gepubliceerd op 22 maart 2007
Specifieke beperkende maatregelen tegen sommige personen en entiteiten die banden hebben met Usama bin Laden, het Al-Qa'ida-netwerk en de Taliban. - Bericht van verbod - Verordening nr. 881/2002 van de Raad van 27 mei 2002. - Nieuwe wijziginge(...) Het is voor een Belg of een houder van om het even welke nationaliteit, handelend vanuit het nation(...)
FEDERALE OVERHEIDSDIENST ECONOMIE, K.M.O., MIDDENSTAND EN ENERGIE
Specifieke beperkende maatregelen tegen sommige personen en entiteiten die banden hebben met Usama bin Laden, het Al-Qa'ida-netwerk en de Taliban. - Bericht van verbod - Verordening (EG) nr. 881/2002 van de Raad van 27 mei 2002. - Nieuwe wijzigingen Het is voor een Belg of een houder van om het even welke nationaliteit, handelend vanuit het nationaal grondgebied verboden om, direct of indirect, het technisch advies, de bijstand of opleiding bedoeld in het artikel 3 van de Verordening te verstrekken, te verkopen, te leveren of over te dragen aan de natuurlijke of rechtspersonen, groepen of entiteiten vermeld in de bijlage van de Verordening (EG) nr. 881/2002 van de Raad van 27 mei 2002 (P.B. L nr. 139 van 29 mei 2002) tot vaststelling van bepaalde specifieke beperkende maatregelen tegen sommige personen en entiteiten die banden hebben met Usama bin Laden, het Al-Qa'ida-netwerk en de Taliban, en tot intrekking van Verordening (EG) nr. 467/2001 van de Raad tot instelling van een verbod op de uitvoer van bepaalde goederen en diensten naar Afghanistan, tot versterking van het verbod op vluchten en verlenging van de bevriezing van tegoeden en andere financiële middelen ten aanzien van de Taliban van Afghanistan.
De voornoemde Verordening (EG) nr. 881/2002 werd gewijzigd door de Verordening (EG) nr. 1690/2005 van de Commissie van 14 oktober 2005, Verordening (EG) nr. 1797/2005 van de Commissie van 28 oktober 2005, Verordening (EG) nr. 1825/2005 van de Commissie van 9 november 2005, Verordening (EG) nr. 1956/2005 van de Commissie van 29 november 2005, Verordening (EG) nr. 2018/2005 van de Commissie van 9 december 2005, Verordening (EG) nr. 2100/2005 van de Commissie van 20 december 2005, Verordening (EG) nr. 76/2006 van de Commissie van 17 januari 2006, Verordening (EG) nr. 142/2006 van de Commissie van 26 januari 2006, Verordening (EG) nr. 246/2006 van de Commissie van 10 februari 2006, Verordening (EG) nr. 357/2006 van de Commissie van 28 februari 2006, Verordening (EG) nr. 674/2006 van de Commissie van 28 april 2006, Verordening (EG) nr. 1189/2006 van de Commissie van 3 augustus 2006, Verordening (EG) nr. 1210/2006 van de Commissie van 9 augustus 2006, Verordening (EG) nr. 1217/2006 van de Commissie van 10 augustus 2006, Verordening (EG) nr. 1228/2006 van de Commissie van 14 augustus 2006, Verordening (EG) nr. 1286/2006 van de Commissie van 29 augustus 2006, Verordening (EG) nr. 1508/2006 van de Commissie van 11 oktober 2006, Verordening (EG) nr. 1685/2006 van de Commissie van 14 november 2006, Verordening (EG) nr. 1823/2006 van de Commissie van 12 december 2006 en Verordening (EG) nr. 14/2007 van de Commissie van 10 januari 2007.
Artikel 4, lid 1, van de Verordening (EG) nr. 881/2002 van de Raad van 27 mei 2002, gewijzigd door de bovenvermelde Verordeningen (EG) van de Commissie, verbiedt een Belg of een houder van om het even welke nationaliteit, handelend vanuit het nationaal grondgebied, eveneens, bewust en opzettelijk deel te nemen aan activiteiten die tot doel of tot gevolg hebben direct of indirect de in artikel 3 van de Verordening bedoelde transacties te bevorderen.
De inbreuken op deze bepalingen worden bestraft met de sancties voorzien in het artikel 6 van de wet van 13 mei 2003 inzake de tenuitvoerlegging van de beperkende maatregelen die genomen worden door de Raad van de Europese Unie ten aanzien van Staten, sommige personen en entiteiten.