gepubliceerd op 06 april 2005
Bericht voorgeschreven bij artikel 74 van de bijzondere wet van 6 januari 1989 op het Arbitragehof Bij vonnis van 24 februari 2005 in zake G. De Vos tegen het Fonds tot vergoeding van de in geval van sluiting van ondernemingen ontslagen werknem « Schendt artikel 2 van de wet van 28 juni 1966 betreffende de schadeloosstelling van de werknemers(...)
ARBITRAGEHOF
Bericht voorgeschreven bij artikel 74 van de bijzondere wet van 6 januari 1989 op het Arbitragehof Bij vonnis van 24 februari 2005 in zake G. De Vos tegen het Fonds tot vergoeding van de in geval van sluiting van ondernemingen ontslagen werknemers, waarvan de expeditie ter griffie van het Arbitragehof is ingekomen op 2 maart 2005, heeft de Arbeidsrechtbank te Antwerpen de volgende prejudiciële vraag gesteld : « Schendt artikel 2 van de wet van 28 juni 1966 betreffende de schadeloosstelling van de werknemers die ontslagen worden bij sluiting van ondernemingen de artikelen 10 en 11 van de Grondwet door een onderscheid te maken tussen enerzijds werknemers die tewerkgesteld worden in België en in dienst zijn van een onderneming die geen zetel of technische bedrijfseenheid in België heeft en anderzijds werknemers die in België tewerkgesteld worden en in dienst zijn van een onderneming die wel over een dergelijke zetel of bedrijfseenheid beschikt, waar enkel de werknemers van de tweede categorie aanspraak kunnen maken op de vergoedingen krachtens deze wet, alhoewel in beide gevallen sociale bijdragen van het loon van de werknemers worden afgehouden die ertoe strekken om ondermeer het Fonds tot vergoeding van de in geval van sluiting van ondernemingen ontslagen werknemers, te spijzen ? » Die zaak is ingeschreven onder nummer 3639 van de rol van het Hof.
De griffier, L. Potoms.