gepubliceerd op 09 februari 2009
Bericht voorgeschreven bij artikel 74 van de bijzondere wet van 6 januari 1989 Bij vonnis van 24 december 2008 in zake Martin Ameye en Vera D'Haene tegen de Belgische Staat, waarvan de expeditie ter griffie van het Hof is ingekomen op 8 januari « Schendt artikel 90, 9° WIB 1992 het grondwettelijk gelijkheidsbeginsel en het discriminatieverbod(...)
GRONDWETTELIJK HOF
Bericht voorgeschreven bij artikel 74 van de bijzondere wet van 6 januari 1989 Bij vonnis van 24 december 2008 in zake Martin Ameye en Vera D'Haene tegen de Belgische Staat, waarvan de expeditie ter griffie van het Hof is ingekomen op 8 januari 2009, heeft de Rechtbank van eerste aanleg te Brugge de volgende prejudiciële vraag gesteld : « Schendt artikel 90, 9° WIB 1992 het grondwettelijk gelijkheidsbeginsel en het discriminatieverbod zoals neergeschreven in artikelen 10 en 11 van de Grondwet, doordat dit artikel uitsluitend voorziet in een belastingheffing van de meerwaarde op een overdracht van een belangrijke deelneming aan een buitenlandse rechtspersoon, terwijl dit niet het geval is wanneer een belangrijke deelneming wordt overgedragen aan een Belgische rechtspersoon ? ».
Die zaak is ingeschreven onder nummer 4604 van de rol van het Hof.
De griffier, P.-Y. Dutilleux.