gepubliceerd op 30 maart 2022
Bericht voorgeschreven bij artikel 74 van de bijzondere wet van 6 januari 1989 Bij vonnis van 24 februari 2022, waarvan de expeditie ter griffie van het Hof is ingekomen op 7 maart 2022, heeft de Franstalige Arbeidsrechtbank te Brussel de volge « Schendt artikel 1675/15, § 2, van het Gerechtelijk Wetboek de artikelen 10 en 11 van de Gron(...)
GRONDWETTELIJK HOF
Bericht voorgeschreven bij artikel 74 van de bijzondere
wet van 6 januari 1989Relevante gevonden documenten
type
wet
prom.
06/01/1989
pub.
18/02/2008
numac
2008000108
bron
federale overheidsdienst binnenlandse zaken
Bijzondere wet op het Arbitragehof
sluiten Bij vonnis van 24 februari 2022, waarvan de expeditie ter griffie van het Hof is ingekomen op 7 maart 2022, heeft de Franstalige Arbeidsrechtbank te Brussel de volgende prejudiciële vraag gesteld : « Schendt artikel 1675/15, § 2, van het Gerechtelijk Wetboek de artikelen 10 en 11 van de Grondwet, in zoverre het alleen de schuldeisers toelaat aan de rechter een verzoek tot herroeping mee te delen binnen vijf jaar na het einde van een minnelijke of gerechtelijke aanzuiveringsregeling met kwijtschelding van schulden in hoofdsom, terwijl dat recht niet is toegekend aan de schuldbemiddelaars, die overeenkomstig artikel 2276quater van het oud Burgerlijk Wetboek nochtans aansprakelijk kunnen worden gesteld tijdens die periode ? ».
Die zaak is ingeschreven onder nummer 7768 van de rol van het Hof.
De griffier, P.-Y. Dutilleux