Etaamb.openjustice.be
Beschikking van 02 maart 2023
gepubliceerd op 04 april 2023

Ordonnantie tot wijziging van de ordonnantie van 1 maart 2007 betreffende de bescherming van het leefmilieu tegen de eventuele schadelijke effecten en hinder van niet-ioniserende stralingen, de ordonnantie van 5 juni 1997 betreffende de milieuvergunningen en de ordonnantie van 2 mei 2013 houdende het Brussels Wetboek van Lucht, Klimaat en Energiebeheersing

bron
brussels hoofdstedelijk gewest
numac
2023030631
pub.
04/04/2023
prom.
02/03/2023
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
Document Qrcode

2 MAART 2023. - Ordonnantie tot wijziging van de ordonnantie van 1 maart 2007 betreffende de bescherming van het leefmilieu tegen de eventuele schadelijke effecten en hinder van niet-ioniserende stralingen, de ordonnantie van 5 juni 1997 betreffende de milieuvergunningen en de ordonnantie van 2 mei 2013 houdende het Brussels Wetboek van Lucht, Klimaat en Energiebeheersing (1)


Het Brusselse Hoofdstedelijke Parlement heeft aangenomen en Wij, Regering, bekrachtigen, hetgeen volgt : Hoofdstuk 1. - Inleidende bepaling

Artikel 1.Deze ordonnantie regelt een aangelegenheid zoals bedoeld in artikel 39 van de Grondwet.

Deze ordonnantie voorziet in de gedeeltelijke omzetting van richtlijn (EU) 2018/1972 van het Europees Parlement en de Raad van 11 december 2018 tot vaststelling van het Europees Wetboek voor elektronische communicatie.

Hoofdstuk 2. - Wijzigingen van de ordonnantie van 1 maart 2007 betreffende de bescherming van het leefmilieu tegen de eventuele schadelijke effecten en hinder van niet-ioniserende stralingen

Art. 2.Aan artikel 2 van de ordonnantie van 1 maart 2007 betreffende de bescherming van het leefmilieu tegen de eventuele schadelijke effecten en hinder van niet-ioniserende stralingen, zoals gewijzigd door de ordonnantie van 3 april 2014 en gedeeltelijk vernietigd door arrest nr. 12/2016 van het Grondwettelijk Hof, worden de volgende wijzigingen aangebracht : a) in paragraaf 1 wordt punt 2° vervangen door hetgeen volgt : « 2° « publiek toegankelijke binnenruimten » : lokalen in een gebouw waarin mensen op regelmatige basis kunnen verblijven, in het bijzonder woonruimten, hotels, scholen, kinderdagverblijven, ziekenhuizen, bejaardentehuizen en gebouwen bestemd voor regelmatig gebruik als sport- en speelruimte ;2° /1 « publiek toegankelijke buitenruimten » : plaatsen in de openlucht of daarmee vergelijkbaar die toegankelijk zijn voor het publiek, in het bijzonder tuinen, binnenplaatsen van huizenblokken, parkgebieden, speelplaatsen en balkons, al dan niet overdekte terrassen van gebouwen, garageboxen, tuinhuizen, wintertuinen, oranjerieën en andere vergelijkbare veranda's ;» ; b) in paragraaf 1, 4°, c) wordt het punt vervangen door een puntkomma ;c) paragraaf 1 wordt aangevuld met punten 5°, 6°, 7°, 8°, 9° en 10° die als volgt luiden : « 5° « antenne » : uitzendsysteem ontworpen om door middel van elektromagnetische golven een signaal voor radio-telecommunicatie uit te zenden ;6° « operator » : elke rechtspersoon die het recht heeft om uit te zenden, alsook de verbonden of geassocieerde vennootschappen in de zin van het Wetboek van vennootschappen en verenigingen, met uitzondering van broadcast-operatoren ; 7° « broadcast-operator » : netoperator zoals bedoeld in artikel 1.3-1, 33°, van het decreet van de Franse Gemeenschap van 4 februari 2021 betreffende audiovisuele mediadiensten en videoplatformdiensten of in artikel 2, 22°, van het Vlaams decreet van 27 maart 2009Relevante gevonden documenten type decreet prom. 27/03/2009 pub. 30/04/2009 numac 2009035356 bron vlaamse overheid Decreet betreffende radio-omroep en televisie sluiten betreffende radio-omreef en televisie ; 8° « noodsituatie » : elke punctuele gebeurtenis die schadelijke gevolgen voor het maatschappelijk leven veroorzaakt of kan veroorzaken zoals een ernstige verstoring van de openbare veiligheid, een ernstige bedreiging ten opzichte van het leven of de gezondheid van personen en/of ten opzichte van belangrijke materiële belangen, en waarbij de coördinatie van de bevoegde actoren, inclusief de disciplines, is vereist om de dreiging weg te nemen of om de nefaste gevolgen van de gebeurtenis te beperken ;9° « OMC (Operations and Maintenance Center) » : technisch basiselement van een netwerk dat bedoeld is om het beheer ervan te verzekeren en dat met name een overzicht van de op het netwerk gebruikte parameterinstellingen en de meters en statistieken bevat ;10° « UrbIS-Adm 3D-databank » : databank die gegevens bevat met een unieke en oorspronkelijke waarde voor het Brussels Hoofdstedelijk Gewest en die specifieke waarborgen biedt met betrekking tot de nauwkeurigheid, volledigheid en beschikbaarheid van de informatie, zoals bedoeld in de bijlage bij het samenwerkingsakkoord van 18 april 2014Relevante gevonden documenten type samenwerkingsakkoord prom. 18/04/2014 pub. 25/09/2014 numac 2014205552 bron federale overheidsdienst kanselarij van de eerste minister Samenwerkingsakkoord tussen de Federale Staat, het Vlaamse Gewest, het Waalse Gewest en het Brusselse Hoofdstedelijk Gewest met betrekking tot de Coördinatiestructuur voor patrimoniuminformatie sluiten tussen de federale Staat, het Vlaams Gewest, het Waals Gewest en het Brussels Hoofdstedelijk Gewest met betrekking tot de Coördinatiestructuur voor patrimoniuminformatie.» ; d) paragraaf 2, lid 2, wordt vervangen door hetgeen volgt : « De bepalingen van deze ordonnantie zijn niet van toepassing in noodsituaties.».

Art. 3.In artikel 3 van dezelfde ordonnantie, zoals vervangen door de ordonnantie van 3 april 2014, worden de volgende wijzigingen aangebracht : a) in paragraaf 1 worden leden 2 tot 4 opgeheven ;b) er wordt een paragraaf 1/1 ingevoegd die als volgt luidt : « § 1/1.Onverminderd de bepalingen van paragrafen 1/3 en 4, geldt voor alle publiek toegankelijke binnen- en buitenruimten dat de vermogensdichtheid van de straling van de niet-ioniserende stralingen op geen enkel moment de volgende waarden mag overschrijden in publiek toegankelijke binnenruimten ( Sint ) en in publiek toegankelijke buitenruimten ( Sext ) :

Fréquences

Sext

Sint

Frequenties

Sext

Sint

(W/m2)

(W/m2)

(W/m2)

(W/m2)

0.1 à 400 MHz

0,2497

0,0994

0.1 tot 400 MHz

0,2497

0,0994

400 à 2000 MHz

f / 1597,28

f / 4012,19

400 tot 2000 MHz

f / 1597,28

f / 4012,19

2 à 300 GHz

1,2539

0,4992

2 tot 300 GHz

1,2539

0,4992


waarbij f de frequentie uitgedrukt in MHz is.

Ter indicatie : bij 900 MHz komt de norm Sint = 0.2243 W/m2 overeen met een elektrisch veld van Eint = 9,19 V/m ; terwijl de norm Sext = 0.5635 W/m2 overeenkomt met een elektrisch veld van Eext = 14,57 V/m.

In afwijking van het eerste lid gelden de vermogensdichtheden van de straling van niet-ioniserende stralingen die op publiek toegankelijke buitenruimten van toepassing zijn, ook voor publiek toegankelijke binnenruimten wanneer de buitenramen of -deuren van deze ruimten openstaan. » ; c) er wordt een paragraaf 1/2 ingevoegd die als volgt luidt : « § 1/2.Voor samengestelde elektromagnetische velden gelden de volgende limietwaarden voor elektromagnetische velden in publiek toegankelijke binnen- en buitenruimten :

Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld waarbij : - Si overeenkomt met de vermogensdichtheid bij frequentie i ; - Sri overeenkomt met de limietwaarde voor de vermogensdichtheid bij frequentie i zoals gedefinieerd in de tabel bedoeld in § 1/1 van dit artikel.

De vermogensdichtheid van de straling wordt berekend en/of gemeten volgens de modaliteiten die vastgelegd zijn door de Regering, met name op basis van de adviezen en aanbevelingen van de bevoegde internationale instanties. » ; d) er wordt een paragraaf 1/3 ingevoegd, die als volgt luidt : « § 1/3.Antennes die niet-ioniserende stralingen in het frequentiebereik van 20 GHz tot 300 GHz genereren, zijn verboden op het Brusselse grondgebied. De Regering is gemachtigd om die antennes toe te staan met inachtneming van de vergunningen die door andere beleidsniveaus zijn afgeleverd.

De antennes voor straalverbindingen vallen niet onder het in het vorige lid bedoelde verbod. » ; e) in paragraaf 2, eerste lid, wordt het woord « negen » vervangen door de woorden « tussen zeven en dertien » ;f) in paragraaf 2, derde lid, worden de woorden « de economische eisen en de volksgezondheidseisen » vervangen door de woorden « de economische eisen en de eisen op het vlak van volksgezondheid en respect voor het leefmilieu » ;g) in paragraaf 2, derde lid, wordt de zin « Dat verslag wordt op de website van het Brussels Instituut voor Milieubeheer gepubliceerd binnen drie maanden na de ontvangst ervan door de Regering » vervangen door de zin « De Regering stelt het verslag jaarlijks voor aan het Parlement, en Leefmilieu Brussel publiceert het op zijn website binnen drie maanden na de ontvangst ervan door de Regering » ;h) in paragraaf 2, derde lid, wordt de zin « Het eerste verslag zal uiterlijk op 1 september 2014 aan de Regering worden bezorgd.» opgeheven ; i) in paragraaf 2, vierde lid, worden de woorden « de exploitanten van toestellen die niet-ioniserende stralingen kunnen opwekken of doorzenden » en het Brussels Instituut voor Milieubeheer » vervangen door respectievelijk de woorden « de operatoren en broadcast-operatoren » en « Leefmilieu Brussel en Brussel Stedenbouw en Erfgoed » ;j) paragraaf 2 wordt aangevuld met twee leden die als volgt luiden : « Het Comité brengt advies uit over elk ontwerp van wijziging van deze ordonnantie en over de goedkeuring of wijziging van zijn uitvoeringsmaatregelen. Het Comité kan samenwerken met eender welke wetenschappelijke expert of groep van experten op internationaal, federaal, regionaal of lokaal niveau. » ; k) er wordt een paragraaf 3 ingevoegd die als volgt luidt : « § 3.De Regering sluit met de operatoren een handvest met gedragsregels om met name de burgers een zo groot mogelijke transparantie te garanderen met betrekking tot de ontwikkeling van de mobiele-telefonienetwerken, om op technisch vlak maar ook inzake leefmilieu of volksgezondheid één of meer gedragslijnen voor de operatoren vast te leggen, en/of om doelstellingen voor de operatoren voorop te stellen met betrekking tot het beheer van de afvalstoffen die verband houden met de ontwikkeling van de netwerken voor mobiele telefonie.

De operatoren kunnen gezamenlijk een milieuovereenkomst met het Gewest sluiten, wijzigen of hernieuwen conform de bepalingen van de ordonnantie van 29 april 2004 betreffende de milieuovereenkomsten. » ; l) er wordt een paragraaf 4 ingevoegd die als volgt luidt : « § 4.In geval van overschrijding van de in paragraaf 1/1 bedoelde normen is deze paragraaf van toepassing.

De operatoren van wie de antennes aan de overschrijding van de in paragraaf 1/1 bedoelde normen bijdragen, verminderen het elektrisch veld dat door hun antennes wordt uitgezonden, zodat de in paragraaf 1/1 bedoelde normen worden nageleefd, desgevallend in onderling overleg en in overleg met de broadcast-operatoren.

De broadcast-operatoren van wie de antennes aan de overschrijding van de in paragraaf 1/1 bedoelde normen bijdragen, verstrekken aan de operatoren en aan Leefmilieu Brussel alle technische informatie betreffende de niet-ioniserende stralingen van de betrokken antennes indien die verschilt van de informatie die krachtens artikel 4 wordt verstrekt.

De Regering kan de modaliteiten van dit overleg nader omschrijven, alsook de door de operatoren toe te passen methode om, indien nodig, hun respectieve aandeel te beperken in de vermogensdichtheid die mee verantwoordelijk is voor de overschrijding van de in paragraaf 1/1 bedoelde normen. De Regering omschrijft nader de modaliteiten in geval van akkoord tussen de operatoren evenals de verplichtingen die hen kunnen worden opgelegd bij afwezigheid van een akkoord.

Indien de verplichtingen waaraan de operatoren op grond van het voorgaande lid onderworpen zijn of enige andere door de operatoren of broadcast-operatoren genomen maatregelen het niet mogelijk maken om de vermogensdichtheid van de betreffende antennes in voldoende mate te verminderen om de naleving van de in paragraaf 1/1 bedoelde normen te verzekeren, wordt in afwijking van paragraaf 1/1 bepaald dat alleen de operatoren die bij de overschrijding betrokken zijn, verplicht zijn om - gezamenlijk en rekening houdend met de overeenkomstig lid 3 en artikel 4 verstrekte informatie - 42,6 % en 17 % van de in paragraaf 1/1 bedoelde normen te respecteren in respectievelijk publiek toegankelijke binnenruimten en publiek toegankelijke buitenruimten.

Het in voorgaand lid bedoelde uitzonderingsstelsel mag op geen enkel moment hogere vermogensdichtheden van de straling van niet-ioniserende stralingen in publiek toegankelijke binnenruimten en publiek toegankelijke buitenruimten impliceren dan deze bedoeld in Aanbeveling 1999/519/EG van de Raad van 12 juli 1999 betreffende de beperking van blootstelling van het algemene publiek aan elektromagnetische velden (0 Hz tot 300 GHz) en hun toekomstige aanpassingen, en mag slechts betrekking hebben op maximaal 0,0065 % van de bodemoppervlakte en de buitenschil van de gebouwen van de UrbIS-Adm 3D-databank. De Regering is gemachtigd om lagere grenzen vast te stellen. Leefmilieu Brussel houdt voor de Regering en het Comité een geactualiseerde lijst bij van alle gevallen waarin het in lid 5 bedoelde stelsel van toepassing is. ».

Art. 4.§ 1. In dezelfde ordonnantie wordt de volgende titel ingevoegd na artikel 3 : « Algemene verplichting van de operatoren en de broadcast-operatoren ». § 2. In dezelfde ordonnantie wordt, onder de titel die door paragraaf 1 wordt ingevoegd, een artikel 3/1 ingevoegd dat als volgt luidt : «

Art. 3/1.Onverminderd artikel 3 moet elke operator en elke broadcast-operator die op het grondgebied van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest een antenne uitbaat, op ieder moment kunnen aantonen dat de in artikel 3 bedoelde immissienorm wordt nageleefd, en in staat zijn om onmiddellijk alle nodige maatregelen te nemen zodra hij op eender welke wijze verneemt dat de in artikel 3 bedoelde immissienorm niet wordt nageleefd. ».

Art. 5.§ 1. De titel « Informatieplicht ten laste van de uitbaters » tussen artikel 3/1 en artikel 4 van dezelfde ordonnantie wordt vervangen door de titel « Informatieplicht ten laste van de operatoren en de broadcast-operatoren ». § 2. Artikel 4 van dezelfde ordonnantie wordt vervangen door hetgeen volgt : «

Art. 4.§ 1. De operatoren en de broadcast-operatoren zijn verplicht om Leefmilieu Brussel, Brussel Stedenbouw en Erfgoed, en de gemeente op wier grondgebied de antennes gevestigd zijn, in te lichten over de uitbatingskenmerken van alle antennes die niet-ioniserende straling uitzenden en waarvan de lijst door de Regering vastgesteld is. Deze kenmerken zijn met name de plaats en de exacte positie van de vestiging, het stralingsdiagram, het type antenne, de emissiefrequenties, de elevatiehoek van de antennes, de hoogte en de afmetingen van de antenne en het uitgestraalde vermogen van de stralingen. De Regering kan de lijst van deze kenmerken specificeren, differentiëren in functie van de geadresseerden of de types van antennes of andere kenmerken toevoegen, alsook een termijn voor en wijze van toezending van deze kenmerken bepalen.

Wanneer een antenne zich op minder dan 200 meter van een gemeentegrens bevindt, wordt deze verplichting uitgebreid tot de betreffende aangrenzende gemeente. § 2. De operatoren en de broadcast-operatoren zijn verplicht om Leefmilieu Brussel op diens eerste verzoek alle gevraagde informatie te bezorgen, desgevallend met inbegrip van een uittreksel uit hun gegevensbank met gegevens inzake de netwerkconfiguratie die van het OMC (Operations and Maintenance Center) komen. Dit uittreksel of eender welke andere informatie kan betrekking hebben op alle door Leefmilieu Brussel gespecificeerde antennes en dient elektronisch te worden overgemaakt binnen 20 dagen na de ontvangst van het verzoek. De gegevens bevatten minstens de maximale vermogens van de bakens bij het verlaten van de technische kasten, het aantal draagfrequenties en de elektrische tilts, indien deze van op afstand vanuit het OMC (Operations and Maintenance Center) worden geconfigureerd. Leefmilieu Brussel mag de vorm van het te bezorgen uittreksel bepalen, evenals de gegevens die het dient te bevatten. § 3. De operatoren van wie de lijst door de Regering vastgelegd is, bezorgen Leefmilieu Brussel jaarlijks een verslag aangaande de energie-efficiëntie voor elke technologie en het energieverbruik van de antennes en hun netwerk. De Regering bepaalt de minimale inhoud van dit verslag. ».

Art. 6.Artikel 5 van dezelfde ordonnantie wordt aangevuld met een lid dat als volgt luidt : « De Regering kan voorzien in verschillende en specifieke stelsels voor bepaalde types van antennes naargelang van hun bijzondere eigenheden. ».

Art. 7.In artikel 8 van dezelfde ordonnantie, zoals gewijzigd door de ordonnantie van 3 april 2014, worden de volgende wijzigingen aangebracht : a) paragraaf 1 wordt vervangen door hetgeen volgt : « § 1.De Regering wordt belast met het bijwerken en openbaar maken van een kadaster van de antennes waarvan de lijst door de Regering vastgesteld is. Dit kadaster bevat de technische gegevens van elk van de antennes, met name de precieze locatie van de antenne, het type, de afmetingen, de oriëntatie, het uitzendvermogen en de andere technische gegevens waarmee de vermogensdichtheid in publiek toegankelijke ruimten kan worden bepaald. De Regering kan de technische gegevens preciseren en andere kenmerken toevoegen.

Dit kadaster van de antennes wordt bekendgemaakt op de website van Leefmilieu Brussel zodat elke burger op elk moment bij Leefmilieu Brussel een klacht kan indienen met betrekking tot de naleving van de in artikel 3 bedoelde immissienorm en/of de naleving van de uitbatingsvoorwaarden van de betreffende antennes. Onverminderd de van toepassing zijnde sancties en andere maatregelen waarin deze ordonnantie voorziet, neemt Leefmilieu Brussel, indien het de klacht gegrond acht, maatregelen om de naleving van de bepalingen van deze ordonnantie te waarborgen. » ; b) paragraaf 2, eerste lid, wordt vervangen door hetgeen volgt : « De Regering stelt een kadaster samen van de daken van gebouwen gebruikt door de overheden waarop antennes kunnen worden geplaatst. Dit kadaster wordt regelmatig bijgewerkt. ».

Art. 8.§ 1. In dezelfde ordonnantie wordt de volgende titel ingevoegd na artikel 8 : « Verplichtingen van operatoren met betrekking tot informatie voor consumenten en afvalbeheer ». § 2. In dezelfde ordonnantie wordt, onder de titel die door paragraaf 1 wordt ingevoegd, een artikel 8/1 ingevoegd dat als volgt luidt : «

Art. 8/1.De operatoren van wie de lijst door de Regering vastgelegd is, zijn verplicht om informatiecampagnes te voeren en te ondersteunen die de bewustwording vergroten omtrent de voorkoming van afval als gevolg van hun activiteiten, met name rekening houdend met de technologische evolutie en de hernieuwing van de geconnecteerde toestellen.

Deze informatiecampagnes informeren het publiek aangaande een in ecologisch opzicht rationeel gebruik van toestellen, het belang van hergebruik en de voorbereiding op hergebruik van de geconnecteerde toestellen en, in laatste instantie, de systemen voor afvalinzameling en -beheer.

De Regering kan de inhoud, de frequentie en de modaliteiten van de te voeren informatiecampagnes preciseren, evenals de doelgroepen ervan in functie van de nagestreefde doelstellingen. ». § 3. In dezelfde ordonnantie wordt, onder de titel die door paragraaf 1 wordt ingevoegd, een artikel 8/2 ingevoegd dat als volgt luidt : «

Art. 8/2.De operatoren van wie de lijst door de Regering vastgelegd is, zijn verplicht om statistieken bij te houden over de toestellen die ze op de markt brengen en die als afval worden ingezameld of die het voorwerp uitmaken van hergebruik, in de zin van de bepalingen van de ordonnantie van 14 juni 2012 betreffende afvalstoffen. ». § 4. In dezelfde ordonnantie wordt, onder de titel die door paragraaf 1 wordt ingevoegd, een artikel 8/3 ingevoegd dat als volgt luidt : «

Art. 8/3.Uiterlijk op 1 april van elk jaar bezorgen de operatoren elk afzonderlijk of gezamenlijk aan Leefmilieu Brussel een jaarverslag over het voorgaande jaar (periode van 1 januari tot 31 december) waarin zij informatie verstrekken over de ondernomen acties, de uitgegeven bedragen en de vastgestelde impact van de maatregelen die in het kader van artikel 8/1 werden genomen, evenals een verslag over de statistische gegevens waarnaar in artikel 8/2 wordt verwezen.

De Regering kan de inhoud van het in bovenstaand lid bedoeld jaarverslag preciseren. ».

Art. 9.§ 1. De titel « Overtredingen en strafbepalingen » tussen artikel 8 en artikel 9 van dezelfde ordonnantie wordt vervangen door de titel « Overtredingen ». § 2. Artikel 9 van dezelfde ordonnantie wordt vervangen door hetgeen volgt : «

Art. 9.Wordt bestraft met de sanctie voorgeschreven door artikel 31, § 1, van het Wetboek van 25 maart 1999 van inspectie, preventie, vaststelling en bestraffing van milieumisdrijven en milieuaansprakelijkheid : 1° voldoet niet aan de in artikel 3 bedoelde normen of aan de uitvoeringsmaatregelen ervan, of voldoet niet aan het in artikel 3 § 1/3, bedoelde verbod ;2° de niet-naleving van de informatieverplichtingen bedoeld in artikel 4 of zijn uitvoeringsmaatregelen ;3° de niet-naleving van de exploitatievoorwaarden bedoeld in artikel 5 of zijn uitvoeringsmaatregelen ;4° de niet-naleving van de communicatie- en rapportageverplichtingen bedoeld in artikels 8/1, 8/2 en 8/3 of hun uitvoeringsmaatregelen ;5° de niet-naleving van de normen of algemene voorwaarden bedoeld in artikel 7 of zijn uitvoeringsmaatregelen.».

Hoofdstuk 3. - Wijziging van de ordonnantie van 5 juni 1997 betreffende de milieuvergunningen

Art. 10.Artikel 100, § 1, derde lid, van de ordonnantie van 5 juni 1997 betreffende milieuvergunningen, wordt als volgt aangevuld door een zesde punt : « 6° 0 euro voor elke aangifte betreffende een installatie van klasse III of IC. ».

Hoofdstuk 4. - Wijziging van de ordonnantie van 2 mei 2013 houdende het Brussels Wetboek van Lucht, Klimaat en Energiebeheersing

Art. 11.§ 1. Boek 2, titel 5, van de ordonnantie van 2 mei 2013 houdende het Brussels Wetboek van Lucht, Klimaat en Energiebeheersing wordt aangevuld met een hoofdstuk 3 dat als volgt luidt : « Duurzaam en verantwoord digitaal plan ». § 2. In het hoofdstuk 3 dat door paragraaf 1 wordt ingevoegd, wordt een artikel 2.5.8 ingevoegd dat als volgt luidt : « Art. 2.5.8. De operatoren en broadcast-operatoren naar wie wordt verwezen in de ordonnantie van 1 maart 2007 betreffende de bescherming van het leefmilieu tegen de eventuele schadelijke effecten en hinder van niet-ioniserende stralingen en van wie de lijst door de Regering vastgelegd is, zijn verplicht om op de door de Regering vastgelegde datum en uiterlijk binnen twee jaar na de inwerkingtreding van dit artikel een « duurzaam en verantwoord digitaal plan » op te stellen met het doel het energieverbruik en de broeikasgasemissies van hun activiteiten te verminderen, met name door het vergroten van het bewustzijn van het stijgende mobiele dataverbruik. Het plan bestrijkt een periode van vijf jaar en wordt daarna met een periode van telkens vijf jaar verlengd. Het plan wordt goedgekeurd door Leefmilieu Brussel voordat het wordt uitgevoerd.

De Regering bepaalt de modaliteiten voor de opstelling en uitvoering van dit plan. Zij bepaalt met name de minimale inhoud van het plan en de modaliteiten van zijn goedkeuring, wijziging en hernieuwing, alsook de cijferdoelstellingen die het plan moet vooropstellen. De Regering kan de verplichting om een « duurzaam en verantwoord digitaal plan » op te stellen ook uitbreiden tot andere rechtspersonen. ». § 3. Artikel 2.6.6 van dezelfde ordonnantie, zoals laatst gewijzigd door de ordonnanctie van 23 juli 2018, wordt aangevuld met een punt f) dat als volgt luidt : « f) de operatoren, broadcast-operatoren en rechtspersonen die, hoewel zij onderworpen zijn aan de verplichting die wordt opgelegd door of krachtens artikel 2.5.8, deze niet naleven. ».

Hoofdstuk 5. - Overgangs- en inwerkingtredingsbepalingen

Art. 12.Binnen dertig dagen na de inwerkingtreding van deze ordonnantie licht Leefmilieu Brussel de operatoren in waarvan de milieuvergunningen bijdragen aan een eventuele overschrijding van de geldende normen bedoeld in artikel 3, § 1/1, van de ordonnantie van 1 maart 2007 betreffende de bescherming van het leefmilieu tegen de eventuele schadelijke effecten en hinder van niet-ioniserende stralingen, zoals ingevoegd door deze ordonnantie, aangaande hun verplichting om binnen twee maanden een milieuvergunningsaanvraag in te dienen teneinde hun verplichtingen na te komen conform de ordonnantie van 1 maart 2007 betreffende de bescherming van het leefmilieu tegen de eventuele schadelijke effecten en hinder van niet-ioniserende stralingen zoals gewijzigd door deze ordonnantie.

De operatoren van de betreffende antennes kunnen hun uitbating voortzetten in afwijking van de normen bedoeld in artikel 3, § 1/1, van de ordonnantie van 1 maart 2007 betreffende de bescherming van het leefmilieu tegen de eventuele schadelijke effecten en hinder van niet-ioniserende stralingen, zoals ingevoegd door deze ordonnantie, totdat de beslissing met betrekking tot de milieuvergunningsaanvraag wordt meegedeeld.

Art. 13.Deze ordonnantie treedt in werking op de eerste dag van de maand die volgt op de publicatie ervan in het Belgisch Staatsblad, met uitzondering van artikel 5 § 2, uitsluitend wat betreft artikel 4 § 3, toekomst van de ordonnantie van 1 maart 2007 betreffende de bescherming van het milieu tegen eventuele schadelijke gevolgen en hinder van niet-ioniserende straling, 8 en 11, waarvan de datum van inwerkingtreding door de Regering wordt vastgesteld.

Kondigen deze ordonnantie af, bevelen dat ze in het Belgisch Staatsblad zal worden bekendgemaakt.

Brussel, 2 maart 2023.

De Minister-President van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering, belast met Territoriale Ontwikkeling en Stadsvernieuwing, Toerisme, de promotie van het Imago van Brussel en Biculturele zaken van gewestelijk belang, R. VERVOORT De Minister van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering, belast met Mobiliteit, Openbare Werken en Verkeersveiligheid, E. VAN DEN BRANDT De Minister van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering, belast met Klimaattransitie, Leefmilieu, Energie en Participatieve Democratie, A. MARON De Minister van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering, belast met Financiën, Begroting, Openbaar Ambt, de Promotie van Meertaligheid en van het Imago van Brussel, S. GATZ De Minister van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering, belast met Werk en Beroepsopleiding, Digitalisering en de Plaatselijke Besturen, B. CLERFAYT _______ Nota (1) Documenten van het Parlement: Gewone zitting 2022-2023 A-654/1 Ontwerp van ordonnantie A-654/2 Verslag Integraal verslag: Bespreking en aanneming: vergadering van vrijdag 17 februari 2023.

^