Etaamb.openjustice.be
Bericht
gepubliceerd op 14 juni 2018

Bericht voorgeschreven bij artikel 74 van de bijzondere wet van 6 januari 1989 Bij vonnis van 25 april 2018 in zake A.K., waarvan de expeditie ter griffie van het Hof is ingekomen op 2 mei 2018, heeft de familierechtbank van de Rechtbank van eer « Schendt artikel 1, § 2, 4°, b), van het Wetboek van de Belgische nationaliteit, waarin wordt(...)

bron
grondwettelijk hof
numac
2018203012
pub.
14/06/2018
prom.
--
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
Document Qrcode

GRONDWETTELIJK HOF


Bericht voorgeschreven bij artikel 74 van de bijzondere wet van 6 januari 1989Relevante gevonden documenten type wet prom. 06/01/1989 pub. 18/02/2008 numac 2008000108 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Bijzondere wet op het Arbitragehof sluiten Bij vonnis van 25 april 2018 in zake A.K., waarvan de expeditie ter griffie van het Hof is ingekomen op 2 mei 2018, heeft de familierechtbank van de Rechtbank van eerste aanleg Namen, afdeling Namen, de volgende prejudiciële vraag gesteld : « Schendt artikel 1, § 2, 4°, b), van het Wetboek van de Belgische nationaliteit, waarin wordt aangegeven dat het begrip ' gewichtige feiten eigen aan de persoon ' met name ' het feit aanhanger te zijn van een beweging of organisatie die door de Veiligheid van de Staat als gevaarlijk wordt beschouwd ' dekt, niet onder meer de artikelen 10 en 11 van de Grondwet en artikel 6 van het EVRM (recht op een eerlijk proces, wapengelijkheid, beginsel van de tegenspraak, enz.), zo geïnterpreteerd dat een eenvoudig, te dezen bondig schrijven van die Veiligheid van de Staat, waarin wordt vermeld dat de persoon die de nationaliteit aanvraagt door haar diensten bekend is ' (...) wegens talrijke contacten met extremistische kringen ', volstaat om onder dat begrip te vallen, terwijl het (1) de betrokkene bij ontstentenis van verdere precisering belet het bewijs van het tegendeel te leveren en (2) de rechter belet het hem voorgelegde dossier correct te beoordelen ? Is een met de voormelde bepalingen overeenstemmende interpretatie mogelijk ? Dient de Veiligheid van de Staat, om met de voormelde wettelijke bepalingen in overeenstemming te zijn en om het dilemma te voorkomen waarmee de rechter noodgedwongen wordt geconfronteerd en waarvan sprake is in de motieven van de onderhavige beslissing, niet ertoe te worden verplicht haar advies te staven ? ». Die zaak is ingeschreven onder nummer 6915 van de rol van het Hof.

De griffier, P.-Y. Dutilleux

^