gepubliceerd op 26 augustus 2020
Bericht voorgeschreven bij artikel 74 van de bijzondere wet van 6 januari 1989 Bij vonnis van 24 juni 2020, waarvan de expeditie ter griffie van het Hof is ingekomen op 25 juni 2020, heeft de Vrederechter van het kanton Aarlen de volgende preju « Schendt artikel 4, § 2, derde lid, van de wet van 19 maart 2017 tot oprichting van een Begro(...)
GRONDWETTELIJK HOF
Bericht voorgeschreven bij artikel 74 van de bijzondere
wet van 6 januari 1989Relevante gevonden documenten
type
wet
prom.
06/01/1989
pub.
18/02/2008
numac
2008000108
bron
federale overheidsdienst binnenlandse zaken
Bijzondere wet op het Arbitragehof
sluiten Bij vonnis van 24 juni 2020, waarvan de expeditie ter griffie van het Hof is ingekomen op 25 juni 2020, heeft de Vrederechter van het kanton Aarlen de volgende prejudiciële vraag gesteld : « Schendt artikel 4, § 2, derde lid, van de wet van 19 maart 2017 tot oprichting van een Begrotingsfonds voor de juridische tweedelijnsbijstand de artikelen 10 en 11 van de Grondwet in zoverre het de bijdrage aan het fonds voor juridische bijstand ten laste laat van de in het gelijk gestelde eiser in het geval waarin de in het ongelijk gestelde verwerende partij juridische tweedelijnsbijstand geniet ? ».
Die zaak is ingeschreven onder nummer 7405 van de rol van het Hof.
De griffier, P.-Y. Dutilleux