MINISTERIE VAN JUSTITIE

Rechterlijke Orde Bekendmaking van de voordrachten van het hof van beroep te Gent en van de provincieraad van Oost-Vlaanderen tot een plaats van raadsheer vacant in het hof van beroep te Gent Kandidaten voorgedragen, in dezelfde orde, door het hof van beroep en door de provincieraad: Eerste kandidaat: de heer Hanssens, M., beslagrechter in de rechtbank van eerste aanleg te Gent;

Tweede kandidaat: Mevr. De Bauw, S., rechter in de rechtbank van eerste aanleg te Gent.

Bekendmaking van de voordrachten van het hof van beroep te Bergen en van de provincieraad van Henegouwen tot een plaats van ondervoorzitter vakant in de rechtbank van eerste aanleg te Doornik Kandidaten voorgedragen door het hof van beroep: Eerste kandidaat: Mevr. Kevers, F., jeugdrechter in de rechtbank van eerste aanleg te Doornik;

Tweede kandidaat: de heer Tollebeeck, R., onderzoeksrechter in de rechtbank van eerste aanleg te Doornik.

Kandidaten voorgedragen door de provincieraad: Eerste kandidaat: Mevr. Maertens, M., substituut-procureur des Konings bij de rechtbank van eerste aanleg te Doornik;

Tweede kandidaat: Mevr. Kevers, F., voornoemd.

Bekendmaking van de openstaande plaatsen: hoofdgriffier: van het hof van beroep te Antwerpen: 1, vanaf 1 januari 1998; van het vredegerecht van het kanton: Hasselt I: 1, vanaf 1 december 1997;

Brugge I: 1, vanaf 20 december 1997; griffier bij het vredegerecht van het kanton Beveren: 1; adjunct-griffier bij het vredegerecht van het kanton: Anderlecht I: 1 (*);

Gembloux en Eghezée: 1;

Saint-Nicolas: 1; secretaris bij het parket van de procureur des Konings bij de rechtbank van eerste aanleg te Brussel: 2, vanaf 1 januari 1998; beambte bij het parket van de procureur des Konings bij de rechtbank van eerste aanleg te Kortrijk: 1.

De kandidaturen voor een benoeming in de Rechterlijke Orde moeten bij een ter post aangetekend schrijven worden gericht aan de heer Minister van Justitie, Bestuur Rechterlijke Orde, Dienst Personeelszaken, 3/P/R.O. II., Waterloolaan 115, 1000 Brussel, binnen een termijn van één maand na de bekendmaking van de vacature in het Belgisch Staatsblad (artikel 287 van het Gerechtelijk Wetboek).

De kennis van het Nederlands en van het Frans is vereist van de kandidaten voor de vacante plaatsen in de griffie van de gerechten die aangeduid zijn met een sterretje (*), overeenkomstig de bepalingen van de artikelen 53 en 54bis van de wet van 15 juni 1935 op het gebruik der talen in gerechtszaken.