Etaamb.openjustice.be
Bericht
gepubliceerd op 08 maart 2013

Bericht voorgeschreven bij artikel 74 van de bijzondere wet van 6 januari 1989 Bij vonnis van 21 januari 2013 in zake Giovanni Willem tegen de nv « Allianz Belgium », waarvan de expeditie ter griffie van het Hof is ingekomen op 31 januari 2013, « 1. Schendt art. 25, eerste lid Arbeidsongevallenwet - in de interpretatie dat dit enkel geldt ind(...)

bron
grondwettelijk hof
numac
2013201441
pub.
08/03/2013
prom.
--
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
Document Qrcode

GRONDWETTELIJK HOF


Bericht voorgeschreven bij artikel 74 van de bijzondere wet van 6 januari 1989Relevante gevonden documenten type wet prom. 06/01/1989 pub. 18/02/2008 numac 2008000108 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Bijzondere wet op het Arbitragehof sluiten Bij vonnis van 21 januari 2013 in zake Giovanni Willem tegen de nv « Allianz Belgium », waarvan de expeditie ter griffie van het Hof is ingekomen op 31 januari 2013, heeft de Arbeidsrechtbank te Kortrijk de volgende prejudiciële vragen gesteld : « 1. Schendt art. 25, eerste lid Arbeidsongevallenwet - in de interpretatie dat dit enkel geldt indien er een blijvende arbeidsongeschiktheid bestaat - artikel 10 en 11 van de Grondwet waar het een verschillende behandeling inhoudt tussen enerzijds het slachtoffer van een arbeidsongeval dat genezen werd verklaard (of wiens letsels geconsolideerd werden met 0 % blijvende arbeidsongeschiktheid) en anderzijds het slachtoffer van een arbeidsongeval dat een (zelfs minimale) blijvende arbeidsongeschiktheid heeft, door voor de eerste geen en voor de tweede wel een verergeringsvergoeding mogelijk te maken, terwijl in beide gevallen wel een herziening mogelijk is en de wetgever ' latere verergeringstoestanden ' van een genezen verklaard slachtoffer voor ogen heeft gehad ? 2. Schendt art.69 eerste lid Arbeidsongevallenwet - in de interpretatie dat de verjaring ingaat vanaf de eerste dag van (de eerste periode van) tijdelijke arbeidsongeschiktheid - artikel 10 en 11 van de Grondwet, waar het een verschillende behandeling inhoudt tussen het slachtoffer van een arbeidsongeval met een verergerde arbeidsongeschiktheid en het slachtoffer van een arbeidsongeval met medische kosten, doordat het tweede slachtoffer - anders dan het eerste voor diens arbeidsongeschiktheid - steeds en blijvend nieuwe medische kosten kan vergoed krijgen (voor de drie voorafgaande jaren), terwijl zowel de verergerde arbeidsongeschiktheid als de medische kosten een schadegevolg zijn van het arbeidsongeval ? 3. Schendt art.69, eerste lid Arbeidsongevallenwet - in de interpretatie dat de verjaringstermijn van de vordering tot vergoeding van een tweede arbeidsongeschiktheid aanvangt bij het begin van de eerste arbeidsongeschiktheid - artikel 10 en 11 van de Grondwet, waar het een verschillende behandeling inhoudt tussen het slachtoffer dat zijn tweede periode van arbeidsongeschiktheid kent tijdens de herzieningstermijn en het slachtoffer dat zijn tweede periode van arbeidsongeschiktheid kent na de herzieningstermijn, doordat de wetgever heeft nagelaten te bepalen op welk ogenblik de verjaringstermijn van de rechten op een vergoeding en een bijslag wegens verergering begint te lopen ? 4. Schendt art.69, derde lid Arbeidsongevallenwet - in de interpretatie dat het recht op een bijslag niet verjaart voor zover het recht op een arbeidsongevallenvergoeding niet verjaard is, maar dat de verjaring alleen geldt voor de betalingsperiodes die meer dan drie jaar oud zijn - artikel 10 en 11 van de Grondwet waar het een verschillende behandeling inhoudt doordat de vordering voor de bijslag voor de blijvende verergering na de herzieningstermijn (bedoeld in artikel 27bis laatste lid) - anders dan de andere bijslagen vermeld in art. 27ter en 27quater - deze gunstige verjaringsmodaliteit niet heeft doordat er - hoewel toepasselijk op de in art. 27bis, laatste lid bedoelde bijslagen - in dit geval geen hoofdvordering bestaat en hij ook geen bijslag is die toegekend wordt op vergoedingen voor periodes die gelegen zijn 'voor de regeling van het arbeidsongeval bij een bekrachtigde overeenkomst of bij een in kracht van gewijsde getreden gerechtelijke beslissing, of voor de in artikel 72 bedoelde herziening', waardoor deze vordering toch het regime van art. 69, eerste lid zou ondergaan ? ».

Die zaak is ingeschreven onder nummer 5567 van de rol van het Hof.

De griffier, F. Meersschaut

^