gepubliceerd op 01 juli 2016
Bericht voorgeschreven bij artikel 74 van de bijzondere wet van 6 januari 1989 Bij vonnis van 18 april 2016 in zake B.L. tegen het Rijksinstituut voor Ziekte- en Invaliditeitsverzekering, waarvan de expeditie ter griffie van het Hof is ingekomen - « Schendt artikel 2, 7°, van de wet van 31 maart 2010 [betreffende de vergoeding van schade als g(...)
GRONDWETTELIJK HOF
Bericht voorgeschreven bij artikel 74 van de bijzondere
wet van 6 januari 1989Relevante gevonden documenten
type
wet
prom.
06/01/1989
pub.
18/02/2008
numac
2008000108
bron
federale overheidsdienst binnenlandse zaken
Bijzondere wet op het Arbitragehof
sluiten Bij vonnis van 18 april 2016 in zake B.L. tegen het Rijksinstituut voor Ziekte- en Invaliditeitsverzekering, waarvan de expeditie ter griffie van het Hof is ingekomen op 26 april 2016, heeft de Rechtbank van eerste aanleg Luik, afdeling Hoei, de volgende prejudiciële vragen gesteld : - « Schendt artikel 2, 7°, van de
wet van 31 maart 2010Relevante gevonden documenten
type
wet
prom.
31/03/2010
pub.
02/04/2010
numac
2010024096
bron
federale overheidsdienst volksgezondheid, veiligheid van de voedselketen en leefmilieu
Wet betreffende de vergoeding van schade als gevolg van gezondheidszorg
type
wet
prom.
31/03/2010
pub.
18/06/2010
numac
2010000357
bron
federale overheidsdienst binnenlandse zaken
Wet betreffende de vergoeding van schade als gevolg van gezondheidszorg
sluiten [betreffende de vergoeding van schade als gevolg van gezondheidszorg] de artikelen 10 en 11 van de Grondwet in zoverre het abnormale schade definieert als schade die zich niet had moeten voordoen in de huidige stand van de wetenschap, wanneer het in die zin wordt geïnterpreteerd dat het een onderscheid maakt naargelang de schade al dan niet volledig kan worden vermeden in de huidige stand van de wetenschap zodat schade verbonden aan een infectie die gekend is in de huidige stand van de wetenschap (zoals een ziekenhuisinfectie met de staphylococcus aureus) maar die niet volledig kan worden vermeden (nog steeds in de huidige stand van de wetenschap) wordt uitgesloten van het toepassingsgebied van de wet en van het begrip ' medisch ongeval zonder aansprakelijkheid ', terwijl schade die verbonden is aan een evenzeer gekende infectie maar die had kunnen worden vermeden op grond van de huidige stand van de wetenschap wel erin is opgenomen ? »; - « Schendt artikel 5, 2°, de artikelen 10 en 11 van de Grondwet in zoverre het de patiënten die geen beroepsactiviteiten zouden uitoefenen uitsluit van het begrip ' schade [die] ernstig genoeg [is] ', gedefinieerd als schade die voor de patiënt leidt tot een tijdelijke arbeidsongeschiktheid gedurende minstens zes opeenvolgende maanden of zes niet-opeenvolgende maanden over een periode van twaalf maanden ? ».
Die zaak is ingeschreven onder nummer 6418 van de rol van het Hof.
De griffier, P.-Y. Dutilleux