gepubliceerd op 13 mei 2005
Bericht voorgeschreven bij artikel 74 van de bijzondere wet van 6 januari 1989 op het Arbitragehof Bij vonnissen van 23 maart 2005 in zake de n.v. Belgacom tegen het Vlaamse Gewest, waarvan de expedities ter griffie van het Arbitragehof zijn in « Schendt artikel 253, 3°, WIB 92 de artikelen 10 en 11 van de Grondwet, meer bepaald in zijn toepa(...)
ARBITRAGEHOF
Bericht voorgeschreven bij artikel 74 van de bijzondere wet van 6 januari 1989 op het Arbitragehof Bij vonnissen van 23 maart 2005 in zake de n.v. Belgacom tegen het Vlaamse Gewest, waarvan de expedities ter griffie van het Arbitragehof zijn ingekomen op 12 april 2005, heeft de Rechtbank van eerste aanleg te Gent de volgende prejudiciële vraag gesteld : « Schendt artikel 253, 3°, WIB 92 de artikelen 10 en 11 van de Grondwet, meer bepaald in zijn toepassing in casu t.a.v. de n.v.
Belgacom die erop neerkomt dat deze laatste geniet van de volledige vrijstelling inzake onroerende voorheffing terwijl deze vrijstelling niet wordt toegekend aan de andere economische operatoren die activiteiten ontplooien in dezelfde sector in een concurrentiële context ? ».
Die zaken, ingeschreven onder de nummers 3686 en 3687 van de rol van het Hof, werden samengevoegd.
De griffier, L. Potoms.