Etaamb.openjustice.be
Beschikking van 22 februari 2024
gepubliceerd op 26 februari 2024

Ordonnantie tot wijziging van de Nieuwe Gemeentewet

bron
brussels hoofdstedelijk gewest
numac
2024001665
pub.
26/02/2024
prom.
22/02/2024
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
Document Qrcode

22 FEBRUARI 2024. - Ordonnantie tot wijziging van de Nieuwe Gemeentewet (1)


Het Brusselse Hoofdstedelijke Parlement heeft aangenomen en Wij, Regering, bekrachtigen, hetgeen volgt :

Artikel 1.Deze ordonnantie regelt een aangelegenheid als bedoeld in artikel 39 van de Grondwet.

Art. 2.In het opschrift van Titel I, Hoofdstuk I, Afdeling 5 van de Nieuwe Gemeentewet, laatst gewijzigd bij ordonnantie van 6 juli 2022, worden de woorden "en ambtskledij" opgeheven.

Art. 3.In artikel 21, tweede lid, van dezelfde wet, gewijzigd bij de ordonnantie van 17 juli 2020, worden de woorden "de ambtskledij of" opgeheven.

Art. 4.In artikel 84 van dezelfde wet, gewijzigd bij ordonnanties van 27 februari 2014 en 17 juli 2020, worden de volgende wijzigingen aangebracht: 1° de tweede paragraaf wordt aangevuld met de volgende leden: "De gemeenteraadsleden hebben toegang tot de notulen van het college van burgemeester en schepenen en van de gemeenteraad, inzonderheid via elektronische weg.Deze notulen blijven beschikbaar op papier bij het secretariaat van het college.

Naast de voornoemde notulen, kunnen zij tevens de elektronische verzending, indien mogelijk, van de akten en stukken betreffende het bestuur van de gemeente vragen.

In het kader van de raadpleging van de informatie zoals bedoeld in voorgaande leden, vallen ze onder het beroepsgeheim als bedoeld in artikel 458 van het Strafwetboek wanneer de geraadpleegde informatie persoonsgegevens bevat."; 2° in de derde paragraaf worden de woorden "tot geheimhouding verplicht." vervangen door de woorden "gebonden aan het beroepsgeheim als bedoeld in artikel 458 van het Strafwetboek."; 3° het artikel wordt aangevuld met een paragraaf 4, luidende: " § 4.Het college van burgemeester en schepenen meldt de publicatie van de notulen van de gemeentecolleges aan elk lid van de gemeenteraad.".

Art. 5.In artikel 87 van dezelfde wet, gewijzigd bij de ordonnanties van 27 februari 2014 en 29 oktober 2020, worden de volgende wijzigingen aangebracht: 1° het tweede lid van paragraaf 1 wordt aangevuld met de volgende zin: "Elk agendapunt waarvoor een beslissing moet worden genomen, moet vergezeld gaan van een beraadslagingsontwerp."; 2° paragraaf 5 wordt opgeheven.

Art. 6.In artikel 87bis, eerste lid, van dezelfde wet, gewijzigd bij de ordonnanties van 17 juli 2003, 5 maart 2009 en 17 juli 2020, wordt aangevuld met wat volgt: "De beraadslagingsontwerpen en desgevallend de verklarende synthesenota's, bedoeld in artikel 87, § 1, tweede lid, worden ter kennis gebracht van het publiek via bekendmaking op de gemeentelijke website uiterlijk de dag vóór deze van de vergadering van de gemeenteraad.

Niettegenstaande het vorige lid worden beraadslagingsontwerpen en verklarende synthesenota's met persoonsgegevens niet ter kennis gebracht van het publiek.".

Art. 7.Artikel 89bis van dezelfde wet, gewijzigd bij de ordonnanties van 20 juli 2006 en 23 juli 2012, wordt opgeheven.

Art. 8.In artikel 100, vierde lid, van dezelfde wet worden de woorden "met uitzondering van de schepenen," ingevoegd tussen het woord "kandidaten," en het woord "benoemingen".

Art. 9.In artikel 117 van de Nieuwe Gemeentewet, wordt een nieuw lid tussen lid 1 en lid 2 ingevoerd, dat luidt als volgt: "Onverminderd specifieke wetgeving die de vaststelling van een retributie voor een bepaalde situatie verbiedt, is de raad bevoegd bij reglement retributies vast te stellen.".

Art. 10.Artikel 250 van dezelfde wet wordt vervangen als volgt: "

Art. 250.Na ordonnancering door het college van burgemeester en schepenen, worden de betalingsbevelschriften ondertekend door de burgemeester en medeondertekend door de secretaris, hetzij individueel, hetzij onder vorm van een lijst.".

Art. 11.In dezelfde wet wordt een titel XIV/1 ingevoegd, die de artikelen 317/1, 317/2 en 317/3 bevat, luidende: "TITEL XIV/1 - Inspraakrecht van de burgers

Artikel 317/1.In overeenstemming met artikel 28 van de Grondwet heeft iedereen het recht om verzoekschriften in te dienen bij de organen van de gemeente. Het huishoudelijk reglement legt de procedure voor de behandeling van verzoekschriften vast.

De inwoners van de gemeente kunnen zich ook uitdrukken bij de gemeentelijke overheden via een interpellatie voor de gemeenteraad of een bemiddeling georganiseerd door het college.

Artikel 317/2.§ 1. Vijfentwintig inwoners van de gemeente kunnen een verzoek tot interpellatie indienen bij de gemeente.

Om ontvankelijk te zijn, moet de interpellatie: 1° in het Nederlands of Frans opgesteld zijn;2° betrekking hebben op: - een onderwerp van gemeentelijk belang in de zin van artikel 117; - een onderwerp dat onder de beslissingsbevoegdheid van het college of van de gemeenteraad valt; - een onderwerp dat onder de adviesbevoegdheid van het college of van de gemeenteraad valt, voor zover het voorwerp van deze bevoegdheid het gemeentelijke grondgebied betreft; 3° algemene draagwijdte hebben;4° overeenkomstig het Europees verdrag tot bescherming van de rechten van de mens en de fundamentele vrijheden zijn;5° geen betrekking hebben op een persoonlijke kwestie;6° niet van racistische, xenofobe of discriminerende aard zijn;7° geen verzoek om statistische informatie zijn;8° geen verzoek om documentatie zijn;9° niet uitsluitend bedoeld zijn om juridisch advies in te winnen;10° geen betrekking hebben op een aangelegenheid die behandeld wordt tijdens zittingen achter gesloten deuren;11° niet reeds voorkomen op de agenda van de raad;12° niet het voorwerp uitmaken van een verzoek in de loop van de laatste zes maanden;13° niet ingediend worden binnen een periode van zes maanden vóór de gemeenteraadsverkiezingen. Het college beslist over de ontvankelijkheid van de interpellatie. De beslissing van onontvankelijkheid wordt met bijzondere redenen omkleed tijdens de zitting van de gemeenteraad.

Voor het overige wordt de procedure voor de ontvankelijkheid van de interpellaties geregeld door de bepalingen van het huishoudelijk reglement met betrekking tot de punten die op de agenda werden geplaatst door de leden van de raad die geen leden van het college zijn.

De lijst met de verzoeken tot interpellatie wordt vóór elke zitting meegedeeld aan de leden van de gemeenteraad. § 2. Het college kan beslissen om de interpellatie door te verwijzen naar de gemeenteraad of een burgerbemiddeling te organiseren met de ondertekenaars om tot een overlegde oplossing te komen over een kwestie waarvoor de gemeente bevoegdheid is, zoals beschreven in artikel 317/3. § 3. Indien de interpellatie door het college doorverwezen wordt naar de gemeenteraad, plaatst de voorzitter van de raad of, bij ontstentenis van een verkozen voorzitter van de raad in toepassing van artikel 8bis, het college van burgemeester en schepenen de interpellatie in chronologische volgorde van de ontvangst van de verzoeken op de agenda van de volgende zitting, met dien verstande dat hoogstens drie interpellaties op de agenda van eenzelfde zitting ingeschreven kunnen worden. En dat binnen een termijn van minstens zeven volle dagen vóór de bijeenkomst van de gemeenteraad.

De uiteenzetting van de interpellatie vindt plaats bij het begin van de zitting. De burgemeester of het lid van het college dat bevoegd is voor dit punt, antwoordt staande de vergadering op de interpellatie.

Voor het overige bepaalt het huishoudelijk reglement de nadere regels voor de indiening van de interpellaties van de inwoners, alsook de procedure tijdens de zitting.

De raad verzekert de openbaarheid van de interpellatieprocedure voor de inwoners, inzonderheid via een publicatie ad hoc op de website van de gemeente.

Artikel 317/3.§ 1. Indien het college beslist een bemiddeling in te stellen, organiseert het minstens één bijeenkomst tijdens de maand volgend op de beslissing om de bemiddeling op te starten; als deze termijn loopt tussen 1 juli en 31 augustus, wordt hij naar verhouding verlengd.

Bij het einde van de bemiddelingsprocedure, stelt het college van burgemeester en schepenen een verslag op.

Uiterlijk zes maanden na de opstart van de bemiddeling, informeert de gemeente de burgers: 1° dat de bemiddeling resultaat bereikt heeft, of 2° dat er geen akkoord kon bereikt worden, of 3° dat de bemiddeling nog lopende is en dat bijkomende informatie zal gegeven worden bij het einde van de procedure en sowieso binnen de zes maanden. § 2. Honderd inwoners van de gemeente kunnen een verzoek tot bemiddeling indienen bij het college onder de ontvankelijkheidsvoorwaarden zoals bedoeld in artikel 317/2, § 1, tweede lid.

De bemiddeling verloopt volgens de modaliteiten voorzien onder paragraaf 1 van dit artikel.".

Art. 12.Deze ordonnantie treedt in werking tien dagen na de bekendmaking in het Belgisch Staatsblad, met uitzondering van artikel 5, 1°, en van artikel 6, die in werking treden twee maanden na de bekendmaking ervan in het Belgisch Staatsblad.

Kondigen deze ordonnantie af, bevelen dat ze in het Belgisch Staatsblad zal worden bekendgemaakt.

Brussel, 22 februari 2024.

De Minister-President van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering, belast met Territoriale Ontwikkeling en Stadsvernieuwing, Toerisme, de promotie van het Imago van Brussel en Biculturele zaken van gewestelijk belang, R. VERVOORT De Minister van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering, belast met Mobiliteit, Openbare Werken en Verkeersveiligheid, E. VAN den BRANDT De Minister van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering, belast met Klimaattransitie, Leefmilieu, Energie en Participatieve Democratie, A. MARON De Minister van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering, belast met Financiën, Begroting, Openbaar Ambt, de Promotie van Meertaligheid en van het Imago van Brussel, S. GATZ De Minister van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering, belast met Werk en Beroepsopleiding, Digitalisering en de Plaatselijke Besturen, B. CLERFAYT _______ Nota (1) Documenten van het Parlement: Gewone zitting 2023-2024 A-808/1 Ontwerp van ordonnantie A-808/2 Verslag Integraal verslag: Bespreking en aanneming: vergadering van vrijdag 9 februari 2024

^