Etaamb.openjustice.be
Bericht
gepubliceerd op 23 juni 2016

Algemene Administratie van de Fiscaliteit. - Bericht tot vaststelling van de modellen van attesten uit te reiken door de instellingen die hypothecaire leningen toestaan waarvan de interesten en kapitaalaflossingen recht kunnen geven op een gewestel Het KB/WIB 92 (1) onderwerpt de toekenning van een gewestelijk belastingvoordeeol (2) en/of een fed(...)

bron
federale overheidsdienst financien
numac
2016003203
pub.
23/06/2016
prom.
--
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
links
Raad van State (chrono)
Document Qrcode

FEDERALE OVERHEIDSDIENST FINANCIEN


Algemene Administratie van de Fiscaliteit. - Bericht tot vaststelling van de modellen van attesten uit te reiken door de instellingen die hypothecaire leningen toestaan waarvan de interesten en kapitaalaflossingen recht kunnen geven op een gewestelijk belastingvoordeel en/of op een federale belastingvermindering Het KB/WIB 92 (1) onderwerpt de toekenning van een gewestelijk belastingvoordeeol (2) en/of een federale belastingvermindering (3) voor interesten en kapitaalaflossingen van hypothecaire leningen aan de voorwaarde dat de belastingplichtige over een attest beschikt waarvan de modellen worden vastgesteld door de Minister van Financiën of zijn gedelegeerde en dat wordt uitgereikt door de kredietgever.

Het betreft, enerzijds, een eenmalig basisattest waarin bovenvermelde instelling de gegevens meedeelt waaruit moet blijken dat de leningovereenkomst in aanmerking kan komen voor de toepassing van de artikelen 14537; 14539; 1451, 3° en 539, WIB 92 en, anderzijds, een jaarlijks betalingsattest waarin diezelfde instelling het bedrag van de tijdens het belastbare tijdperk gedane betalingen meedeelt, alsook een aantal gegevens die noodzakelijk zijn om na te gaan of de wettelijke en reglementaire voorwaarden nog steeds zijn vervuld.

Met huidig bericht wordt een nieuw model van deze attesten vastgelegd (4). Dit officiële model is als bijlage bij dit bericht opgenomen, en kan eveneens gelden voor de toekenning van de Vlaamse belastingvermindering voorzien in artikel 14538/2, WIB 92.

Het attest 281.61 integreert de gegevens van het basisattest en de gegevens van het betalingsattest in één enkel "attest 281.61". Het attest 281.61 geldt als betalingsattest voor het jaar waarvoor het attest wordt uitgereikt. Voor vanaf 1.1.2016 gesloten leningen en vóór 1.1.2016 gesloten leningen waarvoor vanaf 1.1.2016 voor het eerst een attest (met betrekking tot het jaar 2016 of een volgend jaar) wordt uitgereikt, moeten tevens de rubrieken 8 en 9 (5) zijn ingevuld en geldt het attest 281.61 bovendien als basisattest. Voor de vóór 1.1.2016 gesloten leningen waarvoor al een basisattest was uitgereikt met het oog op het verkrijgen van een belastingvoordeel voor het jaar 2015 of een vorig jaar, zijn de rubrieken 8 en 9 optioneel.

Het als bijlage toegevoegde attest 281.61 mag slechts worden uitgereikt wanneer de instelling die de hypothecaire lening toestaat, heeft vastgesteld dat die lening in aanmerking kan komen voor één van voormelde belastingvoordelen. Dit betekent dat er geen attest mag worden uitgereikt indien uit de gegevens waarover de kredietgever beschikt, blijkt dat de wettelijke en reglementaire voorwaarden waaraan de leningen moeten voldoen om voor bovenvermelde fiscale voordelen in aanmerking te kunnen komen, niet zijn vervuld.

Het attest 281.61 wordt jaarlijks uitgereikt. Wanneer voor vanaf 1.1.2016 gesloten leningen in het jaar waarin de lening werd gesloten geen betalingen werden gedaan, reikt de instelling eerder bij wijze van een basisattest een attest 281.61 uit. Deze werkwijze wordt gevolgd omdat de ontlener in sommige gevallen reeds voor het jaar van aangaan van de hypothecaire lening een keuze moet maken inzake het fiscaal voordeel dat hij wenst te verkrijgen, ook al heeft hij in dat jaar nog geen betalingen gedaan.

Hierna volgen nog verduidelijkingen met betrekking tot het gebruik van het attest 281.61.

Formaat van het attest Het attest 281.61 mag worden afgeleverd of ter beschikking gesteld worden op een formaat naar keuze van de uitreikende instelling.

Cursief afgedrukte teksten Alle teksten die op het model cursief zijn afgedrukt, bevatten louter verduidelijkingen met betrekking tot de in te vullen gegevens en moeten niet op de uit te reiken attesten zelf worden overgenomen.

Leningen aangegaan door twee of meer ontleners Wanneer twee of meer ontleners samen een lening hebben aangegaan, worden in rubriek 12 de gegevens van alle medeontlener(s) vermeld.

De op het attest vermelde bedragen hebben steeds betrekking op het onder 7, a, vermelde aanvangsbedrag van de lening en gelden voor alle medeontleners samen.

Kredietopeningen In het geval van een kredietopening moeten de op de attesten vermelde begrippen "contract" en "lening" telkens worden begrepen als "voorschot in het kader van een kredietopening".

Verduidelijkingen met betrekking tot de hoofding van het attest 281.61 Het in de hoofding voorziene aankruisvakje mag enkel worden aangekruist wanneer de interesten tevens in aanmerking kunnen komen voor de in artikel 14524, § 3, WIB 92 bedoelde vermindering voor interesten die betrekking hebben op leningen ter financiering van energiebesparende uitgaven.

Voormelde vermindering kan slechts van toepassing zijn op leningovereenkomsten die door een natuurlijk persoon werden gesloten vanaf 1.1.2009 tot en met 31.12.2011. Bovendien moet de lening uitsluitend hebben gediend om uitgaven als bedoeld in artikel 14524, § 1, WIB 92 zoals dat van toepassing is voor het aanslagjaar 2010 te financieren.

Een herfinancieringslening die naast het openstaand saldo van een dergelijke lening nog andere uitgaven financiert (bijvoorbeeld een wederbeleggingsvergoeding) komt dan ook niet in aanmerking voor de in artikel 14524, § 3, WIB 92 bedoelde vermindering voor interesten. Voor een dergelijke lening mag dit vakje dus niet worden aangekruist.

Verduidelijkingen met betrekking tot de rubrieken van het attest 281.61 Rubriek 1 : Nummer van het attest Iedere instelling die hypothecaire leningen verstrekt of iedere zelfstandige entiteit die deel uitmaakt van zo'n instelling en die autonoom attesten 281.61 aflevert, moet een ononderbroken nummering gebruiken voor de door haar afgeleverde attesten 281.61.

Deze rubriek moet steeds ingevuld worden, d.w.z. zowel voor vóór 1.1.2016 gesloten contracten als voor vanaf 1.1.2016 gesloten contracten.

Rubriek 2 : Naam, voornaam en adres van de ontlener Deze rubriek moet steeds worden ingevuld, d.w.z. zowel voor vóór 1.1.2016 gesloten contracten als voor vanaf 1.1.2016 gesloten contracten.

Subrubriek : "Ingevolge indeplaatsstelling, bevrijding of toetreding : van ../../.... tot ../../...." Wanneer de ontlener op wiens naam het attest wordt uitgereikt slechts gedurende een deel van het jaar die hoedanigheid van ontlener heeft gehad omdat er tijdens het betrokken jaar een indeplaatsstelling, bevrijding of toetreding heeft plaatsgevonden, dan moet in het jaar waarin deze wijziging(en) zich heeft (hebben) voorgedaan de periode waarin de ontlener deze hoedanigheid had worden vermeld.

Wanneer bijvoorbeeld een ontlener op 11.5.2016 is toegetreden tot de hypothecaire lening, wordt hier "van 11/05/2016 tot 31/12/2016" vermeld.

Wanneer bijvoorbeeld de ontlener op wiens naam het attest wordt opgemaakt op 11.5.2016 de hoedanigheid van ontlener verliest, wordt hier "van 1/1/2016 tot 10/5/2016" vermeld.

Onder een indeplaatsstelling moet hier worden verstaan : de vervanging van een bestaande ontlener door een andere ontlener (vb. naar aanleiding van het overlijden van een ontlener en waarbij de erfgenamen juridisch in de plaats komen van de overledene).

Bij een bevrijding wordt één van de ontleners geschrapt als ontlener (vb. naar aanleiding van een uit onverdeeldheidtreding en waarbij de ontlener die de woning overneemt vanaf dan juridisch ook wordt aangemerkt als enige ontlener).

Bij een toetreding wordt een ontlener toegevoegd, waardoor hij ten opzichte van de kredietgever dezelfde plichten draagt als de oorspronkelijke ontlener(s).

Deze subrubriek moet worden ingevuld voor wijzigingen die vanaf 1.1.2017 plaatsvinden. De betreffende rubriek moet enkel worden ingevuld voor het jaar waarin die wijziging(en) heeft (hebben) plaatsgevonden. Voor wijzigingen die in het jaar 2016 plaatsvonden mag deze periode worden ingevuld, maar is dit geen verplichting.

Rubriek 3 : Nationaal nummer van de ontlener Vermeld in deze rubriek het nationaal nummer of, in voorkomend geval, het Kruispuntbanknummer (6) van de ontlener.

Indien het nationaal nummer of het bisnummer niet vermeld wordt (bijv. voor niet-inwoners), moet de geboortedatum worden vermeld.

Deze rubriek moet steeds worden ingevuld, d.w.z. zowel voor vóór 1.1.2016 gesloten contracten als voor vanaf 1.1.2016 gesloten contracten.

Rubriek 4 : Referentienummer van het contract In deze rubriek wordt het referentienummer van de lening vermeld (dus zonder een identificatienummer van de kredietgever).

Deze rubriek moet steeds ingevuld worden, d.w.z. zowel voor vóór 1.1.2016 gesloten contracten als voor vanaf 1.1.2016 gesloten contracten.

Subrubriek : "Vorig referentienummer van het contract ": Deze subrubriek moet bij wijziging(en) vanaf 1.1.2017 van het referentienummer van het contract worden ingevuld en moet enkel worden ingevuld voor het jaar waarin de wijziging heeft plaatsgevonden.

Voor de daaropvolgende jaren moet enkel het laatste referentienummer naast de rubriek "referentienummer van het contract" worden ingevuld.

Bij een wijziging van het referentienummer in 2016 mag het vorig referentienummer onder deze subrubriek worden vermeld, maar dit is niet verplicht.

Rubriek 5 : Datum van het contract : ../../....

Deze rubriek moet steeds ingevuld worden, d.w.z. zowel voor vóór 1.1.2016 gesloten contracten als voor vanaf 1.1.2016 gesloten contracten.

Rubriek 6 : Voorziene eindvervaldag : ../../....

Voor de tijdens het jaar gesloten contracten moet hier de datum worden vermeld zoals deze bij het aangaan van het contract bestond.

Voor reeds lopende contracten moet de op 1 januari (van het jaar waarop het attest betrekking heeft) vastgestelde eindvervaldag worden vermeld.

Deze rubriek moet steeds ingevuld worden, d.w.z. zowel voor vóór 1.1.2016 gesloten contracten als voor vanaf 1.1.2016 gesloten contracten.

Subrubriek : "Nieuwe eindvervaldag : ../../...., met ingang van ../../...." Indien de voorziene eindvervaldag van de lening tijdens het jaar waarop het attest betrekking heeft wijzigt, dan moeten daarenboven in deze subrubriek zowel de nieuwe eindvervaldag als de ingangsdatum van de wijziging worden vermeld.

De hypothecaire lening die oorspronkelijk gesloten is voor een periode van minder dan 10 jaar en waarvan de looptijd wordt verlengd zodat hij ten minste 10 jaar bedraagt, kan in principe aan de voorwaarde inzake looptijd opgelegd door art. 1455, eerste lid, 2° ; 14538, § 1, eerste lid, 3° ; 14538/1, eerste lid, 1° ; 14540, § 2, 1°, WIB 92 en 115, § 1, eerste lid, 3°, WIB 92 zoals het bestond alvorens te zijn opgeheven bij art. 22 W 8 mei 2014 (BS 28.5.2014, ed. 2) en van toepassing blijft op de in art. 539, WIB 92 bedoelde gevallen, beantwoorden vanaf het ogenblik waarop de wijziging wordt doorgevoerd.

Wanneer voor een dergelijk contract voor het eerst een attest wordt uitgereikt moet in rubriek 6 de toestand op 1 januari worden weergegeven en moet in de subrubriek de nieuwe einddatum van het contract worden vermeld, met vermelding van de datum waarop die nieuwe einddatum geldt.

Deze subrubriek moet slechts worden ingevuld voor het jaar waarin de wijziging werd doorgevoerd, en dit voor wijzigingen die vanaf 1.1.2016 plaatsvinden.

Rubriek 7 : Aanvangsbedrag van de lening dat op de onder nr. 8 vermelde doelen betrekking heeft : a) totaal : .. . . . euro b) gewaarborgd door een hypothecaire inschrijving : .. . . . euro gewijzigd met ingang van ../../.... (datum wijziging) : . . . . . euro In rubriek 7,a moet het aanvangsbedrag van de lening worden vermeld dat betrekking heeft op de in rubriek 8 (zie hierna) vermelde doelen.

Het in rubriek 7,a te vermelden bedrag wordt bij aanvang van de lening vastgesteld.

Dit betekent dat, in voorkomend geval, het gedeelte van de lening dat voor het financieren van andere dan de in de rubriek 8 van dit attest vermelde doeleinden dient, in geen geval op dit attest mag worden vermeld (7). Dat gedeelte kan immers niet in aanmerking komen voor de hierboven bedoelde belastingvoordelen.

Ook het in 7,b te vermelden bedrag (en de daaruit voortvloeiende verhouding van het hypothecair gewaarborgde deel van de lening) wordt in principe vastgesteld bij het aangaan van de hypothecaire lening.

De rubrieken 7,a en 7,b moeten steeds worden ingevuld, d.w.z. zowel voor vóór 1.1.2016 gesloten contracten als voor vanaf 1.1.2016 gesloten contracten.

In bepaalde gevallen moet het in rubriek 7,b te vermelden bedrag (en de verhouding van het hypothecair gewaarborgde deel van de lening) worden gewijzigd.

Dit is het geval indien : - voor een lening met hypothecair mandaat daadwerkelijk een hypothecaire inschrijving wordt genomen en voor deze lening een attest wordt uitgereikt. In dat geval kunnen de uitgaven van die lening in beginsel vanaf dat ogenblik voor de toekenning van een belastingvermindering in aanmerking komen, voor zover weliswaar alle overige door de wet gestelde voorwaarden zijn vervuld, wat inzonderheid impliceert dat de lening, op het tijdstip van hypothecaire inschrijving, nog een looptijd van ten minste 10 jaar moet hebben. In dergelijk geval moet, voor het jaar waarin de lening voor het eerst daadwerkelijk door een hypothecaire inschrijving wordt gewaarborgd rubriek 7,b worden ingevuld. - de oorspronkelijke verhouding van het hypothecair gewaarborgde deel van de lening niet meer wordt gerespecteerd. Dit kan inzonderheid het geval zijn wanneer de lening bij aanvang door meerdere hypothecaire inschrijvingen werd gewaarborgd en één of meerdere inschrijvingen naderhand zijn vervallen (en niet werden vernieuwd) of werden geschrapt.

Die wijzigingen aan het in rubriek 7,b bedoelde bedrag die vanaf 1.1.2017 plaatsvinden moeten worden vermeld onder de rubriek "gewijzigd met ingang van ../../.... (datum wijziging) :: ............euro". In dat geval moet in rubriek 7,b het bedrag van de waarborg worden vermeld, zoals deze vóór de wijziging bestond en, in de volgende lijn, de datum van wijziging die tijdens het jaar aanleiding heeft gegeven tot de wijziging, gevolgd door het gewijzigde bedrag.

Deze extra gegevens moeten enkel worden vermeld voor het jaar waarin die wijziging zich heeft voorgedaan. Voor de volgende attesten wordt onder rubriek 7,b enkel het gewijzigde bedrag vermeld.

Rubriek 8 : doel van de lening Hier moet(en) het (de) toepasselijke doel(en) van de lening worden aangekruist en dient het aanvangsbedrag van de lening dat gediend heeft voor het financieren van dat doel in de kolom daarnaast te worden vermeld.

Deze rubriek moet worden ingevuld voor vanaf 1.1.2016 gesloten contracten en voor vóór 1.1.2016 gesloten contracten waarvoor pas vanaf 1.1. 2016 voor de eerste maal een attest (met betrekking tot het jaar 2016 of een volgend jaar) wordt uitgereikt. Deze rubriek moet dan steeds en dus niet alleen het eerste jaar worden ingevuld.

Wat de andere contracten betreft, mag deze rubriek worden ingevuld, maar is dit geen verplichting.

Onder "verbouwing van een woning" worden de werken, andere dan de vernieuwingswerken, bedoeld die verband houden met de woning zelf en er structureel deel van uitmaken.

Onder "niet als verbouwing aan te merken vernieuwing van een woning" worden de regelmatig terugkerende werken (zoals bedoeld in artikel 14538, § 2, WIB 92, artikel 14538/1, derde lid, 3°, WIB 92 en artikel 115, § 2, WIB 92 zoals het bestond alvorens te zijn opgeheven bij art. 22 W 8 mei 2014 (BS 28.5.2014, ed. 2)), met uitsluiting van de reinigingswerken, beoogd die noodzakelijk zijn om de woning in stand te houden. Zo kunnen bijvoorbeeld volgende uitgaven als vernieuwingswerken worden aangemerkt : beschilderen van binnen en -buitenmuren, behangen, reiniging van gevels, schuren van parket enz.

Indien evenwel éénzelfde lening (of een gedeelte ervan) dient voor het financieren van zowel verbouwingswerken als vernieuwingswerken, mag deze lening of het gedeelte ervan dat heeft gediend om het geheel van deze werken (verbouwings- en vernieuwingswerken) te financieren worden opgenomen in de kolom naast de rubriek "verbouwing van een woning".

Daarenboven mag in de rubriek "niet als verbouwing aan te merken vernieuwing van een woning of omvorming van een onroerend goed tot woning" eveneens het bedrag van de hypothecaire lening (of het gedeelte ervan) dat heeft gediend om een gebouwd onroerend goed (zoals bijvoorbeeld een industrieel pand) om te vormen tot een woning worden opgenomen. In deze rubriek mag eveneens het bedrag van de hypothecaire lening (of het gedeelte ervan) dat heeft gediend om dat gebouwd onroerend goed aan te kopen met het oog op het omvormen ervan tot een woning worden opgenomen.

Herfinancieringsleningen Zoals inzonderheid blijkt uit de tekst naast het laatste vakje van rubriek 8, mag het attest 281.61 ook worden uitgereikt met betrekking tot een herfinancieringslening, doch alleen indien de instelling die de herfinancieringslening verstrekt, heeft vastgesteld dat die lening voor een gewestelijk belastingvoordeel of een federale belastingvermindering in aanmerking kan komen (hetzij op grond van de gegevens waarover zij, als verstrekker van de oorspronkelijke lening, zelf beschikt, hetzij op grond van de gegevens die haar door de kredietnemer ter beschikking zijn gesteld).

Wanneer de instelling op geen enkele wijze heeft kunnen vaststellen dat de herfinancieringslening voor een hierboven bedoeld belastingvoordeel in aanmerking kan komen (omdat zij zelf niet over de noodzakelijke gegevens met betrekking tot de oorspronkelijke lening beschikt en de kredietnemer haar die gegevens niet kan of wil bezorgen), mag zij geen attest 281.61 uitreiken.

In dat geval zal de kredietnemer zelf aan de administratie moeten aantonen dat zijn herfinancieringslening voor een hiervoor bedoeld belastingvoordeel in aanmerking komt en welk bedrag aan kapitaal en interesten hij/zij tijdens het belastbaar tijdperk werkelijk heeft betaald.

Indien het laatste vakje van rubriek 8 van het attest ("herfinanciering van een voor bovenvermelde doeleinden aangegane hypothecaire lening") wordt aangekruist moet, in voorkomend geval per terugbetaalde lening, het aanvangsbedrag van de herfinancieringslening dat heeft gediend voor de terugbetaling van de eerder gesloten lening worden vermeld.

Daarenboven moeten met betrekking tot de terugbetaalde lening volgende gegevens worden vermeld : het aanvangsbedrag en de contractdatum. Deze verplichte gegevens mogen worden vervangen door het referentienummer van de terugbetaalde lening; voor vanaf 1.1.2017 gesloten herfinancieringsleningen of vóór 1.1.2017 gesloten herfinancieringsleningen waarvoor vanaf 1.1.2017 voor het eerst een attest met betrekking tot inkomstenjaar 2017 wordt uitgereikt moet het referentienummer van de terugbetaalde lening worden vermeld. Het aanvangsbedrag en de contractdatum van de terugbetaalde lening mogen worden vermeld, maar dit is geen verplichting.

Voorbeeld In 2016 wordt een herfinancieringslening van 50.000 euro gesloten.

Deze lening dient tot terugbetaling van - het openstaand saldo van een op 15.3.2000 gesloten lening (met referentienummer AB) : 30.000 euro het aanvangsbedrag van deze lening bedroeg 100.000 euro - het openstaand saldo van een op 29.12.2010 gesloten lening : 20.000 euro het aanvangsbedrag van deze lening bedroeg 25.000 euro Op het attest dient onder rubriek 8 het volgende worden vermeld :

8.

Doel van de lening :

voor een aanvangs-bedrag van :

herfinanciering van een voor één of meer van bovenvermelde doelen aangegane hypothecaire lening


van : 100.000 euro (aanvangsbedrag)


afgesloten op : 15/03/2000 (contractdatum)

30.000 euro


van : 25.000 euro (aanvangsbedrag)


afgesloten op 29/12/2010 (contractdatum)

20.000 euro


Wanneer voormelde herfinancieringslening in 2017 zou gesloten zijn moeten de referentienummers van de terugbetaalde leningen worden vermeld en moeten de andere gegevens (aanvangsbedrag en contractdatum) met betrekking tot de terugbetaalde lening niet meer worden vermeld.

Hoewel volgende ontleende bedragen niet in aanmerking kunnen komen voor de hiervoor bedoelde belastingvoordelen, mogen zij toch begrepen zijn in het aanvangsbedrag dat naast de rubriek "herfinanciering van een voor bovenvermelde doeleinden aangegane hypothecaire lening (...)" wordt vermeld : het gedeelte van de lening dat heeft gediend om de wederbeleggingsvergoeding te financieren; het verschil tussen het bedrag dat werd ontleend met het oog op het aflossen van de geherfinancierde lening en het werkelijk vervroegd terugbetaalbaar saldo van de geherfinancierde lening op het ogenblik van de uitbetaling van de herfinancieringslening.

Rubriek 9 : ligging van de woning(en) waarvoor de lening werd aangegaan : Deze rubriek moet worden ingevuld voor vanaf 1.1.2016 gesloten contracten en voor vóór 1.1.2016 gesloten contracten waarvoor pas vanaf inkomstenjaar 2016 voor de eerste maal een attest wordt uitgereikt. Voor deze contracten moet deze rubriek steeds en dus niet alleen voor het eerste jaar ingevuld worden op het attest 281.61.

Wat de andere contracten betreft, mag deze rubriek worden ingevuld, maar is dit geen verplichting.

Wanneer na het aangaan van het contract een adreswijziging heeft plaatsgevonden mag op het attest het gewijzigde adres worden vermeld.

Dit is echter geen verplichting. Er moeten evenmin correcties voor voorheen uitgereikte attesten worden doorgevoerd.

Rubriek 10 : bedragen betaald in .......... (jaar van betaling) In deze rubriek moeten steeds de bedragen worden vermeld die betrekking hebben op het in rubriek 7 vermelde aanvangsbedrag van de lening en gelden voor alle medeontleners samen.

Dit betekent dat de betalingen die betrekking hebben op een gedeelte van de lening dat gediend heeft voor het financieren van een ander dan de in rubriek 8 vermelde doeleinden, buiten rubriek 10 moeten worden gehouden.

Deze rubriek moet steeds ingevuld worden, d.w.z. zowel voor vóór 1.1.2016 gesloten contracten als voor vanaf 1.1.2016 gesloten contracten.

Rubriek 11 : werkelijk kapitaalsaldo van het onder 7,a vermelde aanvangsbedrag van de lening op 31/12/..... (jaar van betaling) De rubriek 11 moet steeds ingevuld worden, d.w.z. zowel voor vóór 1.1.2016 gesloten contracten als voor vanaf 1.1.2016 gesloten contracten.

Rubriek 12 : nationaal nummer, naam, voornaam en adres van de eventuele medeontlener(s) . . . . . van ../../.... tot ../../....

Vermeld hier, wat de natuurlijke personen betreft het nationaal nummer of, in voorkomend geval, het Kruispuntbanknummer (8) van de medeontlener(s).

Indien het nationaal nummer of het bisnummer niet vermeld is (bijv. voor niet-inwoners), moet de geboortedatum worden vermeld.

Voor rechtspersonen moet het ondernemingsnummer (indien gekend), de naam en het adres worden vermeld.

Voor buitenlandse rechtspersonen worden de naam en het adres vermeld.

Wanneer een medeontlener slechts gedurende een deel van het jaar de hoedanigheid van medeontlener had, moet naast zijn identiteitsgegevens de periode waarin hij tijdens het jaar deze hoedanigheid van medeontlener had worden vermeld. Deze data dienen slechts te worden vermeld voor het jaar waarin die wijziging(en) zich heeft (hebben) voorgedaan.

De gegevens van de medeontlener(s) moeten steeds worden vermeld, d.w.z. zowel voor vóór 1.1.2016 gesloten contracten als voor vanaf 1.1.2016 gesloten contracten.

De bijkomende vermelding "van ../../.... tot ../../...." moet worden ingevuld voor wijzigingen die vanaf 1.1.2017 plaatsvinden. De betreffende rubriek moet enkel worden ingevuld voor het jaar waarin die wijziging(en) heeft (hebben) plaatsgevonden. Voor wijzigingen die in het jaar 2016 plaatsvonden mag deze periode worden ingevuld, maar is dit geen verplichting.

Na het aangaan van het contract vastgestelde wijzigingen inzake het doel van de lening De in rubriek 8 vermelde gegevens worden vastgesteld bij het aangaan van de lening. De instelling die de hypothecaire lening toestaat mag slechts een attest uitreiken wanneer zij heeft vastgesteld dat die lening in aanmerking kan komen voor een belastingvoordeel. De kredietgever moet zich hiertoe zo goed mogelijk informeren. Ook de kredietnemer moet zich hiervan bewust zijn.

Wanneer de kredietgever na het aangaan van de lening vaststelt dat het voorheen geattesteerde doel/bedrag niet overeenstemt met de werkelijkheid, dan moeten de vanaf dan uitgereikte attesten rekening houden met deze feiten. Tevens zouden de voorheen uitgereikte attesten moeten worden gecorrigeerd, wanneer deze als gevolg daarvan foutief blijken te zijn. De administratie aanvaardt evenwel dat in dat geval enkel het laatst uitgereikte attest moet worden gecorrigeerd. Indien nodig zal de kredietnemer voor de voorgaande jaren zelf aan de administratie moeten aantonen welk bedrag in aanmerking kan komen voor een belastingvoordeel.

De bedragen die zijn vermeld in de rubrieken 7,a, 10 en 11 houden verband met het onder rubriek 8 vermelde bedrag. Wanneer het onder rubriek 8 vermelde bedrag wijzigt worden de onder voormelde rubrieken vermelde bedragen desgevallend aangepast.

Voorbeeld In 2016 werd een hypothecaire lening gesloten voor de aankoop van een grond en de bouw van een woning. De kredietgever reikt fiscale attesten uit voor het jaar 2016 en 2017. In 2018 verstrijkt de opnameperiode en stelt de kredietgever vast dat de lening in werkelijkheid uitsluitend heeft gediend voor de aankoop van een grond.

De kredietgever corrigeert het attest voor het jaar 2017 en mag vanaf het jaar 2018 geen fiscaal attest meer uitreiken.

Inwerkingtreding Huidig bericht treedt in werking vanaf aanslagjaar 2017. De attesten die voor het aanslagjaar 2017 worden uitgereikt mogen daarenboven pas vanaf 1.1.2017 worden uitgereikt.

Dit betekent dat de interesten en/of kapitaalaflossingen waarvoor een belastingvoordeel wordt gevraagd, vanaf aanslagjaar 2017 moeten verantwoord zijn door een attest 281.61.

Voor vanaf 1.1.2016 gesloten leningen geldt het attest 281.61 tevens als basisattest. Wanneer voor vóór 1.1.2016 gesloten contracten pas vanaf 1.1.2016 voor de eerste maal een attest (met betrekking tot inkomstenjaar 2016 of volgende) wordt uitgereikt, moeten de rubrieken 8 en 9 zijn ingevuld. In dat geval geldt het attest 281.61 tevens als basisattest.

Voor alle andere leningen, geldt het attest 281.61 niet als basisattest. Een basisattest dat werd opgesteld volgens een voorheen vastgesteld model moet in dat geval nog steeds ter beschikking van de administratie worden gehouden.

Indien voor contracten gesloten vóór 1.1.2016 een afschrift van het basisattest moet verstrekt worden, moet daarvoor gebruik gemaakt worden van een eenmalig basisattest opgesteld overeenkomstig de op het moment van de afsluiting van de hypothecaire lening geldende reglementering ofwel van een basisattest opgesteld overeenkomstig een naderhand vastgesteld model (9).

Tot slot wordt gepreciseerd dat de vermelding van het nationaal nummer of het kruispuntbanknummer slechts geldt voor zover de kredietgever daartoe gerechtigd is op het ogenblik dat hij het attest uitreikt. (1) Het betreffen inzonderheid de volgende artikelen : art.633; 6318/10, A; 6318/12 en 255, A, KB/WIB 92. (2) Zoals bedoeld in artikel 14537 en 14539, WIB 92 (ook de kapitaalaflossingen die in aanmerking komen voor de in de artikelen 14541 en 14542, WIB 92 bedoelde gewestelijke belastingvermindering voor het bouwsparen zijn hierin begrepen).(3) Zoals bedoeld in artikel 539 en/of 1451, 3°, WIB 92 (ook de kapitaalaflossingen waarvoor een federale belastingvermindering voor het bouwsparen wordt gevraagd zijn hierin begrepen). (4) Dit bericht vervangt de volgende berichten : - bericht tot vaststelling van de modellen van attesten uit te reiken door de instellingen die hypothecaire leningen toestaan waarvan de interesten en kapitaalaflossingen recht kunnen geven op de aftrek voor enige woning of waarvan de kapitaalaflossingen recht kunnen geven op een belastingvermindering (BS van 9.11.2006 voor de Nederlandstalige en Franstalige versie en BS van 5.3.2007 voor de Duitstalige versie); - bericht tot vaststelling van de modellen van attesten uit te reiken door de instellingen die hypothecaire leningen toestaan waarvan de interesten en kapitaalaflossingen recht kunnen geven op de aftrek voor enige woning of waarvan de kapitaalaflossingen recht kunnen geven op een belastingvermindering en waarvan de interesten recht kunnen geven op de in artikel 14524, § 3, WIB 92 bedoelde vermindering voor interesten die betrekking hebben op leningen ter financiering van energiebesparende uitgaven (BS van 28.12.2009, derde editie voor de Nederlandstalige en Franstalige versie en BS van 8.3.2010, tweede editie voor de Duitstalige versie). (5) Deze gegevens laten toe om na te gaan of het contract voldoet aan bepaalde voorwaarden.Deze worden beoordeeld bij het aangaan van het contract. (6) Eveneens het "bisnummer" genoemd: het betreft het identificatienummer van de natuurlijke personen die niet ingeschreven zijn in het Rijksregister van de natuurlijke personen, dat door de Kruispuntbank in toepassing van artikel 4 van de wet van 15.01.1990 (BS 22.02.1990) wordt toegekend (zie onder meer de omzendbrief van de FOD Sociale Zekerheid van 11.07.2006 betreffende de procedure tot toekenning van een identificatienummer door de Kruispuntbank van de Sociale Zekerheid, het zogenaamde "bisnummer", aan vreemdelingen die tijdelijk naar België komen als gelegenheidswerknemers - BS 10.08.2006). (7) Voor vóór 1.1.2006 gesloten leningen waarvoor voorheen een basisattest werd uitgereikt, mag hier het op dat basisattest vermelde bedrag worden hernomen. (8) Eveneens het "bisnummer" genoemd: het betreft het identificatienummer van de natuurlijke personen die niet ingeschreven zijn in het Rijksregister van de natuurlijke personen, dat door de Kruispuntbank in toepassing van artikel 4 van de wet van 15.01.1990 (BS 22.02.1990) wordt toegekend. (zie ondermeer de omzendbrief van de FOD Sociale Zekerheid van 11.07.2006 betreffende de procedure tot toekenning van een identificatienummer door de Kruispuntbank van de Sociale Zekerheid, het zogenaamde "bisnummer", aan vreemdelingen die tijdelijk naar België komen als gelegenheidswerknemers - BS 10.08.2006). (9) Bedoeld zijn de modellen die werden vastgesteld door middel van - het bericht tot vaststelling van de modellen van attesten uit te reiken door de instellingen die hypothecaire leningen verstrekken waarvan de kapitaalaflossingen recht geven op een belastingvermindering (BS van 28.11.2003); - het bericht tot vaststelling van de modellen van attesten uit te reiken door de instellingen die hypothecaire leningen toestaan waarvan de interesten en kapitaalaflossingen recht kunnen geven op de aftrek voor enige woning en waarvan de kapitaalaflossingen recht kunnen geven op een belastingvermindering (BS van 9.11.2006 voor de Nederlandstalige en Franstalige versie en BS van 5.3.2007 voor de Duitstalige versie); - het bericht tot vaststelling van de modellen van attesten uit te reiken door de instellingen die hypothecaire leningen toestaan waarvan de interesten en kapitaalaflossingen recht kunnen geven op de aftrek voor enige woning of waarvan de kapitaalaflossingen recht kunnen geven op een belastingvermindering en waarvan de interesten recht kunnen geven op de in artikel 14524, § 3, WIB 92 bedoelde vermindering voor interesten die betrekking hebben op leningen ter financiering van energiebesparende uitgaven (BS van 28.12.2009, derde editie voor de Nederlandstalige en Franstalige versie en BS van 8.3.2010, tweede editie voor de Duitstalige versie).

Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld

^