Etaamb.openjustice.be
Bericht
gepubliceerd op 26 mei 2004

Bericht voorgeschreven bij artikel 74 van de bijzondere wet van 6 januari 1989 op het Arbitragehof Bij vonnis van 10 maart 2004 in zake S. Cox en het openbaar centrum voor maatschappelijk welzijn van Luik tegen F. Ferrara en C. Cox en in zake T « Schenden de artikelen 4 en 26 van de wet van 26 mei 2002 betreffende het recht op maatschappelijk(...)

bron
arbitragehof
numac
2004201452
pub.
26/05/2004
prom.
--
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
Document Qrcode

ARBITRAGEHOF


Bericht voorgeschreven bij artikel 74 van de bijzondere wet van 6 januari 1989 op het Arbitragehof Bij vonnis van 10 maart 2004 in zake S. Cox en het openbaar centrum voor maatschappelijk welzijn van Luik tegen F. Ferrara en C. Cox en in zake T. Ferrara tegen F. Ferrara en C. Cox, waarvan de expeditie ter griffie van het Arbitragehof is ingekomen op 17 maart 2004, heeft de vrederechter van het derde kanton Luik de volgende prejudiciële vraag gesteld : « Schenden de artikelen 4 en 26 van de wet van 26 mei 2002 betreffende het recht op maatschappelijke integratie niet de artikelen 10 en 11 van de Grondwet, in zoverre, in het eerste geval (artikel 4), de door het O.C.M.W. vervolgde onderhoudsplichtige, wanneer dat centrum optreedt namens en ten voordele van de begunstigde van de maatschappelijke dienstverlening, evenwel met de mogelijkheid van subrogatie in zijn eigen voordeel, zou kunnen worden veroordeeld, ongeacht het niveau van zijn inkomsten, terwijl hij dat niet zou kunnen worden in het tweede geval, namelijk wanneer hij rechtstreeks door het O.C.M.W. uit eigen naam wordt vervolgd, indien zijn inkomsten lager liggen dan het minimumbedrag bepaald door de Koning op grond van de in artikel 26 aan Hem toegekende bevoegdheden ? » Die zaak is ingeschreven onder nummer 2948 van de rol van het Hof.

De griffier, P.-Y. Dutilleux.

^