gepubliceerd op 27 juni 2006
Bericht voorgeschreven bij artikel 74 van de bijzondere wet van 6 januari 1989 op het Arbitragehof Bij vonnis van 24 april 2006 in zake het openbaar ministerie tegen C. Legrand, waarvan de expeditie ter griffie van het Arbitragehof is ingekomen 1. « Schendt het decreet van 23 januari 1991 inzake de bescherming van het leefmilieu tegen de vero(...)
ARBITRAGEHOF
Bericht voorgeschreven bij artikel 74 van de bijzondere wet van 6 januari 1989 op het Arbitragehof Bij vonnis van 24 april 2006 in zake het openbaar ministerie tegen C. Legrand, waarvan de expeditie ter griffie van het Arbitragehof is ingekomen op 4 mei 2006, heeft de Rechtbank van eerste aanleg te Ieper de volgende prejudiciële vragen gesteld : 1. « Schendt het decreet van 23 januari 1991 inzake de bescherming van het leefmilieu tegen de verontreiniging door meststoffen, het gelijkheidsbeginsel en artikel 10 en 11 van de Grondwet, door het mogelijk te maken personen aan wie in toepassing van artikel 25 van dit decreet een administratieve geldboete werd opgelegd en die deze effectief betaald hebben, toch nog strafrechtelijk te vervolgen, terwijl andere wetgeving in dezelfde sector (dierengezondheidswet van 24 maart 1987 en het koninklijk besluit van 22 februari 2001 houdende organisatie van de controles die worden verricht door het Federaal Agentschap voor de Veiligheid van de Voedselketen) bepaalt dat het opleggen van een administratieve geldboete het verval van de strafvordering met zich meebrengt ? »;2. « Schendt artikel 25, §§ 4 en 5, van het decreet van 23 januari 1991 inzake de bescherming van het leefmilieu tegen de verontreiniging door meststoffen, het gelijkheidsbeginsel en artikel 10 en 11 van de Grondwet, door het mogelijk te maken personen aan wie, omwille van dat deel van de berekende bedrijfsmatige mestoverschotten waarvoor de producent niet kan bewijzen dat deze overeenkomstig de bepalingen van dit decreet werden afgezet, een - a rato van 1 euro per kg fosfaat en 1 euro per kg stikstof berekende - administratieve geldboete werd opgelegd en die deze effectief betaald hebben, toch nog overeenkomstig artikel 42 en 43bis Sw.een bijzondere verbeurdverklaring van vermogensvoordelen wegens het niet conform het mestdecreet afzetten van mest op te leggen, terwijl in het kader van gemeenrechtelijke misdrijven dergelijke bijzondere verbeurdverklaring in de regel niet gepaard gaat aan een voorafgaandelijke administratieve geldboete ? ».
Die zaak is ingeschreven onder nummer 3976 van de rol van het Hof.
De griffier, P.-Y. Dutilleux.