gepubliceerd op 16 mei 2002
Bericht voorgeschreven bij artikel 74 van de bijzondere wet van 6 januari 1989 op het Arbitragehof Bij vonnis van 20 februari 2002 in zake de n.v. Guy Gryp tegen E. Vanpamel, waarvan de expeditie ter griffie van het Arbitragehof is ingekomen op « Schendt artikel 12 van de faillissementswet de artikelen 10 en 11 van de Grondwet in zoverre dat (...)
ARBITRAGEHOF
Bericht voorgeschreven bij artikel 74 van de bijzondere wet van 6 januari 1989 op het Arbitragehof Bij vonnis van 20 februari 2002 in zake de n.v. Guy Gryp tegen E. Vanpamel, waarvan de expeditie ter griffie van het Arbitragehof is ingekomen op 5 maart 2002, heeft de Rechtbank van Koophandel te Brugge de volgende prejudiciële vraag gesteld : « Schendt artikel 12 van de faillissementswet de artikelen 10 en 11 van de Grondwet in zoverre dat artikel 12, laatste lid, van de faillissementswet bepaalt dat het vonnis het tijdstip van staking van betaling niet mag vaststellen op meer dan zes maanden voor het vonnis van faillietverklaring, tenzij dit vonnis het faillissement betreft van een meer dan zes maanden voor de faillietverklaring ontbonden rechtspersoon waarvan de vereffening al dan niet werd afgesloten en waarvoor aanwijzingen bestaan dat deze is of wordt bewerkstelligd met de bedoeling nadeel te berokkenen aan de schuldeisers en daardoor krachtens artikel 2 van de faillissementswet de handelaar, natuurlijk persoon die sinds meer dan zes maanden voor het vonnis van faillietverklaring geen handel meer drijft en waarvoor aanwijzingen bestaan dat hij toen zijn schuldeisers bewust benadeelde, niet in de voorwaarden is om te worden failliet verklaard ? » Die zaak is ingeschreven onder nummer 2381 van de rol van het Hof.
De griffier, L. Potoms.