gepubliceerd op 09 februari 2010
Bericht voorgeschreven bij artikel 74 van de bijzondere wet van 6 januari 1989 Bij vonnis van 21 december 2009 in zake de nv « Fortis Bank » tegen Mark Coppejans, waarvan de expeditie ter griffie van het Hof is ingekomen op 28 december 2009, he « Schendt artikel 82, eerste en tweede lid, van de faillissementswet, zoals gewijzigd bij wet van 1(...)
GRONDWETTELIJK HOF
Bericht voorgeschreven bij artikel 74 van de bijzondere
wet van 6 januari 1989Relevante gevonden documenten
type
wet
prom.
06/01/1989
pub.
18/02/2008
numac
2008000108
bron
federale overheidsdienst binnenlandse zaken
Bijzondere wet op het Arbitragehof
sluiten Bij vonnis van 21 december 2009 in zake de nv « Fortis Bank » tegen Mark Coppejans, waarvan de expeditie ter griffie van het Hof is ingekomen op 28 december 2009, heeft de Vrederechter van het tweede kanton Brugge de volgende prejudiciële vraag gesteld : « Schendt artikel 82, eerste en tweede lid, van de faillissementswet, zoals gewijzigd bij wet van 18 juli 2008, de artikelen 10 en 11 van de Grondwet, in zoverre de gefailleerde vanaf het vonnis van faillietverklaring gevrijwaard is tegen elke gerechtelijke procedure van tenuitvoerlegging tot op de dag van het vonnis waarbij de uitspraak zal worden gedaan over zijn verschoonbaarheid, terwijl de ex-echtgenoot van de gefailleerde, die zich persoonlijk heeft verbonden tot diens schuld en die daarvan zou kunnen bevrijd worden door de werking van de verschoonbaarheid die aan zijn ex-echtgenote zou worden toegekend, niet gevrijwaard is tegen elke gerechtelijke procedure en procedure van tenuitvoerlegging tot op de dag van het vonnis waarbij de uitspraak zal worden gedaan over de verschoonbaarheid van de ex-echtgenote ? ».
Die zaak is ingeschreven onder nummer 4837 van de rol van het Hof.
De griffier, P.-Y. Dutilleux.