Etaamb.openjustice.be
Bericht
gepubliceerd op 10 februari 2003

Bericht voorgeschreven bij artikel 74 van de bijzondere wet van 6 januari 1989 op het Arbitragehof Bij vonnis van 19 december 2002 in zake J.-M. Brocorens tegen het Brusselse Hoofdstedelijke Gewest, waarvan de expeditie ter griffie van het Arbit " Schendt paragraaf 1ter van artikel 4 van de ordonnantie van de Brusselse Hoofdstedelijke Ra(...)

bron
arbitragehof
numac
2003200067
pub.
10/02/2003
prom.
--
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
Document Qrcode

ARBITRAGEHOF


Bericht voorgeschreven bij artikel 74 van de bijzondere wet van 6 januari 1989 op het Arbitragehof Bij vonnis van 19 december 2002 in zake J.-M. Brocorens tegen het Brusselse Hoofdstedelijke Gewest, waarvan de expeditie ter griffie van het Arbitragehof is ingekomen op 26 december 2002, heeft de Rechtbank van eerste aanleg te Brussel de volgende prejudiciële vraag gesteld : " Schendt paragraaf 1ter van artikel 4 van de ordonnantie van de Brusselse Hoofdstedelijke Raad van 23 juli 1992 betreffende de gewestbelasting ten laste van bezetters van bebouwde eigendommen en houders van een zakelijk recht op sommige onroerende goederen, die aan dat artikel is toegevoegd bij artikel 3, § 1, van de ordonnantie van dezelfde Raad van 21 februari 2002 tot hervorming van de gewestelijke belastingen en waarbij ' de gezinshoofden van de gezinnen met minstens vier kinderen die maximum de leeftijd van 21 jaar hebben ' van de belasting worden vrijgesteld, de artikelen 10 en 11 van de Grondwet, doordat dat criterium het niet mogelijk maakt rekening te houden met de kinderen ouder dan 21 jaar die deel uitmaken van het gezin en die, aangezien zij verder studeren, ten laste blijven van het ' gezinshoofd ' ? " Die zaak is ingeschreven onder nummer 2591 van de rol van het Hof.

De griffier, L. Potoms.

^