag van 7 mei 2015, waarbij de heer Jean-Luc DANAUX van de bvba Services JLM D, wonende in Ten Bosse 32A, 7880 Vloesberg, een afwijking vraagt om verboden middelen (biociden) te gebruiken voor het vangen en doden van ratten in het kader van de rattenbestrijding in de parken beheerd door Leefmilieu Brussel-BIM;
Gelet op de ordonnantie van 1 maart 2012 betreffende het natuurbehoud (hierna "de ordonnantie genoemd), meer in het bijzonder haar artikelen 27, § 1, 19°, 83, § 1, 2° tot 4° , 84, 85, 88, § 1, 1° en bijlage IV betreffende de methoden en middelen die verboden zijn bij het vangen en doden van zoogdieren, waaronder de vissen;
Gelet op het besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering van 8 mei 2014Relevante gevonden documenten type besluit van de brusselse hoofdstedelijke regering prom. 08/05/2014 pub. 11/07/2014 numac 2014031502 bron brussels hoofdstedelijk gewest Besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering betreffende het parkreglement van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest sluiten betreffende het parkreglement in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest, in het bijzonder zijn artikel 13;
Gelet op het advies van de Brusselse Hoge Raad voor Natuurbehoud van 28 mei 2015;
Overwegende dat de maatregel direct noch indirect nadelig is voor het behoud of herstel in een gunstige staat van instandhouding van de populaties van de betrokken soorten in hun natuurlijke verspreidingsgebied;
Overwegende dat de maatregel niet nadelig is voor de integriteit van de betrokken Natura 2000-sites, kent Leefmilieu Brussel-BIM de afwijking toe, mits de onderstaande voorwaarden in acht worden genomen.
Ontwikkelingen : Betrokken soort(en) : Bruine rat (Rattus norvegicus) zonder beperking van het aantal.
Redenen van de afwijking : in het belang van de volksgezondheid en de openbare veiligheid en om redenen die essentiële gunstige gevolgen voor het leefmilieu inhouden, in het belang van de bescherming van wilde dier- en plantensoorten, ter voorkoming van ernstige schade aan de bossen en wateren en met het oog op de gezondheid en het sanitair toezicht in de natuurreservaten (art. 83, § 1, 2° tot 4° en § 3, 2° ).
Voorwaarden : - Periode waarvoor de afwijking wordt toegestaan : van 1 juni 2015 tot 15 juni 2019 in het kader van een overheidsopdracht die de eiser verbindt aan Leefmilieu Brussel. - Plaatsen waar de afwijking kan worden uitgeoefend : de parken beheerd door Leefmilieu Brussel-BIM, de parken die zich in een Natura 2000-zone en natuurreservaten bevinden inbegrepen. - Voorwaarden om een eventueel risico te beperken : naleven van deze afwijking. - Bijzondere voorwaarden : - de biociden worden enkel indien nodig gebruikt; de gebruikte hoeveelheid wordt zo beperkt mogelijk gehouden in functie van de bestaande populaties die site per site door een voorafgaande inspectie en/of t.g.v. een camerabewaking worden vastgesteld; - de biociden worden enkel gedurende een beperkte tijdspanne geplaatst; de niet-geconsumeerd blokken worden verwijderd van zodra ze overbodig zijn geworden; - alle voorzorgsmaatregelen moeten worden genomen om te vermijden dat andere niet-beoogde soorten het slachtoffer van de gebruikte producten zouden worden; - de biociden mogen niet in de betrokken parken worden opgeslagen; - een jaarlijks verslag moet worden bezorgd met een balans van eventuele andere exemplaren van diersoorten die naast de bruine rat (Rattus norvegicus) door de gebruikte producten werden gedood, met vermelding van het aantal van elke soort; - een eindverslag over de uitvoering van deze afwijking moet aan het Brussels Instituut voor Milieubeheer worden bezorgd en dat binnen een termijn van 3 maanden, te tellen vanaf de volledige uitvoering van de toegestane afwijking.
Uitvoering : - Gebruikte middelen, installaties en methodes : biociden (Probloc, 21g met Difenacum als actieve stof in een concentratie van 0,005 %) op basis van voorafgaande inspecties. Een controle moet worden uitgevoerd 4 tot 7 dagen na het plaatsen van het product op elke site waar het product werd geplaatst. De sectorhoofden van de betrokken parken zullen systematisch op de hoogte gebracht worden van zodra een monster van het product wordt geplaatst. - Toepasselijke beperkingen : voorwaarden bepaald door deze afwijking. - Bevoegde instantie om deze te bepalen: Leefmilieu Brussel - BIM - Toegestane methodes voor vangen/doden : gebruik van biociden - Bestemming van de betrokken dieren of hun stoffelijk overschot : de stoffelijke overschotten zullen worden behandeld overeenkomstig de wetgeving inzake afval en de behandeling van dierenkadavers; - Deze beslissing moet tijdens elke controle kunnen worden voorgelegd.
Controle : - Bevoegde instantie : Leefmilieu Brussel - BIM - Uit te voeren controles: naleving van de voorwaarden van deze afwijking.
Deze beslissing is individueel, persoonlijk en niet-overdraagbaar.
Bij betwisting van deze beslissing kan beroep worden aangetekend bij het Milieucollege, C.C.N. Vooruitgangsstraat 80 in 1030 Brussel, overeenkomstig artikel 89, § 1, van de ordonnantie van 1 maart 2012 betreffende het natuurbehoud. U beschikt over een termijn van 30 dagen, te tellen vanaf deze kennisgeving, om via aangetekend schrijven beroep aan te tekenen.
Opgemaakt te Brussel, op 6 juni 2015 R. PEETERS, Adjunct-directrice-generaal.
F. FONTAINE, Directeur-generaal.